bij overheden, in achtertuinen
door rimpels in boomstammen van honderd jaren oud
en hun kruinen
overal waar lucht kan komen
waar leegte, hoop, behoefte is
daar wil ik zijn
aan stranden, bij verre buren
via wegen zonder karrensporen of autobanden
overal waar men stemmen hoort
waar tranen vloeien, waar geluk nog groeit
daar wil ik zijn
het ochtendgloren, een stille dag
waarna alles slaapt als nooit tevoren
en geen mens zichzelf kan zien
waar de volgende dag groeit
daar wil ik zijn
ogen gesloten, blik op twaalf uur
in zeeën door goden gegoten
slapend op wolken van vergetelheid
terwijl de wereld onverdroten verder draait
daar wil ik zijn
want waar de dagen mij ook voeren
waarheen de zon ook gaat
voor mij is geen plek beter gelegen
dan waar jij bent