Uitgerust van het weekend begin ik deze ochtend een uurtje vroeger, de wekelijkse was roept.
Justine, de huishoudhulp is vrijdag vertrokken, haar periode van 6 maand zat erop. Via een soort vrouwenorganisatie – coöperatieve worden de meisjes opgeleid in enkele huishoudens, gedurende 6 maand leren ze de belangrijkste zaken, waarna ze een aanbevelingsbrief krijgen om een job te vinden, ze krijgen ook een financieel steuntje in de rug om eventueel een eigen winkeltje te beginnen, Justine vertelde me dat het haar droom is om een eigen winkeltje (wat in feite een stalletje langs de weg is) te beginnen in etenswaren, ik hoop van harte dat het haar lukt, mijn kleine steun heeft ze in ieder geval gekregen. De nieuwe huishoudhulp, Florence komt uit Togo, en zal hier ook haar 6 maanden “opleiding “ krijgen. Wanneer ze me ziet met mijn was, zegt ze dat zij dit wel zal doen, ik weiger, ze hebben al genoeg werk te doen, ik kan dit wel zelf. Als ik bezig ben komt ze toch wat helpen, het zou echt heel onbeleefd zijn om ze weg te sturen, dus doen we samen mijn was.
Na het ontbijt vertrek ik naar school, om wat afwisseling te hebben voor mezelf en uiteraard ook om mijn aandacht aan alle kindjes te kunnen geven wissel ik af tussen de grote en de kleine, vandaag is het aan de kleintjes. Er zijn niet veel kindjes vandaag, blijkbaar zijn er veel ziek, de griep volgens de leerkracht, maar iets later komen er toch nog een paar extra opdagen. Ze leren wat frans, heel praktisch en makkelijk uit te leggen, “open de deur”, de klasdeur wort als lesmateriaal gebruikt. Iedere kindje mag dan naar voor komen om de deur te openen , een 2e kindje mag zeggen wat het moet doen. Simpel maar wel goed om hen wat basisbegrippen frans aan te leren.
Vorige week had ik een zak met ballonnen meegebracht voor de school, vandaag versieren we de klas ermee, de wind doet de ballonnen bewegen, de kinderen zijn er heel blij mee, vinden het mooi en zijn gefascineerd hoe de ballonnen kunnen bewegen door de wind. Een simpele ballon maakt hun dag speciaal, maakt hen blij.
Na de plaspauze en de handen gewassen te hebben wordt er gegeten, de kinderen moeten er voor betalen, niet veel maar toch iets (100 fcfa / 0,15€), ééntje heeft zijn eigen eten meegekregen. Het is voor mij fascinerend en indrukwekkend om te zien hoe gedisciplineerd de kinderen zijn, ze eten immens proper niets op de grond of tafel, ze wachten geduldig met eten tot iedereen zijn bordje heeft en ze hun liedje gezongen hebben.
Ze leren een gedichtje over de bal, leuk om hen bezig te horen.
In de speeltijd zetten we de schommel op, altijd een bijzonder moment voor hen om erop te mogen, en voor mij lekker druk, ik probeer ieder kind zijn beurt te geven.
Na de middagpauze spelen alle kinderen (de kleine en grote ) buiten op de schommel, ik probeer erop te letten dat niet altijd dezelfde kinderen erop zitten, allen komen ze vragen om hen erop te zetten, het is niet eenvoudig om elk hun beurt te geven, de kinderen lijken zo goed op elkaar, ik probeer ze te herkennen aan hun schoenen…
Communiceren met de kinderen is onmogelijk, ze spreken nog maar een paar woordjes frans, ik geen Fon, alhoewel ik ondertussen al begrijp wanneer ze zeggen, zet me erop…. We trekken onze plan, zonder veel woorden lukt het ook, de kinderen zeggen me soms al lachend na, of doen mijn gebaren na, het is de aandacht die telt, of we elkaar nu begrijpen of niet is bijzaak.
Na een tijdje komt er nog een moeder haar zoontje afzetten, hij wil duidelijkheid niet naar school, huilt en tiert, de leerkrachten zeggen er iets tegen, hij gaat al schreeuwend op de grond liggen – stampt met zijn voetjes, zoals elk kind dat boos en verdrietig is, ze laten hem gewoon doen, wat later loopt hij al huilend naar de straat, ik bezie het merk dat er niet gereageerd wordt, of enkel door de andere kinderen die achter hem lopen en lachen. Tijd om me ermee te bemoeien, ik ga ernaartoe, neem het jongetje op in mijn armen, in het begin roept – tiert – schopt hij, maar ik hou vol, ik spreek hem rustig toe en na een paar minuten kalmeert hij toch wat, ik hou hem een kwartiertje op mijn schoot tot hij de rust gevonden heeft en kan meespelen. Was dit een aanpak die ze hier doen, neen, veel affectie – troost bieden - kinderen op de schoot nemen, zie je niet in Afrika, kinderen moeten het zelf zien te redden. Maar als je het wel doet, merk ik toch dat ze het nodig hebben, er deugd aan hebben. Was mijn aanpak toegelaten volgens het schoolbeleid, geen idee, ze hebben er in ieder geval niets over gezegd, (misschien durven ze niet, ik ben een yovo die maar enkele jaren jonger is dan hen) het heeft gewerkt en ik heb er een goed gevoel bij, dat is wat telt.
Ze blijven de hele namiddag buiten, dat is goed want in de klasjes is het snikkend heet, veel te warm om er lang in te blijven.
De kinderen mogen elk een gedichtje voordragen aan de juffrouw.
Nog een vieruurtje verorberen en dan is het weeral tijd om naar huis te gaan.
|