Bij de eerste schuchtere zomerzon van de maand juli, heb ik mijn
stoute schoenen nog eens aangetrokken voor een flinke wandeling in Merelbeke.
Vooral met de bedoeling, moet ik eerlijk bekennen, nog eens een enthousiast
compliment te krijgen van mijn stappenteller. Want daar was ik wel aan toe! En
ja hoor: een compliment heb ik gekregen, en hij heeft zélfs met confetti gestrooid.
Wat kan een mens méér van het leven verlangen?
Onderweg viel het mij op dat de vuurwantsen opnieuw (of nog altijd?)
op pad waren, en actief in de weer met wat vermoedelijk hun voornaamste
bezigheid is. Ik herinnerde mij dat ik een vorige keer had ontdekt dat de
mannelijke vuurwantsen bij hun verwoede inspanningen om voor een nageslacht te
zorgen, soms zelfs letterlijk hun kop verloren. En ik vroeg me af of er
misschien nog andere soorten zijn waar de mannetjes letterlijk het slachtoffer
zijn van hun eigen geslachtsdrift?
En inderdaad!
Zo laten ook bij een soort kruisspinnen (Araneus pallidus) de mannetjes het leven tijdens de paringsdaad: de
vrouwtjes bijten hen dood en eten hen op terwijl ze nog bezig zijn. Het
probleem voor de mannetjesspin is dat hij piepklein is vergeleken met de
vrouwtjes, en als hij haar wil penetreren
dan moet hij acrobatische toeren uithalen. Helaas voor hem hangt hij dan
ondersteboven vlak vóór de kop van het vrouwtje, en die heeft wel zin in een
lekker hapje tijdens het vrijen.
Bij de Zwarte Weduwe heeft
het mannetje iets méér kans om te ontsnappen. Zij zal hem alléén maar opeten
als ze honger heeft na de paring. Als ze vooraf goed gegeten had, dan maakt hij
een goede kans om het te overleven.
Ook bij de Bidsprinkhaan
bekoopt het mannetje zijn sekshonger met de dood, en als hij een beetje pech
heeft dan eet zij hem al op terwijl hij nog maar pas begonnen is. Blijkbaar
stoort dat niet, want hij kan gewoon verder aan de gang blijven, zelfs al heeft
zij zijn kop al verslonden.
Bij de Diepzeehengelvis gaat
het er ook behoorlijk grof aan toe, en offert het mannetje zich totaal op bij
de "liefdesdaad": hij bijt zich in de
zij van het vrouwtje vast, en vervolgens groeien ze letterlijk aan elkaar. Over "eeuwige trouw" gesproken! Jammer
voor het mannetje verschrompelen zijn inwendige organen daarna één voor één,
om de groei van zijn testikels mogelijk te maken. Tot er alléén nog dát van hem
overblijft wat nodig is voor de bevruchting. Die "eeuwige trouw" blijkt overigens maar van één kant te komen, want de
vrouwtjes zijn er zelfs niet vies van om het met meerdere mannetjes tegelijk te
doen.
Het Octopus-mannetje moet ook zien dat zij zich op tijd uit de voeten
kan maken, want anders slaat het vrouwtje een paar "liefdevolle" armen om hem heen en wurgt hem. Waarschijnlijk om hem
later op een bedje van zeewier op te smullen.
Als we eerlijk zijn: het is per slot van rekening bij de mens niet zó
anders! Ook bij de mens lijkt het erop dat bij de mannetjes een groot deel van hun hersenfuncties uitgeschakeld wordt
als de "huidhonger" begint te knagen.
Zelfs de overlevingsdrang of drang tot zelfbehoud wordt op inactief gezet. Niet
voor niets zegt men dat een man "zich het
hoofd op hol laat brengen" door een vrouw.
Voorbeelden zijn er te over.
Denk maar aan de fameuze Sirenes
die de zeevaarders zó totaal van de wijs konden brengen dat die zichzelf en hun
schepen op de rotsen stortten. Of denk maar aan de mannen die zich door
superverleidster Mata Hari zodanig
lieten betoveren dat zij haar de allergrootste geheimen toevertrouwden. Of zie
naar Julius Caesar, lang geleden:
toen de machtigste man op aarde, maar hij viel als een blok voor Cleopatra. Net als zijn opvolger Marcus Antonius, trouwens. De Russische
tsarina Catharina de Grote was een
meesteres in het bespelen van de mannen die ze kon gebruiken in haar complotten
om in Rusland aan de macht te blijven. Ook Madame
de Pompadour was er niet vies van om haar verleidingskunsten te gebruiken
om macht en aanzien te verwerven, en zo heeft ze Lodewijk XV helemaal om haar vingers kunnen winden. In zoverre
zelfs dat het hem niet eens meer iets kon schelen toen het allemaal fout begon
te lopen: "Après nous le déluge."
Meer recent (in 1963) heeft Christine
Keeler de ondergang van zowel de toenmalige Britse minister van defensie John Profumo als van diens
premier Harold MacMillan op haar
geweten omdat Profumo compleet voor haar charmes was gevallen.
Een vrouw kan van een man letterlijk alles gedaan krijgen als ze zijn zwakke plek beroert. De discussie
over wie nu het sterke geslacht is, en wie het zwakke geslacht, lijkt mij bij
deze onomstotelijk beslecht.
|