Vroeg uit de veren omdat we maar één dag hebben om het hele
eiland te bezoeken. Snel ontbeten en rond 20 over 8 de auto in voor een
prachtige dag met veel bezienswaardigheden. Kangaroo Island is immers na
Tasmanië en Melville het grootste eiland van Australië.
Inkomticket gekocht in het Visitor Center en gevraagd waar we
eventueel kangoeroes en koalas konden zien. Men raadde aan om het Heritage
Trail, dat begon achter het Visitor Center, te doen. Het was een wandeling van
2,4 km doorheen het bos en zou ongeveer een uur duren. We deden de
wandeling in 40 minuten en hadden geluk een aantal kangaroes te zien en
2 koalabeertjes die hoog in een boom zaten. Daar hebben we wel onze
telelens moeten bijhalen
We reden eerst naar het verst gelegen punt en dat was
Flinders Chase National Park. Hier moesten we zeker Admirals Arch zien en de
Remarkable Rocks. Om hiervan te kunnen genieten, kochten we een toegangsticket
in het Visitor Center en kregen we een plattegrond. De prijs bedroeg
AUD 11 per persoon. Omdat hier een café/bistrot was, hebben we hier ook
een broodje gegeten met de gebruikelijke Cappuccino/Hot chocolate.
Admirals Arch is een rotsformaties die een natuurlijke brug
of boog vormt en die zich bevindt bij Cape Du Couedic, het meest zuidwestelijk
punt van Kangaroo Island. Deze kaap staat ook bekend om de grote groep Nieuw‑Zeelandse
zeeleeuwen die er leeft. Het is er sprookjesachtig mooi
Van daaruit naar de Remarkable Rocks gereden. Vanuit de
parking zie je ze al in de verte liggen. Het is een groep van grote, door
erosie in opmerkelijke vormen gesleten rotsen op een klip boven de Zuidelijke
Oceaan.
Onze volgende stop was Vivonne Bay, een idyllisch plaatsje
met een prachtig strand, een jetty (lees pier) en azuurkleurig water. Een echt
plaatje. Toen we arriveerden, stapten ook enkele Chinezen uit, maar we waren
snel met het nemen van fotos (lees fotos zonder Chinezen). Toen we de pier
opwandelden, liet een koppel Chinezen een drone vertrekken om fotos van de
baai te nemen vanuit de lucht. Die Chinezen toch! Niet te doen!
Nog snel gereden naar Seal Bay Conservation Park. Dit is een
beschermd gebied én de thuisbasis van de 3de grootste
Australische zeeleeuwenkolonie. Hier kan je een guided tour doen of een
boardwalk. Wij kozen voor de guided tour omdat je dan onder begeleiding van een
gids mee op het strand mag. Het kostte wel zon AUD 70 voor ons beiden,
maar het was het wel waard. De zeeleeuwen zaten volop in het broedseizoen en we
hebben zelfs een glimp kunnen opvangen van een kleintje, dat voortdurend door
de mama verstopt wordt (lees beschermd wordt). Ik heb zelfs een filmpje gemaakt
van een gevecht van 2 alfa‑mannetjes. n Heel ernstige ruzie
Nog even gaan piepen naar het voederen van pelikanen in
Kingscote, maar we waren net te laat en er was geen pelikaan meer te bespeuren.
Huiswaarts gekeerd, maar verkeerd gereden. Omdat hier de wegwijzers maar heel
sporadisch voorkomen en heel miniem zijn, misten we de afslag naar Penneshaw en
reden zon slordige 70 km te ver. Uiteindelijk nogal laat in het hotel
aangekomen, de receptioniste overtuigd om ons nogmaals een bonnetje te geven
voor 2 gratis glazen wijn bij een maaltijd in het Penneshaw Hotel zoals
gisteren. En dat lukte! Het was een zeer lieve dame! Dus nogmaals lekker
gegeten met gratis drank! ;-)
Abrupt wakker geworden om half 8, terwijl ik de wekker
om 07.00 uur had gezet. Gespurt naar de badkamer en snel een wasje en
plasje gedaan. Even later ging de wekker af. Op onze gsms was het net
7 uur. Vreemd! Bleek dat het in Robe een half uur vroeger is, dus onze
horloges aangepast om vergissingen te vermijden.
Vóór negenen zaten we al in de auto want we hebben een
afstand te overbruggen van 422 km naar Cape Jervis waar we de ferry moeten
nemen voor de oversteek naar Kangaroo Island. Hier verblijven we
2 nachten.
Na ongeveer 1,5 uur rijden (ik had juist mijn ogen
dicht), remde Paul plots heel stevig. Er stak net een hertje de baan over en
gelukkig voor het beestje bleef het onderweg niet stilstaan, anders had het een dode bambi
geweest. Oef!
Onderweg in Wellington moesten we plots stoppen voor een
gesloten barreel. Vermits er een trailer voor ons geparkeerd stond, dachten we
dat er een boot passeren moest, maar niets was minder waar. We moesten op een
overzetboot rijden die ons dan naar de overkant van de rivier vaarde. Vijf
minuten later waren we alweer op weg
Tegen twaalven gaan lunchen in Strath Corner Bakery
(afkorting van Strathalbyn) en een cappucino/hot chocolate gedronken. In
Australië kort men alles af, zo spreekt men van een breakky (breakfast), een chocky (hete chocolademelk) enz. Snel nog
wat wijn ingeslagen en onze reis verdergezet.
Rond 14.30 uur gearriveerd in Cape Jervis. Dadelijk
info gevraagd aan het bureautje; onze oversteek was immers pas gepland om
18 uur. De boot van 15.00 uur zat vol, maar misschien konden we mee
met die van 16.00 uur? Het zou fijn zijn om 2 uur vroeger op onze
bestemming aan te komen. En ja, hoor, op het laatste nippertje kregen we een
teken dat we nog mee mochten. We waren de laatste wagen die op de boot reed,
dus zijn we de eerste wagen die er terug af rijdt. Geen files! Nice! De vaart
duurt drie kwartier.
Ingecheckt in het hotel met uitzicht op zee. Een zalige
kamer met breed bed en alle voorzieningen. Dadelijk, na het uitpakken, een
reservatie gemaakt voor het avondeten om 19 uur in het Penneshaw Hotel (op 2 min. wandelafstand),
want we kregen 2 gratis glazen wijn aangeboden als we daar dineerden. Gedoucht
en heel lekker gegeten, d.w.z. een kippensnitzel met frietjes en een slaatje. Eindelijk
een normale maaltijd! Morgen wordt een drukke dag, want het eiland heeft veel
te bieden en we zijn hier maar 2 nachten
Na het ontbijt en voor het vertrek richting Robe nog even
een leuke wandeling gemaakt achter het hotel. Daar konden we de beide grote
bergen, die deel uitmaken van The Grampians National Park in volle glorie
fotograferen. De zon was alvast van de partij en het beloofde een mooie dag te
worden. Nog even gaan kijken naar de kangoeroes nabij de Race Course van Dunkeld,
maar slechts enkele dieren gezien die, zodra we arriveerden, de benen namen.
Langs het Visitor Center geweest om te vragen of er onderweg
naar Robe nog bezienswaardigheden waren. De dame van het center raadde ons aan
om langs Cape Bridgewater aan de kust te rijden. Daar konden we een wandeling van
meer dan een uur doen om de zeehonden te zien die zich daar huisvesten. Jammer
genoeg begon het onderweg te regenen en toen we uiteindelijk arriveerden aan
Cape Bridgewater goot het pijpenstelen. Snel iets gegeten in het locale café en
maar doorgereden naar Robe.
Gps deed weer zeer rare dingen zodat we de wegenkaart erbij
moesten halen. Toch nog een vrij lange rit gedaan in de gietende regen en per
toeval terechtgekomen op een transportroute van de road trains. Een road
train or land train is een soort van vrachtwagen die in Australië,
Canada, Mexico en de VS op een efficiënte manier goederen vervoert. De term Road Train wordt vooral gebruikt in
Australië. Je kan het vergelijken met een vrachtwagencabine met 2 of 3 opleggers
die van 27,5 tot 36,5 m lang kunnen zijn. Ze zijn ook een pak hoger dan de
onze. Deze vrachtwagens rijden aan de maximum snelheid en wijken voor niets of
niemand. Het zijn dus gehaaide wegreuzen. Omdat het zo goot en omdat we zoveel
road trains tegenkwamen die steevast over de witte lijn gingen (zeker als ze
een bocht namen) kozen we bewust om via een andere weg naar Robe te rijden. Het
was een beetje té gevaarlijk!
In het zonnige Robe gearriveerd rond half 5 in de
namiddag. Onze cottage lag juist buiten het stadje Robe en we vonden de sleutel
in een telefoonkastje op de veranda. Even later bezoek gekregen van de eigenaar.
Die kwam zich voorstellen. De vragen die we nog hadden, konden we hem stellen
vooraleer een douche te nemen.
Eten kon blijkbaar in Victoria Street, de hoofdstraat in
Robe. Eerst zijn we te voet vertrokken, maar we vonden het nogal frisjes en
hebben daarom de auto genomen om te gaan eten. Goed rondgekeken om de
verschillende restaurantjes te vergelijken, maar uiteindelijk toch maar gekozen
voor een pizzeria. We hebben echter geen pizza gegeten ;-). Paul had een
lasagna met lookbrood en ik had een heerlijke salade met kip, peer, pesto en
parmezaan.
Woensdag 06-12, van Port Fairy naar Dunkeld via de Grampians
Vandaag leuke dag gehad. Na een ontbijtje op het prachtige
terras met uitzicht op de plezierhaven van Port Fairy vertrokken naar Hamilton.
Onze host, Richard, van het Oscars Waterfront Boutique Hotel, had voor ons het
adres van een computerwinkel opgezocht in Hamilton, een stad die we zouden
kruisen als we naar Dunkeld, onze volgende bestemming, zouden reizen. Eindelijk
duidelijkheid in het vooruitzicht!
Toen we arriveerden in Hamilton bleek de computerwinkel
gesloten te zijn en ik bedoel daarmee terminaal gesloten. Ik ging informeren
bij de kapper die naast de computerwinkel gelegen was en er bleek een andere pc‑winkel
te bestaan 2 straten verder. Daar werden we vriendelijk geholpen door
Ricky die gelukkig van wanten wist. Het was dan toch niet onze usb‑uitgang die
om zeep was, maar slechts het toestelletje waarmee ik fotos van de SD‑kaart op
de tablet zette. Hij bood dadelijk een ander toestel aan dat over 6 verschillende
uitgangen beschikte. Dat wat de oplossing! Voor $ 40 waren we gesteld en
super blij dat we de volgende 2 maanden verder onze fotos konden opslaan.
Snel een sandwich met heel veel groenten gegeten in een
koffiebar en dadelijk richting hotel gereden. Ondanks het feit dat het adres
alweer geen nummer had, heeft onze gps het hotel feilloos gevonden. Dadelijk
ingecheckt, een reservatie voor het avondeten gemaakt (19.30 uur, want er
is hier niet veel keuze), bagage weggeborgen en vertrokken naar de Grampians.
Grampians National Park is een zandsteengebergte en kreeg
zijn Engelse naam in 1836 van Major Thomas Mitchell, die de Grampians op de
Grampian Mountains in Schotland vond lijken. In 1984 werden 1 672,29 km²
van de Grampians beschermd als nationaal park. Hier moeten we beslist een
aantal lookouts bezichtigen
Op het verste punt liggen de Mackenzie Falls. Het is
ongeveer 90 km rijden, een lange rit dus vooraleer we de parking van de
Falls opreden. De Falls liggen op 2 km afstand van de parking en zijn
ongeveer 25 m hoog en 20 m breed. Die 2 km gaan dus recht naar
beneden via paden en trappen. De Falls waren overweldigend. We hebben er al
verschillende gezien in vorige reizen, maar deze was de wandeling zeker waard.
Mooie fotos genomen en uiteraard ook een selfie. De terugweg was goed voor
37 floors. De dragers van een Samsung Gear II‑horloge weten waarover
ik spreek (voor de leken, 1 floor= 3,5 m stijgen).
De volgende uitzichtpunten waren de Reed Lookout en The
Balconies. The Balconies is rotsformatie die zich boven een diep dal bevindt; als
het ware een stenen balkon Toen we daar arriveerden, bleek dat er een
aantal jongeren zich op de rotsformatie bevonden en daarmee de regels
overtraden want het was verboden terrein. Er stond zelfs duidelijk een bordje
met No Access op die plaats; het was
zelfs onverantwoord! Dit betekende dat je, vanuit de lookout, niet alleen de
rotsformatie zag, maar ook de jongeren die zonder enige verantwoordelijkheid op
het uiterste puntje van de rotsen waren gaan zitten en elkaar onophoudelijk
fotografeerden. Omdat dit maar bleef duren, heb ik hen vriendelijk (inwendig
kokend) toegeroepen dat ik graag een foto van de rotsformatie wilde nemen maar
zonder hen en of ze even opzij wilden stappen. Eén van de meisjes reageerde
heel positief en dreef de hele groep opzij zodat we toch nog een mooie foto
konden nemen.
Volgende lookout, de Boroka Lookout, hebben we moeten
overslaan wegens tijdgebrek. Het lag nog eens 15 km verder van de weg het
binnenland in. Daarna nog het Wonderland Carpark bezocht dat bijzondere
rotsformaties bevatte die op de Grand Canyon leken. Mooie omgeving met een
rotsachtig pad waardoor we alweer moesten klimmen (goed voor mijn bips!).
Ondertussen was het al vrij laat in de namiddag geworden en
op onze terugweg moesten we plots snelheid minderen en stoppen. Net voor ons
stond een vrachtwagen en blijkbaar was er net voor de vrachtwagen een boom
omgevallen. Het Rescue Team moest de boom opruimen, maar daarvoor moest hij
eerst in stukken gezaagd worden. We hebben daar even tijd verloren. Pas rond
19.30 uur terug in het hotel aangekomen en dadelijk de receptie laten
weten dat we wat later zouden komen eten. No worries antwoordde de
receptioniste
Voor het eerst een steak gegeten omdat we er zon zin in
hadden. Gelukkig hadden we frites als side dish, want de steak werd à point
geserveerd, zoals gevraagd, maar zonder groenten. Als ik thuiskom, ga ik massas
groenten eten en nooit meer klagen dat ik ze moet kuisen ;-)
Snel nog het verslag typen en de fotos in de juiste mapjes
steken, want dat is al een paar dagen misgelopen. Blij dat het probleem
opgelost is
Vertrokken vanuit Apollo Bay, na een lekker ontbijt, naar
Port Fairy. Vandaag wordt een dag van vele lookouts langsheen de Great Ocean
Road. Een deel van de bezienswaardigheden speelt zich af in het Great Otway
National Park. Onze eerste stop was Maits Rest. Een wandeling van ongeveer
30 min. Brengt je langs een vallei die deel uitmaakt van het oude
regenwoud. Reuze myrtle‑beuken stijgen hoog boven je hoofd en vormen een luifel
voor het geweldige aanbod van varens en mossen. Veel beuken zijn honderden
jaren oud en vormen een belangrijk onderdeel in dit koel gematigde regenwoud
van het Great Otway National Park. Ondanks het feit dat het weer bewolkt was,
hebben we toch prachtige fotos gemaakt.
Nadien een stop gemaakt aan Cape Otway, waar het Otway
Lightstation gevestigd is. De vuurtoren is de oudste overlevende en
belangrijkste toren op het vasteland in Australië en werd gebouwd in 1848.
Omdat we eerder al een vuurtoren bezochten met gids zijn we gewoon naar de
lookout gewandeld om daar een foto te nemen. De inkom was net iets té duur!
Verder gereden naar Lavers Hill waar we lekker geluncht
hebben met een chicken wrap en een cappuccino. Buiten zagen we een aantal
ontzettend mooie papegaaien de plaatselijke bewoners. Ze waren rood,
blauw en groen van kleur. Echt prachtig!
Vanuit Lavers Hill naar het Great Otway National Park
gereden om de Triplet Falls te bezoeken. Vanaf de parking was het een uur
wandelen heen‑en‑terug. We begonnen met het beklimmen van een oneindig aantal
trappen en wandelden alweer door het regenwoud. Na ongeveer 20 minuten
hoorden we het geluid van neerstortend water en konden we de Triplet Falls
bewonderen. We hebben al mooiere overweldigende watervallen gezien, maar deze
was de wandeling toch waard. Ongeveer 40 minuten gedaan over de wandeling
i.p.v. een uur. Teruggereden naar Lavers Hill om van daaruit onze tocht op de
Great Ocean Road verder te zetten.
Eerste lookout was de Gipson Steps en even later konden we
te voet naar de 12 Apostles wandelen. Deze rotsen zijn van kalkzandsteen
en steken vlak voor het zandstrand van het Port Campbell National Prk uit op
zee. Onder invloed van de alsmaar beukende golven is op 3 juli 2005
een 50‑meter hoge rots uit deze rij ingestort. Sindsdien staan er nog
8 rotsformaties. De Twaalf Apostelen vormen een grote toeristische
attractie (het liep er vol Chinezen die, zoals we gewoon waren, voor elke
attractie een selfie moesten nemen en dit met 8 verschillende
smartphones!). Het is mogelijk om er een scenic flight te doen met een
helikopter. Ze zijn eigenlijk genoemd naar de Twaalf Apostelen van Jezus. Eerst
werden ze de Apostles genoemd, maar uit marketingoverweging werd dit veranderd
in The Twelve Apostles (hoewel er ook toen al geen 12 rotsen stonden).
Heel mooie fotos genomen!
Het volgende uitzichtpunt was de Loch en Gorge lookout
(uitgeholde inham). Dit zijn beide prachtige rotsformaties waartegen de kracht
van het water zo intens is dat het erosie veroorzaakt rond de rotsen. Heel indrukwekkend!
Verder nog The Arch (rotspoort), The Grotto en The London Bridge bezocht. Deze
laatste bestaat uit 2 rotsbogen waarvan één is ingestort in 1990.
Uitzonderlijk mooi! Wat is de natuur hier prachtig!
Rond 18.15 uur aangekomen in ons hotel Oscars
Waterfront Boutique Hotel en vriendelijk ontvangen door onze gastheer Richard.
We hebben alweer een prachtige kamer met alle luxe. Snel een douche genomen en
daarna gaan eten bij de Italiaan(op loopafstand). Paul had pizza en ik koos
alweer voor een salade. Die was echter zo pover dat ik een stukje pizza van
Paul kreeg om mijn honger te stillen. Op de kamer nog een paar crackers gegeten
van de grote honger
Voor mijn fitnessvriendjes Vandaag 18 584 stappen
gedaan (in jullie ogen niet zo veel), maar wel 50 trappen gedaan. Mijn
record van 32 trappen is hiermee ruimschoots verbeterd ;-)
Vanmorgen, na het ontbijt, op zoek gegaan naar de pc‑winkel
in Melbourne. In plaats van de tram te nemen (die trouwens gratis is als je
binnen het centrum van de city blijft), toch maar vertrokken met de auto omdat
het ons tijd zou besparen. Tussen 09.00 en 10.00 uur bleek de ochtendspits
nog steeds niet geminderd te zijn zodat we nergens parkeerplaats vonden. Dan
maar doorgereden naar onze volgende bestemming. Het heeft ons heel wat moeite
gekost om Melbourne te verlaten, want de gps was totaal in de war. Maar het
gezond verstand en vooral het oriëntatievermogen van Paul heeft ons weer back
on track gebracht.
Onze bestemming was Apollo Bay met zijn wereldberoemde Great
Ocean Road. Eerst namen we de snelweg tot aan Geelong en van daaruit zijn we
binnendoor afgezakt naar Point Lonsdale met zijn Cape Otway Lightstation. De
vuurtoren is de oudste overlevende en belangrijkste toren op het vasteland in
Australië en werd gebouwd in 1848. Eerst namen we een aantal mooie fotos en omdat
het lunchtijd was, besloten we in het dorpje te eten. Een betaalbare koffiebar
gevonden voor een gezellige lunch. Zoals gebruikelijk in Australië bestel en
betaal je eerst je lunch, krijg je vervolgens een stalen staander met nummer
mee naar de tafel waarna men je bestelling brengt. Toen ik wilde betalen met
Mastercard vroeg de dienster of ik wilde swipen. In België kan je niet swipen
met je creditcard dus zei ik dat dit in België niet kon. Ze was super
enthousiast dat we vanuit België helemaal naar Point Lonsdale kwamen. Ik heb
haar dadelijk met de glimlach erop gewezen dat we eigenlijk op weg waren naar
Apollo Bay en dat dit louter een lunchstop was.
Verder gereden naar Torquay en dan naar Lorne waar het
mooiste deel van de Great Ocean Road begint tot aan Apollo Bay. De kust is hier
vrij ruw en de golven kletsen meedogenloos tegen de kliffen. Zalige fotos
genomen, maar nu moet ik ze ook met de gsm nemen om toch maar iets te kunnen
posten op de blog. Het weer was niet schitterend; het was slechts
16 graden en bewolkt, maar af en toe kwam de zon erdoor en dat leverde dan
weer prachtige plaatjes op.
In de late namiddag gearriveerd in Apollo Bay. Een beetje
moeten zoeken naar ons logement, maar hartelijk verwelkomd door onze gastheer
Duncan. Hij heeft ons dadelijk een plannetje van de omgeving bezorgd en ons attent
gemaakt op alle bezienswaardigheden in de buurt. Tevens was hij bereid een pc‑winkel
op te snorren in Warambool (stad waar we doorrijden naar onze volgende
bestemming) om naar de tablet te laten kijken.
Eerst in Apollo Bay gaan wandelen om een geschikt restaurant
te vinden, daarna gedoucht en gaan dineren in een bar waar zo ook een Ceasar
Salad, mijn favoriet gerecht, serveerden. Fijne dag gehad!
Gisteravond toch niet zo vroeg gaan slapen dan gepland dus
pikte het een beetje toen we vanmorgen om 03.45 uur het bed uit moesten.
Een uurtje later zaten we al in de auto op weg naar de luchthaven. We
arriveerden rond half 6 aan het bureautje van Hertz, maar op de parking
was niemand te bespeuren om de auto in te leveren. Gepakt en gezakt te voet
naar terminal 4 gestapt (we reisden met Qantas) om daar in het
Hertzkantoor de sleutel van onze auto en gps af te geven. Ook daar bleek
niemand aanwezig te zijn. De balie had ook geen aparte opening waar je iets kon
droppen. Misschien waren we te vroeg? Daarom eerst ingecheckt en onze bagage
afgegeven. Hier vroegen we of we nog van seat konden wisselen, maar blijkbaar
zat het vliegtuig vol. Nogmaals te voet naar de parking gewandeld (met
handbagage) maar er was nog steeds niemand te bespeuren. Toen we uiteindelijk
terugkeerden was het al na zessen en kwamen we onderweg een dame met een
fluogeel jasje tegen. Op haar borst prijkten de letters HERTZ. Yes! Ze heeft de
papieren, de sleutels en de gps met de glimlach in ontvangst genomen
Cappuccino gedronken en naar de andere reizigers gekeken.
Meer kan je niet doen op een luchthaven. Op het vliegtuig zat ik tussen
2 jongemannen. Die aan mijn linkerkant sliep al toen ik arriveerde en die
aan mijn rechterkant was druk berichten naar zijn lief aan t sturen. Kon
het echt niet helpen dat ik toevallig honey
zag verschijnen op het scherm van zijn smartphone ;). Toen iedereen eindelijk
zat, vroeg ik hem langs mijn neus weg of hij alleen reisde. Hij knikte ja en
dat was de ideale moment om hem te vragen van plaats te wisselen met mijn man
die 2 rijen voor mij zat. En weet je wat? Hij zei ja en stelde voor om te
wisselen als we eenmaal waren opgestegen. Dus hadden we alweer chance om de
hele vlucht, zon 3,5 uur, toch weer naast elkaar te zitten.
We landden om 12.30 uur, maar ook hier zitten we in een
andere tijdzone en moeten er nog 3 uur bij geteld worden. Het uurverschil
met België bedraagt ondertussen 10 uur! Vol enthousiasme zochten we het
Hertzkantoor op en alweer vonden we een lege balie. Rechtstreeks naar de
parking gaan, was de boodschap. Onderweg kwamen we een Hertzkantoor tegen en ja
hoor, deze keer werden we met de smile bediend. Waarom de dame ons een andere,
minder grote auto met ingebouwde gps voorstelde, zullen we nooit te weten
komen. We probeerden onze koffers in deze Hyundai i30 te proppen, maar
verkozen toch waarvoor we tenslotte hadden betaald, een Toyota Corolla met
aparte gps.
Dadelijk de gps ingesteld naar Spring Street, maar toen
kregen we een keuze van ongeveer 10 mogelijkheden. Overal stond Spring Street
vermeld en ze lagen allemaal in Melbourne. Dan maar Spring Street North gekozen
(want oh, ja, je had ook nog South, East en West) maar toen kon ik geen
nummer 13 ingeven. Vreemd! Voorstel van de gps was nummer 98 te
kiezen. Voilà, dat was een makkie! We dachten ook dat, als we nummer 98
vonden, we ook nummer 13 zouden vinden. Zo werkt het tenminste bij ons. Waar
we toen belandden, wil je niet weten. Toevallig zagen we een koppel met een
kind en een hond op straat lopen. Dadelijk hulp gevraagd en de vriendelijke
man, die in Melbourne woonde, wist ook niet waar Spring Street 13 gelegen
was. We moesten in Melbourne 3000 zijn en je hebt o.a. ook nog Melbourne 3270
en zo Hij haalde dokter Google erbij, heeft uiteindelijk onze gps
correct ingesteld en mét resultaat!
We kwamen uiteindelijk pas tegen 17.00 uur in het hotel
aan. Omdat we allebei hongerig waren, besloten we eerst te gaan eten en dan te
douchen. Even aan de balie van het hotel een restaurantje gevraagd waar we geen
burgers, pizzas en andere fastfoodrommel konden eten, maar een steak of een
slaatje. Ze gaf ons een adres door dat op een halfuur wandelafstand lag. Met
een stadsplan in de hand kom je doorheen heel het land Onderweg begon het
jammer genoeg te regenen; het is hier slechts 17 °C, zon 17 graden
minder warm dan gisteren. Gelukkig hadden we een fleece en een jas aan. We
kozen tenslotte voor een Grieks restaurant waar we een souvlaki aten met kip en
lamsvlees, maar het was niet echt lekker. Je kan precies alleen maar lekker
eten in België! Krijg zon heel klein beetje (lees veel) zin in een slaatje Louisiana van
De Kolonie Of in de Hemingway, of in het vispannetje en ik vergeet de
scampis diabolo nog en de steak en
Morgenvroeg gaan we nog even langs bij een
computerwinkel hier in Melbourne waar ik de enige usb‑uitgang die mijn
formidabele tablet van Microsoft rijk is, laat nakijken. Vermoedelijk is hij
stuk en kan ik dus geen fotos meer van mijn SD‑kaartje op de externe harde
schijf zetten, wat een regelrechte ramp is. Misschien kennen zij een andere
oplossing voor mijn probleem?