Rond Kerstmis en Nieuwjaar sturen vele mensen kaartjes naar elkaar.
Op deze kaartjes staan letters en cijfers en daarom leren we over alles wat we ook in het eerste leerjaar zullen leren.
Het is weer dankzij de schattenstaart dat er letters, cijfers, pictogrammen en vormen onze klas binnenwandelen.
De meegebrachte kaartjes en een dik pak kaartjes van de juf, worden gesorteerd volgens gelegenheid: verjaardags-, geboorte-,
trouw-, kerst-, vakantie-, overlijdens-, uitnodigings-, bedankingskaartjes, ...
De winkel wordt een postkantoor waar iedereen kaarten kan komen kopen.
Een brievenbus (met bijhorende postbode) mag niet ontbreken.
De kinderen leren briefjes vouwen en schrijven de naam van een andere kleuter van een lijstje af. Juuuuf, welke naam is dit?
De postbode bezorgt de brieven aan de rechthebbende kleuter.
Ons klaswinkeltje wordt ook aangevuld met letters.
Alle letters worden gesorteerd en benoemd.
De kinderen kopen ze aan, bakken er taarten van of tekenen errond tot hun naam verschijnt.
Aan de knutseltafel doen we nog meer rond letters: met stempels, er rond tekenen en opvullen met mooie figuurtjes,
letters knippen uit meegebrachte boekjes, letters schilderen, letters tekenen met speciale letterlatjes,
een lettermannetje maken van krantenpapier, met lichtstokjes schrijven we letters in de lucht
De rinusklusjes laten ons zoeken naar de b van boom en de r van roos.
We rijmen met kleur op afbeeldingen: de kalkoen kleur ik groen, het hart kleur ik zwart, de tuin kleur ik bruin,
de pauw kleur ik blauw, de kameel kleur ik geel,
Op de metalen plaat plakken de magneetletters goed vast.
Je kan met de magneetletters woordjes en namen naleggen en zelf woorden uitvinden.
Juf, wat heb ik geschreven?
Aan de juf om deze woorden te lezen, bijv.: gbnoptzmpaxnw, probeer zelf maar eens.
De kleuters ontwerpen hun eigen postzegel.
Natuurlijk zijn ze koning of koningin van hun eigen postzegelland en zo vereeuwigen ze hun gezicht
op een maxi-postzegel met zelfgetekende kartels.
Een trucje om die uuuuuu al eens te oefenen.
Met de hele klas luisteren en kijken ze naar mijn post-poppenspel met een postbode
die steeds door zijn benen zakt (de pinnen zaten wat los) en Bart die een brief naar oma stuurt.
Iedereen moet mee helpen zoeken in welke brievenbussen de brieven van de postbode horen.
Later zoeken we nog wat post-woorden (postzak, postbus) en woordjes die beginnen met een P.
Met de kikkers op boomstammen zoeken we de plaats van elk cijfer in de rij, lezen we het cijfer op de boomstam en tellen we kikkers.
We rangschikken, verdelen de kikkers eerlijk in twee, zoeken het cijfer in het midden, bepalen welke kikker eerst, laatst,
is.
Op karton maken de kleuters hun eigen klok.
Leuk om eens aan de wijzers te mogen draaien want bij een echte klok mag dat niet.
We leren dat de grote wijzer steeds op de twaalf moet staan en dat de kleine wijzer dan het uur mag aanwijzen.
We kunnen zelf al zeggen hoe laat het is.
Andere combinaties kunnen voor sommige kinderen op deze leeftijd nog te veel verwarring brengen.
Bijlagen: https://plus.google.com/photos/113610629477822902045/albums/5981081895334005777
|