Tis weer ne wreden dag geweest vandaag. Tbegon al van
smorgens vroeg. Ik kwam toe op school rond een uur of tien na acht en ik ging
al direct op mijne neus. Ik struikelde over nen tegel da los lag en ik viel
tege ne jonge dak nog nooit had gezien. Vriendelijk was hij wel, maar zijn
tanden dede mij vermoeden dat ze al een paar weke niet meer ware gepoetst. In
tegestelling tot zijn goddelijke haren die fris oogden. Maar twas nog ni gedaan
me de miserie, ik was op weg naar het lokaal van Aardrijkskunde me mijn
boeketaske. Dee zat vrij vol want we kwame ni meer in de klas, en dee scheurde
gewoon, vlak voor de neus van mevrouw Aardrijkskunde. In plaats van mij te
helpe, lachte die mij gewoon uit. Ik had deen dag al zo veel stront over me
heen gekrege, dak er ver in kon snorkelen. Ik had DRINGEND nood aan een
verzetje, en da kreeg ik smiddags. Ik ging met de girls zoals gewoonlijk naar
de markt op donderdag. Daar kwam ik enigszins tot rust, door die geuren van dat
verse fruit en die verse groenten. Ik werd echter uit mijn trance gehaald door
die Marokkanen, die riekte serieus van ne kilometer ver. Dee geur doe mij denke
aan nen beerput. Ni die Marokkanen zelf, maar wa ze verkopen. Ik weet ni wa da
zijn, vijgen en dadels denk ik. Allen chance da er daar maar een kraam van is.
Wa verder was er ne kerel een slang aant bezweren, dee mens had alleen een paar
gordijnen aan en nen tulband. Hij had precies een trompet vast, om die slang te
bezweren, maar tgeluid dee mij denken aan een didgeridoo. Het deed wel zijn
werk want die slang danste vrolijk op de beat. Tot die mij zag. Die keek naar
mij alsof ik aan het vervellen was ofzo.. We waren rap weg daare want ik kreeg
de creeps van die diamantratelslang. Het uiteindelijke eindstation was
feitelijk den Alvo. Ni da da gemakkelijk was. Ligt da nu aan mij of zen ze nu
echt overal aant werke en de strate aant opebreke. Serieus, ik had juist vanalles
gebroke en als ge ni goe oplet hebdet terug aan uwe rekker ze. Ma bon, we ware
daar dan toch geraakt. Een van de girls moest gerookte zalm hebben me toast,
sgeen probleem want in den Alvo hebbe ze namelijk alles. Na da ik mijn nootjes
had gevonden hoorde ik iemand mijn naam roepen. Vanuit mijn ooghoek kon ik nog
net een bouwvakker zien die een affiche van het Sea Life Center vast had..