De avonturen van een straatmuzikant in de Wetstraat
30-06-2009
De dood kent geen genade *
Wat ik in de vorige aflevering al had voorspeld (het zou een moeilijke nacht worden), is een selffulfilling prophecy gebleken. Sterker nog, het is ook nog een verdomd moeilijk weekend geworden, en hoewel maandag inmiddels zo goed als voorbij is blijf ik het moeilijk hebben. Lang geleden dat de confrontatie met de dood en de eindigheid der dingen me nog zon opdoffer gegeven heeft als nu. Ik ben immers ervaringsdeskundige in het omgaan met verlies, en als dusdanig behoorlijk gehard. Stoïcijns aanhoor ik de nieuwsberichten over de weekendongevallen, apathisch bekijk ik de beelden van weer eens een ver-van-mijn-bed bombardement of zelfmoordaanslag, laat slachtpartijen om mp3-spelers niet aan mijn hart komen Bereidwillig geef ik vrienden en kennissen goede raad en steun als ze in hun intieme kring een overlijden meemaken, en bied hen een luisterend oor En heb hierdoor stilaan een reputatie opgebouwd als iemand die niet van zijn stuk te brengen is. Wat je niet kunt aanvaarden moet je veranderen, en wat je niet kunt veranderen moet je aanvaarden. Onder dit motto heb ik een zeer boeddhistische levenshouding aangenomen (Zen zeggen mijn vrienden, maar ik kan me daar niets bij voorstellen), die mij inderdaad al vaak behoed heeft voor al te brutale emotionele schommelingen. Vandaag kan ik alleen maar vaststellen dat Boeddha blijkbaar al met vakantie is, want mijn gekwelde hart vind geen rust.
Ik draag vele vrienden en vriendinnen uit mijn verleden diep in mijn hart, waar ze harmonieus en vredig samen oud worden, hoewel ze fysiek reeds lang tot stof en as zijn wedergekeerd. Van vrijwel iedereen bewaar ik enkel leuke herinneringen, en wanneer ik aan hen denk en dat is vaak nog enkele keren per dag herinner ik me uitsluitend warme beelden en uitspraken van levende mensen, die mij inspireren bij het maken van mijn keuzes en het bepalen van mijn doelstellingen. Het afscheid zelf, de confrontatie met het ondenkbare, is helemaal vergeten (of verdrongen?). Sinds vorige week echter branden de beelden van dode vrienden, gebroken achterblijvers en volledig uit de hand gelopen uitvaartplechtigheden in alle hevigheid op mijn netvlies. En word ik gedurig met de neus op de Karels, Yasmines en Michaels uit mijn eigen leven gedrukt.
De Karels, dat waren de getalenteerde doorbijters, die de kansen grepen waar ze lagen, en die er alles aan deden om hun talenten steeds verder te ontwikkelen. Die er ook wel waardering en succes mee behaalden, of dat nu in de muziek, poëzie, theater, sport of in het bedrijfsleven was. En die op een dag domweg geveld werden door hersenbloedingen, toevallig het pad kruisten van dronken chauffeurs, multiple sclerose of kanker kregen, en zo plots weggerukt werden uit ons midden.
De Yasmines waren ook getalenteerd, en evenzeer doorbijters, die echter nooit over lijken gingen om hun doel te bereiken. Passie was hun drijvende kracht. Succes of waardering was voor hen immers geen doel op zich, eerder een geruststellende bevestiging van het idee dat ze op de juiste weg zaten. Mensen vaak die ook erg gevoelig waren, en misschien bij momenten wel emotioneel labiel. Mensen die zichzelf helemaal gaven in hun relaties, en al te vaak vergaten om ook zelf te nemen. Die dat ook niet nodig vonden, omdat ze wat ze kregen vanzelfsprekend vonden. Het zou er immers altijd zijn tot het er plots niet meer was. Dan bleken ze plots niet opgewassen tegen het emotionele ravijn dat hen wachtte, en ze hadden geen andere keuze meer dan springen (of ze vielen toch, wat in essentie hetzelfde was). De achterblijvers moesten vol ongeloof en vaak ook schuldgevoelens aanvaarden dat wat zij als een te nemen horde beschouwden, voor anderen een onbeklimbare muur was. Hoeveel talent kapot gegaan is aan onbeantwoorde, verstikkende of afgebroken liefde wil ik niet eens becijferen, maar bepaalde momenten in mijn leven dacht ik op de Boulevard of Broken Dreams terechtgekomen te zijn.
En dan had je de Michaels. Talent te over, maar dat was van ondergeschikt belang. Ze waren immers absoluut gefocust op succes en aanbidding. Ze konden dan de eindigheid en relativiteit daarvan niet inzien als ze zich aandienden, en hadden bij wijze van spreken al een Porsche en een villa met zwembad besteld, nog voor ze de eerste tastbare bewijzen van hun succes in handen hadden. Die in hun eigen mythe geloofden, zich onsterfelijk waanden, en steeds grotere kicks nodig hadden om hun leven boeiend te houden Tot bleek dat er toch wel enige stuurvaardigheid vereist is om met 250 per uur over landwegen te scheuren. Of dat zelfs een diploma van ski-instructeur geen bescherming biedt tegen lawines. En dan had je ook nog de twijfelaars, die vreesden dat hun talent op een dag zou opdrogen, en die dan wanhopig probeerden om middels alcohol en andere chemicaliën nieuwe inspiratiebronnen aan te boren
Ze zijn de laatste dagen allemaal de revue gepasseerd, en in gedachten heb ik met hen allemaal lange en diepgaande gesprekken gevoerd. Maar met mijn belangrijkste vragen ben ik blijven zitten: Tot welk nut? Tot welke zin? Wie is er beter van geworden? Of gelukkiger?
Nagarjuna
Uit de duisternis * "Death don't have mercy", een lied van the Reverend Gary Davis, een illustere voorganger-straatzanger.