DAG 35: Samedi 2 juin 2018
Onder mijn voeten: Saint-Jean-dAngély Fontcouverte 27,2 kilomètre.
Et voilà, cest Thomas qui m accompagne pour la deuxième fois !
Thomas, veuillez mexcuser, mais écrire en Français cest encore plus difficile que parler la langue. Et ma conversation était déjà si pire. Mais enfin, être un pèlerin tu me donne pitié sans doute.
Bonjour Thomas, comme promis cette après-midi, je commençe mon blog en Français pour faire la preuve que jécris en effet une histoire de la route. Thomas ma accompagné les derniers kilomètres avant mon arrivée a Fontcouverte. Quil est sympa, le jeune homme a pris 4 mois de pause de carrière. Dorigine il est de Chartres, la ville avec la plus belle cathédrale du monde ( blagueur
) Son métier ce concerne le secteur sociale et il fait des enquêtes pour aider des handicapés, des vieilles personnes, des gens avec beaucoup moins de possibilités. La conversation en chemin a directement un sujet qui intéresse nous deux. Aider les gens qui ne peuvent pas défendre ses droits, et surtout, aider des gens qui nont pas eu toutes les possibilités depuis leur naissance. Je vous salue,Thomas, de tout mon cur et je croise les doigts pour que tu réussisse ta mission.
Jos en ik vertrekken om 8.10u aan de parking waar Walter en ik vannacht zeer goed sliepen. De tocht begint meteen met een wandeling door het dorp. Die hadden we alle vier eigenlijk gisterenavond al gedaan toen we een pizza gingen eten (meer dan behoorlijk lekker en vooral zeer goedkoop). We aten gezellig met Jos en Gwen en Walter op een ingesloten terrasje waar het zonlicht bleef tot iets na 21.00 uur. Dit stadje is eigenlijk een heel mooie oudere vesting. Het uitgerafelde decor van kleine smalle straatjes die zich niet konden aanpassen aan het moderne autoverkeer verraden dat hier andere modificaties nodig waren. Om koning auto enerzijds het leven in het hartje centrum zo onaangenaam mogelijk te maken en anderzijds de bewoners en toeristen de gelegenheid te geven toch nog langs de straten te kunnen flaneren, werden er toegangspalen in het leven geroepen die enkel via een code in te tikken (uitstappen uit de wagen en intikken manueel) in de grond verdwijnen en dit enkel na 20.00 uur.
Twee rijzige torens trekken mijn aandacht en gunnen u via een foto uw mening. Het wandelen verloopt opnieuw zeer vlot en dank zij ons gepraat en overwegend gewaagde tactiek der afleiding tijdens bergop en bergaf loopt de kilometerteller sneller dan verwacht. We zitten op kilometer 12 op een idyllische plaats die geen schilder onberoerd zou laten. Ik zit met mijn voeten boven een aflopend watervalletje en waar het water met matig gedruis in het lagere beekje valt, bevindt zich aan de overkant een mooi gerestaureerd huisje met chouette details die uitblinken in grandioos decoreertalent. Het prachtig decor waarin Jos en ik zitten maakt ons beiden lyrisch. Zowaar Jos begint te rijmen en te dichten over een groot woud en een bank in hout maar de rest van de tekst is hij kwijt. We helpen zo nu en dan elkaar in rijmende woorden maar eigenlijk trekt de tekst op niets, zelfs vuile woordjes komen er aan te pas, en meteen wordt de toon gezet: geen vuile praat onder mannen zonder vrouwendaad. Waar het parcours gisteren vrij eentonig was, is het vandaag zo attractief, afwisselend en zo in de goesting van ons beider gedacht. We lopen door de bramen op wegeltjes die allang niet meer werden gebruikt en moesten ons bukken voor agressieve dorens en hoge distels. Regelmatig moesten we ons ontdoen van prikkende takken die met hun dorens ons aanvielen en gemeen vastklampten. Een mens moest ons hebben bezig gezien. Niemand zou kunnen geloven dat Jos en ik van persoonlijkheid zulke rustige en geduldige mensen zijn. We amuseren ons rot in deze wildernis en meteen beginnen we weer te fantaseren over ons gevecht om te overleven. De streek van de Cognac en de Pineau des Charentes wordt gekenmerkt door heel frivole en niet zo grootschalige wijngaarden. Heel lieflijke hellende flanken en vooral heel goed weer vandaag. We zijn allebei weer eens gelukkig en opnieuw beleef ik die tijd van toen, wanneer ik zoveel malen met Jos op pad ging. Toegegeven, wanneer we na 27 kilometer de Walter en Gwen zien staan, lachen mijn kaken een brede tandenboog bloot. Jos vindt nog een kraantje op 100 meter van de aankomst en daar doen we ons beiden tegoed aan die fantastische drank. Het water smaakt naar frisdrank en lavend bier tegelijk. Onze tong plakte tegen onze slokdarm en eigenlijk is dat best gevaarlijk.
We staan op de camping in Fontcouverte: heel mooie en rustige plaats vlak tegen de rivier La Charente.
Deze avond eten we een koude schotel met een glaasje bier en morgen leg ik er heel eventjes de riem af. Rusten en bezinnen. Genieten van het mooie weer en een uitstapje naar Saintes waar er wellicht iets is te zien. Maar de blog loopt gewoon door.
Tot morgen.
Achter mijn handen: DE VERHUIS
Het was een weduwe van 85 jaar die nog steeds elke avond de trap naar boven opging en op de eerste verdieping in haar slaapkamer de nacht doorbracht. Sinds de dood van haar echtgenoot een 15-tal jaar geleden was ze overgeschakeld naar een éénpersoonsbedje.
Op een bepaald ogenblik werd het met de week duidelijker dat deze transfer naar de bovenliggende verdieping echt wel moeilijk begon te verlopen. Niet alleen fysiek problematisch maar bovendien ondervonden we samen met de dochter van deze mevrouw dat het gevaarlijk werd en dat zowel het zicht als de fysiek mogelijks wel eens valrisicos konden inhouden of zelfs veroorzaken. Het besluit was heel snel genomen: er zou een nieuw éénpersoonsbed worden aangekocht en beneden in de huidige leefkamer geplaatst worden. Een bed met een elektrisch verstelbare lattenbodem, een heel goede, een dikke en uitgekiende matras, en bovendien moest het bed zodanig hoog zijn dat de mama eenvoudig en zonder al te veel inspanning vanuit dit bed rechtop zou kunnen staan. Er werd inderdaad aangekocht en de materiaalkeuze was uitermate goed. Eénmaal dat alles geplaatst was naar de goedkeuring van oma, kon iedereen weer gerust op zijn twee oren slapen. Zo dachten we toch.
Bij een volgende behandeling werd er gevraagd naar de slaapsituatie. Oma kon in dat nieuwe bed niet aarden. Het opstaan s morgens verliep immers totaal verschillend van boven. Boven kon ze langs de rechterkant uit het bed komen en kon dus haar sterker rechterbeen eerst gebruikt worden. Beneden verliep alles omwille van de lokalisatie van het bed in de andere volgorde. Ze was verplicht langs links uit te stappen en dat wou echt niet vlot verlopen.
Ik stel de dame voor om het bed te draaien en dus het hoofdeinde naar de living te plaatsen en de achterkant tegen de muur. Dat zou al wat beter zijn zei ze. Ik verplaats dus op eigen houtje de tafel en de stoelen en zet ander meubilair en attributen ver aan de zijkant zodat er eenvoudig kan worden omgedraaid. Het lukt en zowaar, de mevrouw is heel tevreden.
Er wordt enthousiast en overtuigd van de oplossing, gepolst naar haar nieuw slaapgedrag nu. Alweer is de reactie niet rooskleurig. De matras is veel te dik, ze voelt te warm aan, ze ligt veel harder en bovendien veroorzaakt ze pijn in de rug. Iets wat ze in haar ander bed nooit heeft gehad. Ik ontzie het een beetje en geef de raad toch een paar weken aanpassing te gunnen aan haar wervels en spieren. Maar bij elk kine-bezoek is er hetzelfde verhaal dat dit bed haar dood wordt want ze heeft niet voldoende nachtrust, ze slaapt met pijn en staat op met pijn. Iets wat ze herhaalt en blijft herhalen.
Tot ik op zekere dag voorstel om de matras van het oude bed naar beneden te halen en deze nieuwe matras dan maar op het oude bed te leggen. Ik overtuig mevrouw dat de lattenbodem van boven echt niet deugt om op dit nieuwe bed te leggen. Er wordt ingestemd met de verhuis van de matras. Ik haal al mijn Newtonmeters spankracht boven en sleur minutieus trap per trap die matras naar boven. Het zweet staat in mijn nekhaar te druppelen. De mevrouw observeert mij van in het trapgat beneden en mompelt iets van Tarzan
De oude matras wordt minder elegant en veel sneller als daarjuist van boven naar beneden getransfereerd en het bed wordt netjes opgemaakt.
Het volgende bezoek kreeg ik van de mevrouw een doosje pralines, als dank voor de redding van haar leven. Ze had zo goed geslapen en heeft het zelfs gepresteerd om haar ogen voor de eerste keer te openen een uur later als haar normale tijd van opstaan. Ze was me heel dankbaar en heeft nooit nog geklaagd van slaap- of ontwaakstoornissen.













|