Over een rampzalige vicieuze cirkel gesproken: deze corona-crisis
lijkt nefaste gevolgen te hebben voor een versnelde ontbossing van het
Amazone-woud, en de ontbossing van onze regenwouden lijkt dan weer het risico
op dat soort pandemische virale infecties, en dus een nieuwe crisis, sterk te
verhogen.
De impact van het corona-virus op onze wereld en onze samenleving blijkt
hoe langer hoe groter te zijn. Niet zozeer door het virus zelf, maar vooral
door de manier waarop wij ermee omgaan en erop reageren.
In Siberië bijvoorbeeld zijn er dit jaar opvallend meer bosbranden dan
voorgaande jaren in diezelfde periode. En ook dát zou alles te maken hebben met
de corona-crisis: omwille van de quarantaine-verplichtingen trekken veel Russen
eerder dan anders naar hun zomerverblijf
in de Siberische bossen, en dan wordt de kans op "ongelukjes" met een brandende sigaret of met een kampvuurtje ook
veel groter.
En in Brazilië profiteren houtkappers van de corona-chaos om in het
Amazone-woud wild tekeer te gaan en daar grote stukken bos te "ontginnen". Controle is er nauwelijks
nog, omdat alle aandacht en energie op corona gericht is. En president
Bolsonaro is niet direct van plan om maatregelen te nemen om het regenwoud te
beschermen. Het gevolg is dat de houtkap de voorbije corona-maanden zowat 30%
hoger lag dan voorheen. Door de economische gevolgen van de crisis, vooral voor
de zwakkeren, zijn er ook veel meer "goudzoekers"
actief in het Amazone-woud: sukkelaars die op een wonder hopen om te kunnen
overleven. En ook die verwoesten grote stukken bos; in hun wanhopige pogingen
om de bodemschatten bloot te leggen die er volgens de geruchten zouden te
vinden zijn.
De regenwouden en grote bossen op de Aarde zijn in sneltempo aan het
verdwijnen of in elk geval aan het inkrimpen. En de corona-crisis zorgt er voor
dat dit nóg sneller gaat.
Dat dit een enorme, negatieve, impact heeft op ons klimaat en op het
milieu, en op de beschikbaarheid van drinkbaar water, dat wisten we al.
Maar nu beseft men ook dat die drastische verandering van onze
ecosystemen het risico op virale infecties sterk doet toenemen. Want door het
verkleinen van hun leefgebied zijn de woud-dieren genoodzaakt om dichter opeen
te gaan leven, waardoor de kans groter wordt dat ze virussen op elkaar
overdragen. (Het zondigen tegen de "social
distancing", weet je wel.) En als wij altijd maar verder bezig blijven om
stukken van hun leefgebied voor onszelf in te palmen, dan wordt ook de kans op
contact tussen mens en dier veel groter. En dus ook de kans dat een virus van dieren
op mensen over springt.
Dat is wat indertijd gebeurd is in Afrika met het Hiv-virus, en meer recent met het Ebola-virus. In Oeganda is ook het Zika-virus op die manier bij de mens terechtgekomen. En eigenlijk
is het ook ongeveer zo gegaan met de corona-virussen zoals SARS en nu
SARS-CoV-2 (zoals ik in een vorig stukje geschreven heb).
De kans dat zo'n virus, dat een mens van een dier gekregen heeft, "succesvol" is en erin slaagt om ook naar
andere mensen over te springen, is (gelukkig) erg klein. Maar hoe meer contacten
er zullen zijn tussen mensen en besmette wilde dieren, hoe groter de
waarschijnlijkheid dat het op een keer helemaal fout loopt. En als we ooit de
pech zullen hebben dat een echt dodelijk virus, zoals bijvoorbeeld het vogelgriepvirus, erin slaagt om vlot van
mens tot mens over te gaan, dan hebben we serieus prijs.
Het lijkt erop dat de natuur op die manier wraak wil nemen op de mens
voor wat die haar allemaal aan doet. Of misschien is het gewoon een poging van "moeder Natuur" om ons te waarschuwen
dat we helemaal niet goed bezig zijn?
De vraag is alleen: "Willen wij
luisteren?" Het ziet er voorlopig niet naar uit.
|