Kayunga Hospital, na de aangename kennismaking de harde realiteit
Vrijdag heb ik op pediatrie doorgebracht en daar heb ik wat procedures kunnen doen (bloed trekken, IV-lijnen steken). s Morgens heb ik de dokter die op pediatrie staat gezien maar die was niet erg behulpzaam. Gelukkig stond er later in de voormiddag plots een andere dokter die eigenlijk in een of andere organisatie werkt (ivm opvolging van kinderen met HIV) en vrijwillig wat komt bijklussen in het ziekenhuis. Hij recruteert er ondertussen ook wel patientjes natuurlijk, maar misdadig is dat nu niet echt te noemen. t Is nobel dat hij zich niet tot de HIV-patientjes beperkt, maar meteen zoveel mogelijk kinderen ziet als hij er is. Deze dokter was in tegenstelling tot de vrouw van s morgens wel bereid om uitleg te geven, wat goed van pas kwam, gezien ze mij daar al tot omusawo (dokter) gebombardeerd hadden en mij allemaal vragen kwamen stellen waar ik dikwijls toch niet meteen een pasklaar antwoord voor had. Mijn plan is dus om de voormiddagen op pediatrie door te brengen en in de namiddag wat verschillende diensten te bezoeken. Volgende week donderdag is er een outreach voor vaccinatie en daar zullen we graag bij zijn.
Maandag in Kayunga hospital trok ik weer met goede moed naar de pediatrie en ik had geluk: Dr. Peter was er in de voormiddag (wel 1,5u later dan afgesproken) en we hebben alle patientjes getoerd. Gezien er hier op vlak van diagnostiek nog minder middelen voorhanden zijn dan in Mulago (eigenlijk alleen hemoglobinebepaling, urine analyse, RX en echo van bedenkelijke kwaliteit) is het theoretisch minder leerzaam, maar ik vond het wel interessant om te zien hoe je beleid eruit ziet als je iets waarvan je niet goed weet wat is moet behandelen met heel weinig middelen..
Als je in het admission book kijkt staat er bij 95% als diagnose severe malaria al dan niet met anemie. Ik wil best geloven dat er heel veel malaria is, maar dit is wel heel veel.. Bij het onderzoek doen ze wel een malariatest, maar als die negatief is, starten ze alsnog quinine op, dus we vragen ons af waarom ze nog de moeite doen (treat as clinical malaria). Verder lag/ligt er ook een kindje van 10 mnd met ernstige ondervoeding en een vreselijk open abces in de lies (wondzorg? Een vuile doek errond gewikkeld..) en een kindje van enkele maanden oud met HIV en TB (en nu opgenomen met malaria of wat dacht je?) dat helemaal wasted is. Veel kinderen met diarree en deshydratatie ook (ook malaria natuurlijk).
Ouders moeten zelf canules (voor IV lijn), handschoenen en toiletpapier kopen, wat alles samen zon 5000 shilling kost. Woensdag kwam er een kindje van 1 week oud binnen met vermoeden van sepsis/pneumonie dat de pech had om arme ouders te hebben die dat geld echt niet hadden.. ik ben hier zeker niet de wilde weldoener, maar die mensen heb ik toch geld gegeven om dat gerief te gaan kopen..
Dinsdag was een frustrerende dag. Geen dokter te zien. Ik stelde voor om zelf te toeren als er iemand wilde vertalen voor mij, maar meer dan een blik van komaan, denkt ge nu echt dat we dat gaan doen kreeg ik niet. Even een dipje (wat zit ik hier te doen).. gelukkig wat stoom kunnen aflaten bij Anneleen die ook een off-day had. Woensdag ben ik s morgens terug kindjes gaan vaccineren en ik was gelukkig dat ik iets omhanden had, nuttig werk deed en vriendelijke verpleegsters om me heen had. In de namiddag ben ik toch maar terug naar pediatrie gegaan waar voor de 2e dag op rij geen dokter was gepasseerd. Ik heb me een beetje ontfermd over de wondzorg van dat jongetje met zijn vuil abces.. veel meer dan etter eruit duwen, ontsmetten en afdekken kan ik wel niet doen, maar het is toch beter dan het open te laten met een vuile doek errond. t Ziet er echt vreselijk uit: een gat van 3 op 1 cm, zo diep dat je de spieren kan zien lopen, nog ver en diep ondermijnd, het weefsel errond gezwollen en gespannen moet vreselijk pijnlijk zijn. In België zou er een kweek genomen worden om het gepaste antibioticum te kunnen geven en zou de wonde door de chirurg uitgeruimd worden en daarna met een huidflap gedicht worde. Hier maken ze een gat extra (om te draineren) en krijgt het kind 1 soort antibioticum op goed geluk Ondertussen is er ook nog altijd de ondervoeding natuurlijk (vooral eiwit tekort in de voeding) en laat eiwitten nu juist zijn wat je nodig hebt voor wondheling
Donderdag ben ik eens een kijkje gaan nemen in het operatiekwartier. In de kleine zaal waren ze besnijdenissen aan het doen (donderdag is circumcision day) en gewoon op basis van het beschikbare materiaal zag ik al dat er een sponsor bij betrokken was. Gezien een studie uitgewezen heeft dat besneden mannen minder kans hebben om HIV te krijgen, is er hier een project dat deze ingrepen promoot en sponsort. Ik heb eerst een beetje gekeken en de derde keer geassisteerd. Intussen lagen er in de gang al wat patiënten voor ingrepen in de grote zaal en kwam ook een van de 3 dokters aan. De grote zaal is groot, maar is zon beetje als ons huis hier: er staat weinig in. Dr. Sabit was van dienst en onze eerste patiënte was er eentje met een incomplete abortus waarbij dus een curretage moest gebeuren gelukkig wel onder verdoving. Tijdens de ingreep was er een beetje tijd voor teaching, wat ondertussen weer lang geleden was. De volgende patient was een vrouw met een darmobstructie en deze operatie sloeg werkelijk alles
De patiente nam plaats op een operatietafel die bedekt was met een plastic zeil. Ze werd onder narcose werd gebracht, maar niet geïntubeerd (beademing via masker, wel met mayopijpje) en de operatie kon beginnen..
Haar operatiehemd werd naar boven getrokken (en gebruikt om te voorkomen dat haar arm van tafel viel), Dr. Sabit begon haar buik te ontsmetten en zei laconiek:so now we claim sterility. Hij had zijn handen niet gewassen (wel steriele handschoenen), had gewoon een plastieke schort aan, korte mouwen, geen haarkapje of mondmasker en hij deed niet in het minste zijn best om uitgebreid en nauwkeurig te ontsmetten onder het mom van this is africa, this is how we work, we dont have all the equipment those circumsion people have. Our patients are strong, they survive. Ik vond het een hoogst ongepaste attitude, het kwam op een triestige manier nogal macho-achtig over. Akkoord, ze hebben absoluut niet voldoende middelen om echt steriel te werken, maar dat wil niet zeggen dat je de middelen die je hebt niet optimaal moet gebruiken om je patient de best mogelijke zorg te geven (al is die niet denderend). Dit gedrag was zowat de rode draad doorheen de operatie en ik stond met open mond toe te kijken.
Er was blijkbaar niets voorhanden om het onderlichaam van de patient te bedekken (Anneleen had nochtans al wel steriele doeken gezien..) en de patient was dus gewoon naakt. De insnede werd gemaakt en algauw kwam er een megacolon tevoorschijn (dikke darm gevuld met zeer veel lucht) met een diameter van een 10-15cm. Het bleek om een volvulus te gaan (darmen zitten gedraaid waardoor er een obstructie ontstaat) en dus moest er op zoek gegaan worden naar de plaats van de verdraaiing. Daarvoor moest een deel van de darmen uit de buik worden gehaald en die werden dan maar gewoon op de vluchtig ontsmette buik gelegd en gleden af en toe wel eens af naar de zijkant tot op het plastiek zeil. Toen de verdraaiing ongedaan was gemaakt moest de lucht uit de darm geëvacueerd worden dus werd er een kleine insnede gemaakt in de darm. Na de lucht kwam er natuurlijk ook darminhoud naar buiten die eerst ook gewoon op de operatietafel terechtkwam en pas daarna werd opgevangen in een kommetje. Om de een of andere reden had Dr. Sabit de behoefte om zijn vinger in dat (gevulde) kommetje te steken, dan even af te kuisen aan een gaasje en dan verder te werken..
Na het sluiten van de darm (waarbij zijn draad in de smosboel op de operatietafel hing) volgde nog een inspectie van de rest van de darmen waarbij die af en toe ook wel weer eens op de smerige operatietafel terechtkwamen. Alles OK, dus propte hij het geheel weer naar binnen en kon alles weer dichtgemaakt worden. De insnede van ongeveer 20 cm werd gesloten met een steek of 10 en ik moest even denken aan hoe verontwaardigd we waren toen wijlen onze kat Stella eens op een soortgelijke manier werd dichtgenaaid door de veearts.
Ik probeerde af en toe iets te zeggen over de manier van doen (bv pas op, uw draad hangt in het vuil) maar dat werd weggelachen. Gezien de darm van die mevrouw onherroepelijk overrokken is, is het een kwestie van afwachten vooraleer hetzelfde opnieuw gebeurd, of tot ze een peritonitis krijgt natuurlijk
Tijd voor lunch J
Om 3u stond ik terug aan het ziekenhuis omdat we op outreach gingen naar een naburig dorp om kindjes te vaccineren. t Was echt een leuke namiddag, veel bekijks weer natuurlijk, maar wel nuttig werk. Ik bedacht me dat dat was wat ik vroeger op tv zag en waarvan ik dacht waw, dat ik wil ik ook ooit doen.. Bij deze heb ik dus een kinderdroom verwezenlijkt, dat kan je niet elke dag zeggen.
Vrijdag was er smorgens een korte bespreking over het onderwerp HIV discordantie (in een koppel is iemand positief en iemand negatief) en werden wat grappige mythen ontkracht als bloedgroep O beschermt tegen HIV besmeting. Daarna terug naar pediatrie gegaan en bij toeval Dr. Peter nog eens tegen het lijf gelopen. Gelukkig want er was net een patiëntje binnengekomen dat er heel slecht aan toe was en naar mijn inziens echt niet de juiste behandeling voorgeschreven gekregen had Kben ook nog eens naar dat kindje van 1 week gaan kijken dat er gelukkig al veel beter aan toe was. Dat was dan waarschijnlijk mijn best besteedde 2 euro in mijn leven. Later die dag kwam die moeder wel melden dat ze naar huis wilde omdat ze geen eten had
Jaja.. het was een nogal emotionele week met heel wat ups en downs. En ik heb nog maar eens beseft dat het echt niet vanzelfsprekend is om hier als arts te werken. En zoals Anneleen vandaag nog zei: soms krijgen buitenlandse hulpverleners het verwijt dat ze het te westers aanpakken en te weinig samenwerken met de lokale mensen, maar dat is dan ook echt niet evident
Muzungu,
give me money! Hi sweetie, how are you! Bye Muzungu! Onder
aanhoudende grote belangstelling van de Ugandese kinderen uit de
buurt, wandel ik na stage naar huis. De werkdagen zijn hier kort, van 8 tot 15u, en de wandeling is maar hoekje om (we wonen in een
gigantisch huis achter het ziekenhuis - de inboedel is omgekeerd
evenredig ;-)), maar toch drupt het zweet van mijn voorhoofd, rug en
benen, alsof ik een dubbele fitness-sessie achter de rug heb. Het is
hier zon 5 graden warmer dan in Kampala, wat de gemiddelde
temperatuur tot tegen de 30 graden moet brengen
Aangekomen in onze
villa, wil ik me verfrissen. Ik reik naar de kraan en besef dat het
zo niet zal lukken. Ik schuif de tobbe met was opzij, giet de tobbe
met afwaswater leeg in het toilet, en giet een klein beetje water
vanuit een 20L-bidon in de kom. Niet te veel, want we proberen twee
dagen toe te komen met 60L. Ik plens wat water in mijn gezicht en
bedenk me: its a beautiful life!
Een toilet stinkt
zonder lopend of proper water, huishoudelijk werk duurt eens zo lang,
water uit de put is niet zandvrij, je wassen met een tobbe brengt
nauwelijks de nodige verfrissing na een dag zweten, koel water of
fruit ontbreekt omdat we het moeten doen zonder ijskast, Het
vooruitzicht nog drie weken te spenderen in Kayunga, is een lachertje
bij het leven dat de mensen hier moeten hebben, of bij de situatie
van de patiënten. We zagen al wat miserie in Mulago Hospital,
Kampala. En toch beloven de eerste dagen hier de ellende in de
hoofdstad minstens te evenaren. Confronterend en tegelijkertijd
ontzettend interessant. Wat het nog meer confronterend maakt, want
als toekomstig arts ben je logischerwijs mateloos geïnteresseerd
in ziektebeelden, zeker als ze uitgesproken zijn, maar als
toekomstige arts ben je hopelijk ook medelevend met de patiënten
achter de ziektebeelden. Mijn eerste stagedag op de OPD (outpatient
department, de polikliniek, tevens fungerend als spoedopname hier)
bracht me herpes ophtalmica (de patiënte kwam binnen met een
doek over haar rechter gezichtshelft, omdat die vol blazen stond en
haar oog was opgezwollen tot de grote van een tennisbal), een
partiële abortus (zich presenterend als een extra-uteriene
zwangerschap), cerebrale malaria (de patiënte kwam stuipend
binnen; in België zag ik in het hele stagejaar geen enkele
stuipende patiënt, in de drie maanden hier kan ik ze al niet
meer op twee handen tellen ), brandwonden in de derde graad,
cataract, Ziektebeelden waarvoor je in België geluk
moet hebben om ze te zien.
Om recht te hebben op
een VLIRbeurs, moet ik hier wat wetenschappelijk onderzoek doen. Ik
koos voor het onderwerp treatment/management of respiratory tract
infections: evidence based medicine or not? Op de OPD kwam
een jongen van zeven jaar binnen met respiratoire symptomen
(ademhalingsproblemen), dus noteerde ik al zijn gegevens. Het
patiëntje werd binnengebracht op de arm van zijn papa,
geagiteerd en zwaar en snel ademend. Bij elke ademhaling tekenden
zijn ribben zich duidelijk af, omdat hij de spieren tussenin ook
nodig had om voldoende lucht te kunnen happen. Hij babbelde
voortdurend op luide toon, alsof hij riep om lucht (vaak riep hij op
zijn mama). Niet verbazend dat de triage-verpleegster er een acute
astma-aanval van maakte. Het jongetje kreeg snel cortisone, maar
verbeterde nauwelijks. Tijdens de anamnese (ondervraging) bleek de
kortademigheid al vijf dagen te duren en samen te gaan met een
lelijke productieve hoest en koorts. En tijdens het klinisch
onderzoek hoorden we geen piepende ademhaling, maar uitgebreide
crepitaties (krakende longen). Besluit: bronchopneumonie (ernstige
longontsteking). De ernstige anemie (bloedarmoede) en hepatomegalie
(leververgroting) wezen volgens de clinical officer op malaria en
secundair congestief hartfalen. Opgelucht dat we snel met behoorlijke
zekerheid een diagnose konden stellen, startten we een antibioticum
op. Er werd een bloedtransfusie voorgeschreven (eerst zien en dan
geloven dat dat hier mogelijk is, maar goed ) en het jongetje werd
opgenomen. Ideale casus voor mijn onderzoek dus! Ik miste nog wat
details van de behandeling, dus ging de dag nadien langs op de
pediatrie-afdeling om het dossier in te zien. Ik miste een naam, maar
er was maar één zevenjarig jongetje opgenomen die dag.
Kon niet missen, hoewel hij was opgeschreven met malaria en
anemie als diagnose. Hij stierf s nachts Interessant, maar
confronterend dus
Waarom is dat jongetje
gestorven? Waarom moest dat jongetje sterven? Vanzelf ga je
vergelijken met de Belgische mogelijkheden in zo een situatie. We
beseffen maar amper welke kansen we krijgen, wat we daardoor kunnen
realiseren en waarvan we daardoor kunnen genieten! Ik weet het, het
is een cliché, maar je weet maar wat waardevol is, als je het
moet missen Vaak zijn het de kleine dingen: zuurstof voor
patiënten in ademnood, een douche, een wc mét bril, een
fiets of auto, elektriciteit zonder pannes, en niet in het minst:
familie en vrienden! ;-)
We nemen de dingen soms
te veel als vanzelfsprekend; een reisje naar Afrika is een goede
behandeling ;-)!
Alle clichés en
preken in zedenleer en moraliteit op een hoopje, de eerste week
Kayunga dompelde ons onder in het Ugandese leven, in de problemen van
Afrika, in de sociale isolatie (nog geen leeftijdsgenoten
tegengekomen ), maar ook in de unieke, pure, onschuldige,
onvermoeibare, Afrikaanse enthousiaste spirit die in Kampala soms
zoek was. Doet me (soms te hard) denken aan Malawi
Een leuke verademing
x Nantongo (ik dacht
dat ze in Kampala problemen hadden met Merel )
Radiologie, een welkome verademing op de (in)spanning van op sp
Beetje na
datum, maar veeeeeel te belangrijk om weg te laten ;-) : de dagen die
ik sleet in de machinerie, achter de lichtbakken, in het donker!
3 januari
vertrek uit België
4 januari
aankomst in Uganda
7 weken Kampala, Mulago Hospital: 3 weken spoed voor ons drieën, 2 weken pediatrie en 2 weken gynaecologie voor Anneleen en Sofie en
voor Vergauwen? Nèèèèh! Er moet iets zijn
dat me beter ligt Iets dat iets relevanters is voor mijn toekomst
(de link tussen radiologie en bevallende vrouwen is niet groot ;-)).
Ik
ontdekte de afdeling radiologie in Mulago Hospital (moest er niet
eens een kelder voor induiken!), ging met bang hart horen of ik daar
stage kon doen en sprong vervolgens een gat in de lucht: 4 weken
praktische training echografie, RX en zelfs CT in een tropische
setting! W-A-W! Het (vrouwelijke!) diensthoofd verschoot zich een
bult bij het zien van een muzungu: interesse in hun vak zijn ze niet
gewoon (ze smachten hier echt naar assistenten en overwegen de
overheid hierover aan te schrijven), en al helemaal niet van
buitenlandse studenten. Alleen maar voordelen voor mij: weinig
(Ugandeze) studenten die in mijn weg lopen ;-), assistenten die maar
graag ne keer nen babbel doen (wie zegt er dat radiologen asociaal
zijn???), radiologen die me uit eigen initiatief op sleeptouw nemen,
privéles fysica, etc. Ik had alle mogelijkheden van de wereld.
Het
tekort aan radiologen (zoals dokters in het algemeen) wordt
gecompenseerd door de radiographers. Zij volgden een driejarige
opleiding in medische beeldvorming en zijn bekwaam om de RX- en CT-
toestellen te bedienen en zelf echos te doen. Interpretatie van
RX- en CT-beelden blijft werk voor de radioloog. Steven, een
radiographer wist me te vertellen dat deze opleiding onlangs werd
gestart in België. Tot nu toe worden de toestellen door
verpleegkundigen bediend. Misschien zal dit veranderen in de
toekomst?! Hoe hij me dat wist te vertellen? I was in the
University Hospital of Ghent in October COME AGAIN??!! Ken je dan
prof. Verstraete (toch even testen, kan het niet geloven)? Yes,
yes, hes a great man! Wel, heb je ooit!
Alle
echografieën (ook de obstetrische; van de zwangere vrouwen)
gebeuren door radiographers, tenzij een gecompliceerd geval zich
presenteert. Maar dat deed me niets; de theoretische opleiding was
dan misschien niets bijzonders, praktisch leerde ik veel bij.
Abdominale echografie heb ik nog niet onder de knie, want het abdomen
bevindt zich meestal BOVEN de knie (mwoehaha, radiologie-humor; ok,
nee, ik geef het toe, gewoon slechte humor :-p). Nee, ik kan alleen
maar hopen dat ik in België zal merken dat mijn vaardigheden er
op vooruit gingen!
De
ziektebeelden op echografie verschilden niet erg van de Belgische
situatie, er waren zelfs verrassend veel abdominale echos normaal.
Een greep uit het tropische aanbod: een foetus met meer
ventrikel dan hersenweefsel (bipariëtale omtrek was niet te
meten, omdat de referentiepunten in de hersenen gewoon niet aanwezig
waren) en zonder romp tenzij de organen afzonderlijk (ondanks de
hartactiviteit was een miskraam niet ver af), gynaecologische
afwijkingen na verkrachting, De eerste zwangerschap die ik
zelfstandig vaststelde, was een aangename verrassing voor mij, maar
minder aangenaam voor de patiënte: ze had geen vermoeden gehad
en was de baby liever kwijt dan rijk Twee patiënten later:
de eerste levermassa die ik zelfstandig vaststelde, was een aangename
verrassing voor mij (ongelooflijk, ikke zelf gezien, terwijl de
radiographer het miste!), maar minder aangenaam voor de patiënt
omwille van vanzelfsprekende redenen (hoewel de kans op een
goedaardig hemangioom groot was, werd een biopsie gepland)
Bij
de bespreking van de CT-beelden trok ik steeds grote ogen! Minstens
de helft van de patiënten zijn slachtoffer van een
verkeersongeval, meestal met een boda (brommertaxi). Zeker een vierde
van deze patiënten waren kinderen. Zo was er een CT-scan van een
4 maanden oude baby, die uit de schoot van de moeder, op zijn hoofd
was gevallen, toen de boda die zij nam onderuit ging. Je mag je niet
inbeelden wat er nog overblijft van (de functies van) dat jonge kind
Vaak
zouden de patiënten beter een MR-scan krijgen, maar in Kampala
is er maar één MR-toestel. Dit staat in één
van de privéklinieken, wat een onderzoek heel duur maakt. Het
maakt bovendien gebruik van een magnetisch veld van ocharmekes 0.3 Tesla (beeldresolutie erbarmelijk)! Als je dan bedenkt dat er op
het UZGent alleen ruwweg vijf MR-toestellen staan, waarvan 2 3Teslas! En daar verbaasden de Ugandezen me weer: ze kennen de
principes van MR erg goed, ook al zagen ze misschien nog geen
MRtoestel in levende lijve, en organiseren zelfs
teaching-sessies over MR (inclusief the force is
strong-filmpjes!!!). Hopen voor de toekomst kunnen Afrikanen als
de beste. Zo geloven ze op de radiologie-afdeling van Mulago sterk
dat er binnen dit en vijf jaar wel een MR-toestel zal arriveren, van
de overheid Nu moet je weten dat het CT-toestel vier (!!) weken
heeft platgelegen, omdat het jaarlijks onderhoud/nazicht nog nooit
was doorgegaan en er vervolgens, na de break down, vele brieven en
telefoons tussen de technische firma, het ziekenhuis en het
ministerie van gezondheid moesten circuleren. Stel je voor: het
grootste verwijsziekenhuis van het land, dat draait op echo en RX als
beeldvorming! Alles kan in Afrika!
De
RXen toonden geen uitzonderlijke ziektebeelden: pneumonie, TB, of
een combinatie, pleuravochtuitstorting, cardiomegalie, etc. En toch
bezorgde ook dit onderdeel van de radiologie mij een
adrenaline-excitement-rush-thrill: in één van de
afdelingen maken ze nog gebruik van manuele ontwikkeling: een RX-je
maken in de donkere kamer en in de zon te drogen hangen! Zeer cool om
te zien van hoe ver we komen in de radiologie!
Al
bij al waren de weken radiologie een welkome verademing op de
(in)spanning van op spoedopname. De laatste weken zagen we daar een
gemiddelde van 2 doden per dag Als we geluk hadden, stierven ze
niet onder onze handen, enkel voor onze ogen. Dat geluk zat ons niet
altijd mee Een dode persoon zien liggen is één ding.
De laatste adem van een patiënte voelen op je hand, terwijl ze
een uur geleden nog rechtop zat te kijken naar de bedrijvigheid op de
afdeling, tot ze plots achteruitging en je het laatste half uur alles
in je mogelijkheden probeert om haar te redden, maar uiteindelijk
machteloos lijkt te staan en toch tegen alle beter weten in, denkt
dat ze nog te redden is, omdat je de situatie omwille van taal- en
cultuurbarrière minder goed kunt inschatten dat is iets
anders!
Ons eerste weekje in Kayunga is achter de rug, wat wil zeggen dat er opnieuw een weekend aankwam. Sofie en ik hebben samen Mabira Forest ontdekt, een van de grootste overblijvende stukken regenwoud in Oeganda. Het was een amusant en afwisselend weekend
Vertrekken vanuit Kayunga met openbaar vervoer naar Jinja, om daar dan over te stappen naar Mabira Forest bleek alvast geen sinecure. De taxis hebben hier het fantastische systeem om niet op een vast uur te vertrekken, maar onmiddellijk te vertrekken als ze vol zijn. Wij komen toe op taxipark, de taxi naar Jinja is helemaal leeg (er kunnen normaal gezien, zie verder, 14 mensen in een taxi) dus dan wordt dat systeem heel wat minder fantastisch. Dat heeft dan ook nog meer dan een uur geduurd voor dat busje helemaal vol zat en we konden vertrekken. Ondertussen zijn we geëntertaineddoor een stomdronken Kayungaër en een jongeman die ons de fotos van zijn traditionele besnijdenis onder ons ogen schoof (op jongvolwassen leeftijd wordt de voorhuid met een mes afgesneden, dit alles gebeurt zonder verdoving, de jongen wordt verondersteld geen kik te geven, nazorg bestaat enkel uit een drukverband, gehecht wordt er niet). Op weg naar Jinja werd ons busje gretig verder volgeladen als haringen in een ton, we zaten uiteindelijk met 20 in het busje, en jammer maar helaas een beetje verder politiecontrole. Politie omkopen lijkt hier niet echt een probleem te zijn, voor amper 3OOOUSh (1,20 ) mochten we weer verder rijden. Vlotjes de overstap kunnen maken in Jinja, om na 5 minuten weer uit het busje gezet te worden we verstonden er niks van, blijkbaar zaten we in busje dat met zo weinig mogelijk tussenstoppen naar Kampala rijdt en werden we verplaatst naar de lokale stoptrein.3 Uur na het verlaten van ons huis toegekomen op ons overnachtingsplaats in Mabira, in vogelvlucht is dit slechts 50 km Als avondeten eindelijk nog eens vlees, was ondertussen al 5 dagen geleden dat ik vlees gegeten had, en wie mij kent, weet dat dat geen evidentie is. Overnacht in het ecotourism centre in een banda in het midden van den bos, met de vele dierengeluidjes tot gevolg, hebben zelfs een muis door ons kamer zijn rennen, tof hé.
s Ochtends een 3h durende functionele wandeling door het bos, zijnde u in het zweet stappen om daarna als beloning in het zwembad van de Rainforest Lodge te kunnen springen, er bestaan slechtere dingen. En aangezien we in ons huis in Kayunga geen stromend water hebben en het meer dan 30 graden was, was dit een gigantisch welkome verfrissing. Was echt een idyllisch plekske, voor te overnachten telt ge hier meer dan 100e per persoon per nacht neer, komen zwemmen slechts 4, maar dat had ik er maar al te graag voorover.
De terugweg verliep wonderwel vlotjes, geen uur moeten wachten, maar wel weer als haringen in een ton, we hebben zelfs een nieuw record verbroken, met 22 man in een buske terug richting Kayunga.
Hoe ik het hier verder ervaar in the village? Elektriciteit valt hier niet ongeveer evenveel uit als in Kampala, het water gaan halen met 20 liter bidons is een goeie gratis work-out en mijn haar wassen in bassins lukt me wonderwel (wat niet wil zeggen da ik nie dubbel en dik genoten heb van de douche na het zwemmen) . Wat betreft het eten, nen mens leert hier creatief zijn aangezien het vlees hier niet echt te vertrouwen lijkt (na het slachten hangen ze dat enkele uren/dagen in de zon, zie foto reis), dus overleven we op heerlijke groentesoep, groentenomelet met gebakken patatjes, tomatenbrushettas Al een geluk dat ik vroeger stelselmatig toch groenten heb (moeten) leren eten hé, anders zou het hier dik afzien zijn (al ben ik hier wel de moeilijkste van de drie voor mijn eten, maar dat zal niemand verwonderen denk ik). Voor sommigen al te veel hoop krijgen, vegetariër zal ik toch nooit worden, dat staat vast ;)
Onze rural
rotation gaat door in Kayunga, een district een 50tal km ten noordoosten van
Kampala gelegen waar ongeveer 340 000 mensen wonen. Het is echter nog maar
enkele jaren een district op zichzelf, want het maakte vroeger deel uit van
district Mukono. Bijgevolg stelt de districthoofdstad nog niet zo heel veel
voor, bijvoorbeeld wel een bank maar geen bankautomaat om met VISA geld af te
halen, daarvoor moet ge een 40tal kilometer rijden. Verder heeft dit stadje wel
ongeveer alles wat een mens nodig heeft, een markt, enkele winkeltjes en een
internetcafé (is natuurlijk niet levensnoodzakelijk maar wel handig). Per dag
zou er in principe 3u stromend water zijn, maar voorlopig hebben we nog geen
glas water uit ons kraan gekregen. Dus is het beetje behelpen, met jerricans
sleuren naar de waterpomp, daar aangestuurd worden door de kinderen die zelf
voor hun gezin water komen halen maar helemaal onder de indruk zijn van de
blanken die dat ook doen, samen met de kindjes wachten tot het ons beurt is,
uiteindelijk voorgelaten worden, kindjes die met veel plezier het water voor
ons oppompen en dan sleuren met de bidons naar ons huis. Ja dit is toch een
nieuw karweitje dat wat tijd in beslag zal nemen. Ons wassen is ook helemaal
back to basic, met een bassin, we hebben wel een douche, maar ja, geen water in
de waterleiding.
We zitten
hier niet helemaal in de middle of Africa, maar toch al pakje meer dan in
Kampala.
Voorlopig
zijn we hier ook nog geen andere muzungus tegen gekomen.
Het
ziekenhuis zelf is gebouwd in 1972 door Idi Amin, de gevreesde dictator. Het
telt momenteel een 120tal bedden en een aantal outpatient clinics. Er zijn 4
wards (female, male, pediatrics en maternity). Er is een major operating
theater, minor operating theater en labour suite.
In de
outpatient clinics wordt ongeveer alle werk gedaan door nurses en clinical
officers (die hebben in een 3jarige opleiding zowat het essentiële van een
bepaalde discipline gezien, zo heb je bevoorbeeld orthopedic officers en
ophtalmologic officers). Er is een mooie en moderne outpatient HIV clinic,
dewelke pas gerenoveerd is en sterk gesponserd wordt door een organisatie uit
de states. Zo wordt in de dossier ook aangeduid of de mensen hun medicatie
krijgen via het governement programme of via . Het personeel is er heel
vriendelijk en er wordt ook gewerkt met vrijwilligers (vaak zelf HIVpatiënten)
die vooral administratieve ondersteuning bieden. Op de antenatal clinic gebeuren ook de
immunisaties, hier kan je dus vaccineren en verloskundige vaardigheden oefenen
aan de lopende band.
Er werkt
een 110tal mensen in het ziekenhuis, waarvan momenteel 3 dokters. Dit zouden er
in principe 7 moeten zijn, dus toch wel flink onderbemand. Dus met ons 3 als
bijna-dokters hebben we de medical staff zo toch ongeveer verdubbeld. De drie
dokters zijn dus op en top multifunctioneel, een sectio (keizersnede) en
openbuikoperatie voor darmobstructie behoren hier tot de basisvaardigheden
Het
personeel is hier heel hartelijk, je hebt hier veel meer het gevoel welkom te
zijn dan in het grote Mulago . Volgens onze eerste indruk is het hier relatief
goed georganiseerd en ondanks de beperkte middelen die ze hier hebben, denk ik
dat ik zelf liever hier in het ziekenhuis wordt opgenomen dan in Mulago
Hospital.
De
pathologie is hier vooral malaria, luchtweginfecties, malnutritie, diarree en
HIV-gerelateerd. De officiële prevelante van HIV/AIDS in Uganda is 6,4% (wat
wij denken dat wel eens een ferme onderschatting zou kunnen zijn), hier in Kayunga
hebben ze aan de hand van de vrouwen die antenatal clinic bezoeken een
prevalentie van 11% bekomen, maar als je weet dat 60% van de vrouwen hier thuis
bevalt met traditional birth attendants, zal een groot deel hiervan ook
antenatal clinic niet bezoeken, dus hoe betrouwbaar dit cijfer echt is???
Op vaste tijdstippen doen ze hier ook outreach. Dat wil zeggen dat een
deel van het personeel eropuit trekt naar de villages. Dit kan zijn voor health
education in de scholen, immunisation, follow up van HIV patiënten of voor de
opleiding van traditional birth attendants. Om kosten te besparen gaan ze hier
met het openbaar vervoer op outreach, dus dat wordt nog een plezante ervaring,
ik kijk er alvast naar uit.
Relaxen aan het paradijselijke Lake Bunyoni,
met minder paradijselijk vervoermiddel (lees slecht bestuurbare kanos) maar
fantastische overnachtingsplaatsen, geo-dome waarbij je vanuit je bed de
zonsopgang over het meer kan zien of de sterrenhemels avonds, dat is wat ze
noemen room with a view.
Lake Mburo National Park, waar we een 50tal
zebras gespot hebben en crane birds, nationaal symbool van Oeganda.
Om af te sluiten
enkele typische straatbeelden van tijdens ons reis
Oeganda is
een prachtig land om te reizen, we hebben dan ook ten volle genoten van ons
weekje verlof, beetje afgezonderd van het normaal dagdaaglijks leven.
Bij ons
aankomst in Kampala vernomen dat zich hier een lokaal drama heeft afgespeeld,
de grootste markt van Kampala, Owino, is afgebrand, gelukkig vroeg op de
ochtend en niet overdag. Ik heb er zelf in rondgelopen enkele weken geleden en
had er toen al een heel claustrofobisch gevoel bij. Als op zo een moment brand
en paniek zou uitbreken In de krant echter geen berichten gevonden van doden
en gewonden maar het is zeker en vast een gigantische menselijk drama. Veel van
de marktkramers hebben al hun koopwaar (lees kapitaal waarvoor ze dikwijls
leningen zijn moeten aangaan) in vlammen zien opgaan. De brandweer heeft er
meer dan 45 minuten over gedaan om er te geraken, terwijl de brandweerkazerne
amper 3km van de markt verwijderd ligt
Een dagje
later dan gepland vertrekken we naar Kayunga, voor ons 4 weken durende rural
rotation, ons huis waar we gaan verblijven is immers nog niet klaar, dus dat
beloofd. Dus hebben we nu nog ffkes de tijd gevonden om alvast een foto
verslagje van ons heerlijk weekje verlof met rondreis door zuid-west Oeganda te
posten. Een geschreven verslagje volgt hoogstwaarschijnlijk, hoe snel zal mee
afhankelijk zijn van onze internet-opties in Kayunga.
Chimp
Tracking in KibaleNational
Park
Crater Lake Region rond Fort Portal, een van
de regios met het meeste vulkanisch kratermeren (of op zijn
Zaffelaars-Jiriaans: soeptaloren) ter wereld (toch volgens onze bijbel, Bradt
Uganda)
In Queen Elisabeth National Park op zoek naar
de leeuwen, jammergenoeg niet gevonden, maar wel mooie andere beesten en
prachtige views.
We zijn ondertussen al aan de helft van ons 12 weken in het pra
We zijn ondertussen al aan
de helft van ons 12 weken in het prachtige Oeganda. De tijd vliegt
hier
Korte berichtjes
Zoals jullie
kunnen lezen hebben, was het raften echt de max!!
Ondertussen in
Kampala bezoek gehad van mijn ouders, hen eens kort rondgeleid in
het drukke Kampala en het drukke Mulago (met een beetje moeite samen
toch een snelle rondleiding in het labo gekregen), samen gezwommen
en lekker gegeten en met veel plezier de chocolade, speculaas,
humos, de bloeddrukmeter en de mooie fotos van Auke Marie in
ontvangst genomen. Zij zijn ondertussen al een weekje aan het
rondreizen in Oeganda en ze vinden het fantastisch, hebben ze met
net aan de telefoon verteld. Morgen vertrekken ze richting Rwanda
voor hun gorilla trekking, wat waarschijnlijk een van de
hoogtepunten van hun reis wordt.
Vorige week zijn we
gestart op pediatrie. Hier toch wel minder schokkerende ervaringen
dan op verloskunde. Volgens wat we op voorhand hadden doorgekregen
van de univ van Gent, gingen we ook ingeschakeld worden in het
begeleiden van Problem Based Learning (lees tutuorials) maar
aangezien hun beleid hier blijkbaar veranderd is, moeten we dat niet
meer doen. Maar nu we op pediatrie staan en de studenten ook weer van
de partij zijn, proberen we ongeveer het programma van de laatste
jaars studenten te volgen en zo ook PBL mee
te maken in Oeganda. De eerste tuturial en expert session werden
afgelast resp. omwille van geen patiënt meer aanwezig met
ziektebeeld dat onderwerp is van de dag en expert die nog op verlof
is. De ground round waarvan we dachten dat het over pediatrie ging,
bleek uiteindelijk over Parkinson te gaan Dat leek alvast niet
veel goeds te beloven voor de rest van de week maar de tweede sessie
van de tutorial die op het programma stond was best interessant,
onderwerp cerebral palsy.
Op pediatrie wordt
eigenlijk vooral veel getourd en niet altijd even efficiënt. Met
20 man (een 5tal assistenten, 10tal studenten geneeskunde, en liefst
ook nog de studenten verpleegkunde) tegelijk een patiënt zien,
waarbij de persoon die het verhaal kent dan nog super stil spreekt,
is allesbehalve ideaal. Soms neemt een van assistenten wel de tijd om
een patiënt uitgebreider met de studenten te bespreken, en dat
is dan natuurlijk wel interessant. Zo ontdekken we hier af en toe
ziektebeelden waar ik in België nog nooit van gehoord heb,
veelal HIV gerelateerd.
Elke zaal van
pediatrie is om de 4 dagen van wacht, en staat dan in voor alle
opnames en de dag erna voor alle procedures (lumbaal puncties,
venepuncties, infusen plaatsen enzoverder). Dus daar gaan we ons ook
nog wat verder in kunnen oefenen de volgende week,
bloed prikken met spuit en naald bij de kleintjes van een jaar is
alvast al gelukt, iets wat ik in België toch nog niet zoveel heb
kunnen oefenen.
Tijdens het weekend
zijn Sofie en ik Annelies en Karel gaan bezoeken op de Sese Eilanden.
Als je eraan komt na een drie uur durende
boottrip op de ferry, waan je je even in het paradijs.
Annelies en Karel
zijn voor ongeveer negen maanden in Oeganda voor vrijwilligerswerk,
hebben eerst een paar maanden in Mukono (op het vaste land) gezeten,
maar verblijven nu bij een Belg die een opvangtehuis heeft, waarbij
de doelgroep vnl jonge slachtoffers van sexueel misbruik zijn. Op de
Sese eilanden tellen immers enige andere normen dan op het vasteland.
De mannen leven van de visvangst en reizen de scholen met vis
achterna. Hierdoor komen ze bijna elke avond in een ander dorp (lees
bij een andere vrouw) terecht. De HIV prevalentie wordt hierdoor
tussen 70 en 80% geschat op de Sese Eilanden. Ook prostitutie is een
probleem, vrouwen die zich prostitueren om geld te hebben voor het
onderhoud van hun gezin, maar ook kinderen die zich prostitueren voor
eten op school. Een paradijs met een schaduwkantje dus
Samen met een van de
meisjes groenten kopen op markt in Kalangala
Zonsopgang vanop het
terras van het opvangtehuis
Zondagavond nog naar
een optreden van Ndere Troupe geweest, een
groep met traditionele Oegandese muziek en dansen. Ze zijn zelfs
internationaal gekend (ze zouden al in België geweest zijn). Was
echt prachtig.
Volgende week is onze
laatste week in Mulago, een laatste weekje pediatrie. Dan wacht ons
een toch wel welverdiend weekje vakantie om de batterijen weer
helemaal op te laden voor onze laatste vier weken, rural rotation in
Kayunga.
Iâd rather be scared to death than bored to death!
Id rather be scared to death than bored to death! ( zelfs Miss Vergauwen?)
Geen dag gaat hier voorbij voor we onze bijbel raadplegen: dé Uganda-reisgids, den Bradt. Op de derde bladzijde staan de dont miss-es: - MurchisonFalls 43 metres high: covered that! Dat was het weekend dat we ontdekten waarom nijlpaarden zo noemen. Ze stonden op de oevers en in het water gelijk er haren staan op mijn armen! (Wisten jullie dat die dieren niet zwemmen? Ze LOPEN onder het water! Ziede ze al gaan, zo volledig onder water, over de bodem? )
- Tree-climbing lion Ishasha Plains: we vragen ons af of die leeuw op zichzelf heeft leren klimmen en of hij die kunst ook nog zou beheersen als hij verhuisd. Helaas kunnen we dit niet gaan uitzoeken! Het national park is te dicht bij de grens met Congo, en wordt afgeraden als toeristische bestemming.
- Mountain-gorilla tracking Bwindi: schijnt mega-cool te zijn, helaas krijgen wij het te warm bij het zien van het prijskaartje: 500 USD Voor dat geld doet Anneleen van de zomer een tent tracking in Tsjechië, ik een party tracking in een all-in-formule en Sofie een beer tracking in Canada!
- Mwamba Crater lake near Fort Portal: het startpunt van onze week verlof, we tellen af: nog 12 keer slapen.
En last, but certainly NOT least: White-water rafting Bujagali Falls
30 km raften op s werelds langste rivier: elke muzungu in Uganda zoekt vriendjes om de uitdaging samen aan te gaan of heeft het al overleefd. Zo verging het ook deze drie muzungus. Concept? Om te beginnen: het gaat over een spannend uitstapje in een boot op het water je laat je trip dus vooral NIET organiseren door een zekere West-Vlaming. Zo kom je niet voor verrassingen te staan, in de vorm van een verdacht faissillement ;-). Adrift, één van de grootste rafting-companies in Uganda was alive and kicking en beloofde ons een mega-kick onder het motto Id rather be scared to death than bored to death.
Waar zat ik met mijn gedachten, toen ik tegen Sofie en Anneleen zei dat ik meeging, want allez, ik kan toch niet naar huis gaan en zeggen dat ik als enige niet ging raften op de Nijl, omdat ik schrik had??? Hier waren geen (mobilhome-)venstertjes om me een halve dag psychologisch achter voor te bereiden!!! Ik moest het doen met een Baclofen-eke en een extra motiliumke! Een preventief Imodiumke maakte het rijtje af, nu kon ik alleen nog angst ZWETEN!
Aquacities in Kreta (of Rhodos, Lander! ;-)) zijn er NIETS tegen!!!!
Zaterdag, 7 februari 2009, de dag dat ik mijn leven waagde op de Nijl! Of toch twee stukjes vel van mijn rechtervoet ;-).
Anneleen en ik kozen voor de mild-versie, Sofie liet zich niet kennen en ging all the way in de wild-versie. Wat wil dit zeggen? Beide groepen raften hetzelfde stuk White Nile (de bron van de Nijl die uit Lake Victoria vertrekt, nu vooral gekend als Victoria Nile; een tweede bron, de Blue Nile, vertrekt uit Lake Tana in Ethiopië), met rapids tot graad 5. De mild groep doet moeite om er zonder kleerscheuren uit te komen, de wild groep doet moeite om overkop (flip) te gaan. Voor de rafting-bluekes: graad 5 is een pissen-in-je-broek-van-schrik versnelling! Het maximum van stroomversnellingen (een wereldwijde maatstaf) is graad 6, wat niet wordt geraft met grote boten, enkel met kajaks.
Met 1 mild boot en 4 wild boten startten we met een korte initiatie: instructies leren (probleem: ik ben nooit mee), moves leren (probleem: ik ben de handigste thuis hum), oefen-flip (probleem: ik KIJK graag naar water, thats it). (Waar zat ik met mijn gedachten?)
Met reddingsvest en helm voel je je gelukkig een stuk veiliger! In elke boot zaten zon 8 mensen en 1 gids. Op de rustige Ourthe/Lesse-stukjes peddelden we allemaal. Bij het naderen van een rapid, kregen we echter instructies en die eindigden steeds met get down: het moment dat iedereen behalve de gids gehurkt in de boot moest duiken. Op zijn eentje leidde die gids de boot dan door het watergeweld. Moet ik een anatomisch tekeningetje maken als illustratie bij de gidsen ;-)?! Twee blonde surfgoden (ik ken er eentje die ZOT zou worden ;-)!) en een stukje afgetrainde zwarte natuur, een Olympisch kajak-kampioen. Die laatste keek me vragend aan (van achter zijn Johnny-zonnebrilleke!), toen ik de eerste vijf minuten in zijn boot mijn ogen niet van hem kon afhouden Im sorry, Im just looking at your muscles waw Im a medical student, of course its purely from a research point of view! ;-). Ja man, deltoideus, trapezius, biceps, triceps, oppervlakte-anatomie-practicum op de Nijl! (Daar zat ik met mijn gedachten :-p!)
De 5 rafts met 5 gidsen werden begeleid door zon 10 kajaks (analoog atleten die ons heel de dag begeleidden en uit het niets verschenen als wij in het niets verdwenen), 1 safetyboot (gaf de garantie nooooit overkop te gaan) en een rastafari-cameraman (Yezzz beejbie, we got it all on tape!).
Kunnen jullie geloven dat ik me niet zo goed meer herinner hoeveel rapids we deden in de voormiddag? Ze waren in elk geval niet allemaal graad 5 natuurlijk. De graad 3s waren goed te doen, die zou ik nu terug kunnen doen, zonder schrik. Graad 4 en 5 blijven tricky (Waar zat ik met mijn gedachten?) Gelukkig waren we niet voor niets de chickens van de bende: onze gids slaagde erin ons zonder duik naar het lunch-eiland te brengen. Sofie maakte een ochtendduik en was daar gelukkig mee (waar zit ze met haar gedachten?).
In de namiddag moesten Anneleen en ik noodgedwongen aansluiten bij een wild groep, omdat de rest van onze boot maar een halve dag meeging. Alles liep goed: onze gids hield rekening met de twee mietjes in zijn boot (ruwe bolster, ), de rapids werden afgewisseld met lange stukken rustig water en dus gelegenheid om te zwemmen en te genieten van het op de Nijl zijn. Op één groene mamba, de grootste gifslang in Afrika, geen nijlpaarden of krokodillen in dit deel van de Nijl, omdat de oevers te steil zijn en de stroming te snel. Alles liep goed tot de Itanda. Deze laatste versnelling heeft drie delen. Het eerste deel is het rustige deel, geen vuiltje aan de lucht, geen whirlpool in het water. Een tweede deel van deze versnelling wordt the bad place genoemd. Als je hierin terecht komt, met of zonder boot, zit je in de washing machine. Omdat twee even sterke stromingen elkaar hier ontmoeten geraak je er niet (snel) weg. Het laatste deel ligt tussen de twee en wordt fifty-fifty genoemd, wat je kansen weergeeft. Omdat we geen volledige mietjes zijn, en niet kozen voor Ourthe-rafting (en ik geef toe, omdat ik niet mee was), mikte onze boot op het fifty-fifty-deel, met de intentie niet te proberen te flippen. Als ENIGE boot deden we dat natuurlijk WEL. A ja Ik belandde onder de omgeslagen boot en was daar blij om: ik had GEEN GEDACHT van waar ik was, waar de boot was, wat er aan het gebeuren was, maar ik had tenminste zekerheid van lucht! Anneleen belandde, hoorde ik (en zijzelf) achteraf, OP de gids dont panic, dont panic, youll be ok. Van de schrik bekomen, onder de boot uitgekomen, besefte ik na 10 minuten: KICKEN!!!!
Een mooie afsluiter van een dagje doodsangsten! Vreemd genoeg, zou ik het bijna opnieuw doen, OMDAT we flipten op de laatste rapid.
Na enkele slokken Nile Special rechtstreeks uit de gelijknamige rivier, genoten we van een welverdiende Nile Special, de variant die iets meer alcohol en gluten bevat.
(Omdat onze cameras minder onderwater-eigenschappen hebben dan wijzelf, hebben we helaas geen fotografische bewijzen van dit wicked uitstapje. Maar Hold on and prepare voor onze eerste sweet stapjes in de wereld van de actiefilm! Speciale laatavond vertoning on request, wanneer we terug zijn! Wha noooot!!!?!)
Weggerukt van het thuisfront en neergepland in een vreemd land in een ander continent. Een avontuur van onverwachte grootte, maar ook de kleintjes tellen! Een relaas van de onbenulligheden die het leven hier spijsen en doen smaken naar meer.
De graduation party tijdens ons eerste weekend heeft ons Ugandees sociaal leven op de rails gezet. Als we durfden glimlachen naar iemand, kwam die goeiedag zeggen en onze contacts vragen. No way dat je ervan af geraakte met het geven van je e-mailadres. Het aantal telefoonnummers dat we daar noodgedwongen verzamelden, brengt ons ongetwijfeld drie maanden verder.
Ugandezen zijn dol op bellen: Hi! How are u? How is the day? Bye! Meer moet dat niet zijn voor hen, maar o wee als je niet opneemt (werkuren, nachtelijke uren, etc) of één (!!) dag niet laat weten dat het fine met je gaat. Af en toe worden we hier dus gek van die trillende ofsjirpende gsm. We zijn steeds opgelucht, als het een +32 nummer blijkt te zijn. Ondanks de slechte internationale lijnen soms, zijn jullie beter verstaanbaar dan het gemompeld Ugandees Engels. We moeten hen meer dan eens vragen hun dringende boodschappen te smsen: Merel hi how is your life? Say hi 2 sofie and annlynee. Good night dia (dat laatste woord is hun variant van dear).
Anneleen is hier Annlien of Annlynee, ik ben hier Mirro of iets anders onverstaanbaars. Wat de Ugandezen allemaal doen met hun orale structuren om onze namen te proberen uit te spreken Grappig om te zien!
Eén van de dokters op spoed vond de oplossing en gaf ons Ugandeze namen. Anneleen heet Akelo, Sofie Nakimuli en ik Nantongo. Deze Ugandeze namen verraden van welke clan we afkomstig zijn. De traditie wil dat iedere stam zich verbindt met een dier, om de band tussen mens en zijn medebewoners op deze planeet te versterken en om respect te tonen voor het dierenrijk. Het dier waaraan je stam is verbonden, mag je niet eten of zelfs maar aanraken. Anneleen haar naam verraadt dat ze van het noorden van Uganda komt, maar meer weten we er nog niet van. Sofie haar naam betekent flower en na een telefoonketting doorheen ongetwijfeld heel Uganda weten we nog niet van welke stam zij afkomstig is. Nantongo, mijn naam, komt van de monkey clan. Zou het daarom komen dat ik door het dak ga van excitement, als ik hier aapjes zie? Geen aap op de menu voor mij in elk geval.
Op de graduation party leerden we vooral de familie van Robert (de graduatee) kennen: sister Joweria (die beste vriendin die Sofie kidnapte), brothers Kevin en Ronald en Auntie Dora. Na vijf keer vragen, checken en bevestigen, zijn we nu redelijk zeker over de échte familiale banden: Joweria en Ronald zijn de biologische zus en broer, Kevin is in werkelijkheid de neef en auntie Dora de mama. Zoals één feestje leidt tot 100-den telefoonnummers, 10-tallen aanvragen tot gesponsorde reizen naar België en enkele liefdesverklaringen, leidt het ook tot zeven andere uitnodigingen. Zo werden we de week daarop verwacht bij Joweria thuis. Op zich niet noemenswaardig, ware het niet dat dit ons eerste rit naar de buitenwijken van Kampala was. We kregen een beeld van de remote-ness en bijhorende staat van wegen drie bulten op ons hoofd en twee blauwe plekken op onze knieën (beenruimte? Niet nodig, Ugandezen zijn gemiddeld 5cm korter dan wij en dat zit em in de benen!) verder beslisten we de volgende keer een sportbeha te dragen!
Volgende weekend: uitnodiging voor de tweede graduation party. Niet die van Ramullah uiteindelijk. Martin, een vriend van Jowerias familie, nodigde ons uit op de graduation party van zijn tante. Hij zou MC zijn. Omdat het onderwijs, en vooral dan het hoger onderwijs, hier niet zo toegankelijk is als in de ontwikkelde wereld, is een familie uiterst trots op het afstuderen van één van zijn telgen. Het bijhorende feest is een hele belevenis en organisatie. Een MC is dus, naast de DJ, onontbeerlijk. Met veel bravoure worden gasten naar hun plaats onder de tuintent geleid, worden alle speciale gasten aangekondigd (waarronder de drie muzungus natuurlijk, tot onze grote schaamte, want we kenden de graduatee niet eens!), wordt het programma van de avond overlopen en wordt uiteindelijk de entree van de graduatee bijgeluisterd met het nodige tja, gezwets. Die graduatee zetelt heel de avond, geflankeerd door haar dichte familie aan de hoofdtafel en wordt bijtijds de hemel ingeprezen. Eigenlijk in veel opzichten te vergelijken met een huwelijk.
Na de nodige speeches en traditionele cake-uitdeling (elke gast krijgt van de graduatee zelf een stukje cake aangeboden) krijgt iedereen de kans zijn cadeautje met veel animo te presenteren. Omdat we de graduatee niet kende, was het een hele onderneming om iets geschikts te vinden. Wat zijn de gewoontes in Uganda? Man of vrouw (dat was in het begin niet eens duidelijk)? Alcohol? Of zou het een moslim(a) zijn? Op het eerste feestje hadden we een beroep kunnen doen aan de alles-bevattende bagage van Anneleen. Noem eender wat, Anneleen heeft het bij: punaises, rekkertjes, ducktape, paraplu, en zo ook een zakje nougat. Iets typisch Belgisch We vroegen iedereen om hulp, maar de Ugandeze bescheidenheid en dankbaarheid belet hen om rechtuit te spreken: Anything is good enough. Any gift comes from the heart!
We namen een zakje chocolade mee voor de graduatee en een halsketting voor de verjaardag van auntie Dora (ons initiële plan waren twee feestjes, maar dat laatste werd uitgesteld). Eens bij Joweria (die zou ons meenemen), kregen we de echte waarheid te horen, uit de onbezonnen jeugdige mond (Joweria is 18j en een typisch energiek madammeke; zo schepte ze verrassend veel plezier in het ons uit de doeken doen van de intriges van haar favoriete soap; my type of girl ;-)). Een typisch, zeer passend cadeau voor een graduation party, is een inspirerend boek of een kader waarin een tekst zit. Snoep? Nee, snoep is beter voor een verjaardag! (Ons zakje nougat de eerste keer: A ja!) Waarom? Omdat Ugandezen veel waarde hechten aan gebruiksvoorwerpen (zoals keukengerief: tassen, borden, ), maar je verjaart elk jaar, dus na een aantal jaar heb je alles en geef je beter iets vluchtigs als snoep. En zo kan de jarige zich ook even weer kind wanen. Maar je moet zowiezo oppassen met snoep geven, wist Joweria ons ook nog te vertellen. Als je snoep geeft, zeker aan iemand van het andere geslacht, wordt dat als iets heel emotioneels gezien: vooral mannen kopen vrouwen snoep als ze ze iets willen duidelijk maken A ja Zou het daarom zijn dat Robert (en al zijn brothers) sindsdien wel heel lieve berichtjes stuurt ;-)?
Goed, even cadeautjes wisselen voor deze keer: de chocolade voor Auntie Dora en, bij gebrek aan een inspirerend boek, een inspirerende halsketting voor de graduatee van de dag.
Helaas was daarmee de kous nog niet af. Om ons zielige cadeautje ook nog eens goed in het licht te zetten, misten we the window waarin je het cadeautje afgeeft. Als muzungu loop je behoorlijk in de kijker op zon feestje. Dat mindert niet als de MC je bij aanvang afroept en vraagt om je even recht te stellen voor een verwelkomend applaus. Toen bleek dat even later de cadeautjes met wel een heel typische animo (lees: met gedans, gezang en geklap) werden afgegeven, voelde geen van ons zich geroepen om het feestgedruis vooraan te vervoegen Maar we hadden zoveel moeite gedaan voor ons cadeautje Voor we het wisten, was het te laat en werden de laatste cadeautjes afgegeven. Nu zou iedereen opmerken dat die muzungus niet naar voor gingen om iets af te geven, maar nadien wel zouden genieten van het overvloedige eten. Joweria keek ons ongelovig aan, begreep ons langs geen kanten (waarom gingen we nu niet? We hadden toch een cadeautje?) en bestierf het van het lachen om onze aangedane gezichten Wat nu? De MC werd geconsulteerd, maar zijn oplossing vonden we niet perse de beste: Ill anounce you on the mike! In real muzungu-style, stiekem, in alle eenvoud, bescheiden, hoe je het ook noemt, wisten Anneleen en Sofie ons pakje te bezorgen tijdens het opdienen van het eten, terwijl ik het me gemakkelijk maakte op de luxueuze privé-wc van de familie (die we nog steeds niet kenden, vraag ons ook niet welke studie de graduatee juist afsloot!), in plaats van de wcs voor de gasten (buiten) te gebruiken. Kwas ni mee, he
Geen van allemaal waren we mee toen we het zwembad van Makerere University passeerden en we informeerden naar de faciliteiten. We zagen badmutsen liggen, die werden duidelijk verhuurd, maar toch bleek het niet verplicht voor ons Hu? Waarom zou iemand, in godsnaam, zon condoom op zijn kop zetten, als het niet verplicht werd? YOU dont need to wear it, because your hair is real! Aaaaah! . Het is dus maar als er gevaar is dat je nepvlechten een eigen leven gaan leven bij het ter water gaan, dat een badmuts nodig is!
Of we vaak nood zullen hebben aan een frisse duik, is maar af te wachten. Het regenseizoen start hier normaal gezien pas in de loop van maart. De voorbije weken heeft het echter gemiddeld om de 2 dagen geregend! De buien zijn hier meestal te vergelijken met de Belgische. Met enkele verschillen: het maakt hier niet veel uit dat je nat wordt, je droogt snel genoeg weer op, de verfrissing die zon buitje brengt is vaak meer dan welkom, vooral s nachts en tenslotte: het leven stopt hier als het regent! Iedereen gaat schuilen en wacht geduldig af tot het weer droog is. Voor een bui van een kwartier is dat niet erg, maar ze schuwen niet te wachten tijdens een bui die duidelijk tot een uur kan duren. Stress? Iemand?
Deze week kregen we voor het eerst een idee over een echte tropische regenbui. Zelfs op de afdeling radiologie (geen kelder, maar het scheelt niet veel mmmhhh ) voelde ik het onweer naderen: de lucht werd vochtig, het werd donker (correctie: nog donkerder) in het echografie-lokaal en een vaag gevoel van naderend onweer bekroop me. Na een half uur barstte de hel los: begeleid door een ver gedonder, hagelden regendruppels tot een deciliter groot (mag ik een beetje overdrijven?) neer, in een gordijn dat het zicht beperkte tot zon 50 m. Drie seconden zonder dak boven je hoofd en je bent doorweekt! Spectaculair om te zien! En je begrijpt terstonds waarom de verschillende gebouwen van het ziekenhuis verbonden zijn met OVERDEKTE paden.
Krijgen we geen TB van de patiënten, allergie-aanval van de graspollen (antihistaminica, nee dat moet niet mee als het in België winter is, he! ), stoflong van de straten of COPD van de Kampala-verkeerssmog, dan kunnen we nog altijd content zijn met een ordinaire verkoudheid. Een taxichauffeur wist ons goede raad te geven: Oh, Sofie, Im sorry about your fRu. You should eat a lot of fLutes. HU? Vele Ugandezen verwisselen de R en L wel eens, waardoor deze man ons aanraadde om blokfluiten te eten om van onze froefroe af te geraken.
Na een
spannende week op verloskunde was wat ontspanning in het weekend was dus meer
dan welkom. We hadden een trip gepland naar Murchison Falls, een nationaal park
in het noordwesten. Zaterdag wel heel vroeg moeten vertrekken voor een rit in
een minibusje vaneen uur of 6. Onderweg
leerden we onze medemuzungupassagiers kennen: Astrid, een Belgische, Greg,
Chris en Ann uit de UK, Fabian uit Duitsland en Daniel uit Australie. Met
Astrid klikte het meteen en het was wel leuk om nog eens wat normale
reizigerscontacten te hebben. Onderweg waren er wegenwerken waardoor we
gedurende 10 km
over speedbumps (elke 10m!) gehobbeld zijn. De laatste 2 uur was er geen
asfalt meer en was het dus ook wat avontuurlijker. Op sommige stukken kon er
maar heel traag gereden worden en dan moesten de raampjes dicht omdat we anders
aangevallen werden door TseeTsee-vliegen die aangetrokken werden door onze
gezamelijke zweetgeuren tsja over smaken en geuren valt niet te twisten J. Massas repellent en zonnecreme smeren was
dus de boodschap. Tijdens de laatste kilometers van de rit spotten we de eerste
bavianen en ree-achtigen. Slapen deden we in een safaritent waar bedden in
stonden.
Zondagochtend
weer vroeg uit de veren: we vertrokken al vroeg in de ochtend voor een game
drive (Met de jeep door safari LOL, mopje voor Lore en Riet). En daar waren
ze dan: de eerste giraf, veel buffels, waterbucks, oribis, hartebeesten,
antilopen, ugandan cob, warthogs (wetenschappelijke naam: pumba uit de Lion
King) vogels, en toen nog een kudde olifanten die de weg overstak..
mooimooimooi.
In de
namiddag zijn we met een bootje (groot genoeg om veilig te zijn, mama
panikeerde al even J ) de Nijl opgevaren en hebben we
massas nijlpaarden gezien, ook heel wat krokodillen, olifanten van kortbij,
veel vogels (kingfisher, bee-eater, fish eagle,..), nog buffels en uiteindelijk
natuurlijk ook de watervallen van Murchison falls. Héél leuk en prachtige
omgeving.
s Avonds
redelijk vroeg in bed gekropen wegens uitputting. Maandagochtend (ja, we hadden
een dagje verlof versierd) stond er een nog een wandeling naar de top van de
watervallen op het programma die ook meer dan de moeite was.
Het weekend
was dus veel te snel voorbij maar echt de moeite waard. Ik heb al zin in onze
week verlof waar we nog meer natuurschoon (waaronder Queen Elisabeth NP, Lake
Bunyoni en. Koen J )zullen zien.
Volgend
weekend gaan we raften op de Nijl, maar het zal toch zonder Annelies en Karel
zijn want die werden de afgelopen week spijtig genoeg geveld door malaria..
ja.. geen profylaxe willen nemen hè
Een bewogen weekje op stage dat vraagt om een nieuw verslagje.
Sofie en ikzelf hebben ons kennis gemaakt met de wereld van de verloskunde in Oeganda. Aangezien het maandag een public holiday was, hebben we twee dagen op de low risk obstetrics gestaan en twee dagen op de high risk obstetrics.
Hier krijgt ge de kans om veel vaginale touchers te doen, wel op voorwaarde dat ge uw eigen handschoenen meehebt en ook onze eerste zelfstandige bevallingen hebben we gedaan.
Apetrots op ons eerste kindjes die we op de wereld gezet hebben
De vroedvrouw en vroedvrouw stagiairs die er mede voor gezocht hebben dat we dat konden.
Niet altijd op het meest ideale moment, maar allé. Op de labour ward waar ik stond, was de vroedvrouw al meer dan een uur spoorloos, en plots zag ik het hoofdje al zitten. Handschoenen aangedaan, kindje er vlot uitgehaald en op buik van mama gelegd. In het kindje zat niet al te veel reactie, dus dan toch maar een luid Can somebody help me geroepen. Niet dat er dan iemand kwam hoor. Achteraf heeft wel iemand tegen Sofie gezegd, zou het kunnen dat ik iemand om hulp heb horen roepen. Ondertussen zelf kindje goed gestimuleerd, en het begon dan wel goed te wenen en ook de tonus verbeterde, opluchting.
Enkele uren later, ging ik een kindje gaan wegen dat Sofie kundig op de wereld had gezet, lag daar naast de weegschaal een slappe zuigeling, helemaal alleen. Dacht eerst dat het gestorven was, maar bij auscultatie toch nog een zwakke hartslag gehoord. Dan nogmaar eens om hulp gevraagd, een vroedvrouw is dan uiteindelijk op haar doodse gemakske toch een kijkje komen nemen. Ze heeft hem ffkes beademend en hartmassage gegeven, maar na 2 minuten ging ze gewoon terug weg. Dan maar op zoek naar een andere vroedvrouw, die wist me te vertellen dat ze al 20 minuten geprobeerd hadden met haar te beademenen. Ondertussen kindje terug gaan brengen bij de mama, en als ik terugkwam was het kindje weg van de reanimatietafel. Waar het naartoe gegaan is, ik zou het niet weten
Plaats voor opvang van de pasgeborene op low risk labour ward, sinds vorig jaar hebben ze er een nieuwe weegschaal (helemaal rechts), gekregen van de ouders van een Belgische vroedvrouw stagiair.
Zoals ge waarschijnlijk wel al doorhebt is verloskunde hier en in België is toch wel een een wereld van verschil. De verschillen zijn enorm en eigenlijk teveel om op te noemen, maar zal toch een poging ondernemen.
- In België wordt een vrouw in arbeid continu gemonitored met het CTG en om het uur getoucheerd om de vooruitgang van de arbeid te kunnen volgen. Hier wordt in principe om het halfuur met een foetoscoop (een soort hoorn) naar de harttonen geluisterd en om de vier uur getoucheerd.
- De vliezen worden hier niet gebroken met een daarvoor bestemd instrument maar met een kapotte ampulle.
- Navelklemmen zijn hier niet, ge gebruikt gewoon het randje van uw tweede paar steriele handschoenen dat ge draagt.
- De zwangeren nauwelijks aangemoedigd om te persen, maar wel uitgekafferd en zelfs eenmalig gezien dat ze iemand slaan, als ze niet hard genoeg persen.
- In België begint ge normaal te persen als ge 10 cm ontsluiting hebt, en vanaf dat moment hebt ge meestal een gynaecoloog en vroedvrouw (en dikwijls nog één student) die u aanmoedigen, hier begint de begeleiding eigenlijk maar als het hoofd al zichtbaar is.
- Een episiotomie (de knip) zetten ze hier altijd zonder verdoving, voor het hechten hangt het een beetje af van de bereidwilligheid van de vroedvrouw en de beschikbaarheid van lidocaïne of ge al dan niet lokale verdoving krijgt. Een vrouw jammert als ze gehecht wordt zonder verdoving is hier uncoopperative en dan wordt ermee gedreigd dat ze wel weg zullen gaan.
- Elke vrouw brengt haar eigen gerief mee als ze binnenkomt, twee plastieken een om op te liggen tijdens de bevalling en een propere voor erna, twee doeken om de baby in te wikkelen, een rol watten en vier paar handschoenen. Het is best om te zorgen dat ge uw gerief bij hebt, want de vroedvrouwen willen anders niets doen.
- Ook het concept privacy kent hier toch wel een andere invulling. In België vinden ze het al overcrowded als er twee stagiairs zijn, hier liggen vijf vrouwen naast elkaar te bevallen, als ze geluk hebben op een bed, als ze pech hebben op de grond.
- Na de bevalling van de placenta krijgen, de vrouwen meestal welgeteld vijf minuten om op te staan en hun boeltje dat ze meehebben mee te nemen naar de postnatal ward.
We hebben ook de introductie van het CTG-toestel (voor de monitoring van de weeën en de foetale harttonen) aan de vroedvrouwen meegemaakt. Ze hebben het toestel wel maar weten niet hoe het te gebruiken of hoe het CTG te interpreteren. Zelfs sommige residents (wat bij ons assistenten zijn) weten niet hoe ze het moeten gebruiken.
Zowel qua materiaal als qua training voor het persooneel kan hier nog heel wat gedaan worden.
Nog een leuk verhaaltje om af te sluiten, wel niet geschikt voor gevoelige zielen. Bij een mors in utero, dood van de foetus vastgesteld voor de bevalling, wordt hier eerst een craniotomie uitgevoerd. Dit houdt in dat via de vagina met een dikke naald door de fontanel (ruimte tussen de schedelbladen) de hersenen worden aangeprikt en zo leeggezuigd. Hierdoor vergroot de kans dat de moeder vaginaal kan bevallen, aangezien een keizersneden voor een mors in utero zoveel mogelijk moet worden vermeden. Naar het schijnt is dit helemaal volgens de WHO richtlijnen, maar we vonden het toch maar een rare gedachte. Uiteindelijk hebben we de geboorte van die foetus toch niet meegemaakt.
Jaja, nen mens maakt hier wat mee, vaak stresserend, maar ook leerrijk en vooral een eyeopener.
Onze laatste dagen op de casualty en de emergency ward zijn ondertussen verstreken. Volgende week trekken Sofie en ik naar obstetrics terwijl Merel haar een tweetal weken gaat verdiepen in radiologie op zijn Oegandees. Zal waarschijnlijk weer aanleiding geven tot een nieuwe shock, nadat we toch langzaamaan aan het wennen waren aan het leven de emergencyward.
Deze week wel nog wat nieuwe collegas op de emergency ward. Dr Paska, een resident, dewelke meer dan twee weken spoorloos geweest was, kwam ineens opgedaagd om ook wat te werken. Dr Gyaveera, de andere resident die gans de tijd den boel draaiende had gehouden met Esther, de intern, zag nu zijn kans mooi om het ook wat kalmer aan te doen. Ook de intern die nachtdienst had en ochtendronde meedoet, was een nieuw gezicht, man man, die had gelijk toch een vijs of twee los ofwel zat hij aan de pillen. Hij stond continue te (schater)lachen aan het bed van de patiënten. Neurology is soo difficult, en dan schoot hij mega in de lach, echt bizar maar wel plezant natuurlijk en op momenten dat het echt nodig was, wist hij van aanpakken. Er kwam iemand shockerig binnen, geen tijd verliezen, ene intern steekt infuus in de vena jugularis om snel veel vocht te kunnen toedienen, de andere nog een derde lijn perifeer zodat er uiteindelijk via 3 lijnen vocht werd toegediend. Was wel leuk om de mensen ook eens heel efficiënt te zien samenwerken want dat is hier toch niet altijd het geval. Voor hetzelfde geld duurt het meer dan een half uur voor er iemand een kijkje neemt.
Van de supervisor die s avonds komt toeren hebben Merel en ik alvast een Oegandese naam gekregen, geen overbodige luxe want Merel en Anneleen zijn echt twee namen die ze hier niet kunnen uitspreken. Merel is dus vanaf nu Natonge. Mijn nieuwe naam is Akelo. Het is een naam van ergens in het noorden van Oeganda, en zou zoveel betekenen als black beauty.
Sinds maandagavond hebben we een extra roommate, Mary, een laatste jaarsstudent geneeskunde ui de States, ze gaat naar den univ in Washington. Waarschijnlijk zal ze maar een weekje bij ons blijven aangezien haar verloofde volgend woensdag voor zijn werk, een of andere ngo, naar Kampala komt en ze dan bij hem op hotel of appartement gaat wonen.
Dinsdagavond met zijn allen naar de Inauguration van Obama gekeken. De kranten staan hier al vol van Obama sinds dat we hier aangekomen zijn. Echt indrukwekkend hoeveel dit betekent voor veel van de Oegandezen.
Woensdagavond zijn we s avonds met zijn allen Indisch gaan eten bij Haandi, ons eerste deftig restaurant in Oeganda. Was kostelijk naar Oegandese normen, een achtal euro, maar wel héél lekker.
Ook donderdagavond niet stil gezeten. We waren uitgenodigd bij de familie van Robert (de intern waarvan we naar de graduation party geweest zijn) door Kevin, zijn neef, en Joweria, zijn zus. Allé we vermoeden dat dat zo in elkaar zit, want iedereen noemt elkaar hier sister en brother. Joweria en Kevin hadden zeer lekker voor ons gekookt, Oegandees eten maar toch net eens iets anders dan wat we de voorbije weken gegeten hebben. Er waren zelf irish mashed potatoes, echte aardappelpuree, man dat heeft gesmaakt. Was een heel plezante avond, leuk om ns een avondje bij ons Oegandese leeftijdsgenoten thuis door te brengen. Ook hun moeder heeft zich op het einde bij het gezelschap gevoegd, Auntie Doora. Echt een Afrikaanse mama. Zij heeft zaterdag haar verjaardagsfeest, en jaja, ook daar zijn we op uitgenodigd. Ook is er nog een andere graduationparty waar Martin, de vriende van Joweria, master of ceremony moet zijn, waarop we prompt uitgenodigd werden. Dus wordt feestjes combineren dit weekend. De uitnodigingen volgen zich hier op in een sneltempo, en dat vinden we allesbehalve jammer. De andere buitenlandse studenten, die bijna allemaal in hetzelfde guesthouse verblijven, en nog bij geen enkele dergelijke uitnodiging gehad hebben, snappen niet hoe we dat doen. Maar eens da ge iemand kent, gaat de bal aan het rollen denk ik.
Ook het hart van Susan, de international student coördinator, zijn we langzaam maar zeker aan het veroveren. In het begin leek dat gelijk niet zo goed te klikken, maar deze week was een hele omwenteling. Het feit dat Mary haar verteld had dat ze zo goed was opgevangen door de Belgen, zit er mogelijks voor iets tussen. Ook vertelde Susan ons deze week dat ze ons gelijk nog maar zo weinig gezien had, dat terwijl wij net het gevoel hadden dat we haar teveel gingen storen. Denk dat ze gewoon graag heeft, dat we eens binnenspringen om te zeggen hoe het met ons gaat, iets wat ge in België niet zo gewoon zijt bij mensen van den univ
En dan sluit ik af met iets wat waarschijnlijk onvermijdelijk is als ge lang in den Afrique zit, ben vandaag geveld door een enteritis. K hoop vanharte dat het morgen beter is, want heb echt geen zin om een gans weekend thuis te moeten blijven, afwisselend tussen toilet en bed. Enigste positieve is dat ik daardoor wel tijd had om nog eens iets voor den blog te typen.
Misschien start ik best met nog wat meer
stage-impressies.
We zijn dus
onze stage gestart op de casualty en emergency ward in het Mulago Hospital te
Kampala, referentieziekenhuis van Oeganda en opleidingziekenhuis verbonden aan
de Makerere University.
Mulago Hospital
Merel aan het werk op Medical Emergency ward
Bed-side teaching op Medical Emergency ward
De casualty
ward dient als triage, zo nodig worden de mensen terug ontslaan naar huis. Als
ze moeten opgenomen worden komen de eerste dag/nacht ze op de emergency ward
terecht, waar ze grondiger anamnese en klinische onderzoek wordt uitgevoerd dan
op de casualty en dan een (al dan niet tentatieve) diagnose wordt gesteld.
Inderdaad geen technische onderzoeken, er wordt wel een planning opgesteld wat
de onderzoeken zijn die ze dan later kunnen doen op de afdeling, maar evaluatie
hier is zo goed als volledig afhankelijk van anamnese en klinisch onderzoek.
Pathologie
varieert van HIV, AIDS en al hun mogelijke complicaties, tuberculose, tot eindstadium
leverfalen met mega ballonbuiken van ascites, hartfalen, nierfalen, malaria.
Men spreekt hier tegen de patiënten dikwijls niet over hiv of aids, maar over
ISS (immunocompromised syndrome)
De
emergency ward bestaat uit 1 grote zaal en de gang ernaar toe. In de gang
leggen ze iedereen met vermoeden van tuberculose. Dat is hun vorm van isolatie.
Maskers worden er alleen gedragen door de dokters die met een bepaald onderzoek
bezig zijn over pulmonale pathologie. Als de dokters iemand met vermoeden van tbc
uitgebreid zien hoesten, vragen ze wel of ze hun hand voor hun mond willen
houden. Dus we zullen maar onze Mantoux laten zetten als we terug zijn zeker.
Andere
voorbeelden van de uitstekende isolatiemaatregelen bij zeer besmettelijke
ziekten : was er een mogelijk geval van cholera op casualty, hadden ze die dan
maar geïsoleerd op de gang was er een mogelijk geval van ebola, dan wou er
geen enkele dokter gaan kijken, ze wouden vooral zelf nie besmet worden wat
natuurlijk te begrijpen is want goede maskers ed zijn hier niet ter beschikking
op de zalen maar toch.
Qua
materiaal is het ook alles behalve een tertiair centrum. Er zijn 2 bidons met
zuurstof, waar ze soms wel 2 patiënten aan kunnen leggen, maar dan weet ge wel
niet meer hoeveel zuurstof de patiënt juist krijgt, echt veel zal het al zeker
niet zijn want er zijn enkel neusbrillen.
Er is 1
bloeddrukmeter op casualty, die echt met haken en ogen aan elkaar hangt. Veel
patiënten zijn hier zo mager dat je eigenlijk nen pediatrische zou moeten
gebruiken voor een correcte meting, maar ja.Er zijn geen thermometers, saturatiemeters ed.op de emergency ward. Wel
is er 1 cardiale monitor. In de resuscitation ward was er wel een
saturatiemeter maar die begaf het na een uurke, oorzaak onbekend.
De tweede week van stage heb ik op casualty
doorgebracht terwijl Sofie en Merel op de medical emergency ward doorgebracht
hebben.
Dit was qua werkuren wat relaxter, van 8h tot
16h30, maar op andere vlakken dan weer wat moeilijker: eens een ganse dag
zonder enige verpleegsters want niemand wist wie er moest komen, een dame van
60 voor mijn ogen zien sterven zonder dat er nog een poging ondernomen wordt
iets te doen her haert is failing and she is severe anemic, so there is
nothing we can do, 30 jarige man met ernstig acuut longoedeem, linkerhartfalen
secundair aan hypertensie gedurende twee uur proberen helpen met beperkte
medicatie en twee slangskes waar ge misschien alles in totaal 5l zuurstof per
minuut doorkrijgt als geluk hebt (eigenlijk geeft ge zo iemand bij ons zeker
15l) met saturatie tussen 45 en 69, na 2 uur hebben ze dan toch besloten om te
intuberen (wat ze eerst niet wouden doen omdat hij nog te bewust was), hij is
die nacht nog overleden.
Vanaf maandag sta ik terug op medical
emergency ward en daar ben ik niet rouwig om want meer tijd om patiënten
grondig te ondervragen en onderzoeken, geen overbodige luxe als ge weet dat
diagnose bijna steeds volledig afhankelijk is van anamnese en klinisch
onderzoek. Ook is daar wel de tijd voor wat bed-side-teaching, wat ook geen
overbodige luxe is met die tropische ziekten.
Dit weekend hebben we volledig in Kampala
doorgebracht. Vrijdagavond hadden we afgesproken met Annelies Scheirlinck (die
bij ons in geneeskunde zat tot 3de kan) en haar vriend Karel. Zij
zijn al een drietal maanden in Oeganda voor vrijwilligerswerk, en blijven nog
tot in juni. Momenteel zitten ze in Mukono, een klein dorp/stadje een 20tal km
van Kampala. Samen met hen gingen we eens gaan eten, volgens ons reisgidsen was
er een goed restaurant niet zo ver van ons appartement, Blue Mango, we hebben
er ongeveer 30 min achter gezocht, bleek uiteindelijk dat het verhuist is naar
gans andere kant van Kampala. Dan maar chicken en chips gegeten in Michaels
pub, was qua sfeer zeker oké maar qua eten zeker geen hoogvlieger.
Iets minder aan die avond was de eerste poging
om bestolen te worden. Terwijl we langs de baan liepen op zoek naar die Blue
Mango, terwijl het al donker was, verschoten we af en toe als er een auto
rakelings passeerde om langs links in te halen op iets wat eigenlijk niet meer
de baan is. Op bepaald moment passeert er een boda rakelijks langs Annelies, en
probeert de man die achterop zit haar buideltasje dat ze over haar schouder
vastgeklikt draagt los te trekken. Chance dat ze zo een goei reflexen had en
een stevig genoeg slot op haar buideltas. Ze zijn er dus niet mee weggekomen,
eind goed al goed, maar toch ffkes verschoten en aandacht voor waardevol gerief
staat weer op scherp.
Zaterdag samen met Annelies en Karel den
toerist uitgehangen in Kampala City, Uganda museum bezocht, crafts villages
(winkelkes met Afrikaanse maar zeker niet allemaal Oegandese crafts),
onafhankelijkheidsstandbeeld met klassiek fotomoment, nen goeie
koffie/milkshake in 1000 cups en gewoon wat t stad verder verkennen
Tegen de avond hadden we afgesproken met
Terrence en Nathaly, een Canadese huisarts in opleiding en zijn vrouw die
sociaal assistent is, om samen te gaan eten bij nen Ethiopiër. Aangezien we in
de kantine van het ziekenhuis vaak authentieke Oegandese keuken hebben, was
eens iets anders welgekomen. Eerst zijn we nog naar een gratis hiphop en
breakdance optreden in een lokaal jeugdhuis van Kampala geweest, waarover
Nathaly had gehoord via de mensen waarmee ze werkt in de sloppenwijken. Was
echt een megagrote zaal (denk eerder Uytenhove dan JH De Beeste, om ffkes te
schetsen voor de mensen van Lochristi). Was leuk om te zien, maar ook hier zijn
de Ugandesen niet overdreven enthousiast, alles met mate hier.
Op zondag afscheid genomen van Annelies en
Karel, waarmee we later zeker nog eens afspreken. We waren uitgenodigd bij
Richard en zijn familie, een clinical officer orthopedie die we leren kennen
hadden in Mulago ziekenhuis en die ons ook had geholpen om een goedkoper
logement te vinden (wat we uiteindelijk niet genomen hebben omwille van de
buurt, maar uiteindelijk wel geleid heeft tot 1/3 korting op de prijs van ons
appartement). Aangezien hij voor hij clinical officer was, koksschool ofzo
heeft gedaan, wou die ons wat leren koken, hebben samen met hem vis gefileerd, gepaneerd
en gefrituurd. Was echt wel lekker. Nadien opnieuw het volledige aanbod
Oegandese keuken: rijst, matoke, beef stew, grey nuts sause, cabage lekker maar
een beetje veel. Het is een teken dat het lekker was als ge alles opeet wat
klaargemaakt is, maar t probleem is dat ze hier heeeeel veel klaarmaken, en t
eten zelf eerder aan de zware kant is.
Als bijverdienste bakt hij taarten voor
trouwfeesten en graduation parties dus hebben we ook afgesloten met een lekker
stukje chocoladecake. Had zoveel gegeten dat ik het avondeten maar heb
overgeslaan. Tegen 18H zijn we daar vertrokken om een relaxed avondje op ons
appartementje te hebben, onze was doen, wat typen voor de blog en eens op tijd
in ons beddeke.
Onderhandelen op zijn Oegandees en eten op zijn Oegandees
Dinsdag zijn we naar 2 verschillende
guesthouses gaan kijken, omdat we van plan waren te verhuizen (het appartement
is wel leuk, maar heel duur), maar het eerste bleek in een te onveilige buurt
te liggen en het tweede had geen keuken Maar we hebben dan een beetje gebluft
tegen onze huisbaas en gezegd dat we naar dat 2e guesthouse gingen
verhuizen waardoor die plots toch bereid was om over zijn prijs te
onderhandelen (eerdere pogingen leverden niets op). Ons snood plan leverde een
besparing van 4 euro pp per dag op we beginnen te snappen hoe ge hier iets
gedaan moet krijgen en voelen ons nu toch al wat minder in het zak gezet
Het eten is hier trouwens behoorlijk
eentonig. Warm eten bestaat elke dag uit een stoofpotje (stew) van kip, rund,
lever, vis of bonen met daarbij rijst, posho (stevige maïsmeelpap), matooke
(bananenpuree, maar zonder veel smaak), sweet potatoe (zoete patat dus) en af
en toe wat erwtjes. Als snack hebben ze een grote variëteit aan gefrituurde
eten.. Low carb-dieet, daar doen ze hier niet aan mee, vandaar misschien die
indrukwekkende afrikaanse konten J Brood vind je alleen in
de supermarkt in plastieken zakken my kingdom for nen verse bruine boterham
met kaas!
Gelukkig hebben we dus een keuken op ons
appartement en kunnen we al eens iets met groenten klaarmaken. Verder eten we
hier bijna elke dag heerlijk zoete verse ananas en bananen.
K Begin trouwens wel goed te snappen waarom
het schoonheidsideaal hier ruim het dubbele aantal kilos van in Belgie
toelaat.. wie echt mager is, is meestal ofwel ondervoed en/of HIV positief
en/of TBC positief geen complexen dus hier!
Na ons eerste stageweek verdienden we wel
wat ontspanning natuurlijk en dus hebben we besloten om een eerste uitstap te
ondernemen naar Mpanga Forest, een klein stukje overgbleven (regen?)woud op 40 km van kampala. De bus
nemen was een behoorlijk avontuur (wat hadden we weer veel bekijks), maar het
bos bracht rust. Eindelijk wat frisse lucht en stilte. We hebben onze eerste
red tailed monkeys gespot en de black and white hornbill (das ne vogel),
allebei veel voorkomend hier. Verder veel vlinders en spinnen gezien en
gevloekt dat we geen verrekijker meehadden (en gewenst dat Kevin Lambeets in de
buurt was voor wat professioneel vogelspotten). Er was een gids, maar die wist
ook niet zo heel veel en bleek op het einde van de wandeling nog een prangende
vraag voor ons te hebben. Hij was namelijk op zoek naar een muzunguwife (blanke
vrouw) en vroeg of wij niemand kenden die zijn vrouw wilde worden.. We hebben
beloofd een oproep te doen in onze blog, dus bij deze:
Nt onknp Ugand m 23j wkm bl vr 20-25j vr ser
rel en mgl huw., int: natuur,reizen. Oprecht geinteresserden kunnen zijn
emailadres en foto via mij ontvangen .
We zijn daar blijven overnachten en hebben
smorgens nog een heuvel in de buurt beklommen die ons een mooi uitzicht bood op
de omgevende dorpen,wouden en moerassen Om terug in Kampala te geraken hebben we gezondigd tegen ons eerste
voornemen om nooit op zon brommer (bodaboda) te kruipen, maar na drie kwartier
tevergeefs wachten op een matatu waar nog plaats in was, hebben we het risico
toch maar genomen en uiteindelijk was het best een aangenaam ritje tot Mpigi
waar we wel een taxi konden vinden die ons veilig terug naar Kampala bracht.
Tijd voor enkele
EXCUSEER als ge da nu nog nooit gedaan hebt momenten
De eerste matatu-rit. Het
openbaar vervoer van en naar het Mulago hospital bestaat uit
mini-busjes die eender waar stoppen, maar vooral waar er muzungus
lopen. Opstappen is geen probleem, afstappen daarentegen Het
duurde enkele ritten eer we doorhadden hoe de ugandezen met
stilzwijgen en stilzitten de chauffeur duidelijk maakten te stoppen:
je hoeft maar masauw te roepen (versta fluisteren in het
Ugandees). Toen we dit echter van op de achterbank voor de eerste
keer probeerden, keek heel het busje vreemd achterom. Excuseer, als
ge nu nog nooit nen blanke masauw hebt horen roepen Anneleen
riep (ad rem!) nog enkele keren opnieuw masauw, waarop het
busje maar bleef rijden. Wij helemaal over ons toeren ;-) Achteraf
bleek masauw te betekenen ZODRA willen we afstappen, nu nog
niet, maar niet lang meer. Hoe meer we het riepen, hoe verder de
chauffeur dus reed
De eerste pineapple:
orgasmisch! Addicted from the first try.
Het eerste busje fruitsap:
radio-actief waspoeder.
Sofie haar eerste
vervoegde Luganda-werkwoord: nfa, ofa, afa, tufa, mufa, bafa. Ik ga
dood, jij gaat dood, hij/zij gaat dood, etc. Helaas lijkt ons dit nog
handig om te weten hier...
De eerste muggenbeet:
lijkt mij niet grappig genoeg om hier op deze blog te schrijven.
Sofie merkt op dat haar eerste malaria-episode inderdaad niet grappig
hoeft te zijn :p.
De eerste kakkerlak:
Anneleen ontdekt hem, springt een gat in de lucht en gilt de buurt
bijeen.
De eerste weekend-uitstap:
Mpanga National Forest Reserve, het allereerste real life view op/in
een regenwoud (hoewel het niet volgens iedereen zo wordt
gedefinieerd, waardoor we ons vragen stellen over de definitie
ervan). Meer daarover volgende keer (inclusief fotos).
De eerste bodaboda-rit:
naast minibusjes, rijdt Kampala (en Uganda) vol met motors, een
gemakkelijke, snelle vorm van taxi. In Kampala-city volgens mij
levensgevaarlijk (de chauffeurs durven nog al eens te vergeten dat je
benen en armen ook veilig moeten aankomen en scheuren tussen de
kleinste gaatjes in het drukke verkeer door). Bij gebrek aan
minibus-taxi, namen we een bodaboda van Mpanga naar het
dichtsbijzijnde stadje met taxipark. Tot mijn verbazing reden ze noch
tegen muren, noch in de stal, noch tegen de borduur... Opgelucht
stapte ik af en ...schuurde tegen de uitlaat met mijn kuit: de eerste
brandplek.
Het eerste Ugandeze
feest. We zijn een goed team met ons drieen! Ik krijg langs alle
kanten uitnodigingen, Anneleen zorgt dat we op de parties geraken met
een typisch Belgisch cadeautje en Sofie is er, voor we het weten,
verwikkelt in diepe gesprekken over schijnhuwelijken en wordt
gekidnapt door haar beste (zwarte) vriendin. Deze eerste keer
ging in elk geval zo. Ik kreeg een uitnodiging voor de graduation
party van Dokter Robert (eigenlijk zesdejaars, doing internship, maar
ze worden hier dan al dokter genoemd) waarbij ik op stage stond voor
een week. You should bring a gift and
its about food, was de enige info die ik kreeg. We
verwachtten een gezellig samenzijn met vrienden, maar dat was buiten
de party spirit van de ugandezen gerekend. Het bleek een poolparty
(ook mijn eerste keer!) te zijn met 100 a 150 genodigden, familie en
vrienden, muziek (ook hier zijn de 90ties in), eten a volonte
(we konden ons bord niet dragen met 1 hand omdat het zo vol werd
geschept), speeches,... We kregen een plaatsje tussen enkele Ugandeze
studenten om heel het schouwspel te volgen en...HU? Dat meisje naast
mij ken ik...Niet van de eerste week hier...VAN IN BELGIE! Wie onder
jullie kent Ramullah nog? ZIJ ZAT GEWOON NAAST MIJ!!!!
Ongelooflijk he! (Voor de niet-TUFH-gangers: is een Ugandeze studente
geneeskunde die jaar in jaar uit het TUFH-congres meedoet, dus ook
dat in Belgie. Nu is ze dokter in Mulago Hospital, lees opnieuw
zesdejaars doing internship op pediatrie.) Een tweede uitnodiging
voor een graduation party tot gevolg natuurlijk .
Gelukkig zijn er
hier ook serieuse bezigheden om de dag te vullen ;-). Enkele
stage-impressies... (meer info over onze stage-omgeving volgt later!)
De eerste ascitespunctie:
Thursday is tapping day. Patiënten met de tropische ziekte
endomyocardia fibrosis komen wekelijks op routinebezoek naar mulago
hospital, om het ascitesvocht te laten draineren. Komt daar een klein
manneke van 10 jaar binnen, zwanger van het ascitesvocht. Het was
gelijk een miniversie van een ouw peke met ne mega-bierbuik. Hij
meldde zich aan en werd teruggestuurd... he forgot his jerrycan
and went back to get it... HU? Patienten brengen hier hun eigen
jerrycanneke mee, om het ascitesvocht in af te laten!!! Tot 10L wordt
hier in 1 keer afgenomen! Kunt ge u de buiken voorstellen? En dan nog
bij kinderen?
Door de ziekte geraakt ook
het peritoneum (buikvlies) fibrotisch (stijf en dik), met als
resultaat 5 keer prikken en nog niet door de huid geraken. Go on
Sofie, you push, push hard.
De eerste infuus-steking
bij een zwarte vrouw: het eerste infuus dat toucours lukte bij
mij...als ge het niet erg vindt dat de jas van de patiënt
gedrenkt geraakt in het bloed. Oeps...
De eerste
zelfstandigheid: psychiatrisch geval, decompenserende vrouw (jah!).
Ik tegen passerende dokter: can you help me? I
dont know what to do, I cant understand what shes saying (ze
sprak in Luganda)! Dokter: Geeft ze gewoon diazepam, da
ze slaapt! Ik: Excuseer, als ge da nu nog nooit gedaan hebt
De eerste TB-bacil: no way
dat wij clean thuis komen! Volgens de lokale krant is 7% van de
bevolking hier HIV-positief. Die 7% passeert ongetwijfeld op onze
spoed: minstens 80% van de patienten hier zijn seropositief. De helft
hoest en is dus met grote kans TB-positief. Maskers? Iemand? Niemand!
(Voor de niet-dokters: tis ni omdat we een TBC-souvenierke opdoen
hier, dat we ook TBC gaan krijgen; de ziekte breekt maar door als je
immuunsysteem ondermijnd wordt door bijvoorbeeld HIV).
De eerste urgentie
de eerste dode. Hoewel we op spoed staan, hebben we nog geen
ambulance of MUG met gierende sirenes zien passeren. Een urgentie?
African style, baby! Situatieschets: 14u, ik onderzoek op het gemakje
patienten op de triage-afdeling van internal medicine emergency (ik
stond op de triage-afdeling van internal medicine emergency, Anneleen
staat daar deze week, Sofie volgende week). Een verpleegster van de
surgical emergency komt binnen en zegt iets in Luganda tegen Dr.
Robert. Ze babbelen een tijdje heen en weer tot Robert zegt: ik ga
even reanimeren, waarop hij op het gemak opstaat, nog even
rondkijkt en buiten wandelt. Ok ?! Blijkbaar zijn de reanimaties
hier minder urgent ?! Bij aankomst op de surgical emergency bleek
het te gaan om een vrouw van 45jaar (natuurlijk HIVpositief!) met
longoedeem op basis van hartfalen, die nog volledig bewust was.
Terwijl de directe familie de patient verzorgde, stonden Robert en de
verpleegster een beetje te kijken. De patiënt klaarde op na
toediening van Lasix en geraakte geagiteerd. Het signaal voor Robert
om terug naar de triage-afdeling te keren. Ondertussen 14u30. Ik
vraag hem retorisch: die patiënt zal waarschijnlijk doodgaan
binnenkort, ook al kwam ze er nu door, he?! Want de oorzaak werd niet
weggenomen, toch? Nee hoor, volgens Robert haalt ze het, met Lasix
komt het allemaal in orde! Ze reageerde er nu goed op en er is geen
reden dat ze opnieuw in distress zou gaan. Een kwartier later, 14u45
komt een verpleger binnen en zegt doodleuk (DOODleuk, zwarte
situatiehumor hehe ): de patiënt is beginnen gaspen en
is nu dood. Verdorie! Een kwartier geleden lag deze patiënte
nog te babbelen, kon ze goed ademen en werd ze ok verklaard
Agitatie voor het sterven?
Zulke situaties zijn
ondenkbaar in België en het zet ons aan om te reflecteren (waar
zijn terugkomdagen als je ze nodig hebt ;-)): waarom wordt hier
minder contentieus omgegaan met urgenties (en bij uitbreiding
ernstige ziektebeelden en geneeskunde; hoewel dit sterk kan
verschillen van arts tot arts en situatie tot situatie), geraken de
ugandezen zelfs niet gemotiveerd om een reanimatie snel uit te
voeren, had deze patiënte het beter gesteld in België, was
haar voorgeschiedenis/belasting een reden om de reanimatie niet te
ver door te drijven, had het toucours zin gehad om te reanimeren,
etc.? En dan de belangrijkste vraag natuurlijk: zijn onze indrukken
hier wel juist? Want dat moet wel gezegd worden: we kennen de cultuur
(nog) niet voldoende, we zijn ons ongetwijfeld nog niet half bewust
van de situatie (problemen) hier en we verstaan de taal niet.
Robert was nog heel
de namiddag bezig om de familie te overtuigen om het lijk van hun
eigen moeder te aanvaarden. Van wat ik er al van begreep (moet het
nog een keer navragen), kan een familie hier een overleden persoon
weigeren, vermoedelijk om kosten van begrafenis ed uit te
sparen?! Wat er ook achter zit, ik vond het behoorlijk confronterend
om te zien. Bij de jongste zoon drong het nog niet door, met grapjes
tot gevolg, de oude zoon liet af en toe een diepe snik toe, de
grootmoeder liep reddeloos over en weer en de dochter liep huilend
buiten bij de eerste blik, die ze duidelijk niet kon verdragen.
Ondertussen zagen we hier
al behoorlijk wat patiënten sterven in omstandigheden die in
België ondenkbaar zijn: op de gemeenschappelijk zaal, zonder
enige familie, zonder dat iemand er erg in heeft, terwijl wij hem van
toilet naar bed dragen (en hij zijn laatste urinelozing toch nog in
bed doet), etc. Even slikken
Tijdens de
stage-uren zien we ellendige situaties en verschrikkelijke
ziektebeelden. Gelukkig staan we er niet altijd even lang/hard bij
stil, omdat het tegelijkertijd ontzettend interessant en leerrijk is.
De ziektebeelden zijn hier vaak zo ver gevorderd dat ze zich voordoen
als in de tekstboeken. Dit geeft ons de kans om onze anamnese, maar
vooral klinisch onderzoek en klinische voeling goed in te oefenen en,
gecombineerd met de typisch bedside teaching, ver door te denken op
pathofysiologie. En dat staat dan nog los van alle fascinerende
tropische ziektebeelden die we hier leren kennen.
En ontspanning
vinden we de volgende weken ongetwijfeld in onze vrije tijd:
thuiskomen op ons appartementje, uitstapjes naar marktjes
musea en the wild of feestjes. Niet allemaal zwarte sneeuw dus
Verre van! ;-)
Tuseka ne tutambula
(we lachen en we reizen)!
x Merel