Soms denk ik: 'Die bocht haal ik nooit of die helling raak ik niet op...' maar achteraf blijkt het meestal nogal mee te vallen. Ook wanneer ik mij een paar dagen later weer hopeloos vast rij kom ik er wel doorheen...
Iets met Diamond. En ik heb ook iets met Neil Diamond. Er is die ene song die ik elk jaar op de eerste dag van een nieuwe lente wil draaien...maar zolang kan ik niet wachten. Diamond schreef ook I'm a Believer, een nummer waar The Monkees een wereldhit mee hadden ook al bestonden ze alleen in de televisiestudio. Het geeft mij energie om honderd kilometer en meer op te fietsen. dc
Iets met Bach. Ik heb iets met Johann Sebastian Bach. Wat het is weet ik niet. Als kind heb ik er nooit naar geluisterd en de Duitse taal heb ik ook al niet gestudeerd. Dus zijn teksten begrijp ik niet en toch word ik zo door zijn muziek aangesproken. Gaat recht naar mijn hart, maakt mij week maar ook sterk. Geloof dat je van Bach een beter mens wordt. Mensen kunnen ook lang na hun dood iemand anders blijven inspireren, beroeren, ontroeren. Ook bij leven zijn er medemensen die zonder het vaak zelf te beseffen anderen beter maken. Niet zelden zijn het zieken of ouderen. Kinderen ook. Zij leren mij om te gaan met mijn kleine en grote onhebbelijkheden, mijn frustraties en onvermogen om dingen te accepteren zoals ze zijn. dc
Scheve gedachten... Nieuwjaarswensen zonder toeters of bellen krijg ik van onze buurvrouw Lizette. Geen flikkerende kerstbomen, ontkurkte champagneflessen via internet, maar kort, krachtig en gemeend. Hoe oud is ze ondertussen? Zeker al tachtig! Haar gezicht is een beetje 'gekrakkeleerd' door de jaren, maar onverzorgd komt ze nooit buiten. Als ze mij kust voel ik aan mijn lippen dat ze haar grootste groeven iets te overdadig dicht geplamuurd heeft. Ik pak haar eens stevig vast want ze is al sinds jaar en dag alleen. 'Beste Wensen! Een goede gezondheid en nog vele jaartjes! Ze is weduwe. Haar man is lang geleden op jonge leeftijd gestorven en nadien heeft ze geen liefde meer gekend. Al die tijd is ze in haar kleine huisje blijven wonen. Het is er kraaknet. Elke dag schuifelt ze enkele keren aan ons raam voorbij, met een grote boodschappentas of gewoon met haar handtas, als ze de stad intrekt. Fietsen doet ze niet meer omdat ze zo nu en dan haar evenwicht verliest. Dan blijft ze een beetje staan, zoekt steun tegen de muur en keert ze op haar stappen terug. De drukte van de Stationsstraat kan ze makkelijk een dagje missen. 'Ik heb een 'draaiingske' gehad', zegt ze dan. Maar 's anderendaags stapt ze weer kranig voorbij. Soms ga ik bij haar wel eens bellen. Voor enkele eieren of een flesje melk. Die gaat ze dan halen in het kleine schuurtje waar haar voorraad ligt. Als ik thuiskom na het fietsen en bemerk dat ik mijn sleutels vergat, ga ik bij haar in de living zitten, tot mijn vrouw moe van het winkelen thuiskomt. Dan zet ze de televisie wat zachter en wil ze weten hoe ver we deze keer gereden zijn. Breskens!? Vol ongeloof kijkt ze mij dan aan. Tot voor kort ging ze zelf nog een paar keer per jaar reis. Naar zee, Kroatië of Italië. Op zondag komt een vriendin haar ophalen en dan gaan ze samen koffie drinken. Meestal op de Heide in Waasmunster. Met verwondering, bewondering en respect kijk ik hoe ze in het leven staat. Zonder toeters of bellen en als ze haar puk code van haar gsm kwijt is, help ik haar wel. dc
...All'inizio dell'inverno, dice, ho voglia di sposarmi. Fa freddo, il ristorante è lontano. Ho bisogno di crearmi una famiglia. In primavera, mi passa.
Jules Renard
Bij het begin van de winter, zegt hij, heb ik zin om te huwen. Het is koud, het restaurant is ver. Ik voel de behoefte om een familie te stichten. In de lente gaat dit over.
...Se non ci fosse l'inverno, la primavera non sarebbe così piacevole. Se non provassimo l'avversità, il successo non sarebbe tanto apprezzato.
Anne Bradstreet
Als er geen winter zou zijn, dan zou de lente nooit zo aangenaam kunnen zijn. Als we geen tegenspoed zouden kennen, dan zou het succes nooit zo zoet kunnen smaken...
...Nog een laatste traan wegpinken om alweer driehonderdvijfenzestig dagen vol leven en lust. Nog een keer omkijken naar wat geweest is en dan weer verder.
Energie was het gevoel dat bij mij vandaag overheerste. 'Gij zijt maf', zijn mijn dochter omdat ik na een sessie op de vaste rol in de sportkamer, ook nog voor een uur of drie de weg opging. De wind kon mij niet echt deren. 'Dan trap ik maar wat harder en als dat niet meer lukt, rij ik gewoon wat trager!' Droog blijven was mijn enige bekommernis, maar door de felle wind kreeg regen geen schijn van kans. De inktzwarte lucht dreigde wel maar daar bleef het gelukkig bij. Ik trapte een ronde van vijfenveertig kilometer bij elkaar en bleef nadien hangen in de buurt van Sombeke waar bruggen en korte klimmetjes het verschil maken. In mijn hoofd was de muziek van Béla Bartòk blijven hangen. Zijn Roemeense Dansen zijn, net als de benen van Wout en Mathieu, een brok energie. Magnificat! Wat was het weeral fijn om een uur of drie buiten te zijn! F.F
Zalige Hoogdag ! wensten we elkaar in de familie toen onze beide ouders nog leefden. Nadien geraakte het gebruik een beetje in onmin en werd vervangen door Vrolijk of Prettig kerst-feest. De kerkelijke boodschap was wereldvreemd geworden. Welk gevoel overheerst er vandaag en hoe kan je er met muziek uiting aan geven? Evenwicht. Een constant zweven tussen rust en onrust, zoeken en vinden. In het allegretto uit de Symfonie in d, van César Franck vind je beide emoties en in de aria uit de Goldberg variaties van Bach, de perfecte balans tussen lichaam en geest.
WIELERTOERISME Zondag. Spoorweglaan. Tien voor zeven. De grote baan staat blank. Overvloedige regen is de dader. Was er geen droge dag voorspeld? Weinig beweging op Messenger. Naast Patrick T.H. brandt een groen lampje. Als het er op aankomt is hij altijd paraat. Uitgebreid ontbijtritueel zoals steeds wanneer ik intenties koester om te fietsen. Gij zult niets ontberen mijn zoon. Acht uur. In de zetel leg ik mij nog even te dommelen. Een onrustige nacht eist zijn tol. Dochter om half drie nog niet thuis en buiten horen we onheilspellende salvo's van brandweer en ziekenwagens. Een uur later schiet ik wakker. Gestommel op de trap. De Trappers van half tien haal ik niet meer. Is dat René C. die behoedzaam voorbijglijdt? Het fietspad vertoont kenmerken van een glijbaan. Kwart voor tien. Mountainbike biedt mij iets meer evenwicht. De kerktoren van Sint Gillis Waas is mijn eerste baken. Roekeloze joggers op de oude spoorwegroute spelen met hun leven en hun enkels. Schuivend en glijdend, voetje voor voetje zoeken ze vertwijfeld hun weg. Darmkrampen. De rode wijn van gisterenavond was duidelijk te jong. De Oude Statie. Niets te vroeg. Binnen en buiten. De verlossing. Wat een bedoening altijd voor wat in wezen een kleine of grote behoefte is. In de zomer loopt dat een stuk vlotter. De toren van De Klinge. De sanitaire stop geeft mij vleugels en nog voor de klok elf keer slaat rij ik triomferend de gezellige markt van Hulst op. Het is wenselijk en wijselijk om niet voor het veld te kiezen en op berijdbare wegen te blijven. Als ik een iets groter verzet trap krijg ik beslist dikkere kuiten en billen. Trappen is eigenlijk niet de juiste term voor een alle-terrein-fiets. Stampen. Stampen is een beter woord. Twintig kilometer per uur is mijn richtsnelheid. Heikant, Stekene, Kemzeke. Vrasene zal ik vandaag niet meer halen. Eenmaal terug op de route kruis ik Gunther de Voorzitter. Hij ziet er een beetje kouwelijk uit. Sint Niklaas. Spoorweglaan. 12.20. Heerlijk om op zondagmorgen een paar uur buiten te kunnen fietsen. Blijkt dat er hutsepot op het menu staat. Waar kunt ge een vermoeide coureur nu blijer mee maken? Eenmaal slijk en modder weggespoeld zijn wachten er pannenkoeken met chocopasta en koffie. Als mijn fietskameraad terug op de been is zal ik er staan. F.F. wordt vermoedelijk vervolgd.