Ik ben Guy, en gebruik soms ook wel de schuilnaam de belleman.
Ik ben een man en woon in Izegem (België) en mijn beroep is Bediende.
Ik ben geboren op 04/06/1955 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Belleman, Snorrenclub en reuzen.
Sinds enkele jaren ben ik alle Belgische, Noord-Franse en Nederlandse stadsreuzen aan te inventariseren.
Nonkel Miele, tante Nitte, Marietje en De Muntenaar: ze zijn zondag 4 mei weer allemaal present voor het jaarlijkse reuzenmeifeest op en om het Munteplein. Van 14.30 uur tot 18 uur tonen ze zich, net als de bevriende reuzen uit de omgeving, op hun paasbest. De Mosellablaaskapelle zal er voor leuke muziekjes zorgen en - wie weet? - misschien zelfs de rijzige figuren aan het dansen krijgen.
De stadsreuzen Sint-Nicolaas en Nicodemus van Sint Niklaas worden eind dit jaar nog eens van stal gehaald in de Wase hoofdstad. Het stadsbestuur kreeg vorig jaar al een voorstel om beide reuzen te laten deelnemen aan het Sinterklaasevenement. Bedoeling is dat ze op de Dag van de Sint van midden november paraat staan. Daarvoor is wel een groep van een achttal vrijwilligers nodig die het uitstapje van de reuzen moet mogelijk maken.
Doedelzakspelers, kooplieden en boogschutters verwelkomen ons. Doorheen een schare ridders, vechtend voor een jonkvrouw, vluchten we het kasteel binnen. De lucht is grijs, maar hier wordt duidelijk het mooie weer gemaakt: traditionele deuntjes schalmen over het binnenplein en wulpse danseressen draaien in het rond. Volle potten klinken.
Voor we de brouwerij betreden, kan een La Gouyasse Tradition ons wel bekoren: een goudblond bier, moutig, lichtjes zoetig, bitterig, met een aangenaam zachtbittere afdronk. Op de bierkaart prijken ook Quintine Blonde en Blanche des Saisis, bieren van Brasserie Ellezelloise. Deze laatste brouwerij staat nu immers onder de hoede van Brasserie des Géants. Beide brouwerijen, met hun heksen en hun reuzen, zijn nu verenigd onder de toepasselijke naam: Brasserie des Légendes.
In de brouwerij vallen meteen de met hout bemantelde gietijzeren beslagketel uit 1890 en de rijzige koperen kookketel uit 1930 op. Dit hart van de brouwerij is vergezeld van 5 cylindroconische inox gisttanks (3 van 41 hl. en 2 van 65 hl.). Heden en verleden zijn hier mooi verenigd in een zéér propere brouwerij. Er is ook een eigen bottelarij.
Saison Voisin, oorspronkelijk een product van de in 1989 gesloten Brouwerij Voisin in Flobecq, is rauwer. Uit zijn 5 vol.%alc. weet de koperkleurige knaap heel wat smaak te puren: hoppig, moutig en droog met een wat wrange en bittere afdronk.
Het was genieten in Irchonwelz. De sfeer, de bieren, en niet te vergeten de overheerlijke proefplankjes met streekproducten: witte pensen van het huis, worst met Urchon, paté met Goyasse en preskop met Saison Voisin. Als afsluiter aten we een stevig stuk brood met een dikke lap spek.
Brasserie des Géants rue du Castel, 19 7801 Irchonwelz (Ath) Tél : +32-(0)68/28.79.36 email : info@brasseriedesgeants.com
Voor de oorsprong van de Waterhoekfeesten in Heestert moeten we teruggaan tot 1953. Toen werd de tradionele "Strate-Kermis" door enkel inwoners van de wijk in een nieuw kleedje gestoken door de huldiging van twee vinkenkampioenen. Er werd toen onder andere ook een teerlingbak georganiseerd en, jawel, een rookwedstrijd (om het langst roken aan een sigaar). Er waren in die tijd dan ook nog veel meer café's op de Waterhoek. Met de opbrengst van die teerlingbak werd onze eerste reus gekocht "DOKUS". In 1958 kreeg onze reus vrouwelijk gescheldschap "DANSIA". Het huwelijk werd dat jaar uitbundig gevierd en tot op heden houdt het nog stand. De wijk had zelf een tijdje een eigen dansgroep. Het is nu al 19 jaar geleden dat onze reuzen Dokus Lachbek en Prudencia Sprot een dochter op deze lieflijke waterhoek lieten geboren worden (1987). Prudence werd gedoopt en deze plechtigheid zette de hele wijk in rep en roer. Frans Putman en Paula Cosaert waren zo fier als een gieter. Het overkomt je niet elk jaar peter en meter te worden van een reuzenkind.
Bij reuzenkinderen gaat alles veel sneller, de volwassenheid is vlugger bereikt en in 1995 trouwde Prudence met Kaspaert uit de Kappaertwijk te Zwevegem. Zo zagen alle Waterhoeknaren waar die vele zondagse uitstappen konden toe leiden . Niets menselijks is ook reuzenkinderen niet vreemd.
Barensweeën en geboortepijn op de waterhoek te Heestert.
Al vorig jaar deden zware geruchten de ronde dat ons Prudence en haren Kaspaert aan een nageslacht dachten. De geruchtenmolen kwam op gang en vele verhalen deden op de waterhoek de ronde. En toen was het zover HET IS EEN JONGEN ! ITS A BOY !!!!!!! FILBERT is de naam.
VORIG JAAR (2005) VIERDEN WE REEDS HET 50ste HUWELIJKSJAAR VAN ONZE REUZEN 'DANSIA' EN 'DOKUS' TIJDENS ONZE JAARLIJKSE STOET.
OP zaterdag 19 augustus 2006 verzamelden maar liefst 45 reuzen uit binnen- en buitenland in Madaonna, wijk van Langemark-Poelkapelle. Het kermisgebeuren werd er ingezet met een uitzonderlijke reuzenstoet n.a.v. het Tinnen Huwelijksjubileum (10 jaar) van Celten de Trimard (Langemark-Poelkapelle) en zijn echtgenote Josephine La Peulme (Coudekerque-Branche Nord Fr) en hun pas gebopren dochter Juliënne (geboren 04.06.2006). Ter dezer gelegenheid hield burgemeester Alain Wyffels een toespraak.
De Reuzenroute in Dendermonde is genoemd naar de drie gildenreuzen Indiaan, Goliath en Mars die in augustus in de folkloristische 'Reuzenommegang' door de stad trekken. We startten in Dendermonde aan de Schelde en reden richting de samenvloeiing met de Dender. Nu fietsten we langs de Dender voorbij de tijsluis richting Oudegem en Mespelare. Daar staat de prachtige Sint-Aldegondiskerk met ervoor de Heerlijkheidspaal en het 'Spaans hof' er schuin tegenover. Daarna ging het terug verder langs de Dender naar Gijzegem. Nu verlieten we de Dender om via 'Babbelaar' en 'Vogelenzang' naar Schoonaarde aan de Schelde te fietsen. De rest van de Reuzenroute verliep langs de Scheldeboorden, voorbij het veer naar Appels terug naar Dendermonde. In Dendermonde reden we nog langs enkele mooie plekjes om daarna op de prachtige Grote Markt te genieten van een lekkere pint.
Fietroute: Reuzenroute Meer info: De Leuke Fietser, Charel, De Tweezame Fietser Afstand: 40km (inclusief de stadsverkenning in Dendermonde)
De Schelde in Dendermonde
Tijsluis op de Dender
Sint-Aldegondiskerk in Mespelare
Scheldeboorden tussen Schoonaarde en Appels
Dendermonde: Lakenhalle en Belfort op de Grote Markt
Jo Bocklandt uit het Hooigat, een voorstad van Hamme-Zogge, had vroeger iets met reuzen. Sedert 1972, het jaar dat hij met deze kunstvorm begon, heeft hij verschil-lende reuzen aan een "kop" geholpen. Eén van zijn creaties, de reus Mercator, gebouwd in 1994, kun je elk jaar bewonderen tijdens de reuzenstoet van de Schellkesfeesten die doorgaan in Rupelmonde gedurende de maand augustus.
We laten de artistieke vader van ettelijke reuzen zelf aan het woord. "In 1972 maakte ik, gewoon voor het plezier, mijn eerste reuzenkop. Wij besloten toen - naar goede gewoonte op het laatste nippertje, ttz een drietal weken voor de cavalcade - samen met een aantal vrienden uit het "Klokhuis" deel te nemen aan de carnavalstoet in Hamme. De bedoeling was om de toenmalige minister van landsverdediging, Van den Boeynants, op de korrel te nemen in verband met de aankoop van de F16 toestellen. Die kop van V.D.B was het begin van mijn carrière als reuzenbouwer."
Stilaan kreeg Jo Bocklandt bekendheid als reuzenbouwer. Eerst bleef het bij het bouwen van de hoofden alleen, maar na verloop van tijd werd hem eveneens gevraagd om de reuzen zelf te maken. Iets wat hij met evenveel plezier deed. Er kwam echter heel wat ervaring bij te pas om een reus, die soms wel 80 kg woog, te bouwen op een dusdanige manier dat het geheel nog kon bewegen, zij het soms op wielen.
Dikke Jan die vervaardigd werd voor de buurtgemeenschap Achterthof was een reus die de reuzenbouwer het meest na aan het hart lag. "Dikke Jan, was het evenbeeld van de toenmalige wijkburgemeester van het Achterhof, Jan Van Lyssebetten. Hij was de dikste reus van het land. Met zijn hoogte van ruim 4,5 meter en een omtrek van 4,25 meter was hij een
reus onder de reuzen.. Deze kolos woog 85 kg. Het grote probleem bij Dikke Jan is hem in evenwicht houden. Daar heb ik destijds lang aan gesleuteld. Hem laten dansen vergde van de pijnder heel wat reuzenervaring. Roger De Backer was indertijd een krak op dat gebied. Hij heeft ooit, tijdens kampioen-schappen die plaats hadden op de Heizel, zelfs de derde prijs gekregen voor de danspasjes die hij Jan liet uitvoeren. Een hele prestatie als je weet dat er 1200 reuzen deelnamen aan deze kampioenschappen." mijmert de kunstenaar.
Jo Bocklandt is een reuzenfanaat. Hij vindt dat reuzen in een stoet plezante en grappige figuren zijn. Zij oogsten altijd veel bijval bij klein en groot.
Maar hoe begin je aan het bouwen van een dergelijke kop? "Mijn eerste koppen waren vervaardigd uit geperst karton, tegenwoordig worden steeds meer reuzenkoppen in polyester gemaakt. Eerst maakte ik een ontwerpschets in klei. Dan kwam het werk met kippengaas dat gemakkelijk te manipuleren en in vorm te krijgen is. Als de kop de juiste vorm gekregen had werd deze beplakt met papier en beschilderd met olieverf. De eerste koppen die ik maakte waren alleen uit papier gemaakt. Dat is niet zo sterk maar voor carnavalstoeten maakte dat niet veel uit omdat die hoofden meestal slechts één keer en hoogstens een paar maal werden gebruikt." Vertelt Jo verder.
Ook andere kunstvormen worden niet geschuwd door deze man uit Hamme-Zogge. Zo vervaardigde hij onlangs nog een standbeeld voor Filip De Pillecyn.
Ondertussen heeft Jo Bocklandt er nog een job bij gekregen, die van reuzendokter. Onlangs was de reus Mercator uit Rupelmonde nog te gast in zijn "reuzenkliniek". Mercator was namelijk door een fikse windstoot het evenwicht verloren en tegen de vlakte gegaan. Een vakkundige herstelling drong zich op, en daarom...
De Mechelse reuzen zijn 'n uniek stuk cultureel erfgoed én... bovendien sinds kort erkend als UNESCO-werelderfgoed ! Om de 25 jaar gaan ze op stap door de Mechelse straten. Maar...van 1 tot 17 april kan je ze uitzonderlijk bewonderen in het erfgoedcentrum Lamot. Noteer het zéker in je agenda. Reus, Reuzin, Janneke, Mieke en Klaasken, verdwijnen nadien wéér een tijdje uit het gezichtsveld...
Om jullie belangstelling alvast wat 'op te warmen': een beschrijving van de Reuzenfamilie, zoals ik ze vond in 'het Officieel Programma van de Jubelfeesten van O.L.Vrouw van Hanswijk' uit 1938...
'De Mechelsche Reuzen, met hunne reuzekens: Janneke, Kloske en Mieke, zijn zeer gekend, zoo door vreemden als door stedelingen, doordat ze zeker steeds van de partij zijn en waren, wanneer de feestvane op St.-Romboutstoren waait en klappert, wanneer Salvator heinde en verre uitbromt dat de Dijlestad feest viert. De kerstenbrief der Mechelsche Reuzen meldt voor Vader Reus en Moeder de Reuzin, het jaar 1492, als datum dat ze op het terrein verschenen. Juist 1O8 jaar bleven vader en moeder in peis leven onder elkaar, tot in 16OO, drie kleine reuskens, hooger reeds genoemd, het reuzenhuisgezin kwamen vergrooten en vervroolijken, en ook de Mechelaars zeer vermaken, wanneer ze mede de straat opkwamen, Janneke met zijn klein klaterke; Kloske met zijn blommekens en Mieke als 'n hupsch bakvischje met haar mooien waaier.
'N OUD REUZENLIEDEKEN
De heele Reuse Familie - Siet nu komt den grooten Reuse met zijn Reusin even bly, die noch vyandt is der geusen want hij ouder is als sy, oock hun dry kinnebaken, Claus, Mi, Janken, met plaisir dansen samen met papaken, achter volght de camenier.'
De Mechelsche Reuzenfamilie heeft ook 'n Grootpapa, of 'n 'Grand Père' - die in 1511 den reuzentrein is komen vervoegen. Bon-papa, weet denkelijk van rheumatiek, want hij verschijnt nooit in het openbaar dan gezeten op 'n reuzenwagen en getrokken door zes pekzwarte paarden. Zoo ten minste wilde hij het absoluut voorheen. Later vergenoegde de zittende reus zich met vier schimmels, wellicht kende hij toen ook al crisis. De ouwe heer knikt en schuddebolt aldoor met zijn geweldig reuzenhoofd, Mechelsche spuiters noemen dat 'n 'tik nerveu'.
TER EERE VAN GROOTVADER
Siet hier den vader oudt, een ieder ons bekycken, Hij is voor ons bereydt zijn borse toe-te-rycken, want hy seer wel betaelt, hy heeft in 't stadt geen schult. daerom is hij voorwaar der Reusen hier gheduldt !
De Unesco heeft vandaag de reuzenfiguren van de ommegangen in Dendermonde en Mechelen en van de Meiboomstoet in Brussel erkend als cultureel werelderfgoed. Ook het beroemde Ros Beiaard uit Dendermonde is erkend. Dat heeft het kabinet van Vlaams Cultuurminister Bert Anciaux bekendgemaakt
In het Brabantse Oisterwijk vindt op 18 september een internationaal reuzenfestival plaats. Aan dit bijzondere culturele evenement doen ruim zeventig reuzen uit Nederland, België en Frankrijk mee. In de optocht lopen tientallen muziekgroepen, gilden en dansgroepen mee. In het kader van het reuzenfestival wordt een kookwedstrijd Brabantse streekgerechten en een markt voor streekproducten gehouden. Alle onderdelen zijn gratis toegankelijk.
Reuzen zijn grote poppen die meegedragen worden in optochten. In Europa zijn ongeveer 7000 reuzen, in Nederland zeventien. Momenteel wordt in Tilburg aan drie nieuwe reuzen gewerkt en bestaan er plannen voor reuzen in Rotterdam. De reuzencultuur is in de Middeleeuwen in de Vlaamse steden ontstaan. Nederland had vroeger honderden reuzen. Deze zijn vernietigd tijdens de Reformatie en tijdens de Franse overheersing. Een reus drukt de identiteit van een gemeenschap uit.In Oisterwijk zijn de mooiste en cultuur-historisch belangrijkste reuzen van Nederland, België en Frankrijk te zien. Onder de reuzen die naar Oisterwijk komen bevindt zich de grootste van Europa: 10,5 meter en gedragen door 24 zeer potige mannen. De organisatie van het evenement vertelt met de optocht een verhaal. Tussen de verschillende reuzengroepen loopt een keur aan Brabantse volkscultuur, van gilden tot fanfares, van carnavalsorkestjes tot dansgroepen. Hiermee wil de organisatie tot uitdrukking brengen dat de reuzen deel uitmaken van de Brabantse folklore.
Tijdens de optocht wordt een gratis reuzenkrant uitgedeeld. Op twee plaatsen langs de route worden de reuzen aan het publiek voorgesteld. Na afloop van de optocht worden de reuzen samengebracht voor een tentoonstelling. De finale van het evenement is een gezamenlijk uitgevoerde reuzendans. Op het voorplein, het lindeplein, is een markt voor streekproducten. Daar wordt ook het reuzenbier geschonken. Het reuzenevenement wordt georganiseerd om de vijfde verjaardag van de drie plaatselijke reuzen te vieren. Deze drie reuzen zijn in 2000 'geboren' om de inwoners van de drie kernen waaruit de gemeente Oisterwijk bestaat met elkaar te laten samenwerken na de gemeentelijke herindeling.
Onder de titel VENLO REUZENGROOT organiseert het Akkermansgilde op 21, 22 en 23 mei 2004 in een feestpaviljoen in het Julianapark een grandioos feestweekend met tal van activiteiten.
Waarom wordt dit feestweekend georganiseerd?
In 2004 is het precies 250 jaar geleden dat de legende van de Venlose stadsreuzen Fluas en zijn Vrouw (die toen nog geen naam had!) uit de doeken gedaan werd. Er waren bij de Venlose drukker en uitgever Henricus Korsten in 1754 twee boekjes uitgegeven in resp. het Latijn en het Nederlands waarin voor het eerst op uitgebreide wijze geschreven werd over de Venlose Stadsreuzen en hun voorgeschiedenis. En dat feit willen wij op grootse wijze vieren met een fantastische reuzenoptocht door de binnenstad van Venlo.
Venlo neemt met deze 'reuzen' overigens geen bijzondere positie in. Vooral in Zuid-Nederland, België, Frankrijk, Spanje en Portugal zijn er honderden stadsreuzen, uitbeeldingen van een of meerdere personen die in het verleden (vaak al eeuwen geleden) een bepaalde historische betekenis hadden voor een gemeente of streek. Deze stadsreuzen worden tijdens festiviteiten in de gemeente of streek in optochten aan de bezoekers getoond. Vaak worden de stadsreuzen begeleid door een muziekvereniging of volksgroep gekleed in historische kostuums.
De figuren zijn soms wel tot 6 meter groot. De grote stadsreuzen staan op wieltjes en worden door de groepsleden geduwd. Maar er zijn ook stadsreuzen die door groepsleden gedragen worden, zoals de Venlose Fluas en zijn Vrouw.
Op zondag 23 mei zal vanuit het Julianapark om 14.00 uur de optocht door de binnenstad van Venlo trekken. Voor het historische stadhuis op de Markt in Venlo vindt een defilé van de reuzen plaats. Aan de optocht nemen 30 groepen deel. De reuzengroepen komen uit Nederland, België en Frankrijk. Daarnaast zullen 6 fanfares en harmonieën uit de nieuwe gemeente Venlo voor de nodige muzikale inbreng zorgen. Na de optocht blijven de stadsreuzen nog tot 18.00 uur op het feestterrein in het Julianapark staan, zodat het publiek ze nog eens van dichtbij kan bekijken en eventueel fotos kan maken.
De optochtroute luidt als volgt: Deken van Oppensingel, Parade, Begijnengang, Nieuwstraat, Kleine Beekstraat, Grote Beekstraat, Kwartelenmarkt, Jodenstraat, Oude Markt, Steenstraat, Markt, Lomstraat, Geldersepoort, Mgr. Boermansstraat, Deken van Oppensingel, Julianapark.
Zondag 23 mei vanaf 14.00 uur - de grote reuzenoptocht.
Optochtvolgorde:
1)
Akkermansgilde Venlo (NL)
15)
Kluizenaar van Bolderberg
2)
Totor Reus van Steenwerck (FR)
16)
Reuzengilde Oisterwijk-Moergestel Heukelom (NL)
3)
Koninklijk Philharmonisch Gezelschap (NL)
17)
't Remunjse Reuzegilde (NL)
4)
Julius Cesar en Gemalin (B)
18)
Lucius Heerlen (NL)
5)
Jas de Keistamper (NL)
19)
Fanfare de Echo H.Blerick (NL)
6)
Kruishoutems Reuzengild (B)
20)
Genootschap Anneke Mossel (B)
7)
Reuzengilde "Greate Pier" (NL)
21)
Les Amis de Fromulus met Jean Le Bucheron
8)
Bergse Stadsreuzen (NL)
22)
Breughelgroep Nieuwkerken (B)
9)
Showorkest Harmonie Fortissimo (NL)
23)
Vader Breughel
10)
Les Amis du Pére Hennepin (B)
24)
Gigantius Maastricht (NL)
11)
Reuzencomitee Overmere (B)
25)
Sempre Avanti Tegelen (NL)
12)
Bussenschutten Neer (NL)
26)
Fruitreuzen Sint Truiden (B)
13)
St Martinus Losser (NL)
27)
Markies Willem Bette & Markiezin Anne Marie D' Hornes (B)
14)
Turnhoutse Reuzenclub V.Z.W. (B)
28)
Koninklijke Muziek Vereniging Fanfare Venlo (NL)
Sint Martinus, Losser (Nederland)
Het bezoeken van de reuzenoptocht in de binnenstad en alle optredens in het feestpaviljoen zijn gratis toegankelijk.
Antwerpse Reuzen blaken na restauratie in Volkskundemuseum
Antwerpens oudste reuzenhoofden van Druon Antigoon en Pallas Athena, bewaard in de collecties van het Volkskundemuseum, verkeren na anderhalf jaar restauratie weer in uitstekende gezondheid. Een in 1534 gedateerde houtsnede aangetroffen in het hoofd van de mannetjesreus laat toe Antigoons leeftijd nauwkeuriger te dateren. Een expo in het Volkskundemuseum doet het restauratieproces van beide Knappe Koppen uit de doeken.
Johan CHEROUTRE, meubelrestaurateur, broer en medewerker van Rosemie, bij het reuzenhoofd van Druoon Antigoon.
Anderhalf jaar hebben papierrestauratrice Rose-Mie Cheroutre en haar broer meubelrestaurateur Johan Cheroutre erover gedaan om het oorspronkelijke Antwerpse reuzenpaar Druon Antigoon en Pallas Athena opnieuw in al hun glorie te herstellen. Meer dan een eeuw geleden trokken de twee metershoge reuzenkoppen voor het laatst door de straten, al die tijd moest de Antwerpenaar zich tevreden stellen met een bescheiden kopie van het paar in het Volkskundemuseum. ,,Omwille van hun delicate toestand stonden ze jarenlang in het depot'', licht Elsje Janssen, hoofd behoud en beheer van de Antwerpse Musea, de restauratie en conservatie toe. ,,Bij het laag na laag afpellen van de hoofden stootte men niet alleen op papier en hout, ook triplex, balatum en glasvezel zaten in de koppen verwerkt. Vooral het gebruik van lijm heeft heel wet schade berokkend.''
Ofschoon de stad over gespecialiseerd personeel beschikt, werd voor deze restauratie beroep gedaan op specialisten van buitenaf. ,,Wegens tal van onnauwkeurige herstellingen volstond het niet enkel de gehelmde hoofden uit papier-maché te conserveren, vooral de helmtooien gingen letterlijk gebukt onder loodzware oplappingen. Zo kwam het dat men bij het blootleggen van het skelet in het hoofd van Druon Antigoon een bijna volledig gedateerde houtsnede uit 1534 aantrof. Dat laat ons voor het eerst toe het ontstaan van Antwerpens oudste reus met zekerheid in de eerste helft van de 16de eeuw te plaatsen.''
Om bij het uittrekken van de Antwerpse Ommegang Druon Antigoon van passend gezelschap te voorzien, zag goed twee eeuwen later Pallas Athena het levenslicht. ,,Nadat voor de huidige jaarlijkse feesten tijdens de kermisweek in augustus een nieuwere versie werd gebruikt, stonden de oorspronkelijke hoofden jarenlang op rust in het Steen. Blakend van gezondheid kunnen ze nu de tijd doorstaan in het Volkskundemuseum, en straks misschien in het MAS.''
··Knappe Koppen, Antwerpse Reuzen voor en na de facelift van 19 juli tot en met 21 oktober van dinsdag tot en met zondag van 10 tot 17 uur in het Volkskundemuseum, Gildekamersstraat 2-6 in Antwerpen.
Antwerpens oudste reuzenhoofden van Druon Antigoon en Pallas Athena, bewaard in de collecties van het Volkskundemuseum, verkeren na anderhalf jaar restauratie weer in uitstekende gezondheid. Een in 1534 gedateerde houtsnede aangetroffen in het hoofd van de mannetjesreus laat toe Antigoons leeftijd nauwkeuriger te dateren. Een expo in het Volkskundemuseum doet het restauratieproces van beide Knappe Koppen uit de doeken.
Anderhalf jaar hebben papierrestauratrice Rose-Mie Cheroutre en haar broer meubelrestaurateur Jean Cheroutre erover gedaan om het oorspronkelijke Antwerpse reuzenpaar Druon Antigoon en Pallas Athena opnieuw in al hun glorie te herstellen. Meer dan een eeuw geleden trokken de twee metershoge reuzenkoppen voor het laatst door de straten, al die tijd moest de Antwerpenaar zich tevreden stellen met een bescheiden kopie van het paar in het Volkskundemuseum. "Omwille van hun delicate toestand stonden ze jarenlang in het depot", licht Elsje Janssen, hoofd behoud en beheer van de Antwerpse Musea, de restauratie en conservatie toe. "Bij het laag na laag afpellen van de hoofden stootte men niet alleen op papier en hout, ook triplex, balatum en glasvezel zaten in de koppen verwerkt. Vooral het gebruik van lijm heeft heel wet schade berokkend."
Ofschoon de stad over gespecialiseerd personeel beschikt, werd voor deze restauratie beroep gedaan op specialisten van buitenaf. "Wegens tal van onnauwkeurige herstellingen volstond het niet enkel de gehelmde hoofden uit papier-maché te conserveren, vooral de helmtooien gingen letterlijk gebukt onder loodzware oplappingen. Zo kwam het dat men bij het blootleggen van het skelet in het hoofd van Druon Antigoon een bijna volledig gedateerde houtsnede uit 1534 aantrof. Dat laat ons voor het eerst toe het ontstaan van Antwerpens oudste reus met zekerheid in de eerste helft van de 16de eeuw te plaatsen."
Om bij het uittrekken van de Antwerpse Ommegang Druon Antigoon van passend gezelschap te voorzien, zag goed twee eeuwen later Pallas Athena het levenslicht. "Nadat voor de huidige jaarlijkse feesten tijdens de kermisweek in augustus een nieuwere versie werd gebruikt, stonden de oorspronkelijke hoofden jarenlang op rust in het Steen. Blakend van gezondheid kunnen ze nu de tijd doorstaan in het Volkskundemuseum, en straks misschien in het MAS."
Het avondmarktcomité (1969-1999 voorzitter Gerard Goens) heeft de activiteiten overgedragen aan een nieuwe groep enthousiasten, die onder leiding van Ivan Cordenier en André Pinson een nieuw comiteit stichten.
De Veurnse avondmarkt is op sterven na dood, deels door onverschilligheid van de plaatselijke winkeliers, deels door te weinig deelname van marktkramers, wegens de houding van de marktbonden.
Het nieuwe comité onder Voorzitterschap van Ivan Cordenier richt nog in 2000 de traditionele avondmarkt in met als thema la douce France. In plaats van Avondmarkt wordt het evenement Veurnse Sporkinfeesten genoemd en noemt het bestuur zich Sporkincomité. De bedoeling is het evenement duidelijk te distantieren van de talrijke avondmarkten aan zee.
Als symbool of logo van de Sporkinfeesten wordt gekozen voor de legendarische Veurnse reus SPORKIN, en beslist het Sporkincomité om een totaal nieuwe gigant te bouwen. De streefdatum wordt 14 juli 2001, de zaterdag van de Sporkinfeesten (Avondmarkt).
Om de feesten te kunnen financieren wordt het idee geopperd om een echt streekbier te creeeren, geen etiquette bier, maar een degelijk ambachtelijk gebrouwen bier door een brouwerij uit de streek. Aldus ontstaat de Veurnse 7° tripel, gebrouwen door de brouwerij Deca uit Woesten.
14 juli 2001: alle gens aan dek want voor het eerst wordt de nieuwe reus Sporkin getoond.
Een heuse doopplechtigheid neemt plaats. Met peter Gerard Goens (oud Voorzitter avondmarktcomitee en een meter Yvette Toulouse echtgenote van Ivan Cordenier, de huidige Voorzitter.
Het zwarte bedekkende zeil, dat de reus omhulde, werd onder bazuingeschal van de nieuwe gigant ontdaan. Peter en Meter strooiden meer dan 1000 gesuikerde fobspenen uit over de menigte vanop een hoogte platform van de brandweer.
Bij besluit van de Hoge Raad van Adel is op 15 September 1819 aan de Gemeente Maastricht het volgend wapen verleend:
Zijnde een rood schild, beladen met een vijfpuntige ster van zilver.
Het schild van achteren vastgehouden door een engel en gedekt door een kroon van goud.
Een bevredigend antwoord waarom Maastricht een ster en met name een vijfpuntige ster in zijn wapen draagt, is niet te geven. Vast staat, dat de ster reeds in de middeleeuwen op in Maastricht geslagen munten voorkomt. De ster werd ook gebruikt om maten te ijken en om in Maastricht gefabriceerde goederen, zoals laken, van een stadseijken te voorzien. Het oudste thans bekende stadszegel, waarop een vijfpuntige ster voorkomt, dateert uit 1423, dit zegel berust in het stadsarchief en vertoont bovendien de afbeeldingen van St.Lambertus en St.Servaas, een engelenfiguur als schildhouder komt voor op een kapiteel, dat rond 1490 is aangebracht in de St.Mathiaskerk. waar de figuur van de engel, die als steun en toeverlaat gezien kan worden, aan is ontleend, is niet duidelijk.
Maastricht heeft zelfs een 'echte' engel in de naam van Math Hardy. De engel komt onder meer terug in het stadswapen en het volkslied van Maastricht. Als de hoeder van de stad - officieel petekind van stadsreus Gigantius - "D'n Ingel is er altijd bij". Hij staat traditioneel opgesteld achter de prins (carnaval) met uitgeslagen vleugels, om hem te beschermen." D'n Ingel vaan Meestreech is meer dan een kolderieke creatie. Sinds 18 september 2000 staat hij officieel ingeschreven in het bevolkingsregister van Maastricht. Als enige inwoner van de stad die níet van vlees en bloed gemaakt is. Matthijs Johannes Die-vaan-us Gigantius, aldus de voornamen die prijken op de doopceel die is ondertekend door het voltallige stadsbestuur van destijds. Het grijze hoofd van de metershoge pop op wielen is gemodelleerd naar Math Hardy zelf. Al bijna veertig jaar luistert de bekendste (ex) kroegbaas van Maastricht in zijn hoedanigheid van engel menig officiële gebeurtenis en demonstratie op.
Hier de nieuwe afbeelding van de Maastrichtse Engel. De mooiste in mijn ogen is toch die oudste engel van Maastricht (1819).
In 2009 heeft de Gemeente Maastricht besloten om een nieuwe Logo te laten ontwikkelen bij een externe Bureau, geen referendum of wedstrijd voor de bewoners van Maastricht, nee één fa van 'daar boven'. Uiteindelijk is het een 'koude' afbeelding geworden van een man/vrouw die een schild met ster vasthoud.
Koud en Kil niets waarmee zich te Maastrichtenaar kan spiegelen. Maastricht schaam je. De Ingelegilde gaat ten strijde tegen het nieuwe logo van Maastricht en wij ondersteunen hun hiermee. Paul Berben gaat voorop, Paul CHAPEAU.
Vele tienduizenden waren getuige van een kilometerslange historische en folkloristische ommegang van twee en vijftig reuzen uit België, Duitsland en Nederland. Deze manifestatie van het Reuzengilde van de stad gaf een kleurrijk beeld van het leven, werken en denken van de burgers in het zestiende-eeuwse Maastricht. De stoet vormde het hoogtepunt van een driedaags festijn. Op zaterdag 3 september werd op het Vrijthof, door in middeleeuwse zwarte puntmutsen gehulde burgers een reus op rituele wijze verbrand om de stad te vrijwaren van ziekte en onheil. Voorafgaand aan de stoet werd op het Vrijthof de Maastrichtse reus Gigantuis gedoopt en bij de burgerlijke stand van de gemeente ingeschreven.
Leden van het Maastrichtse reuzengilde rond hun gigantidool.
Het verhaal gaat dat de Maastrichtse burgerij keizer Karel V in 1550, toen hij zijn zoon Filips II kwam voorstellen, begroette met een reus. In zijn zakken had Gigantius twee poppen, die keizer Karel V als hertog van Brabant en de prins-bisschop van Luik voorstelden. Het mission statement was duidelijk: Sjarel, we hebben de twee heren van Maastricht in onze zak. Kortom: veer Mestreechteneere laten ons niet piepelen.
Pier, Mie en Meleke uit het Belgische Kruishoutem.
De Maastrichtse oud-journalist Huub Noten deed onderzoek naar de mythe van de reus. Zijn conclusie is hard, maar onverbidderlijk: Gigantius is geine vaan us. De these van historici dat Gigantius een maaksel is van de Maastrichtse burgerij is flinterdun en onjuist, zegt Noten. De reus was niet gemaakt door Maastrichtenaren. Hij was afkomstig uit het atelier van Pieter Coeck, hofschilder van keizer Karel V. Coeck was naast schilder ook reuzenbouwer. Zowel Karel als Filips hadden eigen regisseurs en decorateurs voor hun blijde inkomsten. De reus, die Pieter Coeck voor de entree van de Habsburgse keizer en zijn zoon had gemaakt, was een woest uitziende figuur. Hij droeg een buidel met daarin een jongen en een meisje.
Na de eerste succesvolle karnavalstoet van 1974, begon de Ekerse karnavalvereniging onmiddellijk en vol enthousiasme aan de toekomst te denken. Zij besloten voor het tweede jaar een bijzonder project uit te werken...Uiteindelijk werd besloten twee reuzen te (laten) bouwen.
Na veel zoeken en vragen, kwamen zij uiteindelijk bij de Heer Bocken in Etterbeek terecht, een zeer ervaren mandenvlechter. Deze aanvaardde de "geraamten" te vlechten, die als basis voor de reuzenlichamen zouden dienen.
Vier meter groot zouden zij worden, hoofd niet inbegrepen. De nodige kledij, naar het model van de inmiddels ontworpen Bierpruverskleding, werd door de eigen leden en ervaren naaisters gemaakt. Natuurlijk hing aan dit ganse opzet een serieus prijskaartje, dat voor de jonge vereniging moeilijk te dragen zou zijn...
Het idee werd gelanceerd om de reuzen "bij hun geboorte" te laten dopen en ze te laten inschrijven in de Ekerse bevolkingsregisters. De nodige Peters en Meters werden gezocht, samen met een beschermheer. Wijlen Notaris Van Roosbroeck sr. vervulde deze laatste funktie en de Peters waren : De Heer Mathieu Vochten voor de reus en De Heer Jean Vermeire voor de reuzin. Als Meters fungeerden Mevrouw Mathilde Hermans-De Crom voor de reuzin en Mevrouw Paula Berckmans-Verbist voor de reus. De reuzen hebben verscheidene namen en zijn zelfs van adel, zoals U in hun doopprentje opmerkt. Maar hun roepnaam is Mathieu en Mathilde.
Zij werden gedoopt de dag dat toenmalig Prins Walter I op het gemeentehuis werd ontvangen, nl op 1 februari 1975. Het was een onvergetelijke plechtigheid en misschien wel de plezantste gebeurtenis die ooit in het Ekerse gemeentehuis plaats greep... De doopheer "Monseigneur Van Tiesteghem de Watervlo" stond daar trouwens borg voor.
Een anekdote is wel dat beide reuzen zo slank, om niet te zeggen mager zijn. Maar dat kon niet anders, want dan konden de korven niet meer uit het magazijn van mandenvlechter Bocken. De "contouren" van de reuzin werden later zowel boven als onder, door De Bierpruvers zelf aangepast....maar Mathieu is mager gebleven.
Het hoofd van reus Mathieu werd volledig gemaakt en geschilderd door de Ekerse Priester kunstenaar Leo Broos. Dat van reuzin Mathilde werd door de bestuursleden Jan en Theo zelf gemaakt, maar geschilderd door Soeur Claire van de school OLV van Lourdes.
Oorspronkelijk werden de reuzen gedragen met draagriemen door één man. Door hun gewicht was dat slavenwerk. Maar vooral de wind maakte hiervan soms een onmogelijke opdracht . Leon Kemland zette ze op wieltjes. Sindsdien worden ze moeiteloos voortgeduwd. Met de jaren zorgde Roger Custers voor een klein reusje "t Bierpruverke".
Een reusachtig ingeraamde charter werd opgesteld en door alle aanwezigen op de plechtigheid ondertekend. Hij wordt bewaard in het Ekers Dokumentatiecentrum. Heemkundige Frans Bresseleers stond in voor de historische authenticiteit van de teksten.
IZEGEM - Belleman Guy Vandendriessche wil de vier Izegemse stadsreuzen nieuw leven inblazen. 'Eigenlijk zouden die figuren bij elk groot feest buiten moeten komen. Nu staan ze al jaren te verkommeren in de stadsmagazijnen.'
'Zo'n 1.000 euro per kop. Letterlijk. Zoveel kosten zijn er minstens per reus', zegt Guy Vandendriessche. Samen met de pas opgerichte vereniging vzwReuzen in Vlaanderen wil hij de vier Izegemse reuzen nieuw leven inblazen.
'De figuren zouden bij elk groot feest van de partij moeten zijn. De laatste keer dat ik me herinner dat de figuren zijn buitengekomen, was bij de heropening van de centrale doortocht in 2005. Tillo van den Bond, de Rosten van Kachtem en Tijl en Nele : stuk voor stuk staan ze nu te vergaan in de stadsmagazijnen. Hun kleren zijn stuk, ze staan onder een ferme laag stof...'
Toch koestert Vandendriessche, die ook belleman is in Izegem, nog hoop. 'Herstel is duur, maar met de hulp van vrijwilligers zouden we al een en ander kunnen verwezenlijken. Zo ziet de afdeling mode van Instituut de Pélichy het zitten om de reuzen een nieuw pak aan te meten.'
Dure hoofden. De hoofden van de reuzen zijn een ander paar mouwen. Gespecialiseerde bedrijven rekenen al snel 1.000 euro per hoofd. 'Nu zijn ze in een soort papier-maché vervaardigd. Als je ze opnieuw laat maken, gebeurt dat met piepschuim of zelfs in polyester. Om weer op pad te kunnen, moet bij twee van de vier reuzen ook het binnenwerk vernieuwd worden. Zo'n reus bestaat meestal uit drie delen. Twee ervan zijn opgebouwd rond draagmanden, de overige is ineengeknutseld met kippengaas en isolatiemateriaal. In de huidige toestand kan eigenlijk enkel nog Tillo de straat op.'
Guy Vandendriessche is al langer begaan met het lot van de Izegemse reuzen. Afgelopen weekend was hij in Gent om de vzw Reuzen in Vlaanderen boven de doopvont te houden. 'De vzw wil alle reuzen in Vlaanderen inventariseren en ze promoten. We willen ook de contacten tussen de reuzengilden en -verenigingen bevorderen en die mensen in contact brengen met organisatoren van stoeten. Verder willen we er ook voor ijveren dat reuzen gerestaureerd worden.'
Over de Izegemse reuzen verzamelde Guy Vandendriessche al heel wat informatie. Ook over het 'leven' van een reus. 'Een reus wordt niet gemaakt, maar geboren', verklapt de belleman nog even wat reuzenwijsheid. 'Een reus wordt ook gedoopt en heeft een peter en meter. Ze hebben rechten en plichten en kunnen zelfs kinderen krijgen. Eigenlijk kan een reus ook overlijden, ik heb nog overlijdensberichten ontvangen', herinnert Guy Vandendriessche zich, die stellig hoopt dat het met het Izegemse viertal niet die richting uitgaat.
Oproep aan alle gemeentebesturen om onderstaande 'reuzenfiche' zo gedetailleerd mogelijk in te vullen en door te sturen.
Deze fiche werd samengesteld door de vzw 'Reuzen in Vlaanderen'. Ingevuld kan ze opgestuurd worden naar het hoofdkantoor Sollenbeemd 3 1500 Halle of naar de provinciale aanspreekpunten. (adressenlijst volgt) Archiefmateriaal en foto's uit vroegere tijden zijn uiteraard ook van harte welkom !
Voor de provincie Westvlaanderen kunt u alvast terecht bij Guy Vandendriessche Krekelstraat 201 8870 Izegem vandendriessche.guy@telenet.be 0476.361558