Misschien start ik best met nog wat meer
stage-impressies.
We zijn dus
onze stage gestart op de casualty en emergency ward in het Mulago Hospital te
Kampala, referentieziekenhuis van Oeganda en opleidingziekenhuis verbonden aan
de Makerere University.
Mulago Hospital
Merel aan het werk op Medical Emergency ward
Bed-side teaching op Medical Emergency ward
De casualty
ward dient als triage, zo nodig worden de mensen terug ontslaan naar huis. Als
ze moeten opgenomen worden komen de eerste dag/nacht ze op de emergency ward
terecht, waar ze grondiger anamnese en klinische onderzoek wordt uitgevoerd dan
op de casualty en dan een (al dan niet tentatieve) diagnose wordt gesteld.
Inderdaad geen technische onderzoeken, er wordt wel een planning opgesteld wat
de onderzoeken zijn die ze dan later kunnen doen op de afdeling, maar evaluatie
hier is zo goed als volledig afhankelijk van anamnese en klinisch onderzoek.
Pathologie
varieert van HIV, AIDS en al hun mogelijke complicaties, tuberculose, tot eindstadium
leverfalen met mega ballonbuiken van ascites, hartfalen, nierfalen, malaria.
Men spreekt hier tegen de patiënten dikwijls niet over hiv of aids, maar over
ISS (immunocompromised syndrome)
De
emergency ward bestaat uit 1 grote zaal en de gang ernaar toe. In de gang
leggen ze iedereen met vermoeden van tuberculose. Dat is hun vorm van isolatie.
Maskers worden er alleen gedragen door de dokters die met een bepaald onderzoek
bezig zijn over pulmonale pathologie. Als de dokters iemand met vermoeden van tbc
uitgebreid zien hoesten, vragen ze wel of ze hun hand voor hun mond willen
houden. Dus we zullen maar onze Mantoux laten zetten als we terug zijn zeker.
Andere
voorbeelden van de uitstekende isolatiemaatregelen bij zeer besmettelijke
ziekten : was er een mogelijk geval van cholera op casualty, hadden ze die dan
maar geïsoleerd op de gang was er een mogelijk geval van ebola, dan wou er
geen enkele dokter gaan kijken, ze wouden vooral zelf nie besmet worden wat
natuurlijk te begrijpen is want goede maskers ed zijn hier niet ter beschikking
op de zalen maar toch.
Qua
materiaal is het ook alles behalve een tertiair centrum. Er zijn 2 bidons met
zuurstof, waar ze soms wel 2 patiënten aan kunnen leggen, maar dan weet ge wel
niet meer hoeveel zuurstof de patiënt juist krijgt, echt veel zal het al zeker
niet zijn want er zijn enkel neusbrillen.
Er is 1
bloeddrukmeter op casualty, die echt met haken en ogen aan elkaar hangt. Veel
patiënten zijn hier zo mager dat je eigenlijk nen pediatrische zou moeten
gebruiken voor een correcte meting, maar ja.Er zijn geen thermometers, saturatiemeters ed.op de emergency ward. Wel
is er 1 cardiale monitor. In de resuscitation ward was er wel een
saturatiemeter maar die begaf het na een uurke, oorzaak onbekend.
De tweede week van stage heb ik op casualty
doorgebracht terwijl Sofie en Merel op de medical emergency ward doorgebracht
hebben.
Dit was qua werkuren wat relaxter, van 8h tot
16h30, maar op andere vlakken dan weer wat moeilijker: eens een ganse dag
zonder enige verpleegsters want niemand wist wie er moest komen, een dame van
60 voor mijn ogen zien sterven zonder dat er nog een poging ondernomen wordt
iets te doen her haert is failing and she is severe anemic, so there is
nothing we can do, 30 jarige man met ernstig acuut longoedeem, linkerhartfalen
secundair aan hypertensie gedurende twee uur proberen helpen met beperkte
medicatie en twee slangskes waar ge misschien alles in totaal 5l zuurstof per
minuut doorkrijgt als geluk hebt (eigenlijk geeft ge zo iemand bij ons zeker
15l) met saturatie tussen 45 en 69, na 2 uur hebben ze dan toch besloten om te
intuberen (wat ze eerst niet wouden doen omdat hij nog te bewust was), hij is
die nacht nog overleden.
Vanaf maandag sta ik terug op medical
emergency ward en daar ben ik niet rouwig om want meer tijd om patiënten
grondig te ondervragen en onderzoeken, geen overbodige luxe als ge weet dat
diagnose bijna steeds volledig afhankelijk is van anamnese en klinisch
onderzoek. Ook is daar wel de tijd voor wat bed-side-teaching, wat ook geen
overbodige luxe is met die tropische ziekten.
Dit weekend hebben we volledig in Kampala
doorgebracht. Vrijdagavond hadden we afgesproken met Annelies Scheirlinck (die
bij ons in geneeskunde zat tot 3de kan) en haar vriend Karel. Zij
zijn al een drietal maanden in Oeganda voor vrijwilligerswerk, en blijven nog
tot in juni. Momenteel zitten ze in Mukono, een klein dorp/stadje een 20tal km
van Kampala. Samen met hen gingen we eens gaan eten, volgens ons reisgidsen was
er een goed restaurant niet zo ver van ons appartement, Blue Mango, we hebben
er ongeveer 30 min achter gezocht, bleek uiteindelijk dat het verhuist is naar
gans andere kant van Kampala. Dan maar chicken en chips gegeten in Michaels
pub, was qua sfeer zeker oké maar qua eten zeker geen hoogvlieger.
Iets minder aan die avond was de eerste poging
om bestolen te worden. Terwijl we langs de baan liepen op zoek naar die Blue
Mango, terwijl het al donker was, verschoten we af en toe als er een auto
rakelings passeerde om langs links in te halen op iets wat eigenlijk niet meer
de baan is. Op bepaald moment passeert er een boda rakelijks langs Annelies, en
probeert de man die achterop zit haar buideltasje dat ze over haar schouder
vastgeklikt draagt los te trekken. Chance dat ze zo een goei reflexen had en
een stevig genoeg slot op haar buideltas. Ze zijn er dus niet mee weggekomen,
eind goed al goed, maar toch ffkes verschoten en aandacht voor waardevol gerief
staat weer op scherp.
Zaterdag samen met Annelies en Karel den
toerist uitgehangen in Kampala City, Uganda museum bezocht, crafts villages
(winkelkes met Afrikaanse maar zeker niet allemaal Oegandese crafts),
onafhankelijkheidsstandbeeld met klassiek fotomoment, nen goeie
koffie/milkshake in 1000 cups en gewoon wat t stad verder verkennen
Tegen de avond hadden we afgesproken met
Terrence en Nathaly, een Canadese huisarts in opleiding en zijn vrouw die
sociaal assistent is, om samen te gaan eten bij nen Ethiopiër. Aangezien we in
de kantine van het ziekenhuis vaak authentieke Oegandese keuken hebben, was
eens iets anders welgekomen. Eerst zijn we nog naar een gratis hiphop en
breakdance optreden in een lokaal jeugdhuis van Kampala geweest, waarover
Nathaly had gehoord via de mensen waarmee ze werkt in de sloppenwijken. Was
echt een megagrote zaal (denk eerder Uytenhove dan JH De Beeste, om ffkes te
schetsen voor de mensen van Lochristi). Was leuk om te zien, maar ook hier zijn
de Ugandesen niet overdreven enthousiast, alles met mate hier.
Op zondag afscheid genomen van Annelies en
Karel, waarmee we later zeker nog eens afspreken. We waren uitgenodigd bij
Richard en zijn familie, een clinical officer orthopedie die we leren kennen
hadden in Mulago ziekenhuis en die ons ook had geholpen om een goedkoper
logement te vinden (wat we uiteindelijk niet genomen hebben omwille van de
buurt, maar uiteindelijk wel geleid heeft tot 1/3 korting op de prijs van ons
appartement). Aangezien hij voor hij clinical officer was, koksschool ofzo
heeft gedaan, wou die ons wat leren koken, hebben samen met hem vis gefileerd, gepaneerd
en gefrituurd. Was echt wel lekker. Nadien opnieuw het volledige aanbod
Oegandese keuken: rijst, matoke, beef stew, grey nuts sause, cabage lekker maar
een beetje veel. Het is een teken dat het lekker was als ge alles opeet wat
klaargemaakt is, maar t probleem is dat ze hier heeeeel veel klaarmaken, en t
eten zelf eerder aan de zware kant is.
Als bijverdienste bakt hij taarten voor
trouwfeesten en graduation parties dus hebben we ook afgesloten met een lekker
stukje chocoladecake. Had zoveel gegeten dat ik het avondeten maar heb
overgeslaan. Tegen 18H zijn we daar vertrokken om een relaxed avondje op ons
appartementje te hebben, onze was doen, wat typen voor de blog en eens op tijd
in ons beddeke.
Onderhandelen op zijn Oegandees en eten op zijn Oegandees
Dinsdag zijn we naar 2 verschillende
guesthouses gaan kijken, omdat we van plan waren te verhuizen (het appartement
is wel leuk, maar heel duur), maar het eerste bleek in een te onveilige buurt
te liggen en het tweede had geen keuken Maar we hebben dan een beetje gebluft
tegen onze huisbaas en gezegd dat we naar dat 2e guesthouse gingen
verhuizen waardoor die plots toch bereid was om over zijn prijs te
onderhandelen (eerdere pogingen leverden niets op). Ons snood plan leverde een
besparing van 4 euro pp per dag op we beginnen te snappen hoe ge hier iets
gedaan moet krijgen en voelen ons nu toch al wat minder in het zak gezet
Het eten is hier trouwens behoorlijk
eentonig. Warm eten bestaat elke dag uit een stoofpotje (stew) van kip, rund,
lever, vis of bonen met daarbij rijst, posho (stevige maïsmeelpap), matooke
(bananenpuree, maar zonder veel smaak), sweet potatoe (zoete patat dus) en af
en toe wat erwtjes. Als snack hebben ze een grote variëteit aan gefrituurde
eten.. Low carb-dieet, daar doen ze hier niet aan mee, vandaar misschien die
indrukwekkende afrikaanse konten J Brood vind je alleen in
de supermarkt in plastieken zakken my kingdom for nen verse bruine boterham
met kaas!
Gelukkig hebben we dus een keuken op ons
appartement en kunnen we al eens iets met groenten klaarmaken. Verder eten we
hier bijna elke dag heerlijk zoete verse ananas en bananen.
K Begin trouwens wel goed te snappen waarom
het schoonheidsideaal hier ruim het dubbele aantal kilos van in Belgie
toelaat.. wie echt mager is, is meestal ofwel ondervoed en/of HIV positief
en/of TBC positief geen complexen dus hier!
Na ons eerste stageweek verdienden we wel
wat ontspanning natuurlijk en dus hebben we besloten om een eerste uitstap te
ondernemen naar Mpanga Forest, een klein stukje overgbleven (regen?)woud op 40 km van kampala. De bus
nemen was een behoorlijk avontuur (wat hadden we weer veel bekijks), maar het
bos bracht rust. Eindelijk wat frisse lucht en stilte. We hebben onze eerste
red tailed monkeys gespot en de black and white hornbill (das ne vogel),
allebei veel voorkomend hier. Verder veel vlinders en spinnen gezien en
gevloekt dat we geen verrekijker meehadden (en gewenst dat Kevin Lambeets in de
buurt was voor wat professioneel vogelspotten). Er was een gids, maar die wist
ook niet zo heel veel en bleek op het einde van de wandeling nog een prangende
vraag voor ons te hebben. Hij was namelijk op zoek naar een muzunguwife (blanke
vrouw) en vroeg of wij niemand kenden die zijn vrouw wilde worden.. We hebben
beloofd een oproep te doen in onze blog, dus bij deze:
Nt onknp Ugand m 23j wkm bl vr 20-25j vr ser
rel en mgl huw., int: natuur,reizen. Oprecht geinteresserden kunnen zijn
emailadres en foto via mij ontvangen .
We zijn daar blijven overnachten en hebben
smorgens nog een heuvel in de buurt beklommen die ons een mooi uitzicht bood op
de omgevende dorpen,wouden en moerassen Om terug in Kampala te geraken hebben we gezondigd tegen ons eerste
voornemen om nooit op zon brommer (bodaboda) te kruipen, maar na drie kwartier
tevergeefs wachten op een matatu waar nog plaats in was, hebben we het risico
toch maar genomen en uiteindelijk was het best een aangenaam ritje tot Mpigi
waar we wel een taxi konden vinden die ons veilig terug naar Kampala bracht.