Je zou het bij al die geschiedenis die ze hier zo graag opdissen nog vergeten, maar Melaka kan ook bogen op een bijzonder gezellig waterfront, zeker als de zon even wil schijnen (als ze dat te lang heeft gedaan, volgt onvermijdelijk een onweer). Sinds amper 10 jaar zijn enkele luxehotels in het straatbeeld verschenen (zoals dat op foto 1), allemaal om de toeristenstroom baas te kunnen, die voornamelijk uit Chinezen bestaat (voor onze ogen echter onmogelijk te bepalen of het mainland-Chinezen betreft, dan wel Singaporezen of Taiwanezen). Verder veel kleurtjes en ferryverkeer en zelfs een heus Portugees galjoen op foto 5. Dat is een replica van de Flor de Mar, het schip dat beladen met schatten in 1511 het pas veroverde Melaka verliet maar voor de kust van Indonesië verging, boontje kwam om zijn loontje, de Portugese koning kon naar zijn schatten fluiten. Die replica herbergt nu het Maritime Museum - voorzien van veel uitleg in het binnenruim via instructieve plakkaten. Grappig, ons bezoek verloopt synchroon met dat van een oude Chinees, maar de bordjes zijn natuurlijk enkel in het Maleisisch en Engels opgesteld. Pech Ping, jij valt naast de prijzen met je Mandarijns! (Toch zagen we elders her en der wel Chinese karakters, Melaka is zich bewust van hun grootste toeristenstroom). Hoeveel we gisteren en eergisteren al geleerd hadden van dat glorierijke vijftiende eeuwse sultanaat, toch steken we nog een paar nieuwtjes op: er werden in Melaka toen 84 (!) talen gehoord, zo internationaal ging het eraan toe. En er was, naast ruilhandel, vooral vrije handel, geen monopoliesysteem met hoge taksen zoals onder de Portugezen en Nederlanders (daarom verloor Melaka als haven gaandeweg aan belang, bovendien werden de Arabische traders de Portugese inspanningen hen te kerstenen snel beu). Er waren zelfs al professionele havenmeesters om alles in goede banen te leiden, zeg nu nog dat moslims niets kunnen klaarmaken.
Maar het is tijd voor een ander vervoermiddel: de unieke riksja van Melaka, wij zitten er op foto 6 al in. Want de fiets is er langs rechts aangelast, zodat de inzittenden (maximum twee, indien geen twee dikzakken) een vrij zicht hebben, is dat niet goed gevonden. Er zit ook een muziekinstallatie in, gisteren passeerde een grote groep jonge Chinezen (Taiwanezen? Singaporezen?) ons met een daverend disco-geluid, wij houden het op een beschaafde ballade op normaal volume. Ver gaat de reis niet, maar iets te ver voor oude voeten ligt de oude wijk Kompong Morten, die - bereikbaar via een mooie Chinese brug, overigens in de vroege 20ste eeuw gefinancierd door de Peranakan Chinees die toen ook de eigenaar van ons hotel, Puri, was - nog helemaal vol staat met oude, echt Maleisische huizen zoals je ze anders enkel in musea nog kan zien. Sterker nog, je kan het mooiste, de Villa Sentosa, bezoeken en een kleine uitleg krijgen van de huisbaas, hij staat op foto 9 en is 84, en kerngezond. Gezellig huis met veel karakter, niets op aan te merken. Geen airco, maar ingenieuze windgaten. Regen op de patio is ook geen probleem: de vloer staat heel lichtjes schuin, zodat het regenwater vanzelf naar de uitgang loopt. Wij vragen de oude baas of hij geen schrik heeft van onteigening, want de moderne bebouwing, zie foto 10, is aardig aan het oprukken. Nee, zegt hij, de rivier zit er tussen. Hopelijk heeft hij gelijk, want die andere oude Chinese wijk aan de overzijde van de stroom is toch maar mooi verdwenen. Enfin, tot zover het mooie Melaka, te allen tijde superieur aan Kuala Lumpur wat ons betreft.
Laat ons fotografisch besluiten met nog een kleine ode aan Chinatown, inclusief de mooiste Chinese tempel van Melaka en een bijzondere neoklassieke villa op onze voorlaatste foto, die weliswaar niets Chinees heeft, maar wel eigendom is van een Peranakan Chinees, naar verluidt de rijkste Baba van het huidige Melaka. Al is Chinatown niet exclusief hoor, zoals onze laatste foto getuigt mag een Mexicaanse mamasita uitgebreid reclame maken voor haar Mexicaans restaurant.
Kritische Noot: Het valt ons niet voor de eerste keer op, maar transport laat in Maleisië wel eens te wensen over, op tal van vlakken. Wij hadden vandaag een afspraak gemaakt met de taxichauffeur die ons van de busterminal naar Hotel Puri bracht, maar
.geen taxi te zien op het afgesproken uur. We geven hem vijf minuten en laten vervolgens door het hotel een andere taxi opbellen. Die weet niet waar hotel Puri ligt (! Later blijkt dat de man een Birmaan is en nog niet lang in Melaka verblijft), maar komt uiteindelijk opdagen (en is de helft goedkoper dan die onbetrouwbare taximan van eergisteren!). Allemaal geen probleem, we zijn nog steeds een half uur te vroeg aan de busterminal en hebben ons ticket immers al. Maar de immense ruimte is in twee geknipt, een domestic en een interstate terminal, en nergens een information counter te vinden. Domestic moet het zijn, we gaan toch niet naar Singapore? Mis, poes, we worden daar weggestuurd, KL ligt in een andere provincie dan Melaka, vandaar interstate. Maar nee, we mogen niet binnen, we moeten eerst ons ticket van eergisteren, waar logisch geen Gate opstaat aan een counter laten inwisselen voor een ticket met uitgangspoort en platform. Tjonge, wat een gedoe. Eichmann was een ambtenaar maar de Maleiers kunnen er ook wat van. Enfin, de bus brengt ons daadwerkelijk op twee uur weer aan het busstation van KL, waar we ditmaal zo wijs zijn over te stappen op de snelle, maar duurdere KLIA EXPRESS. Terug op KS SENTRAL, we zijn weer thuis en als er nu iets goed is aangeduid, dan toch zeker de weg naar de Hilton, waar we onze koffer terugvinden en verslag moeten doen aan de conciërge, die immers zelf van Melaka afkomstig is en tevreden constateert dat zijn hometown ons voortreffelijk bevallen is.

















|