.
Er
zijn dagen die breed openzwaaien in gevleugeld proza, er zijn er andere die geen
punt vinden om op te steunen; vandaag is het zo een dag. Je wordt er wel niet
wanhopig van, het volstaat er kalm bij te blijven en af te wachten wat er komen
gaat, welke deur zich openen zal om
binnen te gaan en te hopen niet te zullen verdwalen in het landschap. Want dit
is het bijzondere ervan, je hebt de wegen die je neemt zelf te trekken op de
kaart, Google Earth helpt je niet je bent geconfronteerd met het nog
onbekende dat nu bekend moet worden.
Het
enige van de morgen was de tanende maan, waar je ze niet verwachtte. Een teken
dacht je waar je, je aan vasthechten kon om toch maar van de aarde te zijn en
minder van de luchten er boven[KLM1] . De aarde die je voedingsbodem
is en altijd is geweest, maar, en dit is typerend voor jou, je hebt gedacht dat
er, naast de zichtbare er tevens een onzichtbare was die je ook bezoeken kon en
waaraan je , often, very often , de
voorrang gaf. Een kwestie van originaliteit die je je permitteerde van tijd tot
tijd.
En
het is het originele in jou dat je verwijderd houdt van de rest. Het is in het
originele dat je je uitleven kunt, zelfs en vooral, zoals je hierboven
verklaarde, als je geen punt hebt om op te steunen, want pas dan kun je dingen
vinden op je zoektocht. En het hoeft dan niet of ze staan blijven of niet, ze
zijn er geweest de tijd van er te zijn, de tijd van te worden opgemerkt, en dit
is voldoende.
Wat
van de aarde is: de vier dichtbundels van gisteren, is een belangrijke
vingerwijzing voor jou. Als je die bundels legt naast de gedichten die jij
geschreven hebt dan weet je, dat je amper met de toppen van de tenen de aarde hebt
geraakt. Wat ontoereikend is in deze tijden opdat je, je met hen zou kunnen meten,
Het
feit is dat je bij het ouder worden tezelfdertijd uit de tijd die is, bent weg
gegroeid en dat je dit pas nu, na verloop van tijd bewust wordt. Zo, voor wat op
het ogenblik van de aarde is, ben je van geen tel meer. Je hebt je momenten
gehad, heb je ze gebruikt des te beter, heb je ze niet gebruikt, tant pis. Yourcenar wist het heel goed, ze
sprak over de tijd als ce grand
sculpteur, en dan bedoelde ze de tijd als beeldhouwer van het landschap
van de geest.
Ze
heeft het natuurlijk bij het rechte eind als ze dit zo ziet, maar dit betekent
ook dat de tijd niet stil staat, dat hij als beeldhouwer blijft werken, zich
voortdurend blijft wijzigen en dat, wat nu wordt aangeprezen ook, ooit zijn
beste tijd zal gekend hebben.
Hoe
dit gebeuren zich zal voordoen valt nog niet te voorzien. Het zicht op de aarde
wijzigt zich, ook de middelen om wat is van de aarde bloot te leggen zitten in
de maalstroom van de tijd. Een poging doen om de gap die je scheidt te overbruggen zal onvoldoende zijn, je moet
verder kijken, je hebt nieuwe pijlers nodig voor de brug aan de overkant die van
het komende is. Het is daar dat de gap
zich sluiten zal, overwonnen wordt.
Dan
ook is de tijd meer een hoop dat een vrees.
|