Ik wil graag eens een waarschuwing uitsturen voor jonge en/of
toekomstige ouders: het is een vreselijk ondankbare job, en je zal gegarandeerd
tekortschieten. Waarmee zich dan ook meteen de vraag stelt: "Zou je er wel aan beginnen?"
Eerlijk gezegd: "Ik weet het
niet!"
Oh jawel, er zullen momenten komen, later, véél later, als je kind
volwassen zal zijn, waarbij je met een zeker gevoel van trots zal kunnen
denken: "Zie, dat is mijn kind, en kijk
eens wat hij/zij bereikt heeft!" En dan kan je even de illusie koesteren
dat je daar als ouder een verdienste aan (gehad) hebt. Maar dan zijn er ook die
momenten waarop je kind je verwijt dat je hem/haar onheus behandeld hebt,
tekort gedaan hebt, overdreven streng en onrechtvaardig opgevoed hebt. Die momenten
komen bijzonder hard aan, en maken dat je aan jezelf gaat twijfelen: "Heb ik als ouder écht compleet gefaald?"
Het antwoord op die laatste vraag is sowieso: "Ja!"
Je hebt als ouder gefaald. Hoe dan ook. Misschien, wellicht, hopelijk,
niet de hele tijd, maar toch dikwijls. Véél te dikwijls!
Het probleem is dat er geen handboek bestaat voor het ouderschap en
voor de opvoeding van je eigen kind. Er is geen handleiding, er is geen cursus.
Je moet het zelf leren, gaandeweg. En hopen dat je de fouten die je in het
begin maakt, niet al te dikwijls zal herhalen. Maar dát je fouten zal maken,
daar mag je zeker van zijn. Soms zijn die nog te herstellen. Maar soms niet
meer, en dan laten die bij jou als ouder én bij je kind littekens achter die,
ook véél later, af en toe nog pijnlijk kunnen opspelen.
Soms, meestal, hebben je fouten geen onherstelbare gevolgen voor je
kind, later. Maar soms komt het nooit meer helemaal goed. En dan moet je met
het schuldgevoel verder leven. En als je denkt dat dat wel zal slijten, vergeet
het maar: op en tijd stond zal je daar wel aan herinnerd worden door je kind. Al
dan niet opzettelijk of doelbewust.
En ja, het is een ondankbare job.
Als het later goed gaat met je kind, is het zijn/haar verdienste. Als
het fout loopt met je kind, dan is het jouw schuld. Maar nooit, of toch zelden,
heb je het gevoel dat je waardering krijgt voor wat je als ouder gepresteerd
hebt. Nooit, of toch zelden, kan je jezelf op de borst kloppen en zeggen: "Dat heb ik toch weer mooi voor elkaar
gebracht."
Er zijn, gelukkig maar, wél momenten waar je als ouder met een goed
gevoel kan op terugkijken. En er zijn ook momenten waar je kind met een goed
gevoel op terugkijkt en zegt: "Dat was fijn!"
Maar dat zijn helaas uitzonderingen. Het zijn vooral de momenten waarop je
gefaald hebt, die blijven hangen, op één of andere manier.
Al wil ik toch met een positieve bedenking eindigen. Je kinderen
hebben je hard nodig. Ze hebben je nodig als ze klein zijn. Maar, al laten ze
het niet meer expliciet merken, ze hebben je ook nog altijd nodig als ze
volwassen zijn. En, al bij al, dat geeft een heel warm en fijn gevoel.
En er is natuurlijk ook nog altijd Moederdag en Vaderdag:
twee dagen die (meestal) veel kunnen goed maken.
Dus ja, als je mij zou vragen: "Zou
ik er dan wel aan beginnen?", dan zou ik zeggen: "Als het dát is wat
je wil. Maar het is op eigen risico! En je moet wel tegen een stootje kunnen."
Cat Stevens heeft trouwens een mooi liedje geschreven over vader-zoon spanningen. Maar het zou
evengoed over moeder en dochter kunnen gaan:
|