Omdat het iedereen vrij staat zijn gedacht te vormen over de aaneenschakeling van historische feiten en de samenhang ervan; omdat zoveel zaken relevant kunnen zijn in deze tijden van formatie (what's in a name?); omdat de moeite doen eens van perspectief te veranderen nieuwe inzichten kan opleveren en vooral omdat ik genoten heb van de gastcolumn van Marc Vanfraechem in Knack van 20-04-2011, deze leuk gekozen citaten uit de verzenbundel Van Willem III tot Willem III, het derde deel van de Rijmkroniek des Vaderlands van Jean-Pierre Rawie en Driek Van Wissen (Nederlanders dus).
... in Brussel liep het schorem na het horen van een opera (waarin opstandig zaad gezaaid en luidkeels oproer werd gekraaid) zomaar de straat op. En het tuig ging met gesakker en gejuich zich aan misplaatst geweld te buiten: gestenigd sneuvelden de ruiten...
Over de interventie van de Franse Roi Louis-Philippe:
Hij wilde tussenbeide komen en koos als Fransman arrogant de Belgische verkeerde kant. Zo raakten wij, de prins ten spijt, de helft van onze natie kwijt en stortte buitenlandse druk de Belgen in het ongeluk, want tot op heden zitten die nog met de Duitse dynastie von Sachsen-Coburg opgescheept waarmee geen enkele Belg echt dweept, er eventjes van uitgegaan dat echte Belgen echt bestaan...
...
Toch werd het Zuiden zonder reden wreed van het noorden qfgesneden, maar niet het snijden deed zo'n pijn als wel het afgesneden zijn
Weet je ook dat je vurige wensen slechts dan in vervulling kunnen gaan, wanneer het je lukt, liefde en begrip voor mens, dier, plant en sterren te verwerven, wanneer iedere vreugde jouw vreugde en iedere smart jouw smart zal zijn? Open je ogen, je hart en je handen en vermijd het gif dat je voorvaderen gretig uit de geschiedenis gezogen hebben. Dan zal de aarde je vaderland zijn en al je scheppen en werken zal zegen schenken.
Albert Einstein
Geruchten kwamen mij ter ore over frontale aanvallen op de filosofie. Filosofie zou zinloos zijn, filosofen zouden krankzinnigen zijn die onbegrijpelijke boeken schrijven waar niemand iets aan heeft. Het bestuderen wat filosofen vroeger en nu gezegd hebben zou uitermate zinloos zijn en er zou geen enkele maatschappelijke relevantie zijn voor de filosofie. Wetenschap zou zinvol zijn; filosofie zinledig.
Ik voel mij verplicht om op dergelijke onzin te reageren. Het is inderdaad zo dat vele filosofen op het einde van hun leven effectief krankzinnig geworden zijn, nadat zij een blik hadden geworpen op wat dan de waarheid of de werkelijkheid genoemd wordt. Dit is eigenlijk niet onlogisch. Wie zou er niet anders tegenover het leven staan, wanneer hij bij iedere ervaring onmiddellijk de link legt met de chemische processen, fysica, statistiek, moleculen en evolutionaire principes die de ervaring verklaren. Vergelijk het eventueel met het existentiële moment van cylon Roy Batty op het einde van de film Blade Runner. Het menselijk brein is waarschijnlijk niet sterk genoeg om alle kennis die we nu aan het verwerven zijn te verwerken.
Om aan te tonen dat filosofie wel degelijk zinvol is en zeer belangrijk ga ik alvast van start met de ontmaskering van de wetenschap als absoluut zinvol en goed alternatief. Ik citeer onze goede vriend Etienne Vermeersch: Een door wetenschap gestuurde technologie verschaft in veel gevallen de efficiënte middelen om bepaalde doelen te bereiken, maar dat betekent niet dat een voortdurende uitbreiding van het middelenarsenaal zelf een legitiem, een goed doel zou zijn. Wetenschap is al lang niet meer een activiteit van een vrijblijvend intellect: evolutie en gebruik ervan worden mede bepaald via de nood aan fondsen door politieke, militaire en industriële belangen en die vallen niet altijd samen met het welzijn van de totale mensheid. [ ] Vooruitgang van wetenschap en techniek bieden geen intrinsieke garantie voor redelijkheid en menselijkheid. Dat leidt tevens tot de eis iedere stap op zijn eigen waarde te toetsen en criteria voor het sturen van de ontwikkeling uit te denken. The devils doctrine, what can be done, must be done, heeft afgedaan.[1] Vermeersch pleit er terecgt voor af te stappen van het naieve idee dat nieuwe vondsten alleen nadelig kunnen uitvallen als ze door boosaardige mensen worden misbruikt. De wereld is geen zwart-wit Disney film. Verder kunnen we onder andere pleiten voor een sterkere globale monitoring van de wetenschap als tegengewicht aan de kapitalistische en eventueel irrationele (nationalistische en religieuze) structuren die de wetenschap kunnen corrumperen of levensbedreigend maken.
Er is dus een tegengewicht nodig voor de ontwikkeling wetenschap ingebed in het kapitalisme. Dit tegengewicht moet geboden worden door enerzijds de politiek die op lange termijn moet denken en verantwoordelijk is voor het beleid en anderzijds een maatschappij van kritische denkers met de filosoof in de voorhoede. Filosofie is niet louter de zoektocht naar de waarheid en godzijdank niet langer het proberen bewijzen van het bestaan God, wat volgens de filosofische methode trouwens fundamenteel fout is want een middel-doel omkering![2]
De filosoof dient de onderlinge relaties tussen wetenschap, maatschappij en politiek kritisch te beschouwen. Zo nodig, dient ethiek toegepast te worden. In deze morele opdracht van de maatschappij en in de eerste plaats de filosoof schuilt bijgevolg ook het nut van de filosofie, voor diegenen die willen spreken over nuttigheid.
Immers, als het verleden maar één iets bewijst, is het dat de wetenschap, de politiek, de heersende tijdsgeest aan de leiband moet gehouden worden. De filosofische methode van permanente kritische benadering, out-of-the-box thinking vertrekkende vanuit de fundamentele onzekerheid, dient een rol te vervullen van een goede vader, een kritische observator die discussies opentrekt en de algemeen aanvaarde Zeitgeist in vraag durft te stellen. De filosoof stelt zich altijd vragen als: zijn we goed bezig? Wat kan beter? Wat is goed? Wat zijn de alternatieven? Hoe verhouden we ons nu tegenover het verleden? Tegenover de toekomst? Ook filosofen die zich schijnbaar volledig hebben losgekoppeld van de maatschappij en in schijnbaar onbegrijpelijke taal op zoek zijn naar de waarheid dragen aan dit permanente nuttige proces bij, ook al sijpelen de resultaten soms pas vele jaren later door. Er is een constante wisselwerking tussen de filosofie en de Zeitgeist. Want stellen dat de filosofie zich onafhankelijk ontwikkelt van de maatschappij is natuurlijk ook volledig fout. Een zeer ruime blik op degeschiedenis van de filosofie bevestigt dit duidelijk.
Het feit dat de filosofie door velen als zinloos en elitair beschouwd wordt is vermoedelijk enerzijds te wijten aan het gedrag van de filosofen zelf, die vaak weigeren om hun denken te populariseren. Anderzijds is er ons onderwijssysteem dat veel te weinig de filosofische methode aanleert en er dus niet voldoende in slaagt om kritische burgers te creëren. In hoeverre overheden deze taak bewust verwaarlozen is natuurlijk voer voor speculatie en dit moet eveneens kritisch bekeken worden door die burgers die dankzij de filosofische methode kritisch staan tegenover het politieke bestel (de cirkel is rond!).
Ons onderwijs is vooral gericht op het memoriseren van kennis gericht op de nationale economie; we stoppen de geesten van onze kinderen liever vol dan open geesten te vormen. Volgens Frank Vandenbroucke draagt ons onderwijssysteem hierdoor zelfs bij tot de creatie van een ongelijke maatschappij, waardoor ons sociaal stelsel nog meer moet gaan corrigeren.[3] Liberaal Guy Verhofstadt wilde het onderwijs zelfs gebruiken om via geschiedenisonderwijs het geheugen van de burgers te kneden naar een bepaalde ideologie en waardensysteem. Hij legde de link tussen kennis en ethiek en tussen historisch besef en waarden zoals tolerantie en democratie naar aanleiding van een anti-semitische aanslag in de jaren negentig. Met dergelijke redeneringen komen we al weer snel terecht bij het vullen van geesten in plaats van het openstellen van geesten. De filosoof moet er dus weer over waken dat de politieke elites die het onderwijs organiseren één bepaald verleden niet als hét verleden gaan aanleren en er één bepaald waardenpatroon aan gaan verbinden. Want dit maakt het verleden en het onderwijs wel erg politiek bruikbaar. The past is not what it was. Het onderwijs moet dus de historische methode en de filosofische methode aanleren in plaats van absolute waarden te propageren. Ook omdat het onderwijs volgens pedagogen louter de taak heeft de kritische reflectie over maatschappij en waarden te voeden.[4]
En misschien is het wel het gebrek aan kritische vorming in het onderwijs in het westen - zullen we maar zwijgen over kritische vorming in het onderwijs in religieuze staten, China en landen waar nationalisme hoog in het vaandel gedragen wordt? wel een reden voor het veel te traag doorsijpelen van de onmiddelijke noodzaak aan een fundamentele reorganisatie van maatschappij, economie en politiek. En dan heb ik het over de dubbelkoppige draak van de globale ongelijkheid en het ecologische probleem van vervuiling, uitputting van grondstoffen en vernietiging van het leefmilieu. De relevantie en het nut van de filosofie wordt in bijzondere mate aangetoond door het probleem van het overleven van de mensheid. Het is de taak van de filosoof, zich beroepend op ethiek, om hand in hand met de wetenschap via de burgers overheden overal ter wereld op hun verantwoordelijkheid te wijzen wat betreft onze toekomst.
Wie de noodzaak van een globaal-ethische paradigmaverandering niet aanvaard, ik noem dit wel eens het invoeren van een neo-communisme, zich hiertegen verzet en dit rechtvaardigt door middel van macchiavellisme of nihillisme en toch kinderen op de wereld zet, is een slecht mens.[5] Het is in de eerste plaats aan moraalfilosofen om dit duidelijk te maken. Het nut van de filosoof heeft men altijd gevonden in het moreel redden van de mensheid, tegenwoordig vindt men het ook in het fysiek redden van de mensheid.
De moraalfilosofie moet ons dwingen de liefde van de ouder voor zijn kind toe te passen op de gehele mensheid. Wie de achterkleinkinderen van zijn achterkleinkinderen een leven ontzegt, geeft toe zich enkel voort te planten vanuit hedonistisch motief.
Zijn ze niet lief, die kleine ukken?
[1] Zie: VERMEERSCH E., De ogen van de panda. Een kwarteeuw later, Houtekiet, 2010.
[2] De filosofie mag zich nooit laten knechten door (bij)geloof. Filosofie wordt dan niet alleen zinloos, maar eventueel ook gevaarlijk. Niet vertrekkend vanuit een open geest en de filosofische onzekerheid, maar vanuit godsdienstige dogmas is immers de omgekeerde wereld. Men kan natuurlijk stellen dat een geest NOOIT volledig open is, maar vertrekken vanuit een dogma zoals het aanvaarden van een almachtige, alwetende en algoede God ligt alvast volledig dwars tegenover de poging tot open geest omdat het van in het begin alle denkkaders sterk begrenst.
[3] Kritische bemerking hierbij is wel dat de partij van Vandenbroucke zelf al vele jaren een grote verantwoordelijkheid hierin draagt, onder meer door verschillende onderwijs-ministerposten te bekleden.
[4] Zie: REYNEBEAU, M., Het nut van het verleden, Lannoo, 2006.
[5] Geldt onwetendheid als alibi in ethische kwesties?
It makes me sick what is happening the last days! We have learned nothing from the past, nothing at all!
Neo-liberaal en mislukt Belgisch premier Guy Verhofstadt
Who remembers the Armenians?
Nationaal-socialist en mislukt Oostenrijks kunstschilder Adolf Hitler
In een betere wereld worden megalomane en wreedaardige gekken als Moe-ammar al-Khaddafi door de internationale gemeenschap snel en efficiënt tot de orde geroepen. Dit gebeurt vanuit ethisch oogpunt én vanuit praktisch oogpunt. Khaddafi tot de orde roepen is een duidelijk signaal aan alle andere dictators die zonder scrupules hun eigen bevolking uitmoorden (Jemen, Saudi-Arabië, Bahrein zijn nu actueel). Die internationale gemeenschap hoeft niet noodzakelijk gebaseerd te zijn op een permanente globale structuur (wat de VN zou kunnen zijn, indien ze veel meer macht en bevoegdheden had), maar kan evengoed handelen vanuit een ad hoc verbond van vrije staten. In een betere wereld spreken we natuurlijk niet alleen over vrije, maar ook over gelijke staten, maar dit terzijde. De internationale gemeenschap is ondertussen al rijkelijk laat met het instellen van de zogenaamde no-fly zone boven de bewoonde Libische kust, maar we moeten voorlopig tevreden zijn indien men nu ook echt doet wat men belooft en de militaire consequenties erbij neemt. Echter, hoe trager en hoe minder eenduidig men handelt, hoe groter de kans dat de uiteindelijke acties verschillen van hetgeen ik hier schets en de oorspronkelijke bedoelingen. Dit zou dan vooral ten koste gaan van a) de staten die wel actief deelnemen b) de Libische bevolking c) de internationale gemeenschap d) de toekomst van de mensheid. Want hoe men het ook draait of keert, uiteindelijk zullen we toch tot veel betere, grotere en sterkere regionale en globale samenwerking moeten komen en ons moeten losmaken van de overheersend machiavellistisch geïnspireerde overheden die op lange termijn mensen overal ter wereld alleen maar angst aanjagen, xenofobie indoctrineren, het kapitalisme uiterst inefficiënt reguleren en niets maar dan ook niets veranderen aan globale ontwrichte structuren. Het cynisch laten primeren van de eigen welvaart en staat zonder oog voor alternatieven overal ter wereld, zorgt er alleen maar meer voor dat dictators hun gang kunnen blijven gaan, global warming niet aangepakt kan worden en wij onze planeet stilaan beletten om zichzelf nog te herstellen van onze bebouwing, vergiftiging, modificering en bewerking.
Een peiling op de vrt-redactie nieuwssite toont dat driekwart van de deelnemende burgers voorstander is van het inzetten van Belgische middelen en mankracht in de militaire actie jegens Khaddafi. Persoonlijk ben ik de mening toegedaan dat de tegenstanders van een no-fly zone, omwille van de hierboven geschetste opvattingen, ofwel een verkeerd beeld hebben van de wereld, ofwel al te cynisch zijn en het constructieve pessimisme ver voorbij zijn, ofwel een omelet willen maken zonder eieren te breken. Ik verduidelijk eerst de stelling van de omelet. Sommigen willen op alle momenten in de menselijke geschiedenis geweld en de intentie van eventueel geweld volledig bannen. Dit lijkt medunkt sterk op de hippie-gedachte dat de wereld een betere plaats wordt door muziek te luisteren en high te worden. Het zijn enkel militaire interventies in Libië zoals men die voor ogen heeft en humanitaire missies die onze defensiebudgetten rechtvaardigen op deze moment in de geschiedenis. In een beschaafde wereld is defensie gericht op de wereld en niet op de eigen natiestaat. Laat die term landsverdediging toch vallen, we leven niet meer in de Middeleeuwen (hoewel we nog wel koningshuizen en een pauselijke staat hebben ). Ik hoorde ook de mening van de voorzitter van vzw vrede en de befaamde Amerikaanse denker Noam Chomsky. Beiden zijn tegenstander van een interventie in Libië. Beiden gaan ervan uit dat de interventie vooral ingegeven is door economische motieven. U kent het wel: olie, gas, geostrategische motieven, Vzw Vrede maakte hierbij graag de vergelijking met Irak en Afghanistan. Als voorzitter van een dergelijke organisatie zou men beter moeten weten. Irak was volgens het internationaal recht een volstrekt illegale oorlog en het initiatief van twee politieke leiders G. Bush Jr en Tony Blair - die bijna even gek en megalomaan (al dan niet in grote mate onder invloed van religie en neo-liberalisme) waren als onze vriend Moe-ammar. De schade die de Irak-oorlog de mensheid heeft toegebracht is niet te overzien. Obama probeert nog altijd puin te ruimen. Over Afghanistan daarentegen valt nog eeuwen te discussiëren. Feit is dat deze (bevrijdings)oorlog wel gestart is met instemming van de internationale gemeeschap, maar dat we daar nog steeds in een enorm wespennest zitten omwille zeer diverse redenen waarvan een al te militaire aanpak en een totaal gebrek aan kennis onder de Bush-administratie een belangrijke is. Niets doen, waar cynische macchiavellisten én sommige vredesactivisten voorstander van blijken te zijn lijdt volgens mij tot niets, alleen maar tot een achteruitgang in de geschiedenis van de mensheid. Het westen dient een signaal te geven aan de wereld dat het de sociale en democratische eisen van de mensen in het Midden-Oosten omarmt. De vooral in het Herentalse zeer invloedrijke alternatieve denkers van Funeral Dress stellen: We zijn één familie, we moeten aan één zeel trekken! We moeten zelfs durven erkennen dat de islam op deze moment een positieve invloed kan hebben in deze bevrijdingsbewegingen, al moet op lange termijn een wereld zonder de huidige vormen van bijgeloof-religies evenwel het streefdoel blijven.
We moeten ons bovendien afvragen of het wel ethisch is om de Libische opstandelingen op deze moment in de steek te laten na de vele signalen van de voorbije weken (dagvaarding Internationaal Strafhof, verklaringen VN, EU en belangrijke politieke leiders). Het antwoord is volmondig nee. Wat hebben we uiteindelijk meer nodig dan de expliciete vraag om een no-fly zone vanwege de Arabische Liga? Het is niet meer dan normaal dat de internationale gemeenschap uiteindelijk dan toch beslist heeft om deze no-fly zone in te stellen. Na alle signalen van de voorbije weken zou het werkelijk schandalig en effenaf schandalig geweest zijn om de Libiërs nu te laten stikken. Want eerst mensen op basis van grote idealen en internationaal recht warm maken voor een rechtvaardige revolutie om ze dan vervolgens te laten koken in eigen sap, zou de internationale gemeenschap mee verantwoordelijk gemaakt hebben voor het bloedbad dat Khaddafi nu al aan het aanrichten is in en rond Tripoli.
Tegenstanders van een no-fly zone smeren onze westerse praatbarak blijkbaar liever met het bloed van de moedigste Libiërs. Niet optreden impliceert een politicide zonder weerga in Libië, en voor die politicide is het westen dan voor een groot deel verantwoordelijk.
Waarschijnlijk is het ook een feit dat de relatieve traagheid van de internationale gemeenschap inzake de Libische opstand al vele mensenlevens gekost heeft, maar zoals eerder al gesteld mist de internationale gemeenschap op dit punt in de geschiedenis nog macht en efficiëntie omdat het nut van globale samenwerking nog altijd niet algemeen doorgedrongen is. De dreigende nucleaire Apocalyps in Japan nochtans de derde grootste economie ter wereld drukt ons nochtans wederom met de neus op de feiten. Zonder globale aanpak van de belangrijkste problemen en uitdagingen krijgt niemand er greep op. Nationale overheden zijn nu eenmaal zo verweven met de economische wereld en geïndoctrineerd door de wedloop van economische groei en internationale concurrentie dat ze er bijvoorbeeld niet in slagen om iets dat bij fout beheer de potentie heeft om de hele aardbol te vernietigen, zoals kernenergie, verantwoordelijk te beheren.
Of we eerst een nucleaire Holocaust of een andere Apocalyps zullen moeten meemaken voor de mensheid de nood aan globale samenwerking zal inzien is mijns inziens een van de fundamentele vragen van de hedendaagse filosofie.
Een mensheid die niet kan liefhebben, verdient het niet te overleven.
Schrijver Michel Houellebecq
Quid NVA?
Politicus en zakenman Jean-Luc Dehaene
Alle respect voor de betogers van vorige week zondag in Brussel die vanuit een oprechte bezorgdheid om het gedrag van onze politieke klasse een signaal wensten te geven. Zelf werd ik echter (te) weinig warm van het initiatief. Ik kan ernaast zitten, maar naar mijn mening ging het bij de meerderheid van de betogers vooral over een frustratie tegenover bepaalde politieke partijen en/of figuren die een hoofdrol spelen in de huidige onderhandelingen. Een misplaatste krenking van de nationale Belgische trots; zie ook de slogan shame. Ik vond het ook een betoging die zeer makkelijk gekaapt kon worden door bepaalde strekkingen (zie foto genomen tijdens de betoging!) en een actie die te veel de blik richt op de eigen kleine Belgische wereld, zonder te beseffen dat er in de wereld belangrijker zaken aan de gang en aan de orde zijn. Dramatiseren hoeft niet. We worden nog steeds voor een groot aantal bevoegdheden bestuurd door een Vlaamse en Waalse regering en dankzij de Duitse economie doen we het economisch blijkbaar zeer goed (in termen van economische groei natuurlijk ) En laten we ons vooral niet gek maken door de zogenaamde speculatie op België; laten we niet vergeten dat het hier om een absurd kapitalistisch, crimineel systeem gaat waarvan bewezen is dat ratingbureaus wel eens totale quatsch verkondigen, met alle gevolgen van dien. Merk ook op dat er in buitenlandse media, zelfs Europese amper aandacht is voor de Belgische politieke impasse.
Ik vond het tenslotte vooral een betoging tegen de gevolgen van een probleem zonder oog voor de echte oorzaken en voorgeschiedenis van de huidige toestand. Ik sta eigenlijk redelijk cynisch tegenover de Belgische politieke impasse. Volgens mij is deze historisch te verklaren. Daarom een korte tocht door de Belgische geschiedenis met behulp van enkele historici.
Vanaf 1830 wilde de Belgische elite Frans opleggen als eenheidstaal, in die tijd een logische keuze daar enkel een kleine Franstalige heersende klasse deelnam aan het politieke leven via het systeem van het cijnskiesrecht. Historicus Harry Van Velthoven: De Belgische grondwet had het weliswaar over taalvrijheid, maar in de praktijk werd het Frans de enige officiële taal.
Enkel door de democratisering van het stemrecht kwamen de vooral op de gelijkberechtiging van de Nederlandse taal gerichte Vlaamse Beweging echt van de grond. Vervolgens kwam men op de proppen met het territorialiteitsbeginsel. Van Velthoven: Sprak men rond 1900 over het territorialiteitsbeginsel in Wallonië, dan vonden ze dat normaal en noemden ze dat regionalisme. Het territorialiteitsbeginsel in Vlaanderen noemden ze separatisme. Taalrechten voor minderheden in Wallonië waren dwangmaatregelen, in Vlaanderen betrof het de rechten van de mens. Dat heeft te maken met de koppeling die de Walen maakten tussen het Frans en de moderniteit. Ze geloofden oprecht dat het Frans de mens bevrijdde, terwijl het Vlaams hen achterlijk hield. De Franstalige elite in Vlaanderen was dus niets anders dan een vooruitgeschoven post van de Franse beschaving. De Vlaamse minderheid in Wallonië daarentegen, arme boeren van het platteland, was een soort vijfde katholieke colonne die de socialistische meerderheid in Wallonië in gevaar zou brengen.
Historicus Yvan Vanden Berge wijst op het belang van de Koningskwestie. De Koningskwestie confronteerde de Walen met het numerieke overwicht van Vlaanderen, en dat zijn ze nooit meer vergeten. Voor de volksraadpleging die over het lot van Leopold III moest oordelen, hadden de Vlamingen in het parlement nooit echt gebruik kunnen maken van hun meerderheid. Maar nu hadden de christendemocraten bij de verkiezingen van 1950 de absolute meerderheid behaald, en de Vlamingen wogen in die, toen nog unitaire, partij het zwaarst door. De Walen vreesden dan ook dat de Vlamingen hun numerieke overwicht zouden gaan gebruiken om alle wetten die ze maar wilden door het parlement te sluizen. Kort voor de troonsafstand van Leopold III (ten voordele van zijn zoon Boudewijn) vond er zelfs een bijeenkomst plaats waar een Waalse regering werd aangesteld. Was de Koningskwestie in hun nadeel beslecht en bleef Leopold dus op de troon, dan wilden de Walen zich afsplitsen en een republiek stichten. De consul-generaal van Frankrijk, die op die vergadering aanwezig was, beloofde hen zelfs twee legerdivisies voor het geval de onafhankelijkheid van Wallonië verdedigd zou moeten worden. Maar uiteindelijk wonnen ze het pleit alsnog, zag Leopold III af van de troon en vonden ze het dus niet meer nodig om zich af te scheuren.
Na de Koningskwestie begon de langzame evolutie waarvan we nu allemaal de gevolgen zien pas echt. De taalstrijd duurde voort en bediende zich steeds van economische, sociale en culturele motieven. Liberalen, katholieken en uiteindelijk zelfs socialisten kozen ervoor om hun unitaire partij op te splitsen in een Vlaamse en een Waalse partij en zich uitsluitend nog te richten op hun deel van de taalgrens. Federalisme werd steeds verder uitgediept tot een volgens sommigen onwerkbaar en inefficiënt kluwen, volgens anderen een slim en evenwichtig mechanisme, dat zo men wil om de zoveel jaar licht bijgestuurd en geactualiseerd dient te worden.
Dus: kan men iets anders verwachten dan het huidige politieke klimaat van wantrouwen als men al vele decennia campagne voert voor slechts één deel van het land? Men moet al heel blind zijn om te geloven dat het discours van de grote politieke partijen van ons land gericht is op het algemeen welzijn van het hele land. Ik blijf erbij dat de huidige politieke situatie een historisch onvermijdelijke evolutie is na de keuze van de unitaire partijen om zich op te splitsen en zich voor hun stemmenwerving te richten op één deel van het land. Zonder ten minste de invoering van een overkoepelende federale kieskring via een systeem van Zweitstimme naar Duits model, blijf ik cynisch staan tegenover de Belgische politieke situatie. Jammer genoeg is er bij de politieke top aan beide taalgrenzen na de vorige verkiezingen wederom geen wil meer te bespeuren tot wijziging van kiesstelsel. Ik verklaar mij akkoord met politoloog Dave Sinardet die voor de verkiezingen al zei dat partijen die voorstander zijn van een soort van federale kieskring en dergelijke een grote streep voor hadden in zijn verkiezingskeuze.
Even terloops: er bestaan nog unitaire partijen in België al is het even slikken bij het lezen van het volgend merkwaardig lijstje: tamelijk bekende partijen zoals Comité voor een andere politiek (CAP), Kommunistische Partij van België (KPB), Linkse Socialistische Partij (LSP), de Personenpartij van Modrikamen, nog enkele belgicistische partijen en natuurlijk de Partij van de Arbeid (PVDA) naast de Arabisch Europese Liga (AEL), de Moslim Democratische Partij (MDP) en Christenunie België (CUB).[1]
Mijn cynisme jegens de Belgische situatie wordt dezer dagen volledig gecompenseerd door mijn enthousiasme voor de gebeurtenissen in de Arabische wereld. Het lijkt wel of men in Tunesië en Egypte zeer belangrijke stappen aan het zetten is in De Grote Mars Vooruit, om het met de woorden van schrijver Milan Kundera te zeggen. Ook in Jordanië en zelfs Jemen werd er actie gevoerd voor een betere samenleving. Na het mislukken van de Iraanse opstand tegen Ahmadinejad en het vredesproces tussen Palestijnen en Israeliërs, krijgen we nu eindelijk zeer positieve signalen uit het Midden-Oosten, de sleutelregio bij uitstek voor een betere wereld. Revoluties in Tunesië en Egypte en politieke en mentale veranderingen in andere Arabische landen kunnen op lange termijn een enorme invloed ten goede - hebben op de wereldpolitiek. Het is natuurlijk heel gemakkelijk om cynisch te reageren op deze Arabische revoluties, maar volgens mij is dit totaal ongepast. Cynisme past wanneer het gedoseerd gebruikt wordt en een uiting van verontwaardiging en teleurstelling is, cynisme is ongepast als het de enige manier geworden is om zich uit te drukken en het een dekmantel is om de eigen luiheid, bekrompenheid of egoïsme te verbergen. In dit geval Westerse bekrompenheid en neo-koloniaal egoïsme.
[1] Ik moet toegeven dat deze info van Wikipedia afkomstig is.
"Democratie is hoofdzakelijk despotisme, het installeert een uitvoerende macht die tegenovergesteld is van het algemene denkbeeld: dat iedereen tegen de mening van een ander mag beslissen. De wil van iedereen is daarom niet de wil van iedereen: welke dus tegenstrijdig is tegenover vrijheid." Filosoof Immanuel Kant
Niet alleen trekken de nieuwe politieke elites in Europa zich terug binnen de eigen landsgrenzen en maken zij hun kiezers wijs dat dit de enige manier is om de welvaart uit te bouwen of te behouden, steeds meer zetten zij eveneens onze democratie onder druk. Begin jaren negentig dacht men nog dat de westerse liberale democratie volmaakt was en verspreid moest worden. Nu komt deze democratie zelf in de problemen. Zo stelde ik in mijn vorige schrijfsel. Het is waarschijnlijk een eeuwige bekommernis: de kloof tussen de politiek en de burger. Wat kan hier allemaal in meespelen? Analfabetisme, armoede en gebrek aan (stem)rechten zouden vooral problemen van het verleden moeten zijn in onze westerse democratieën. De desinteresse van een bepaald segment van de bevolking hoeven we bovendien niet in rekening te brengen. Sommige mensen willen gewoon niet mee besturen en willen enkel kritiek leveren op de bestuurders, liefst door middel van de alom gekende clichés. Maar hoe deze groep zoveel mogelijk verkleinen, politiek sensibiliseren en mobiliseren? En hoe de schijnbaar nieuwe kwalen van onze westerse democratieën te verhelpen? Hoe kunnen mensen die meer dan drie uur per dag voor hun tv zitten en enkel nog gaan werken om hun huis, auto en kerstcadeaus te betalen overtuigd worden dat er meer is in dit leven? Hoe kunnen we onze politieke elite tot de orde roepen om hun verplichte verantwoording tegenover hun kiezers af te leggen? En wat moet er gebeuren opdat onze politieke elites eindelijk eens wat meer het vuur aan de schenen zouden leggen van kapitalistische en onderdrukkende structuren? Hoe de verwevenheid tussen economie en politiek ontmaskeren?
Knack MO* hoofdredacteur Gie Goris heeft het treffend over een nieuw zelfbeeld van de Europese machtselite en een verschuiving van soft power naar hard power en heeft het over een angstige midden- en bovenklasse die in toenemende mate bereid blijken belastinggeld te gebruiken om zich te herbewapenen. Ook al gaat dat ten koste van de solidariteit met de verarmde helft van de wereldbevolking. Dit terwijl er helemaal geen debat over soft of hard power nodig is. Een verhaal over Europese militarisering moet er geen zijn van een raketschild tegen Iran en angst, maar één van overleg binnen en buiten Europa, eenmaking, vereenvoudiging en efficiëntie. We kunnen ons bovendien afvragen wat de democratische legitimiteit is van dergelijke koerswijzigingen als we kijken hoe klein de band is tussen de Europese kiezer en de Europese beleidsvorming. Volgens Goris is het ook hier opvallend hoe onze vertegenwoordigers en topmanagers over democratie spreken en het hierbij vooral gaat over de noodzaak om tegen de wil van de meerderheid in te gaan. Goris: Politieke moed heet dat in die kringen. De Europese Unie zit duidelijk met een democratisch deficit en is net zoals de nationale politiek gekenmerkt door een kloof tussen burger en overheid. Dit is niet alleen een ideologisch probleem, maar ook een praktisch probleem. Want door deze kloof is het voor verkrampte nationalisten heel gemakkelijk om aanhang te verwerven op basis van een anti-Europees discours. Door deze kloof wordt het voor economische elites makkelijker om het politieke beleid op hun wensen af te stemmen.
Zullen we er Francis Fukuyama er nog eens bijhalen? Waarom niet, nu deze het licht heeft gezien: Er is een proces van politiek verval aan de gang, omdat instellingen de neiging hebben vast te roesten terwijl de omgeving verandert. Instituties zijn niet beweeglijk, en veel samenlevingen hebben er geen idee van hoe ze zich uit die houdgreep kunnen wringen. Ik proef de laatste tijd, nu de vrije markt gefaald heeft, een herwaardering van het belang van politiek. Het begon met te dagen dat wij in het Westen eigenlijk niet de flauwste notie hebben van hoe onze politieke instellingen werken. We spreken steeds maar over dingen als de rechtstaat als cruciaal fundament van de hedendaagse economie enzovoort, en we nemen het als vanzelfsprekend aan. Maar we hebben nauwelijks een idee waarin die rechtsstaat eigenlijk wortelt. We hebben het naieve idee dat onze politieke instituties op een of andere manier spontaan uit de grond springen, zonder veel inspanning van onze kant. Ik denk dat democratie meer dan een idee is, je moet presteren. Minder intuïtief, meer wetenschappelijk onderbouwd en naar mijn mening enorm interessant is de theorie van Emmanuel Todd uit zijn schitterende werk Wereldmacht Amerika. Essay over het verval van het Amerikaanse systeem waarin de auteur in 2002 enorm veel rake observaties maakte en de pijnpunten van het Amerikaanse, westerse en mondiale systeem zeer secuur blootlegde. Todd bekritiseerde Fukuyama ook reeds omwille van zijn grote vergissing een einde van de geschiedenis af te leiden uit de algemene verbreiding van de liberale democratie. Een dergelijke conclusie gaat ervan uit dat deze politieke vorm stabiel, zoniet volmaakt is en dat de geschiedenis stopt zodra ze een feit is. En dat is net waar het hier over gaat en wat Fukuyama onlangs zelf inzag. Een werkende liberale democratie is geen voldongen feit. Voor Todd zijn alfabetisering en onderwijs de belangrijkste variabelen in al zijn theorieën. Voor zijn mening over de postmoderne westerse liberale democratische systemen maakt hij een essentieel onderscheid tussen basisonderwijs en hoger onderwijs. Todd sluit met zijn stellingen aan bij Michael Lind die in zijn The Next American Nation een beschrijving gaf van een nieuwe postdemocratische leidende klasse, een overclass, Zowel bij Todd als Lind gaat het om een economisch-politieke elite, een oligarchie waarbij we meteen de link kunnen leggen met de particratische parlementaire democratieën. Hierbij zijn we ook verplicht te verwijzen naar The rise of Meritocracy van Michael Young. Young beschreef in 1958 al (!) profetisch een gelijkaardige ontwikkeling voor Groot-Brittannië.
Waarover gaat het dan juist? Todd: Door voortgezet en vooral hoger onderwijs dringt in de mentale en ideologische structuur van een ontwikkelde samenleving het besef van ongelijkheid door. De hoger opgeleiden gaan na een tijd van aarzeling en schijninzicht ten slotte denken dat ze werkelijk superieur zijn. In de ontwikkelde landen staat een nieuwe invloedrijke klasse op die eenvoudig gezegd in aantal goed is voor 20 procent van de maatschappelijke structuur en monetair voor 50 procent. Deze nieuwe klasse zal het steeds moeilijker vallen de lasten van het algemeen kiesrecht te verdragen. Alfabetisering maakt democratie mogelijk; het hoger onderwijs maakt een oligarchische tendens mogelijk. Zoals in de wereld van Aristoteles kan de oligarchie de democratie opvolgen. Volgens Todd vinden we deze tendens zowel in Amerika als in andere westerse landen terug, ongeacht het kiesstelsel (tweepartijen vs meerpartijen, proportioneel vs first past the post, ) Populisme wordt een reactie op het elitair denken van de overclass, de oligarchie. Het electorale proces heeft geen praktisch belang meer en het aantal niet-stemmers stijgt. Todd: Het algemene kiesrecht blijft bestaan, maar de elites van rechts en links zijn het erover eens dat elke heroriëntatie van de economische politiek die tot een vermindering van de ongelijkheden zou leiden wordt afgewezen. Een steeds dwazere wereld, waarin het electorale spel na een mediatieke titanenstrijd moet uitmonden in een status quo. Zeg nu zelf, zeer herkenbaar toch? Gematigdheid wordt gecultiveerd als politieke deugd, radicalisme en streven naar de rationele utopie worden door links en rechts gebrandmerkt en verketterd als extremisme. Todd situeert deze postdemocratische evolutie in de westerse, ontwikkelde wereld en stelt dat het mondiale voortschrijden van de democratie, onder impuls van geboortebeperking en alfabetisering, de verzwakking van democratie op de plaats van herkomst maskeert. Het Westen is overgestapt van Tocqueville en co naar Aristoteles. Om over na te denken, zoals ook Fukuyama dit deed
Ik hoop dat mijn idool, Vladimir Poetin levenslang president blijft. Hij heeft vrede in Tsjetsjenië gebracht. Wij waren in de handen van bandieten en die zuiplap van een Jeltsin bombardeerde ons. Zo lang Poetin mij steunt, kan ik alles aan Allahu Akbar!
President van Tsjetsjenië Ramzan Kadyrov.
Europa kan zich geen vooroordelen veroorloven die haat kweken. De wereld kan zich een dergelijk Europa niet veroorloven.
Secretaris-generaal VN Ban Ki-moon
Onlangs gaf Francis Fukuyama nog maar eens toe dat hij zich vergist had.[1] In 1992 was Fukuyama prompt één van de meest geciteerde en invloedrijke denkers in verband met internationale politiek geworden met zijn werk Het einde van de geschiedenis en de laatste mens, waaraan hij overigens al begonnen was voor de val van de muur. Fukuyama wierp de stelling op dat met het wegvallen van de socialistische/communistische ideologie de geschiedenis voltooid was met een Hegeliaans eindpunt van wereldwijde verspreiding van de liberale democratie. Kritische lezers hadden al snel door dat Fukuyama vooral zag wat hij wilde zien en dat hij overdreven economisch (en Amerikaans) dacht. Fukuyama vormde zich recent zelfs om van conservatief en neo-liberaal tot fan van Obama en criticus van het kapitalisme. Zeer drastisch allemaal. Opeens is Fukuyama tot essentiële inzichten gekomen. Het model van permanente economische groei, zoveel is duidelijk, was een drogbeeld gebaseerd op de spaartegoeden van buitenlanders en de bereidheid van derden om dollars te kopen en dus in wezen de Amerikaanse consumenten massas geld te lenen. De VS zijn feitelijk eigendom van China, Rusland en de Golfstaten. De ideologie van de vrije markt werd een religie. Dat creëerde een valse schijn van welvaart, en ik denkt dat iedereen onderhand wel erkent dat dit systeem met zijn inherente instabiliteit geen toekomst meer heeft. We zijn gedwongen tot een grotere soberheid. En het zal nog lang duren eer we de crisis te boven zijn. Mooie woorden, maar te optimistisch. Iedereen ervan overtuigd dat het systeem van permanente economische groei geen toekomst meer heeft mijn gat. Meer soberheid? Alleen door bedrijven en staten tegenover klanten en kiezers om kapitalistische maatregelen door te drukken onder het mom van de crisis, een crisis die volgens de banken dan weer voorbij is wanneer het gaat over het verpatsen van beleggingen.
Nu, op één punt was de voorspelling van Fukuyama wel juist. Een links, laat staan communistisch, alternatief spreekt niet meer aan sinds Mauerfall en de val van de Sovjet-Unie. Ook daar waar vroeger zon sterke linkse tradities leefden (Groot-Brittannië, Italië). En als men dan nog dweept met het communisme, dan is het niet omwille van haar egalitaire idealen, maar omwille van misplaatste nostalgie en de wens tot een autoritaire, gecentraliseerde leiding (Rusland, Oost-Europa, Centraal-Azië). Socialistische partijen zijn overal in Europa centrumpartijen geworden en zijn overal gedecimeerd, behalve in Wallonië. Nieuwe linkse partijen die ontstaan door het gebrek aan waarachtigheid bij traditionele socialistische partijen worden gemarginaliseerd, in de eerste plaats door de socialisten (Die Linke en sommige groene partijen). Er leven nog wel linkse ideeën bij de jeugd, maar mobilisatie lukt niet. De jeugd is niet alleen intelligenter en kritischer geworden, maar schijnbaar ook onverschilliger, nihilistischer en defaitistisch jegens nationale en internationale politieke elites. Bovendien gaat een golf van bekrompenheid, rechtse navelstaarderij met vaak xenofobe trekjes door Europa. Onder het mom van de financiële en economische crisis worden idealen vergeten en worden noodzakelijke besparingen gecombineerd met antisociale, naar neo-liberalisme riekende maatregelen. Nederland van Wilders en Rutte is een mooi voorbeeld. Fascistische partijen rukken op in vele Europese landen en men geeft de multiculturele samenleving al te gemakkelijk op. Mensen plooien onder impuls van regeringen terug op gefabriceerde identiteiten. En Europa bewijst eens te meer dat ze nog steeds vooral een economische unie is. Hoe komt dit toch allemaal?
Het model van permanente economische groei waarnaar Fukuyama verwees bepaalt nog steeds het beleid en zorgt voor een indoctrinatie van het kiespubliek. Er is amper nog geloof in een alternatief. Er is een absoluut gebrek aan idealisme en utopisch denken als tegengif tegen de onverschilligheid en de bangmakerij. Vaak wordt er gesproken over de opkomst van het populisme en legt men de schuld hiervoor bij de kiezers. Dit discours vind ik op zich zelf zeer populistisch. Populisme heeft altijd, doorheen de gehele menselijke geschiedenis, onlosmakelijk verbonden geweest met politiek. Het is geen fenomeen van de laatste decennia. Wat wel een fenomeen van de laatste decennia is, is misschien wel het wegvallen van een geloof in een betere wereld en de bereidheid om de eigen natiestaat hiernaar te organiseren. De laatste decennia kenden daarentegen wél een opkomst van politieke managers die louter binnen nationale grenzen opereren. Doorgaans centrum-rechtse gladde jongens met soms xenofobe trekken die er alles aan doen (marketing!) om de kiezer te doen geloven dat zij zowel dicht bij de mensen staan als de wil en kunde hebben om de staat goed te beheren. Niet voor niets gaat het hier in de meest extreme gevallen om waardeloze schertsfiguren afkomstig uit het economische leven.
Niet alleen trekken de nieuwe politieke elites in Europa zich terug binnen de eigen landsgrenzen en maken zij hun kiezers wijs dat dit de enige manier is om de welvaart uit te bouwen of te behouden, steeds meer zetten zij eveneens onze democratie onder druk. Begin jaren negentig dacht men nog dat de westerse liberale democratie volmaakt was en verspreid moest worden. Nu komt deze democratie zelf in de problemen. Wat hiervan de mogelijke oorzaken zijn, is iets voor het volgende schrijfsel, maar de gevolgen zijn in ieder geval problematisch op mondiaal niveau.
[1] DULMERS, R., Francis Fukuyama. Oké, ik geef het toe: ik heb me bedacht, Knack, 22-09-2010, 10-14.
"Wenn ein Gott diese Welt gemacht hat, möchte ich nicht der Gott sein; ihr Jammer würde mir das Herz zerreissen."
Filosoof Arthur Schopenhauer
De mens is een mislukkend dier omdat het overwegend bewustzijn en verantwoordelijkheid is.
Filosoof Hubert Dethier
De laatste drie decennia van de menselijke geschiedenis werden overheerst door het neoliberalisme, de recentste vorm van het kapitalisme met zijn globalisering en opgepompte financiële wereld los van de reële economie. De globalisering staat op een ietwat vreemde wijze al langer onder vuur, denken we maar aan de ondertussen traditionele veldslagen tussen andersglobalisten en politie bij G8-bijeenkomsten. En de schijnwereld van de fictieve geldeconomie werd tot de financiële en economische crisis die via de VS naar de hele wereld uitwaaierde vooral als een zegen gezien, als een heilsmiddel om tot nieuwe economische groei te komen. Doch, als de crisis ons één ding geleerd moet hebben, is het dat een kapitalisme zonder degelijke regulering en dus bijvoorbeeld met vrij spel voor de jongleurs met kredieten en complexe financiële constructies, alleen maar ten goede komt van een kleine leidende klasse, een oligarchie die direct of indirect een serieuze vinger in de pap te brokken heeft in nationale en internationale economie. Als we ons perspectief vergroten en met een kritische blik naar de geschiedenis kijken, zien we dat eens de economie ophield met profiteren van de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog, er nog maar weinig profijt te rapen was voor de doorsnee burger. Nochtans is dat niet wat men ons liet geloven. Het neo-liberalisme werd door Thatcher bestempelt als de enige oplossing; theres no alternative. Nu is de tijd rijp voor een andere kijk op het neo-liberalisme, voor een beoordeling als postmoderne en recentste vorm van het kapitalisme met grote beloftes, maar kleine verdiensten. Hopelijk zullen politologen, filosofen, economen en sociologen over enkele decennia besluiten dat er dankzij de financieel-economische crisis van 2007-2008 een andere en kritischer kijk kwam op het neo-liberalisme
Francis Fukuyama had het over het einde van de geschiedenis na de val van het communisme. Het liberale kapitalisme, zoals sinds WOII verdedigd en verspreid door de VS, zou nu de hele wereld beheersen en de weg openen naar verdere economisch groei en een betere wereld. De rationele mens zou zich niet meer laten ketenen door het bolsjevisme en nationalisme en religie waren simpelweg geïncorporeerd ter verspreiding van de kapitalistische logica. Gedaan met de utopieën.Tegen 2015 moest en zou de armoede de wereld uit zijn volgens de VN; vele overheden onderschreven deze gedachte. Doch, vooral naar aanleiding van de ontluisterende crisis van de laatste jaren die niet te vergeten de derde wereld het zwaarste trof - werd nu ook het kapitalisme als een utopie ontmaskerd. Filosoof Hans Achterhuis legt uit dat de twintigste eeuwse mens van het kapitalisme in navolging van socialisme, nationalisme en religie een utopische heilskracht verwacht.[1] De utopie van het neo-liberalisme wordt getraceerd tot een compleet irreëel mensbeeld van de mens als een wezen dat alles in het leven in termen van economische calculatie ziet (homo economicus). Tekenend is Achterhuis uitspraak: Voor vele Amerikanen is het neoliberale denken een soort geloof, toch. En het zijn net de Amerikanen die dankzij de voor hen zo succesvolle (althans voor wie zonder gewetenswroeging kan terugdenken aan Little Boy) Tweede Wereldoorlog de richting van de internationale economie het meest hebben bepaald.
De ontmaskering van het pure kapitalisme, het neo-liberalisme, het VS-kapitalisme is een zeer goede zaak. Niet alleen het communisme, maar ook het neo-liberalisme zijn af te wijzen systemen. Een gecontroleerd en gereguleerd kapitalisme is de gulden middenweg. Het kapitalisme bleek na Wereldoorlog Twee een motor tot economisch herstel in Europa en Japan. Alfabetisering kende definitief een algemene verspreiding. Het kapitalisme is vanaf haar ontstaan tijdens de Middeleeuwen in zijn verschillende verschijningsvormen op zijn best een motor geweest voor ontvoogding en welstand en op zijn slechtst een motor tot uitbuiting en militarisme. Maar de economie kon na de Tweede Wereldoorlog natuurlijk niet blijven groeien en het kapitalisme zocht nieuwe manieren om verder door te leven. De zogenaamde rommelkredieten zijn hiervan een berucht voorbeeld. Het kapitalisme breidde zich uit met een tweede economie los van de reële economie.
De doorgroei van het kapitalisme ging echter niet meer gepaard met een doorgroei van de menselijke levensstandaard en geluk. Economische groei is niet hetzelfde als economische ontwikkeling en zeker niet hetzelfde als menselijke ontwikkeling. De laatste decennia is bijna overal in de Westerse wereld de inkomensongelijkheid toegenomen. Bovendien blijft de derde wereld internationaal achterop hinken en fungeren als leverancier voor de rijken. In de neo-liberale fase van het kapitalisme was het vooral een klasse van rijksten die zichzelf structureel in stand wist te houden, zonder dat Jan met de pet zich beter verzorgd zag door de staat of succesvol aan armoedebestrijding werd gedaan. Dit omdat inherent negatieve en onvermijdelijke gevolgen van het kapitalisme niet of niet voldoende aan banden werden gelegd. Volgens Karl Marx en Friedrich Engels waarde er een spook door Europa; het spook is nog steeds aan het waren. Kapitalistische structuren hebben bij voorkeur dankzij figuren als Reagan, Bush en Thatcher (de meest beruchten) ongestoord hun positieve, maar dus ook negatieve implicaties laten voelen. Het economisch principe van the winner takes it all is niet alleen van tel aan de top, maar is op een structurele, onbewuste manier werkzaam in de gehele maatschappij, overal ter wereld en op het niveau van het gehele statensysteem van onze planeet.
Voor een uitleg van het winner takes all-principe kunnen we terecht bij Paul de Grauwe, econoom (!), die onder meer de paarse regeringen van Guy Verhofstadt adviseerde, maar onlangs naar aanleiding van de financiële en economische crisis toegaf te veel volgens de gangbare liberale economische denkbeelden te hebben gehandeld. In zijn werk De onvoltooide globalisering (2007) legt de Grauwe het principe van winner takes it all uit: Het fenomeen ontstaat telkens wanneer mensen strijden voor dezelfde prijs. We vinden het terug in de topsport, maar ook in het topmanagement. Topmanagers en topsporters werken heel hard en worden gedreven door een ongebreidelde ambitie om eerste te zijn. In deze competitie naar de top krijgt de eerste de hoofdprijs. De tweede gaat met kruimels naar huis. Het is een wereld waarin de winnaar alles neemt. Het gevolg is dat de band tussen de vergoeding en de verdienste op losse schroeven komt te staan.[2]
De Grauwe wijst er ook op dat door de internationalisering, globalisering de concurrentie aan de top verscherpt is en de lonen nog meer buiten proportie gegroeid zijn. Maar waarom zouden we de toepassing van het winner takes all-principe beperken tot de wereld van topsporters, topmanagers, Is het niet zo dat dit principe op een structureler manier evenzeer speelt op het niveau van nationale economieën en de geglobaliseerde internationale economie? Ik ben er absoluut van overtuigd. Geld maakt geld, macht en zelfs kennis. Veel geld, maakt veel geld en financiële en structureel economische afhankelijkheidsbanden tussen rijke en arme landen op onze aardbol blijken tamelijk stabiel te zijn. Er zit veel waarheid in dependencia-theorieën, denken we bijvoorbeeld aan Immanuel Wallerstein met zijn Wereld-systeem theorie uit de jaren zeventig van de vorige eeuw.[3]
De structurele ongelijkheid die destijds bestreden werd door het socialisme, weliswaar vanuit een vreemde teleologie van revolutie van het proletariaat, is dus nog steeds de wereld niet uit en wordt veel te weinig aan de kaak gesteld. Ongelijkheid moet zowel binnen iedere staat als op globaal niveau (ongelijkheid tussen staten) bestreden worden.
Doch, wat is überhaupt het nut van een gelijkere samenleving, een grotere gelijkheid binnen de eigen staatsgrenzen en uiteindelijk een grotere gelijkheid tussen staten? Waarom zouden we moeten streven naar meer gelijkheid, los van de egoïstische of op overlevingsinstinct gebaseerde wens om in het eigen levensonderhoud te kunnen voorzien, macht te hebben over de eigen omgeving? Ten eerste is er het feit dat de mens geen homo economicus is, hoewel we er onze economie er wel naar georganiseerd is. Mensen zijn sterk bezig met eerlijkheid, rechtvaardigheid, gelijkheid. Dit blijkt uit vele experimenten zoals bijvoorbeeld het ultimatum game.[4] Het gevoel van rechtvaardigheid overheerst meestal het pure winststreven.
Ten tweede is er het praktische nut. Gelijkheid is beter voor het milieu, het geluk van een bevolking en bijgevolg ook de gezondheid van de bevolking. Almost everyone benefits from greater equality, zo blijkt uit een recent werk van Richard Wilkinson: The Spirit Level dat onderbouwd is met zeer veel statistische gegevens. Inkomensongelijkheid heeft een negatieve invloed op de sociale samenhang én op de gezondheid van rijk en arm. Het gaat zelfs om een causaal verband.. Hoe groter de inkomensverschillen in een samenleving, hoe meer moorden er gebeuren, hoe meer mentale ziektes, vetzucht, kindersterfte en tienerzwangerschappen er zijn, hoe minder lang mensen er gemiddeld leven, en hoe lager de sociale mobiliteit er is. Opmerkelijk is bovendien dat niet enkel de armen het slachtoffer zijn van grote inkomensongelijkheid: zowat iedereen in de betrokken samenlevingen is slechter af. Alles heeft volgens Wilkinson te maken met kwaliteit van sociale relaties en angst, angst om slecht geëvalueerd te worden door anderen. Ongelijkheid impliceert minder vertrouwen, minder maatschappelijke samenhang. In ongelijke samenlevingen zitten veel meer mensen in de gevangenis. Typevoorbeeld is hier natuurlijk de VS met zijn stompzinnig prison system. Niet alleen is er meer geweld, de straffen zijn er ook langer. Er is veel meer wij en zij.Afstanden tussen mensen zijn groter en empathie kleiner. Onlangs kreeg ik een Amerikaanse krantje in handen waarin enkel fotos gepubliceerd werden van mensen die de voorbije week in de gevangenis beland waren. Onder de foto werd de straf en misdaad opgelijst. Op de laatste bladzijde werden de plaatselijke wanted criminelen afgebeeld, mét vangstpremie. Is dit de maatschappij waar wij naartoe willen?
Wilkinson legt ook de link met het werk van Richard Layard (Waarom we niet gelukkig zijn). Layard stelt dat rijke mensen eigenlijk schade toebrengen aan het milieu en bij andere mensen omdat ze een onnavolgbare norm stellen, en dat ze daarvoor belast moeten worden. Wilkinson: Akkoord, ongelijkheid vuurt de consumptie sterk aan. In ongelijke samenlevingen als de VS of het Verenigd Koninkrijk wordt er meer besteed aan publiciteit. Mensen werken er beduidend langer en ze gaan veel meer schulden aan om toch maar te kunnen consumeren. Dat droeg bij tot de zeepbellen die leidden tot de financiële crisis. Dat alles heeft te maken met de drang om gelijke tred te houden met diegenen die meer verbruiken dan jij. In gelijke samenlevingen halen mensen verhoudingsgewijs meer plezier uit hun sociale relaties.
Zo men wil, kan men vanzelfsprekend een derde reden aanhalen om te streven naar meer gelijkheid. We overstijgen dan het niveau van de ratio en belanden bij het emotionele. Het argument ethiek aanhalen om de noodzaak van gelijkheid aan te tonen, zal voor sommige conformistische of juist zeer kritische denkers waarschijnlijk als problematisch ervaren worden, daar de ethiek zelf gebaseerd is op de constante bevraging van wat goed en slecht is. Een religieus argument wens ik hier niet toe te voegen. We hebben geen nood aan het bijgeloof en de negatieve implicaties van religie, als we beschikken over het humanistische gedachtegoed waarin de waarde van de mens centraal staat.
Hoe kunnen we ooit tot meer gelijkheid komen en wie moet dit realiseren? Gelijkheid en menselijk geluk bevorderen is op deze moment zowel een taak van de overheid, die het voortouw dient te nemen, als van iedere individuele burger. Iedere overheid heeft volgens mij de plicht om het menselijke geluk, geluk van zijn burgers te bevorderen. Vanuit deze gedachte staat de burger een deel van zijn vrijheid af aan de overheid. Hierbij zou gesteund moeten worden op wetenschappelijk onderzoek dat uitwijst wat belangrijk is voor mensen. Vandaar dat ik steiger als ik UNIZO-man Karel Van Eetvelt hoor vertellen dat mensen meer uren zullen moeten kloppen om onze welvaart in stand te houden. De optie minder verdienen en anders gaan leven is vaak onbestaande voor kapitalisme-geïndoctrineerden.
Wat kunnen overheden doen? Zij mogen zich niet enkel beperken tot de klassieke armoedebestrijding. In zekere zin moet ook de rijkdom bestreden worden. Twee mogelijke manieren om echt in te grijpen zijn beperking van de marktsalarissen (bijvoorbeeld Japan). Deze optie laat de keuze voor een beperkte overheid, in tegenstelling tot een uitgebreide overheid, nog open. Een tweede manier om ongelijkheid te bestrijden is via hoge belastingen en een zeer actieve herverdeling (bijvoorbeeld Zweden). Deze tweede manier kan echter snel tot veel wrevel bij de bevolking leiden, vooral bij complexe en/of niet goed functionerende overheden (België?). Overheden dienen zich in ieder geval verantwoord te gedragen. Leterme had het destijds graag over goed bestuur Hier zou ik willen verwijzen naar de Duitse staat die als reactie op de crisis en de lauwe reactie van Europa enkele opvallende beslissingen heeft genomen. Zo staat ondertussen in de Duitse grondwet ingeschreven dat geen enkel staatsniveau (federale overheid, Bundesländer, lokale overheden) nog schulden mag hebben. Niet nu en niet in de toekomst. Geniaal concept en zeker iets om over na te denken voor onze Belgische politici. De Duitsers beslisten ook om hun staatskas te spekken met een groene vliegtuigheffing. Bij mijn weten is dit de eerste keer dat een dergelijke taks opgelegd wordt. Hoe miniem op dit moment ook, een zeer belangrijke symbolische daad en hopelijk aanzet tot meer duurzaamheid en realisme bij andere landen
Wat kunnen burgers tenslotte doen? In de eerste plaats kritisch zijn voor de eigen overheden, zich organiseren, hun mening laten horen en hiernaar leven, zelfs petities ondertekenen. Altijd kritisch blijven en afvragen of het niet beter kan. Alles begint natuurlijk bij het vergaren van een minieme kennis van politiek en maatschappij. Belangrijk is om defaitisme en nihilisme te vermijden, ook al is dat soms moeilijk. Stijn Meuris is alvast een oetlul. Het is de verantwoordelijkheid van burgers dat incompetente volksmenners als Sarkozy, Berlusconi en Bush zo lang aan de macht kunnen blijven in moderne westerse democratieën, wat eigenlijk onvoorstelbaar is. En of we het nu willen of niet, uiteindelijk zullen we allemaal zuiniger moeten gaan omgaan met onze omgeving en ons geld en zelfs minder moeten gaan verdienen. Onderzoek heeft uitgewezen dat de meeste mensen veel gelukkiger zijn met een 36-uren werkweek en voldoende vrije tijd, dan met een hoger loon dat verworven moet worden door meer arbeidsuren. Deze vaststelling is tekenend maar voor het dogma van de economische groei nog steeds een taboe. Als we eerlijk zijn, moeten we toegeven dat we niet gelukkiger zijn dan onze ouders, ook al verdienen de meesten van ons meer. Belgen geven ieder jaar meer en meer uit aan kerstcadeaus, zelfs tijdens de crisis. En toch leeft 15% (!) van de Belgen in armoede. De paarse regeringen konden profiteren van een tamelijk gunstige economische conjunctuur en toch nam ongelijkheid toe. Het zilverfonds om de vergrijzende bevolking te verzorgen is leeg. Goed bestuur? Tijd voor politici om zulke beslommeringen opnieuw een plaats te geven in hun partijprogrammas en toekomstvisie.
Zullen overheden zich onder druk van hun bevolking op de weg van de gelijkheid begeven? Zal armoedebestrijding ondersteund worden door de noodzakelijke rijkdombestrijding om het winner takes all mechanisme aan banden te leggen? Het neo-liberalisme is ontmaskerd als utopie; laten we hopen dat we over een halve eeuw niet hetzelfde moeten doen met goed bestuur en de verantwoordelijke overheid
Kludde: "Omdat iedereen de resultaten van een stemtestje tegenwoordig kan posten op Facebook, wens ik mijn resultaten met argumenten in te kleden. Ik hoop dat iedereen die een dergelijke stemtest maakt, en op 13 juni de echte test gaat doen, toch even de tijd neemt om na te denken over de themas. Helaas hebben we geen garanties dat de partijen zich aan hun programma gaan houden, maar ja "
Brugpensioenkan pas vanaf 58 jaar.
Akkoord. Vanaf een afstand bekeken en zonder veel detailkennis lijkt het huidige brugpensioensysteem mij tamelijk absurd, oneerlijk, tamelijk arbitrair en eerder ten dienste van de betere verdieners. Ik ben wel resoluut tegenstander van een optrekken van de pensioenleeftijd. Voor zestig jaar op pensioen gaan vind ik een fundamenteel recht dat zou moeten ingeschreven worden in de grondwet. Pleidooien voor optrekken van pensioenleeftijd zijn vooral ingegeven door de logica van het kapitalisme dat niet gereguleerd worden en de dwingeland van de cijfers van de economische groei. Na zestig jaar moeten werken is misdadig.
Werkloosheidsuitkeringen kunnen pas verhoogd worden als ze beperkt worden in de tijd.
Niet akkoord. Beperken in de tijd lijkt mij een contraproductieve maatregel die vooral ten laste zal komen van de zwaksten in de samenleving. Volgens mij moet er vooral iets gebeuren in ons onderwijssysteem en de opleidingen. Is het grootste probleem immers niet onze gewenning aan onze buitensporige welvaart en de manier waarop vele jongeren hun uitkering zien als een leuk zakgeld van de overheid in plaats van deel uitmakend van een sociaal systeem waaraan iedereen deelneemt?
Euthanasiemoet kunnen voor dementerenden die vooraf een wilsverklaring hebben afgelegd.
Niet akkoord. Zoiets zou een forse stap terug zijn in de menselijke geschiedenis. Als we onze dementerenden al laten inslapen, breken we (gezins)waarden af en zijn we niet meer dan dieren. In zulke zaken mogen we ons bovendien zeker niet laten leiden door economische motieven.
Ook na 2025 moet onze energievoorziening voor een deel op kerncentrales blijven berusten
Akkoord. Het is totaal onrealistisch om te zeggen dat kerncentrales binnen dit en zoveel jaren gesloten moeten zijn, hoe groot je voorliefde voor ecologie ook is. Wij moeten hier natuurlijk op de blaren zitten, door de schuld van onze politici die het zover hebben laten komen dat wij veel te veel betalen voor onze energie aan Sarkozy. Vreemd dat er bij ons uiteindelijk zo weinig windmolens staan terwijl begin jaren negentig de predikers Spa en Groen in de regering zaten en de kerncentrales al sloten. Plaats genoeg: naast autostrades, haven Antwerpen, Vlaamse kust, Ardense plateaus. Groene energie en maatregelen zijn nog veel te veel hypocrisie. Wetenschappelijk onderzoek inzake kernenergie en isotopen is volgens mij van zeer groot belang en het zou een blunder zijn om hier opeens mij op te houden. Uit halfslachtigheid met verouderde en inefficiënte centrales verder doen is het worst case scenario.
De salarissen en vertrekpremies van topmanagers moeten aan banden worden gelegd.
Akkoord. Hier valt niet over te discussiëren. Er moet altijd een vorm van sociale en financiële mobiliteit zijn, maar vanaf de moment dat iemand meer dan vier keer zoveel verdient dan de laagste inkomens is deze persoon fundamenteel onrechtvaardig en immoreel bezig. Wederom is onze maatschappij hier weer veel te sterk geïndoctrineerd door de kapitalisten die ons wijsmaken dat het niet anders kan. Merk op dat in 2009, het jaar waarin salarissen en vertrekpremies van topmanagers aan banden gelegd gingen worden, deze premies en lonen alleen maar gestegen zijn en de kloof met de andere proletariërs alleen maar is toegenomen. Onrechtvaardig en geen (politieke) haan die er naar kraait.
België moet onmiddellijk zijn troepen terugtrekken uit Afghanistan.
Niet akkoord. Ten eerste omdat je een gedane belofte niet breekt. Ten tweede omdat we dan beter ons leger meteen afschaffen, Costa Rica deed het ons voor. Zeer veel respect overigens voor onze jongens in Afghanistan, Libanon of elders, en vooral hun familie. Ten derde omdat de Taliban een onmenselijk regime is zonder greintje respect voor de mensenrechten dat inderdaad een gevaar is voor de stabiliteit in de regio. Anderzijds mogen we niet vergeten dat een neo-koloniale, te militaire aanpak in Afghanistan alleen maar tot meer instabiliteit leidt. Afghanistan zal sowieso een werk van zeer lange adem zijn, met een zeer belangrijke rol voor onderwijs.
De belastingen mogen omhoog als dat nodig is om de begroting in evenwicht te brengen.
Niet akkoord. De belastingdruk in België is al bij de allerhoogste ter wereld. Op zich geen probleem, want basis van een sociaal systeem, maar er zijn natuurlijk grenzen. De belasting van arbeid mag absoluut niet stijgen. Tijd om geld op rechtvaardiger manieren te innen (speculatietaks, flitspalen, snelboetes, de juiste groene taxatie, kerosinetaks,..)
Dienstenchequesmogen duurder worden.
Geen mening. Te weinig kennis van zake.
De Vlaamse en federale verkiezingen moeten samenvallen.
Akkoord. In België zijn er te veel politici en te veel verkiezingen. Samenballing en verduidelijking zal tot meer efficiëntie en betrokkenheid van de burger leiden. Een evolutie naar een soort van Duits kiessysteem lijkt me aangewezen.
België moet een confederale staat worden waarbij de deelstaten Vlaanderen en Wallonië het centrum worden van de macht.
Akkoord. Lijkt me evident, ons huidige federale systeem wil dit ook al zijn maar slaagt hier niet in door onduidelijkheid, communautaire twisten en een slechte financieringswet. Een hervorming van het kiesstelsel dringt zich ook sterk op. Puur intuïtief gezien ben ik orangist en BENELUXer en wil ik geloven in meer Europese integratie. Maar daarvoor moet de EU eerst een sociaal beleid ontwikkelen.
Alle illegalen die aantoonbaar zijn geïntegreerd, moeten een verblijfsvergunning krijgen.
Akkoord. Natuurlijk gaat het erom wat men verstaat onder geïntegreerd. Bij verkiezingen bij uw religieuze overheid een attest gaan halen waarmee je je stemplicht niet dient te vervullen hoort hier volgens mij niet bij. Net zoals het rekruteren van werkloze jongeren in Molenbeek in uw maffia. Iedereen zou utopisch gezien voorstander moeten zijn van een open grenzen beleid, maar het gaat er natuurlijk om dat zoiets praktisch niet realiseerbaar is en een overheid met een open-grenzen beleid haar taken ten opzichte van haar burgers onvermijdelijk in gevaar brengt.
Hogere inkomens moeten méér dan nu bijdragen om de crisis te betalen.
Akkoord. Dit lijkt mij evident. Een solidaire samenleving is de enige manier om tot een verhoging van welzijn en geluk te komen. Een eerlijk progressief systeem is te verkiezen boven het creëren van zondebokken uit bepaalde klassen grotere vermogens. Merk op dat de kloof tussen rijk en arm in ons land de laatste twintig jaar alleen maar groter geworden is.
Er moet een belasting komen op grote kapitalen.
Akkoord.Wederom moet het gaan om een eerlijk progressief stelsel. Brede schouders dragen in een solidaire samenleving grotere lasten. Onbegrijpelijk voor mij is dat de discussie tijdens verkiezingsdebatten zich bijna uitsluitend toegespitst heeft op de vermogensbelasting in plaats van op speculatietaksen. Welke serieuze mens kan er nu tegen speculatietaks zijn? Wie gaat werken, draagt hiervoor af. Wie extra geld binnenhaalt door op de beurs te spelen, ik kan dit bezwaarlijk werken noemen; pokeren is immers ook niet werken, draagt hier niet voor af. Begrijpe wie begrijpe kan.
Vrouwen moeten na de bevalling minimaal een jaar verlof kunnen opnemen.
Akkoord. Intuïtief was ik hier eerst absoluut tegenstander van. Ten eerste omdat ik zoiets zeer discriminerend vond tegenover de man, overdreven vond enten tweede omdat ik zoiets economisch niet positief inschatte. Maar, een periode van een jaar of liefst nog iets langer met een verplichting tot spreiding over moeder én vader, met bijvoorbeeld een maximum van twee, drie maanden voor de vader lijkt mij alles bij elkaar genomen het beste. We mogen de hormonale veranderen tijdens en na de zwangerschap bij de vrouw niet onderschatten. Een duidelijk beter afgebakende en iets langere afwezigheid biedt de werkgever betere vooruitzichten om nieuwe mensen op de arbeidsmarkt te brengen en rendabel te laten worden. Ook het welzijn van het hele gezin zal er beter van worden. Andere landen doen het ons voor.
Voor werkgevers moet het makkelijker worden om mensen te ontslaan.
Niet akkoord. Ik zie niet in waarom dit nodig is. Nogmaals: we mogen ons niet laten indoctrineren door zogenaamd onvermijdbare maatregelen, volgens kapitalisten.
De koning mag voortaan enkel protocollaire en niet langer politieke taken vervullen.
Akkoord. De koning en de mensen rond hem zijn veel te machtig, ook al durft men wel eens beweren (CVP e.a.) dat den Beire nu al een ceremoniële rol heeft. An sich ben ik grote tegenstander van de monarchie, dat is simpelweg een relict uit het Ancièn Régime. Ik verwees eerder al naar het Duitse systeem met een ceremoniële president. Dit lijkt me logisch voor een zichzelf respecterende parlementaire democratie. Spijtig genoeg leven we in een conservatief belgicistische particratie.
De periode waar binnen abortus wordt toegestaan, moet worden verlengd.
Niet akkoord. Volgens mij is de huidige wetgeving in grote lijnen in orde. Verlengen lijkt me zeker niet aan de orde. Zoals onlangs geopperd op een politieke barbecue is het inschakelen van wetenschappelijke criteria zoals tijdstip van vorming zenuwstelsel etc. waarschijnlijk de beste optie om dergelijke beleidskeuzes uit te klaren.
Roken op cafémoet zo snel mogelijk helemaal worden verboden.
Akkoord. Waarom is dit zon taboe? Roken is asociaal daar men niet alleen zichzelf, maar ook de medemens grotere schade toebrengt dan moreel aanvaardbaar. Economische argumenten zijn niet aan de orde en kloppen systematisch niet (wordt bewezen in het buitenland). In andere culturen is roken en varianten eveneens tamelijk aanvaard en doet men dit vaak automatisch in open lucht. Ik ben ook tegen brommerkes, petten op bewolkte dagen, paarden op de openbare weg en honden in de horeca.
De groei van de kosten voor gezondheidszorg mag niet boven de economische groei uitstijgen.
Niet akkoord. Het lijkt mij niet logisch twee dingen die beiden deel uitmaken van een veel groter geheel direct aan elkaar te koppelen. Ook tamelijk onrealistisch in tijden van vergrijzing. Gezondheidszorg is een basisrecht. Meer efficiëntie is waarschijnlijk wel nodig.
In crisistijd kunnen de belastingen niet naar omlaag.
Geen mening. Zeer vreemde vraag. Een sterk solidair stelsel met als gevolg tamelijk hoge belastingen is overal op aarde een perfecte buffer tegen crisissen gebleken. De manier waarop men gaat taxeren, de controle en bestrijding van fraude is het belangrijkste.
Iedereen mag zeggen wat hij wil, ook als dat discriminerend is.
Niet akkoord. Wikipedia: Discriminatie betekent letterlijk "het maken van onderscheid". De betekenis van het woord discriminatie is in maatschappelijk en juridisch opzicht gaan afwijken van de letterlijke betekenis; in die context wordt onder discriminatie verstaan: "het onrechtmatig onderscheid maken tussen mensen of groepen". Bij de vraag of het maken van onderscheid tussen mensen discriminatoir is, is het van belang om na te gaan of gelijke gevallen ook gelijk behandeld worden. Iedereen mag zeggen wat hij wil. Er is immers een recht op vrije meningsuiting waar we terecht trots op zijn. Satire en karikatuur moeten kunnen in de juiste context. Het onrechtmatig onderscheid maken tussen mensen en groepen kan inderdaad niet. Tijd dus om vele religieuze organisaties en financiële instellingen aan te klagen bij het centrum voor gelijke kansen en racismebestrijding. Leve Mohammed-cartoons.
De kinderbijslagmoet afhankelijk zijn van het inkomen van de ouders.
Geen mening. Te weinig kennis van zake.
Er moeten veel strengere straffen komen voor mensen die geweld gebruiken.
Niet akkoord. Het onderscheid tussen zware en lichte straffen moet wel duidelijker worden. Kleine misdaden, zelfs te snel rijden moeten ook altijd bestraft worden. Een boete van 20 euro voor iedereen (!) die 56 km/h rijdt in de bebouwde kom vind ik rechtvaardig. Wie 70 rijdt in de bebouwde kom of 120 op een baan van zeventig moet veel dieper in de buidel tasten. En iedereen dient te betalen. Geen gezever van tijdsgebrek bij politie en gerecht. Geweld vervolgens, moet altijd bestraft worden, met eenzelfde logica hierop toegepast: rekening houdend met intentie in plaats van met gevolg en een duidelijk onderscheid tussen lichte en zware straffen. De Kantiaanse ethiek moet belangrijker worden in ons strafrecht.
.
Vlaanderen en Wallonië moeten zelf hun sociale zekerheid organiseren.
Geen mening. Dit is geen breekpunt voor mij. Het gaat om de kwaliteit van de sociale zekerheid. Of dat dan door een federale of regionale regering wordt georganiseerd doet er niet toe. Misschien is de huidige toestand waarbij regios aanvullingen naar wens zelf organiseren en dan gedeeltelijk teruggefloten worden door Europa niet echt ideaal? Een sociale zekerheid moet natuurlijk ook uitgaan van het principe dat iedereen gelijk voor de wet is, gelijk bijdraagt en gelijk gecontroleerd wordt.
Het aantal ambtenaren moet elk jaar dalen.
Akkoord. Er zijn veel te veel ambtenaren in België. Dit komt natuurlijk voor een deel door onze brakke federale structuur. En dan is er ook nog het beleid van alle bestuurspartijen die de heiligmakende economische groeicijfers gespekt hebben met misleidende investeringen in en vanuit de overheidssector. Onhoudbaar en de aandacht afleidend van de echte pijnpunten.
Wie tot 65 werkt, moet méér pensioen krijgen, wie vroeger stopt moet minder krijgen.
Akkoord. Lijkt me logisch en eerlijk. Niemand mag echter verplicht worden boven zijn zestigste nog te werken. Wie verder kan en wil werken mag dit, maar mag niet verwachten dat de bijdrage voor zijn pensioen voor de jaren boven zijn zestigste even groot is als de jaren ervoor.
De overheid moet de plaatsing van zonnepanelen door gezinnen financieel aanmoedigen.
Akkoord. Ik zeg akkoord omdat niemand tegen groene energie en zonnepanelen kan zijn. Doch, subsidies voor zonnepanelen moeten zo snel mogelijk afgeschaft worden omdat ze vervangen moeten worden door een verplichting die bij wet vastgelegd is en deze subsidies voor een deel verhaald worden op mensen zonder zonnepanelen op hun dak. De wereld van het groene is nog altijd veel te sterk een wereld van perceptie, hypocrisie en een gebrek aan visie en doortastendheid.
In crisistijd moet de economie voorrang krijgen op staatshervorming.
Geen mening. Belachelijke vraag. Staatshervorming is in België in ieder geval zeer belangrijk en noodzakelijk, dat weet iedere serieuze mens. Een immens argument om deze keer voor NVA te stemmen. Economie is natuurlijk belangrijk, want het gaat om uw centen. Hehehe.
Niet Europese vreemdelingen die een zwaar misdrijf begingen, moeten naar hun land worden teruggestuurd.
Akkoord. Maar dit moet ook gelden voor Europese vreemdelingen.
Meer belastinggeld moet naar ontwikkelingssamenwerkinggaan.
Akkoord. Volmondig ja. Wij hebben als westers land en handhaver van het oneerlijke kapitalistische systeem dat wij te weinig reguleren de morele plicht om burgers van ontwikkelingslanden te helpen hun mensenrechten te vrijwaren. België hinkt achterop ten opzichte van zijn buurlanden en voor de gehele EU en Westerse wereld kan en moet het veel beter. Wij hebben ook een historische morele plicht om ons steentje bij te dragen in het herstel van de onvoorstelbare structurele schade die kolonialisme aanrichtte. Het moet in de praktijk gaan om begeleiding, positive coaching, voorzien van basishulpmiddelen om op termijn de eigen toekomst in handen te kunnen nemen. Het mag niet gaan om droppen van voedselzakjes en pleisters.
Alexander III de Grote hakte in 333 v.C. de Gordiaanse knoop door. Het orakel van de tempel van Zeus te Gordium - toendertijd beschouwd als het middelpunt van de wereld - waar deze onontwarbare knoop bewaard werd, had voorspeld dat wie de knoop kon losmaken zou heersen over de hele wereld.
Voor de communautaire onderhandelaars en initiatiefnemer Jean-LucDehaene was BHV ook even het middelpunt van de wereld. En misschien voelde Alexander De Croo zoon van notoir Belgicist en royalist Herman zich wel geïnspireerd door zijn klassieke naamgenoot toen hij besloot het onontwarbare BHV-kluwen bruusk te bombarderen? De Croo junior krijgt momenteel de banbliksems van alle andere partijen en vele burgers over zich heen. The man who did too much, de man die de regering wederom liet vallen. Het is natuurlijk al te gemakkelijk om de eigen handen te wassen in onschuld en de Open VLD en Alexander De Croo tot zondebok te bestempelen. Beweren dat er bijna een akkoord was, is pertinent onwaar. Vraag dit maar aan Dehaene, die zeer snel was om zijn handen van de zaak af te trekken en die naar verluid zelfs zijn notas boos over de onderhandelingstafel gooide. Onderhandelen over BHV lijkt sowieso onmogelijk met Maingain aan tafel, de voorzitter van een partij die electoraal alleen kan overleven door non te zeggen op alles wat uit een Vlaamse mond komt. Het grootste bewijs dat de onderhandelingen sowieso op niets gingen uitdraaien, werd overigens geleverd door de andere partijen zelf. Er werd besloten om niet verder te onderhandelen en regeren met de overgebleven partijen. Ook stonden er geen oppositiepartijen te springen om de positie van Open VLD in te nemen. Geen minderheidsregering of partijwissel dus, wel nieuwe verkiezingen.
Uit de gebeurtenissen na de federale verkiezingen van 2007 hebben we geleerd dat we al bij de regeringsvorming een akkoord moeten maken over de staatshervorming, want anders zijn we weer vertrokken voor jaren van immobilisme. En dat kan voor ons natuurlijk niet. Ook de andere hervormingen die ons land nodig heeft, zoals de sanering van de openbare financiën, de arbeidsmarkt, de pensioenen en justitie, hebben trouwens een communautaire dimensie. Daarnaast is het onmogelijk om de begroting weer in evenwicht te brengen tegen 2015, zoals Europa eist, zonder de financieringswet aan te passen. Er is dus een groot akkoord nodig. Deze woorden komen niet uit de mond van Bart de Wever, maar wel uit die van Alexander De Croo himself. De nieuwe voorzitter van Open VLD zegt ook dat zijn partij zijn vel zeer duur zal verkopen bij regeringsonderhandelingen. Toen Yves Leterme zoiets drie jaar geleden zei, was hij kop van jut voor VLD. Nu Yves Leterme zich ontpopte tot een nieuw soort Verhofstadt en het voluntaristisch sjacheren op korte termijn ging verkiezen boven een lange termijn visie, veranderde Open VLD opeens van koers aangestuurd door de vlucht van Verhofstadt naar Europa. Benieuwd hoe lang De Croo junior rechtlijnig kan blijven. We mogen in ieder geval al opgezet zijn met de manier waarop voorlopig weerwerk wordt geboden aan blijvende bemoeienissen van Verhofstadt in de Belgische politiek.
Zoals de woorden van De Croo jr. aangeven, staat er deze verkiezingen heel wat op het spel, in tegenstelling tot wat sommige antipolitieken of teleurgestelden beweren. Het gaat inderdaad vooral over de organisatie van een staat. Alle andere themas en hun financiering, zoals pensioenen, werk, begroting, vergrijzing, zijn afhankelijk van de manier waarop onze staatsstructuur al dan niet verbeterd zal worden. Transparanter en efficiënter zijn een must, op welke manier dan ook rechttrekken van het federale misbaksel of de stap naar confederalisme. Democratischer zou ook moeten, maar hierin ben ik nog pessimistischer.
En toch lijkt het verkiezingsdebat maar traag op gang te komen. De campagnes spitsen zich amper toe op een lange termijn visie op onze staat, onze maatschappij en onze toekomst. Neen, de campagnes zijn uiterst voorspelbaar in het uitkiezen van de themas en vaak ronduit hilarisch; de campagnes bevestigen alleen maar de bestaande theorieën inzake politiek.
Op kop natuurlijk de Spa onder leiding van Den Baard. In de context van de economische crisis en in de wetenschap dat SPa nooit punten heeft kunnen scoren op communautair vlak is het alleen maar logisch dat de socialisten terugrijpen naar echte socialistische themas zoals herverdeling, werkgelegenheid en pensioenen. Klinkt allemaal zeer mooi in theorie, maar het hele discours van Van de Lanotte is eerder waardeloos zolang hij niet erkent dat hij fouten heeft gemaakt ten tijde van de paarse regering en vooral gezondigd heeft tegen het socialisme zelf. Zo pleit Van de Lanotte er nu bijvoorbeeld voor om de notionele interestaftrek af te schaffen voor banken. Geen haar op zijn hoofd dat er aan denkt zich te excuseren voor het invoeren van de notionele interestaftrek.
Ook bij Open VLD komen we niet bij van het lachen. De Croo jr. beweert dat begrotingen in evenwicht onmogelijk zijn zonder de financieringswet aan te passen. Laten we vooral niet vergeten dat de paarse regeringen van Verhofstadt deze financieringswet vervaardigd heeft. En over de begrotingen van Den Baard weten we ondertussen ook dat ze qua betrouwbaarheid vergelijkbaar zijn met beloftes van Dick Advocaat of Georges Leekens. Open VLD en Spa komen door hun impliciete kritiek op het eigen beleid al dan niet van een vorige politieke generatie dus ongeloofwaardig over.
Over Lijst Dedecker moeten we het niet hebben; die partij kon na de vorige (regionale) verkiezingen de boeken al dichtdoen bij gebrek aan toekomstperspectief. Aan partijen die gebaseerd zijn op een racistische ideologie maak ik geen woorden vuil. Bij Groen! vervolgens is het jammer genoeg op dit moment nog altijd warm noch koud blazen bij gebrek aan een realistisch en toch radicaal en duurzaam humanistisch toekomstbeeld. Vooral de vertaling naar een nationale context blijkt uitermate problematisch. En is Groen! nu opeens voorstander van confederalisme nu de SLP van Geert Lambert opgeslorpt is, of is Lambert simpelweg de mond gesnoerd? Wat is eigenlijk de mening van Groen! over de staatshervorming, buiten de stelling dat er constructief onderhandeld moet worden?
En dan komen we terecht bij CD&V, een partij die zich door haar koppositie in de peilingen rustig en zonder zware uitspraken in de campagne kan bewegen. Zij heeft ook vooral baat bij het bekampen van haar grote concurrenten in het politieke centrum: Spa en Open VLD. Om redenen die hierboven geschetst worden is dit eigenlijk geen al te zware opdracht. Bovendien heeft CD&V voor zichzelf heel strategisch het voordeel gecreëerd in alle bestaande regeringen zoveel mogelijk postjes te bezetten, wat altijd gratis zichtbaarheid en dus bekendheid en stemmen oplevert. Enkel de verdere opmars van NVA kan CD&V verontrusten. Ik denk dan ook dat we de uitspraken van Jan Renders (ACW) en Luc Cortebeeck (ACV) over de verkiezingen in dit licht moeten zien. CD&V zal vooral stemmen verliezen door het communautaire thema. Hier zullen zij altijd verliezen, relatief gezien. Net zoals alle andere Vlaamse partijen. Want zoals de woorden van Alexander De Croo en die van vele andere politici van de traditionele partijen in individuele interviews laten blijken, geven zij NVA eigenlijk gelijk in hun communautaire discours. In feite wordt zo bewezen dat NVA in 2007 visionair was en dat de anderen zich vastreden in de holle retoriek van het zogenaamde historisch bewezen succes van het Belgische compromis. Maar net dit onderhandelen en verder regeren op basis van het Belgische compromis heeft de huidige staatsstructuur en immobilisme gecreëerd. Aldus, het enige wat CD&V, Spa en Open VLD tijdens deze campagne kunnen doen is met andere themas op de proppen komen en de NVA in de radicale hoek duwen door hen te beschuldigen van het onmiddellijk willen opblazen van België.
Get a grip on yourself get a grip on yourself JA! Get a grip on yourself, natuurlijk, get a grip on yourself! Ik kan het nie zenne, Jos
J.M.H. Berckmans
Brussel- Halle-Vilvoorde heeft weer eens voor de val van de federale regering gezorgd. In een soap die ondertussen al drie jaar duurt zagen we in de media weer alle clichés passeren. We moeten solidair zijn, de gemiddelde burger ligt niet wakker van BHV. Vlaanderen onafhankelijk! Laten we eens onderzoeken wat de inwoners van de faciliteitengemeenten er zelf van vinden Wie zal Leterme opvolgen, Ivan weet jij het? etc, etc.
De laatste dagen hebben enkele politologen de geniale ingeving gehad om de zaak BHV eens vanuit een ruimer perspectief te bekijken. Brengt dit politiek immobilisme en voortdurend gebekvecht onze welvaart niet in gevaar? Wat zijn de gevolgen voor onze economie? Zijn we op weg naar confederalisme? Mij is het echter een raadsel waarom deze bredere kijk zolang afwezig bleef tijdens de BHV-verslaggeving. Uiteindelijk gaat het maar om een administratief fenomeen. Weliswaar een administratief fenomeen dat door het politieke gewicht dat eraan gegeven is en ons ondemocratisch kiessysteem geperverteerd is tot symbooldossier dat onze federale politiek heeft lamgelegd gelukkig is het boerkaverbod er nog snel doorgejaagd
Pas gisteren, op de dag van da arbeid, hadden de Vlaamse socialisten door dat de huidige beleidscrisis wel eens grote gevolgen kan hebben voor het inkomen en pensioen van de Belgische burger. Bravo voor deze ingeving en bravo voor de populistische manier waarop de boodschap veel te laat aan de man gebracht werd. Bravo ook voor de erg cynische manier waarop nu de terugkeer van Vande Lanotte in de federale politiek wordt aangekondigd. Cynisch, omdat Vande Lanotte vanaf nu door mij Den Baard genoemd in navolging van Koen Meulenaere omdat ik dit nu eenmaal zo gewend ben samen met Guy Verhofstadt zelf de huidige problemen heeft veroorzaakt.
Ik zal u dan nu proberen uit te leggen dat er iets grondig mis is met ons bestuur in België en dat BHV dus niet het probleem is, maar slechts een symptoom of een onvermijdelijk gevolg, een culminatiepunt van structurele spanningen.
1. Den Beire. België is nog steeds een koninkrijk. Op zich is koningschap totaal niet meer van deze tijd, eerder een artefact uit het Ancien Régime en volledig in strijd met het gelijkheidsbeginsel. En al wie dacht dat onze koning een louter ceremoniële functie had, kwam deze week wel bedrogen uit. Meneer nam het ontslag van de regering als een absolute heerser koppig in beraad. Eén man beslist dus of een gekozen regering nog wat langer mag aanblijven of niet. Laten we ook niet vergeten dat Albert II niet geïnteresseerd is in politiek, systematisch liegt over zijn gigantische fortuin en zijn buitenechtelijke dochter en nog steeds weigert zijn excuses aan te bieden aan het Congolese volk voor het gedrag van de Belgische kolonisator en het beschamende optreden van Boudewijn tijdens de Congolese onafhankelijkheidsplechtigheid. En dan hebben we het nog niet over het cliëntelistische systeem dat buiten de wet om nog steeds door het koningshuis en zijn vriendjes in stand wordt gehouden.
2. Geld over de balk. Zeer zeker onvermijdelijk in een kapitalistische democratie en inherent aan iedere beleidsvoering, maar er zijn natuurlijk grenzen. In mijn vorige tekst duidde ik al op het wanbeleid op het ministerie van Financiën, wat ons niet alleen een groot deel inkomsten doet mislopen, maar ook een hypotheek legt op toekomstige inkomsten en geen buffer creëert tegen nieuwe financiële crises. Ongelooflijk veel geld wordt verspild aan subsidies aan grootbedrijven, multinationals onder het mom van subsidiëring om werkgelegenheid te handhaven. Alsof dergelijke bedrijven zich hierdoor laten beïnvloeden; zij innen het geld en marchanderen verder, in België of elders. Door onze federale structuur zijn er ook weer zoveel verschillende regeringen die dergelijke subsidies verstrekken. Voor Arcelor-Mittal, Opel, Fortis, KBC en co hebben we miljarden over. Aan de toekomst denkt de federale overheid niet: de enige kans voor België om economisch te overleven is actief om te schakelen naar de derde industriële revolutie en in te zetten op kenniseconomie. Klassieke arbeidspatronen via multinationals zullen op termijn toch vertrekken naar landen met lagere loonlasten. Frankrijk, Nederland en Duitsland investeerden 0,7% van hun BBP in onderzoek en ontwikkeling, het Europese gemiddelde ligt op 0,65%. België houdt het op een schamele 0,45%. Fons Verplaetse, eregouverneur van de Nationale Bank van België: Ik ben een grote voorstander van het Rijnlandmodel, een sociaal gecorrigeerde markteconomie gekenmerkt door stabiliteit en lage inkomensongelijkheid. We moeten nu dat Rijnlandmodel overgieten met een Scandinavisch sausje: veel mensen die werken, zin voor innovatie, focus op onderzoek en ontwikkeling Dat is de weg die de landen van de eurozone en zeker België moeten bewandelen.
3. Politieke cultuur. Misschien is er wel iets aan van het gezegde dat een volk de politici krijgt die ze verdient. Ik heb genoeg van Twitterende politici die er steeds even zonnebankbruin uitzien en om de haverklap in tv-programmas opduiken om hun ego te strelen en irritant sympathiek te komen doen. In België is de uitvoerende macht en de partijtop te machtig waardoor de stem van de burger ontmanteld wordt. Vermenging tussen politieke en zakelijke belangen is bovendien te sterk verspreid. Jan Peumans nam als voorzitter van het Vlaams Parlement al initiatief om de te hoge politieke weddes te verlagen. Tijd om meer beperkende maatregelen op te leggen wat betreft partijfinanciering, afbreken van politieke ambten, cumuleren van politieke en zakelijke functies en belangenvermenging. Hoe kunnen we immers anders een einde maken aan wantoestanden zoals het doordringen van kapitalisten als Didier Reynders in de politiek en het economisch knechten van een bevolking zoals in het cliëntelistische systeem van de PS?
4. Staatsbestel. Een volk krijgt de politici die ze verdient, maar in België kunnen we onze politici niet afstraffen. Ons kiessysteem is ondemocratisch. In een land met zoveel gemeenschappen en regios en drie culturen, waar alle unitaire partijen gesplitst zijn in een Vlaamse en een Waalse tak die vaak openlijk ruzie maken, kunnen we telkens maar op de helft van de partijen stemmen; de andere helft van volksvertegenwoordigers wordt door een ander deel van de bevolking in de regering gedropt. Dat dit alleen maar tot polarisering leidt, bewijst BHV. In België is men echter uiterst conservatief over mogelijke hervormingen van het kiessysteem. Het lijkt evenwel zeker de moeite om eens te gaan kijken naar het Duitse kiessysteem en een combinatie te maken van een nationale kieskring met kleinere kieskringen gebaseerd op de gemeenschappen en regios. Zoals de SPa nu duidelijk stelt is het inderdaad alleen maar positief om regionale en federale verkiezingen samen te laten vallen in tijd, of simpelweg samen te ballen. Om het allemaal wat beter onderbouwd te maken, kunnen we best meteen onze federale structuur aanpassen.
Inderdaad, het Belgische federalisme zoals het nu bestaat en gecreëerd werd door eerst Jean-Luc Dehaene en vooral Verhofstadt en Den Baard met hun financieringswetten is het grote probleem voor de werking van onze politiek, het uitvoeren van de politieke plichten tegenover de bevolking en het waarborgen van onze pensioenen. Knack rekende uit dat twee derde van het Belgische begrotingstekort structureel is. En toch blijven onze federale politici de blijde boodschap verkondigen over de begroting. Geen geld resulteert in geen beleid. De federale overheid zit op droog zaad en toont zich bovendien een heel slechte beheerder. De huidige financiering van de regios en gemeenschappen is niet werkzaam gebleken en draagt te weinig verantwoordelijkheidsmechanismen in zich. Doch, alleen al het woord confederalisme, doet bij vele Belgen om de een of andere reden de haren op de armen rechtkomen.
De Belgische financieringswetten, de hervorming van het kiesstelsel door Verhofstadt in 2002, misleiding door middel van lege dozen als het Zilverfonds, het niet op de agenda plaatsen van een lange termijn visie inzake werkgelegenheidsgraad en sociale zekerheid en politici die enkel verantwoording moeten afleggen aan één segment van een natie: dit alles kan onmogelijk goed beleid genoemd worden en is door de gecreëerde structuren voor de meeste burgers een verwarrend, bevreemdend kluwen geworden. Wie is nog echt overtuigd dat hij in het stemhok de juiste keuze heeft gemaakt? Wie ziet door het bos de bomen nog? Waar zit de poen van uw pensioen? Het zit in de pocket van een politieke generatie die meer aan de volgende verkiezingen en de electorale gevolgen van een symbooldossier als BHV denkt, dan aan de economische welstand van zijn bevolking over twintig jaar. Geen probleem, als u gaarne tot uw zeventigste gaat werken.
Nu Den Baard reeds terugkeert; hoe lang zou het nog duren vooraleer Verhofstadt zijn terugkeer in de Belgische politiek aankondigt? En hoe sterk zal de Belgische, pardon Vlaamse, kiezer dan weer aan geheugenverlies lijden wanneer hij in het stemhokje kruipt? We zien nu eenmaal door het bos de bomen niet meer.
Epiloog: En wat betreft BHV, blijf ik bij mijn oorspronkelijke idee dat heel de crisis vermeden had kunnen worden door vijf minuten politieke moed (haha). Mits het om een administratieve kwestie gaat, een geschil over de kieswetgeving hadden de onderhandelaars hun land een dienst kunnen bewijzen door de uitwerking van een oplossing te delegeren aan niet gepolitiseerde en bekwame mensen. Het Grondwettelijk Hof stelde dat de hervorming van het kiesstelsel een schending van het gelijkheidsbeginsel inhield en dat er een oplossing moest zijn voor de volgende verkiezingen. Waarom beslisten de onderhandelaars niet om een oplossing te laten uitwerken door dit Grondwettelijk hof paritair samengesteld immers en zich allen ongeacht het resultaat te binden aan de uitspraak van dit hof? Akkoord, het Grondwettelijk Hof mag officieel niet aan beleidsvorming doen, maar dit valt wel te omzeilen door het laten uitwerken van een aanbeveling, een beleidsvoorstel of andere loodgieterij van dit soort.
In dit stukje zal ik u proberen te overtuigen dat wij allen als burgers dringend op onze strepen moeten gaan staan om een herstel en herwaardering van de scheiding der machten in ons politieke bestel te bekomen. We moeten meer democratie en minder particratie eisen, zodat ons parlement de rol kan vervullen die ze volgens de Grondwet moet vervullen, de almacht van bepaalde politieke zwaargewichten doorbroken kan worden en de volksvertegenwoordiger het volk ernstig kan vertegenwoordigen.
Scheiding der machten wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht - is een concept waarop westerse democratieën trots zijn en voor een deel hun legitimiteit baseren en dat samen met een ander belangrijk politiek concept, scheiding van Kerk en Staat, tot rijping kwam in de periode van Verlichting en Franse Revolutie. Het nut van de scheiding tussen Kerk en Staat lijkt me ondertussen historisch voldoende bewezen. Regimes waarin religie de overhand gaat nemen en de politiek gaat sturen of dwingen, leiden onvermijdelijk tot verstarring, corruptie, minachting voor de mensenrechten. Uiteindelijk leidt religie vaak door foute politieke beslissingen tot een gedaalde levensstandaard en verminderd welbevinden bij de eigen bevolking, in wiens naam men pretendeert te regeren. Voorbeelden zijn legio: Saoedi-Arabië, Jemen, Afghanistan, Somalië, Soedan en Iran, om de bekendste te noemen. Ook het wanbeleid van streng-evangelische conservatieven in de VS dat tot de inval in Irak leidde, kan gelinkt worden aan een tekort aan scheiding van Kerk en Staat. Zie ook mijn vorig stukje over deze problematiek in de VS.
De scheiding tussen Kerk en Staat lijkt mij dus een basisvoorwaarde voor verantwoord politiek bestuur. Geldt dit ook voor de scheiding der machten? Want laat ons eerlijk zijn: van een echte scheiding der machten is in vele Europese democratieën geen sprake. Ook in België ligt alle macht bij de partijtop van de leidende partijen. Onze Kamer van Volksvertegenwoordigers is in feite verworden tot een stemmingsmachine voor de regering waarin de politieke zwaargewichten van de eigen partij de touwtjes in handen hebben. Van een scheiding tussen wetgevende en uitvoerende macht is nog weinig te merken. En wanneer deze tendens zich te sterk doorzet, wordt de kiezer die via zijn vertegenwoordigers in de Kamer de uitvoerende macht zou moeten controleren, uitgeschakeld. Dan gaan partijleiders de beslissingen in besloten kring bedisselen, eventueel tijdens het gezamenlijk bijwonen van een match van de favoriete voetbalclub in het Luikse of het Brusselse en helt de balans te ver over van democratie naar particratie.
Nu probeer ik deze tamelijk theoretische uiteenzetting te staven aan de hand van een concreet voorbeeld dat ons allen bezighoudt en aanbelangt: de financiële en economische crisis. Ik som even op welke sommen onze federale regering naar aanleiding van de crisis aan de grootbanken geschonken heeft. Fortis: 15 miljard euro, KBC 3,5 miljard euro, Dexia: 1 miljard euro, Ethias 500 miljoen euro. De gewesten schonken bovendien nog voor 5 miljard euro aan de genoemde banken. Dit alles te samen voor ongeveer 2000 euro per Belg. U leest het goed: 2000 euro, 2000 euro van uw belastinggeld van het voorbije decennium! In ruil voor deze steun kreeg de overheid bij iedere bank die gered werd, twee bestuursmandaten. De Federale Participatie-en Investeringsmaatschappij (FPIM) werd opgericht om erop toe te zien dat de banken hun geld en dan vooral het geld dat van de overheid en dus van de belastingbetaler komt, voortaan goed beheerd zou worden. Omdat de burger er van overtuigd was, kon de overheid niets anders dan een nieuwe cultuur eisen bij de grootbanken. Want, voor alle duidelijkheid, de crisis was de schuld van de rijken, van de grootbanken. Eerst in de VS en daarna in Europa hebben banken en grootspeculanten te grote risicos genomen bij het speculeren en het opzetten van ingewikkelde investeringsconstructies om steeds meer (virtueel) geld te creëren. De kleine man die hoogstens wat simpele aandelen bezat van enkele beursgenoteerde bedrijven of zich liet verleiden tot investeringen in fondsen die werden aangeraden door hun banken, troffen geen schuld in de crisis. De overheid moest dus op mandaat van de gedupeerde burger zorgen voor risicomanagement bij de banken, voor een transparantere communicatie en verantwoord en ethisch bankieren en investeren. Ondertussen blijkt echter dat onze overheid volledig verstek geeft in zijn controlefunctie op de banken, niet in het minst door de rol die de grote liberale roerganger Didier Reynders hierin speelt de man van de bewuste Panorama uitzending over het wanbeleid op het Ministerie van Financieën.
De FPIM wordt gestuurd door het kabinet Reynders. Parlementsleden krijgen evenwel geen antwoord van Reynders op vragen over de positie van de overheid in de besturen van de banken. De controlefunctie van het parlement op de regering is zo goed als onbestaande inzake de overheidsparticipatie in de banken. Reynders draait rond de pot en de benoemingen die hij deed spreken boekdelen over zijn ingesteldheid. De overheidsbestuurders van Reynders verdienen in goede bankierstraditie tussen de 50.000 en 125.000 euro per jaar. Bij Dexia zetelt een ex-kabinetschef van Reynders, bij KBC de huidige kabinetschef en bij BNP Paribas Fortis zetelt Michel Tilmant, samen met Emiel van Broekhoven die eerder aan de Open-VLD gelinkt wordt. Van Broekhoven is een typische kapitalist van de oude stempel. Zo beschouwt hij ethische groene investeringen als malinvestments. Michel Tilmant op zijn beurt, was voor de bankencrisis hoofd van ING en werd voor zijn risicovol beleid in volle crisis door de Nederlandse regering die het noodlijdende ING moest redden prompt buitengewerkt.
Vele waarnemers wijzen er op dat de kapitalistische cultuur bij de banken zoals die werkzaam was vóór de crisis, ondertussen gewoon doorleeft en er dus geen sprake is van zelfregulering of regulering onder druk van de overheid. Jean Luc Dehaene werd eind 2008 op vraag van Yves Leterme aangesteld als hoofd van Dexia. Hij stelt: Bij mijn weten heeft de regering de aanbevelingen van de bijzondere commissie voor de bankencrisis nog niet omgezet in een reglementair kader. Evenmin heeft de staat als aandeelhouder ons via de overheidsbestuurders al uitdrukkelijk richtlijnen gegeven. Wat is het nut van het oprichten van parlementaire commissies als deze genegeerd worden? De Commissie over de financiële crisis vermeldde in haar rapport van eind 2009 maakte duidelijke richtlijnen op die steunen op een breed draagvlak bij de bevolking, vakbonden en zelfs de meeste politici, althans als we hun discours moeten geloven. Men heeft het over het afschaffen van het absolute bangeheim waardoor belastingontwijking en illegale activiteiten via belastingparadijzen kunnen worden aangepakt. Men heeft het over ethisch en risicogematigd beleggen. Men heeft het over het invoeren van een transactietaks (zie mijn stukje getiteld Flutsocialisme). Prediken in de woestijn? Fortis, KBC en Dexia hebben nog steeds vele dochterondernemingen en fondsen in belasingparadijzen als de Caymaneilanden, Bermuda en Jersey en beheren nog steeds evenveel miljoenen euros in onethische beleggingen (beleggingen in ondernemingen die hun voeten vegen aan mensenrechten en/of milieunormen). Een transactietaks is er ook nog steeds niet en ook Europa laat op zich wachten om de zogenaamde Robin Hood tax in te voeren.
Over het falen van overheden om vooral in de jaren negentig van de vorige eeuw kapitalistische tendensen die tot de financiële en economische crisis zouden gaan leiden, te ontmaskeren en te gaan reguleren, had Frank Vandenbroucke (Spa) het onlangs naar aanleiding van de viering van 125 socialisme. Ja, het was in de jaren negentig nodig om de afkeer van marktmechanismen af te zweren en de nuttige rol van een getemd kapitalisme ten volle in te schatten. Maar op het ogenblik dat toonaangevende sociaal-democraten dat met veel tamtamgeroffel deden, begon datzelfde kapitalisme zich opnieuw te ontketenen onder meer door gebrekkige regulering in de financiële markten. Dat hebben we niet zien aankomen. Het eerste antwoord daarop moet een gemeend mea culpa zijn. Het tweede antwoord is een herdenken van de analyse, niet op basis van oud-linkse schemas waarbij alles wat markt is opnieuw verdacht wordt, maar wel op basis van nieuwe inzichten in hoe je het kapitalisme van de 21ste eeuw opnieuw kunt temmen en nuttig maken.
Het lijkt wel tekenend voor het Belgische politieke systeem dat mensen als Frank Vandenbroucke die inzien dat de oorzaken van de crisis nog steeds niet aangepakt zijn door hun eigen partijtop nota bene buitenspel gezet worden. Herinner u goed hoe bij de liquidatie van Vandenbroucke de wil van de kiezer volledig genegeerd werd. Democratie? En terwijl Vandenbroucke zich rustig kan bezig houden met het schrijven van interessante analyses over 125 jaar socialisme, delen de vertegenwoordigers van de kapitalistische crisis-cultuur rustig verder de lakens uit, Didier Reynders op kop, lastige parlementsleden simpel van zich afhoudend en de riante lonen van de bankiers in stand houdend dankzij ons belastinggeld.
Onlangs werd mijn aandacht getrokken door een interessant stukje duiding op Radio 1. Het ging erover dat het wetenschappelijke leven er op achteruitgaat in de VS en hoe dit de internationale positie van de VS als hegemoon ondermijnt. De NASA zou al jaren in een neerwaartse spiraal zitten en als symbool fungeren van de wetenschappelijke neergang. De Koude Oorlog was natuurlijk een belangrijke motor voor dit prestigieuze instituut, dus na 1989 was een decompressie wel te verwachten. Maar er is meer aan de hand, veel meer. NASA en andere Amerikaanse instellingen en private bedrijven kampen met een tekort aan genieën, aan hoogopgeleide wetenschappers, ingenieurs en wiskundigen. Barack Obama had dit al een tijdje in het snotje en probeert het tij te keren door jongeren aan te moedigen terug meer te kiezen voor wiskunde en natuurkunde en de wetenschap in ere te herstellen.
Obama heeft ongetwijfeld door dat na jaren van door neocons opgezweepte hoogmoed, de basis van de Amerikaanse internationale macht begint af te brokkelen. Namelijk, minder hoogtechnologische kennis impliceert een negatief effect op de gehele economie en hogere werkloosheidscijfers onder de gehele bevolking. Concreet trekken meer en meer multinationals weg uit de VS. En dit is niet, zoals kapitalisten willen laten verstaan, de schuld van vakbonden. De laksheid van de Amerikaanse banken en burgers die onder andere leidde tot de kredietcrisis en uiteindelijk tot een wereldwijde financiële en later economische crisis is zonder twijfel gerelateerd aan de Amerikaanse hubris.
Heeft de VS zijn hoogtepunt als internationale hegemoon bereikt en is de neergang ingezet? Het lijkt onvermijdelijk. De geschiedenis is nog niet ten einde. Is de Amerikaan zo decadent geworden dat hij zijn eigen succes begint te ondergraven? De Amerikaanse suprematie werd definitief gevestigd na Wereldoorlog II en is gebaseerd op leiderschap in het internationale kapitalistische systeem waarbij militaire macht als fundering fungeert. In het Amerikaanse discours ging het zowel nationaal als internationaal evenwel altijd om vrijheid, recht en democratie, maar dat is natuurlijk maar holle retoriek van charismatische leiders. De Amerikaanse leidende klasse heeft altijd haar internationale economische belangen in het achterhoofd gehouden. Zo ook J.R. Pauwels: De ontwikkeling van de kapitalistische economie in de VS vereist dat de Amerikaanse sociale, economische en dus ook politieke elites consequent hun klassenbelangen nastreven in eigen land en overal ter wereld, met vreedzame middelen of met geweld, met de hulp van democraten of van dictators en zonder veel respect voor de waarden van democratie, vrijheid en recht waarvan Amerika nochtans in theorie de grote kampioen is. Begrijp me niet verkeerd, het is het recht en zelfs de plicht van iedere staat we leven nu eenmaal in een wereld waarin nationale staten een van de belangrijkste actoren zijn om zijn economische belangen te verdedigen. Doch, het gaat erom op welke manier dit gebeurt en hoe een staat zijn beleid verantwoordt aan de eigen burgers en andere staten. En zoals uit ontelbare voorbeelden kan blijken, heeft de VS niet altijd koosjer gehandeld en vaak met een schandalig gebrek aan respect voor mensen overal ter wereld. In deze economisch gedreven staatsopvatting geschetst door J.R. Pauwels en anderen neemt wetenschap natuurlijk een belangrijke plaats in. Hoe komt het dan dat dit de laatste jaren verandert is. Zijn de anderen China, EU, Japan, machtiger geworden of zijn er andere tendensen te ontwaren?
Het gaat inderdaad om diepere maatschappelijke verschuivingen, zo lijkt. Neo-koloniale en religieuze superiortiteitsgevoelens en verdoken racisme zijn na WOII terug meer en meer in het staatsapparaat binnengedrongen en hebben de rol van de federale overheid als bewaker van de ratio in een zeer divers land waarin iedere staat zijn eigen raciale, politieke, sociale en religieuze configuratie heeft zwaar ondergraven. Religieuze opvattingen speelden een niet onbelangrijke rol in de manier waarop beleidsvoerders en burgers in de VS het volledig geconstrueerde discours voor de oorlog in Irak zelf gingen geloven. Je kan president van de VS worden als je niet blank bent. Je kan geen president van de VS worden als je atheïst bent. Met Obama aan de macht wordt het probleem van de VS des te duidelijker. De Tea Party Movement, met de gekke heks Sarah Palin in haar middens, is in korte tijd zeer populair geworden. Deze groep herbergt gefrustreerde kortzichtigen die tonen dat ze de geschiedenis niet goed begrepen hebben door zichzelf als erfgenamen van de Boston Tea Party te plaatsen, de symbolische verzetsdaad tegen de centralistische Britse kroon die als een soort officieel begin van de Amerikaanse onafhankelijkheidsstrijd wordt beschouwd. De Tea Party Movement heeft het gevoel dat hun land naar de bliksem gaat. Ze zijn gefrustreerd over de mislukkingen in Irak en Afghanistan, de tanende militaire macht van de VS en alles wat naar religieuze openheid ruikt. Boven alles willen ze met rust gelaten worden door de federale overheid. Obama is de vijand, want een communist; John McCain heeft hen in de steek gelaten omdat hij de verkiezingen verloren heeft en te soft was. De Tea Party Movement denkt natuurlijk dat ze gelijk heeft, want God staat aan hun kant. En omdat God aan hun kant staat snappen ze niet waarom zij zelf het economisch zo slecht doen. Een clubje van gefrustreerden dus.
Aan Tea Partyers vragen in te zien of hun houding van het grote gelijk mischien niet bijdraagt tot het probleem van de afglijdende Amerikaanse competitiviteit, tekenend is voor de kern van het probleem, is natuurlijk onmogelijk. Met een zionist valt ook niet te praten over mensenrechten voor Palestijnen. Maar hoe kan je in godsnaam (!) je economie op peil houden zonder wiskundigen, ingenieurs, informatici als je op scholen de evolutieleer wil bannen? Hoe wil je kritische, wetenschappelijke geesten vormen als je je kinderen wil vormen volgens het woord van God, wat dat ook moge zijn. Van dinosaurussen heeft Sarah Palin nog nooit gehoord. Voor dergelijke mensen is het ongetwijfeld ook moeilijk te vatten dat alle mensen overal ter wereld gelijk zijn en dat er dus geen uitverkorenen zijn. Its all fucking shit, Larry!
Om even duidelijk te stellen dat principes als uitverkorenen, ware gelovigen en predestinatie onzin zijn: het genetisch materiaal van om het even welke twee mensen is voor meer dan 99,9% gelijk. De variatie doet zich bovendien vooral voor op het niveau van kleine gemeenschappen, zoals dorpen of families en dus zeker niet tussen rassen, laat staan naties. Geneticus Spencer Wells: De meeste Palestijnen zijn genetisch niet te onderscheiden van de meeste Joden. Wat blijft er dan nog over? Cultuur natuurlijk.Cultuur wordt evenwel nooit vastgelegd in DNA, maar geleerd door ervaringen. Cultuur is omgevingsgebonden. Een cultuur waarin het kritische element afgevoerd is, zoals vele religieus gestuurde culturen, is dus sowieso indoctrinerend. Lesgeven volgens het woord van God is vaak ronduit misdadig.
Palin en co die uiting geven aan een sterke onderstoom in de Amerikaanse maatschappij die traditioneel aansluiting vind bij de Republikeinse Partij zijn door hun geloven in de eigen superioriteit (God bless America) blind geworden voor de realiteit. Het is de taak van Obama en medestanders om dit te bestrijden, hoe uitzichtloos de situatie ook mag lijken. Want hoe sterk het ambt van Obama ook getypeerd kan worden door vechten tegen de bierkaai, is dit toch de enige aan te meten attitude.
De Olympische Winterspelen in Vancouver, ze waren voorbij vooraleer ik het wist en als ik er nu over nadenk zullen deze spelen door de man in de straat vooral herinnerd worden door het collectieve leedvermaak jegens de hollanders. Dan heb ik het natuurlijk over de wisselflop van Sven Kramer en zijn coach. An sich natuurlijk vooral zeer sneu voor een op en top sportman en zijn ongetwijfeld uitstekende coach. Lachen met dat Holland Heineken House of hoe heet die tent? moet natuurlijk wel kunnen. Maar laten we in al ons leedvermaak evenwel niet vergeten dat België geen enkele medaille haalde in Vancouver. In Rusland rollen voor veel minder koppen, zo blijkt. Een matige medailleoogst op de winterspelen hoeft echter onze kouwe kleren niet te raken. België is nooit een wintersportland geweest en zal dit ook nooit worden. En we moeten maar bedenken dat we twee medailles hadden gehad indien veldrijden op het winterprogramma had gestaan.
De relatieve afwezigheid van Belgen laat ons toe om wat objectiever naar de winterspelen te kijken en met name de programmatie: medunkt dat de winterspelen, in vergelijking met de zomerspelen, veel minder sporten programmeren die intuïtief niet echt thuishoren op een Olympisch evenement. De problematiek welke sporten te programmeren blijft vooral bij de zomerspelen uiterst arbitrair en hypocriet ten uitvoer gebracht. Persoonlijk heb ik het vaak moeilijk om die spelen serieus te nemen door de hele sfeer die er rond hangt. De Olympische gedachte primeert zogezegd, maar de meeste landen laten telkens atleten die de internationale normen halen thuis, simpelweg omdat zijzelf of vooral hun sport niet telegeniek zijn of de atleten weinig kans maken op het overleven van de eerste ronde in hun competitie. Bovendien zorgt het selectiesysteem van het IOC er zelf vaak voor dat landen met vele toppers in één discipline slechts enkele van deze toppers kunnen afvaardigen terwijl hun niveau veel hoger ligt dan dit van concurrenten uit al dan niet exotische landen. In de jaarlijkse wereldkampioenschappen die voor vele sporten georganiseerd worden, zien we dus een eerlijker en ernstiger competitie. En dan toch beweren dat deelnemen het belangrijkste is.
De Olympische ethiek wordt in het officiële discours altijd hoog in het vaandel gedragen, maar als het erop aankomt blijkt het IOC evenzeer aangetast te zijn door de kapitalistische logica. Televisiezenders bepalen mee het Olympische programma, de spelregels, de selectie en alles wat rond de Spelen hangt. Enkele voorbeelden vanuit Vancouver. Na de finale in het vrouwenijshockey ontstond er grote opschudding omdat de speelsters van de winnende ploeg voor het oog van de camera op het ijs aan het zuipen en smoren sloegen. Moord en brand bij de IOC-top! In strijd met de Olympische waarden! Een Vaticaan-achtige bekrompen reactie die door iedere ernstige mens alleen maar als hypocriet bestempeld kan worden. Waarom zouden de ijshockeysters hun prestatie niet mogen vieren en zichzelf belonen voor maandenlange mentale en fysieke inspanningen? Het is een publiek geheim dat zo goed als iedere atleet na afloop van zijn competitie een feestje bouwt. Blijkbaar is alles toegestaan, zolang het maar niet gefilmd wordt. Moeten de IOC-lui als bestuurders van een sportbond de sportpsyche niet kunnen begrijpen? Sport gaat om pieken, om mentale en fysieke opofferingen, gestructureerd leven, op het maniakale af. Trainen voor en toeleven naar één doel. Wanneer dit doel dan wel of niet bereikt wordt, volgt onvermijdelijk decompressie. Hoe groter de opofferingen op voorhand, hoe groter de decompressie.
Tweede voorbeeld van de hypocriete IOC houding is natuurlijk de intrede van the Terminator in Vancouver. Arnold Schwarzenegger mocht, in functie van gouverneur van California, de Olympische vlam komen dragen. Natuurlijk kwam hier kritiek op wegens het dopingverleden van Schwarzenegger de man gaf zelf ruiterlijk toe als bodybuilder anabole steroïden gebruikt te hebben en is nu naar eigen zeggen een groot tegenstander van doping. Los van iedere politieke of persoonlijke sympathie of antipathie voor the Terminator vind ik de reactie van het IOC weer zeer tekenend: ''Hij is een goot voorvechter van een beter milieu en heeft gezorgd voor een uitstekende relatie met de provincie British Columbia. Bovendien is hij een goed spreker en erg populair hier.'' Tja.
Keren we even terug naar het groene thema van mijn vorige blog: op basis van mijn opvattingen wordt ik wel eens een groene genoemd. Groen! was vroeger AGALEV en dat stond voor Anders GAan LEVen, vandaar. Daar zit waarschijnlijk wel iets in. Bij stemtesten scoort Groen! altijd tamelijk hoog bij mij al vraag ik me af bij wie niet
Ik heb het echter nog nooit over mijn hart gekregen om voor Groen! te stemmen in nationale, regionale of lokale verkiezingen. Niet omdat zij sowieso te weinig stemmen halen, dat vind ik weer zon belachelijk argument. Wél omdat er altijd wel iets niet snor zit: verkeerde boegbeelden, vreemde campagnes en vooral een grondig meningsverschil op het vlak van milieu, energie en toekomst. Groen! blijft een radicale tegenstander van kernenergie. Volgens mij is dit een onverantwoorde en zelfs kortzichtige visie. Het enige echt groene alternatief voor kernenergie is, als ik me goed ingelicht heb, wind- en waterenergie. Maar om de een of andere reden loopt onze overschakeling naar windenergie enorm traag. En tot zolang blijven we afhankelijk van kernenergie, of we dat nu willen of niet.
Doch, volgens mij gaat het in het geval van kernenergie niet alleen om realistisch denken maar ook om een bewuste toekomstvisie. Kernenergie staat niet stil, kernenergie verandert. Ook in Vlaanderen wordt er tamelijk veel onderzoek gedaan naar kernenergie. Weinig mensen weten dit, maar in de Kempen is wel degelijk een befaamd research centrum gevestigd. Natuurlijk kan zoiets niet draaiende blijven zonder overheidssteun. Oktober en november 2009 zouden op dat vlak een kantelmoment geweest zijn, maar vreemd genoeg heb ik in deze niets meer vernomen van onze media. Hopelijk heeft men voor de vooruitgang gekozen.
Ondertussen kennen we al vier generaties kernenergie waarbij iedere generatie weer veiliger, milieuvriendelijker en beter te beheren is. Het is vooral zaak om zo snel mogelijk over te schakelen naar de nieuwste technologieën en het onderzoek naar beheer en afbraak van kernafval op een hoog niveau te houden. Misschien is mijn visie als leek op het kerndossier te utopisch, maar volgens mij hebben we ook geen ander alternatief. Het zou de ultieme triomf van de mens zijn: in harmonie kunnen leven met de natuur door eindelijk te stoppen met haar grondstoffen uit te putten doordat we onze energie zelf kunnen opbouwen, beheersen en afbreken. Geen roofbouw meer, wel teren op de eigen wetenschappelijke kennis.
Onlangs kwam de partij Groen! nog eens in de aandacht. De overschotten van de SLP van Geert Lambert werden opgeslorpt. Het was weer grappig hoe verschillende politologen de zaak aangrepen om zich als wijzen voor te doen. Groen en SLP zouden niet bij elkaar passen omdat de ene partij groen is en de andere sociaal-liberaal. Dat slaagt natuurlijk op niets. Iedere wijze mens beseft toch dat groen denken vervat zit in sociaal-liberaal denken. En politologen die nu zo graag met de vinger wijzen moeten dan ook maar zwijgen wanneer ze Groen! verwijten nog steeds de partij van de geitenwollen sokken te zijn, de partij zonder bredere maatschappijvisie. Dat politologen geen alwetenden zijn, werd trouwens keer op keer bewezen door hun commentaar bij de recente voorzittersverkiezingen binnen de VLD. Bovendien verdenk ik politologen als Carl Devos ervan de term sociaal-liberalisme te negeren en af te doen als utopisch (gehersenspoeld door Verhofstadt?) Kortweg, volgens mij is het samengaan van SLP en Groen! een logische gang van zaken. Het kan Groen! alleen maar helpen nieuwe en betere mensen te rekruteren en volwassener te worden. Wat mij bij de vorige verkiezingen opviel was hoe sterk het programma van de SLP mij aansprak, met duidelijke punten en concrete voorstellen gebaseerd op de realiteit in andere landen, terwijl de website van Groen! mij absoluut niet kon overtuigen. Nochtans haalde Groen! in mijn stemtest een score die bijna even hoog was als die van SLP (ook de nieuwe voorzitter van Groen! verwees onlangs naar deze stemtestoverlapping).
Rest ons natuurlijk nog de vraag wat het verschil is tussen sociaal-liberalisme en socialisme. Het enige antwoord dat ik hierop kan verzinnen is dat het sociaal-liberalisme een brede beweging van humanistische liberalen is met een langere historische traditie dan het socialisme, maar zonder echte politieke traditie in Vlaanderen, België. Het liberale denken is hier inderdaad sterk gekaapt door het economisch liberalisme van de VLD-MR. Het socialisme geeft paradoxaal?- een grotere rol aan de overheid. En in de praktijk blijkt dit zeer vaak nodig te zijn, hoe aantrekkelijk het idee van de minimale staat ook mag lijken. Maar waarom bevindt het socialisme als politieke beweging zich dan bijna overal in Europa in een lamentabele staat? Los van deze cultureel-historische reflectie blijft het natuurlijk een feit dat socialisme een term blijft waarmee je alle kanten op kan. Ook stalinisten, maoïsten en dictators in Korea en Birma noemen zich socialisten. Persoonlijk heb ik het altijd moeilijk gehad met mensen die zich overtuigd socialist noemen en zich vanuit dat denken afzetten tegen alles wat niet socialistisch is, ook als blijkt dat mensen uit andere partijen een beter beleid voeren of als blijkt dat de socialistische boegbeelden niet meer bekwaam zijn.
Als toemaatje vertel ik u graag waarom ik op het te misbruiken medium Facebook geen lid ben geworden van de aantrekkelijke groep die zich kant tegen NSV-erkenning in Leuven. De initiatiefnemers blijken COMAC-mensen te zijn. COMAC noemt zich socialistisch, maar enige research kan geen kwaad. Zo heeft deze linkse beweging een duidelijk en interessant lijkend tien punten programma (voor de liefhebbers: voor een gratis, democratisch en kwaliteitsvol onderwijs, voor gelijke politieke en sociale rechten voor iedereen tegen racisme en extreem-rechtse partijen, voor de vrede en het verzet tegen oorlog, voor een gezond en kwaliteitsvol leefmilieu, voor goede communicatiemiddelen en een goed en gratis openbaar vervoer, voor een gezondheidszorg en rechtsbijstand toegankelijk voor allen, voor een vast en menselijk werk, voor de verdediging van de democratische rechten, voor een toegankelijke, progressieve en internationalistische cultuur). Het tiende punt luidt echter: voor het socialisme. Waarom staat dit erbij? Dit is toch overbodig? Zoiets maakt mij zo sceptisch dat ik zelfs afhaak voor een onnozele Facebookgroep. Ik beschouw mezelf als sociaal-liberaal en men zou sociaal-liberalen kunnen verwijten dat ze utopisch denken. Maar als ik socialisten één ding zal blijven verwijten is het dat zij zelf gescheiden werelden blijven creëren, blijven polariseren en dit blijkbaar graag doen. En dan heb ik het niet alleen over COMAC.
Ik ga nooit op reis, hoogstens naar de Belgische kust.
Herman Brusselmans
Slecht voor t milieu! De laatste tijd gebruik ik deze slagzin te pas en te onpas. Naar mijn aanvoelen vooral te onpas, afgaande op de reacties die hoofdzakelijk variëren van norsheid (guyke, ge zijt ne zageman) tot de start van een totaal onzinnige discussie waar ik me dan moet uitpraten. Natuurlijk, alles wat we doen is in zekere zin slecht voor het milieu, en het is vooral de groene hypocrisie van het laatste half jaar die mij heeft aangezet tot het bezigen van mijn slagzin. Maar zoals zo vaak heb ik weer het gevoel te vechten tegen de bierkaai. We sussen blijkbaar liever ons geweten met zogenaamd groene producten en energie dan even wat kritischer stil te staan bij deze producten. Ethisch gezien, volgens Kant dan toch, is deze groene golf nog niet even erg als het koudweg ontkennen van de opwarming van de aarde, de destructie van ons leefmilieu en onze schandalige consumptiemaatschappij op de kap van de derde wereld, maar an sich draait ze ons alleen maar een rad voor de ogen. We denken dat we het milieu aan het redden zijn met onze biobrandstoffen en groene producten, maar in feite breken we de natuur lustig verder af.
Ik stel mij meer en meer vragen bij zogenaamde progressieven, linkse figuren die steevast verbaal korte metten maken met zogenaamd rechts krapuul ten tijde van verkiezingen, bij voorkeur hun steun betuigen aan vele cultureel verworden linkse projecten (Facebook!), als het even kan ook nog de vegetariër uithangen om tegelijkertijd zoveel mogelijk het vliegtuig op te stappen om drie keer per jaar een derde wereldland te bezoeken. Hier klopt iets niet. Dit is toch tegenstrijdig met alles waar linkse rakkers voor moeten staan? De extreem goedkope vliegtickets in het westen die leiden tot enorme luchtvervuiling natuurlijk niets in vergelijking met de industriële vervuiling, maar dat is de kwestie niet zijn als het ware het symbool van onze westerse hypocrisie en consumptiemaatschappij. Vegetariërs mogen het ganse jaar door zoveel gaan winkelen in de wereldwinkel als ze willen, op Caroline Gennez stemmen en protesteren tegen NSV-betogingen in Leuven, uiteindelijk wordt dat alleen maar ongeloofwaardig op het eind van het jaar als men dan zonder scrupules op de vlieger stapt om veel meer koolstofdioxide te produceren dan de rest van het jaar tezamen. Waarom is een vliegtuigticket vaak goedkoper dan een lange reis met het openbaar vervoer? Persoonlijk vind ik het hallucinant dat er nog altijd geen kerosinetaks bestaat, zoals dit ook het geval is met een taks op benzine, overal in de westerse wereld. En voor die kerosinetaks mag medunkt stevig doorgerekend worden, als compensatie voor de schade die aangebracht wordt aan het milieu. Voorwaarde is natuurlijk dat de kerosinetaks ons luchtverkeer drastisch doet dalen en het geld van de belasting in milieuzaken gepompt wordt.
Ik weet ook wel dat een vakantie in het buitenland zalig en verrijkend kan zijn, maar op deze manier gaat het voor mij te ver. Waarom moeten wij twee maal per jaar voor veel geld in de neo-koloniale Turkse zon gaan liggen, terwijl we aan het thuisfront de toetreding van Turkije tot de EU dwarsbomen en ons druk maken over een minaret meer of minder? Het vliegtuig wordt louter als een verlengstuk van auto en trein gezien. Wie links wil zijn, moet ook maar eens zijn verantwoordelijkheid nemen en niet vervallen in hedonistische selectiviteit onder het motto alleen kan ik het verschil niet maken. Stop dan ook maar meteen met uw scheldtirades jegens zogenaamde rechtse conservatieven. Neen, ik heb het niet met die selectieve kritische houding.
U begrijpt dat ik hier overdrijf, maar ik hoop zo mijn punt duidelijk te maken. Ik besef ook dat niemand vrij van zonden is, ook ik niet. Ik geef toe dat ik vooral probeer mijn geweten te sussen door te schenken aan goede doelen en verder weinig actief participeer. Ik hoop echter wel dat mijn eeuwige strijd om mensen kritischer en bewuster te maken (ten opzichte van maatschappij en nationale en globale politiek), af en toe zijn vruchten afwerpt. Ik beschouw dit als een erezaak, net zoals mijn strijd tegen brommerkes, Verhofstadt en voorkeursbehandelingen voor religie. Ik vind het gewoonweg al te makkelijk om alle verantwoordelijkheid en schuld af te schuiven op politici en wereldleiders onder het motto allemaal zakkenvullers, op wie wij stemmen speelt gene rol.
De eeuwige strijd tussen structuur en individu is niet zo zwart-wit als velen denken. Als iedereen zijn individuele verantwoordelijkheid zou proberen op te nemen, zou de wereld al een veel betere plek zijn.
De malaise bij de Vlaamse socialisten blijft zich doorzetten. Politoloog Carl Devos raadde de SPa onlangs nog aan eindelijk eens op de proppen te komen met een duidelijke strategie. Een progressieve Bert-Anciaux-partij of een socialistische partij die eindelijk terug écht samenwerkt met de socialistische vakbond. Niet voor niets werd ondertussen al meerdere malen gewezen op de vrees voor het ontstaan van een nieuwe (populistische) linkse partij in Vlaanderen. Zoiets zou zo goed als het einde betekenen van de Spa omdat deze dan zowel aan haar linkerzijde als aan haar rechterzijde electoraal zou gaan inboeten. Anderzijds lijkt het draagvlak voor een dergelijke partij vergelijkbaar met de SPD afsplitsingDie Linke in Duitsland in Vlaanderen voorlopig veel te klein. Zelfs in tijden van economische crisis.
Wat met de Waalse socialisten? Electoraal doet de PS het nog zeer goed, maar de partijtop ligt ondertussen al enkele jaren serieus onder vuur, zowel in Wallonië als in Vlaanderen; in Vlaanderen wordt vooral het gebrek aan goed bestuur en kortzichtig najagen van electoraal succes door de PS gelaakt, aangewakkerd door begrijpelijke frustratie over het gedrag van figuren als Michel Daerden, José Happart en J.-Claude Van Cauwenberghe. In politologisch jargon heeft men het wel vaker over de PS-satrapen, oudgedienden die op basis van vriendendiensten en regionale machtsbasissen zo sterk in hun schoenen staan dat ze in feite kunnen doen wat ze willen en er vaak van goed bestuur niet veel meer in huis komt. Tot voor kort stonden Rudy Demotte en Elio di Rupo bekend als geleidelijke zuiveraars van de partij.
Maar wat zagen we deze week? Eveneens aangetast door het bolsjevistisch getinte cliëntelistisch systeem van de PS maakte Di Rupo een bocht van 180° in het dossier van het algemeen rookverbod. Dealternatieve coalitiepartners van het rookverbod en vooral pleitbezorger CD&V reageerden logischerwijze verbijsterd. Minister van Volksgezondheid en partijgenote van Di Rupo, Laurette Onkelinx, kan als voorstander van een rookverbod niets anders meer doen dan dubbelzinnig en weinig over het onderwerp te gaan praten.
Politiek gezien hoeft het manoeuvre van Di Rupo evenwel niet te verbazen; de Lange Wapper kwestie bewees onlangs nog maar eens dat politici en partijen bij momenten hun kar wel heel opvallend durven keren onder invloed van drukkingsgroepen en publieke opinie. Op zich is daar natuurlijk niets mis mee en hoort het voor een deel bij het democratische systeem. Maar Di Rupo kiest hier toch duidelijk voor een volledig contra-intuïtief standpunt. Enkel en alleen uit vrees voor electorale schade en onder het mom van de economische crisis wordt gekozen voor een anti-sociaal standpunt. Historisch gezien is het doel van het socialisme de ontvoogding en verheffing van het volk. Een algemeen rookverbod is zondermeer volksverheffend. En ontvoogdend, vraag dat maar aan uw huisarts.
Di Rupo is blijkbaar in hoofdzaak bezig met het beveiligen van de electorale positie van de PS en laat zich zo gijzelen in bepaalde dossiers. Na zijn heftig pleidooi voor een belasting voor de banken en taksen op speculatie enkele maanden geleden, bleef het zo stil op dit vlak dat men de indruk krijgt dat Di Rupos uitval vooral te herleiden is tot populisme en het willen sussen van de goedmenende socialist. Maar zitten de echte socialisten in Wallonië niet vooral bij Ecolo?
De discussie over het algemeen rookverbod legde overigens nog een totaal andere onhebbelijkheid van onze politiek bloot. De liberale familie is het in feite aan haar achterban verplicht om tegen een algemeen rookverbod te zijn - de meeste horeca-uitbaters geloven nu eenmaal dat een rookverbod nadelig voor hen is (terwijl voorbeelden uit het buitenland en studies het tegendeel bewijzen. Hierbij verzetten ze zich echter ook openlijk tegen de rookverbod coalitie die zoals gezegd gebruik maakt van een alternatieve meerderheid d.w.z. afhakers uit de regeringscoalitie worden vervangen door voorstanders uit de oppositie om toch aan een meerderheid te komen. MR-fractieleider Daniel Bacquelaine: Het is nooit vertoond dat een alternatieve meerderheid in de Senaat een beslissing van de Kamer ongedaan maakt. En we zullen dat nooit toelaten. Onze politieke cultuur staat blijkbaar zeer vijandig tegenover minderheidsregeringen en/of alternatieve meerderheden. Nochtans bewijst de praktijk dat minderheidsregeringen in een stabiele democratie tot degelijker beleid en duidelijkere cesuren tussen de partijen leiden, wat alleen maar een positief effect kan hebben op de politieke betrokkenheid van de burger. Deze weet als het ware welk standpunt iedere partij inneemt in een bepaald dossier en kan er beter op vertrouwen dat partijen deze standpunten gaan verdedigen omdat ze anders te ongeloofwaardig worden. De politieke tactiek van vaagheid valt zo dus weg. Om eens over na te denken dus.
Habemus Rompum! Rumpy for president!De kogel is eindelijk door de kerk. Sarkozy en Merkel hebben hun wil doorgedreven en een betrouwbaar compromisfiguur op de stoel van Europees president gekregen. De manier waarop de Britten protesteerden tegen Van Rompuy sprak boekdelen: de zaak was al zo goed als beklonken.
Grootste bedenking: alsof de Britten een betere kandidaat aanboden Tony Blair is tot nader orde nog altijd een corrupte leider. Zou hij nog altijd beweren dat het de morele plicht van de westerse wereld was om Irak binnen te vallen? Of zou hij ondertussen al toegegeven hebben dat hij niet meer was dan een vazal van George W. Bush ten tijde van de Irak-indoctrinatie.
Of we blij moeten zijn met Rumpy als Europees president de term voorzitter is meer op zijn plaats is natuurlijk de vraag. Los van alle tijdelijke patriottische gevoelens in Vlaanderen en België, is er de vraag naar de toekomst van de EU en de nood aan boegbeelden. Rumpy is natuurlijk geen boegbeeld, geen kat die de man kent buiten België. Waarschijnlijk was het beter geweest om een figuur met meer charisma en duidelijke Europese visie te kiezen, iemand die gekend is bij het brede publiek. Enkele namen die in me opkomen zijn Vaclav Havel, Lech Walesa en de laatste Habsburgse Kaiser. Anderzijds is het ook zo dat de functie an sich minder geschikt is voor dergelijke figuren. De macht blijft sowieso bij de nationale regeringsleiders en de Europese raad. De Europese president heeft zelf geen macht om het Europese proces te versterken.
Een beter en sterker Europa hangt volgens mij samen met het versterken van het Europees Parlement en een grotere transparantie en democratische representatie naar de Europese burgers. We hoeven echter niet op voorhand pessimistisch te zijn. Het verdrag van Lissabon is een stap vooruit. Ook al gaat het heel traag en geleidelijk, maar het is een stap vooruit. Rumpy past bij de job, Rumpy belichaamt geleidelijke evolutie. In het opzicht van een sterkere Europese integratie en samenwerking lijkt de bevestiging van Barroso als voorzitter van de Europese Commissie mij problematischer dan de keuze voor Van Rompuy.
En de gevolgen voor België? Doemdenken is volgens mij niet nodig. De nationale politiek hangt niet af van één politicus. De problemen blijven dezelfde. Een crisis over BHV hangt volledig af van de houding van de Franstaligen. Daar kunnen individuele initiatieven weinig aan veranderen. En hoewel ik geen fan ben van Yves Leterme is het misschien niet meer dan logisch dat de keuze van de kiezer het mandaat krijgt.
Wat Europa betreft blijk ik met zeer veel vragen zitten. Zijn we op de goede weg, of blijven we halfslachtig handelen. In feite stuurt Duitsland ondertussen het Europese proces. Dit hoeft op zich natuurlijk geen probleem te zijn. Als we kijken hoe het er in Italië, Spanje, Frankrijk en Groot-Brittannië politiek aan toe gaat kunnen we alleen maar tevreden zijn dat de Duitse degelijkheid als motor van Europa fungeert. Duitsland verkeert natuurlijk in een luxueuze positie. Als sterkste speler zitten zij aan het stuur; zij kunnen de Europese besluitvorming sturen en aanpassen aan nationale wensen. Andere landen kunnen dit niet. Significant is dat de wetgeving van de Duitse deelstaten niet ondergeschikt is aan Europese wetgeving, volgens het Duitse grondwettelijke hof.
Kunnen de grootmachten het handhaven van hun eigen belangen in het Europese kader niet combineren met een meer positieve houding ten opzichte van Europa als internationale speler? Studies en experts blijven erop wijzen dat een politiek verenigd Europa vooral op lange termijn sowieso voor iedere soevereine staat positief is. In plaats van telkens opnieuw de eigen nationale belangen te verdedigen (zero-sum denken) is duidelijke Europese coöperatie waarbij af en toe enkele landen in bepaalde dossiers toegevingen moeten doen aangewezen. Een voorbeeld: energie. Europa is grotendeels afhankelijk van Russische energie, het ene land al wat meer dan het andere. Ieder land onderhandelt grotendeels op eigen houtje met Rusland, waardoor allen zwakker staan tegenover Moskou. Een eengemaakt Europees energiebeleid zou ervoor zorgen dat de Europese staten eindelijk eerlijk kunnen onderhandelen met Rusland. Diversificatie zou veel makkelijker zijn (aansluiting op de Aziatische projecten via Turkije bijvoorbeeld). Doch, onlangs onderhandelde Duitsland met Rusland de afronding van de zogenaamde Nordstream energieverbinding door de Baltische Zee.
Een gemeenschappelijk buitenlands beleid is een ander teer punt. In dit opzicht lijkt de aanstelling van de onbekende Britse kandidate weinig hoopgevend. Fransen en Britten handelen waarschijnlijk nog altijd liever op eigen houtje. Dit leidt tot nu toe vooral tot halfslachtige en tegenstrijdige houdingen in verschillende internationale dossiers waardoor het respect voor Europa er zeker niet op verbetert. Voorbeeld: in plaats van een duidelijk en krachtig (want Europees) standpunt omtrent de Israëlisch-Palestijnse apartheid, zien we vooral een combinatie van nationale en Europese initiatieven. Er wordt veel geld gegeven, maar werkende controle- en afdwingingsmechanismen zijn er niet, of ze hebben geen gezag. Schandalig hoe laks Europa het laatste jaar reageert op Israëls politiek. Zelfs de VS is ondertussen kritischer voor Israël dan Europa. Woorden en daden zijn vereist.
Europa wil en kan een voorbeeld zijn in de wereld. Voorlopig neemt het die functie te weinig in. De situatie zal niet verbeteren door krampachtig vast te houden aan onze welvaart zonder innovatie, ons er van af te maken door vooral veel geld te doneren en door cultureel relativisme te cultiveren. Dit doen we wel door voor de vlucht vooruit te kiezen en het nationale sterker te koppelen aan het Europese - hoe komt het dat de waterstofauto alleen nog maar in Duitsland rondrijdt en niet in heel West-Europa? Tegenstrijdige nationaal-economische belangen moeten toch gekaderd kunnen worden in een overkoepelend eenduidig Europees beleid dat de positie van ieder Europees land in de wereld op lange termijn versterkt en dat tegelijkertijd bijdraagt tot meer gelijkheid en rechtvaardigheid in de wereld. Europa mag zijn welvaart verdedigen op voorwaarde dat het anders gaat leven en zijn historische verantwoordelijkheid tegenover de rest van de wereld niet vergeet. Besluit: samenwerken als hefboom tot meer economische zekerheid én internationale zekerheid en solidariteit.
Als de financiële en economische crisis ons één ding geleerd heeft dan is het dat het echte socialisme helemaal uitgerangeerd is in België. De toestand van de SP de a staat wederom ter discussie in Vlaanderen is lamentabel. Louis Tobback en gelijkgezinden kennen misschien wel wat van politiek maar hebben er zelf voor gekozen de nationale politiek vroegtijdig vaarwel te zeggen en het is dan ook ongepast en onnodig om de nieuwe generaties, ook van de eigen partij, publiek af te vallen. Steve Stevaert is de ergste in dit soort en moet zo snel mogelijk van mijn en uw scherm verdwijnen. Waarom heeft iemand die altijd maar weer benadrukt dat hij niet meer aan politiek doet zoveel macht binnen een partij? Een partij hoeft absoluut niet democratisch georganiseerd te zijn, dat is simpelweg niet werkzaam, maar hoe de kliek Stevaert-Vandelanotte via Caroline Gennez aan de touwtjes trekt is werkelijk hallucinant. De afrekening met Frank Vandenbroucke was evenwel de druppel die de emmer deed overlopen, deed denken aan het oude Rome en getuigde van een totaal gebrek aan respect voor de eigen partijmensen, de kiezer en het democratisch proces.
Maar wat ik hier vooral wil aanduiden is het feit dat de SP ondanks de financiële en economisch crisis steeds verder achteruit lijkt te gaan, volgens mij omdat ze haar belangrijkste thema uit het oog verloren heeft. Socialisten worden nu eenmaal geassocieerd met sociale ontvoogding, sociale zekerheid en sociale rechtvaardigheid. En net nu de kans zich voordeed om de partij heruit te vinden de crisis in Europa is volledig op naam te schrijven van kapitalistische bankiers wentelt men zich in interne ruzies en weinig eenduidige oppositie op federaal vlak. In de Vlaamse regering gaat het de SPA misschien iets beter voor de wind onder de vleugels van CD§V, maar ook hier klinkt de echte socialistische visie niet echt overtuigend en eerder opportunistisch.
Als de financiële crisis die vervolgens een economische crisis veroorzaakte, op rekening te schrijven is van bankiers die teveel risicos namen door overdreven winstbejag zijn het toch vooral de socialisten die dit moeten aankaarten en dit thema op de agenda moeten houden. Volgens sommige economen is de crisis voorbij omdat we terug economische groei kennen. Maar de term economische groei is ondertussen zo verouderd, eng en manipuleerbaar gebleken dat we vooral naar andere cijfers moeten kijken. De werkloosheid is nog altijd zeer hoog, en zal de komende jaren nog stijgen. Bovendien wijzen vele experts erop dat de banken allemaal terug in hun fouten van voor de crisis vervallen in de stijl van Lippens je ne regrette rien. De controle van de regeringen op de banken valt in de praktijk zeer mager uit. Spaarboekjes brengen niks meer op en de banken maken terug vele winsten met het geld dat ze van de overheden gekregen hebben.
Wat hadden de socialisten moeten doen? Enkele weken voor het afronden van de nieuwe federale begroting, die wederom met haken en ogen aaneenhangt in de beste Baard en Konijn traditie, moesten zij eensgezind themas als vermogensbelasting en responsabilisering van de banken op de agenda plaatsen. Elio di Rupo profileerde zich in Wallonië door zijn vurig pleidooi voor belastingen op speculatie en het eisen van geld van de banken. Jammer genoeg hebben we hier nadien nog maar weinig van gehoord en hoewel de Waalse socialisten een belangrijke positie innemen in de regering van Van Rompuy is er van vermogensbelasting, belasting op speculatie en afspraken met de banken niet veel in huis gekomen. De uitspraken van Di Rupo hadden hierdoor veel weg van een kunstmatig sussen van de traditionele achterban. Vlaamse socialisten hadden zich ook enorm kunnen profileren door middel van deze themas. Iedere mens die zich socialist noemt, is toch voorstander van progressieve vermogensbelastingen en progressieve taxen op speculatie? En ook bij de kiezers van andere partijen bestaat er goodwill in deze kwesties. De socialistische vakbond en de christelijke vakbond komen bijvoorbeeld zeer goed overeen in zaken als deze.
Laten we hopen dat dit soort van flutsocialisme zich niet te lang meer doorzet want een coalitie van socialisten en ACW-CD§Vers is mijns inziens noodzakelijk om onze sociale zekerheid en levenskwaliteit op lange termijn veilig te stellen. Een verdeelde SP zonder duidelijke visie en een opportunistische PS zijn te missen als kiespijn.
VDB est mort. Frankie Boy maakte hoogstwaarschijnlijk in een schemerzone tussen bewust en onbewust gedrag zelf een einde aan zijn leven. Naast zijn bed, in een hotel in Senegal, werden slaappillen, angstremmers en insuline gevonden. Insuline is een levensgevaarlijk product voor iedereen die geen suikerziekte heeft. Voor labiele mensen als VDB zijn zogenaamde vakanties naar verre landen altijd gevaarlijk en een teken aan de wand van een extreem zoeken naar isolement. De woorden van Nico Mattan vandaag spraken in dit opzicht boekdelen.
Het Belgische wielerpubliek verliest hiermee zijn grootste idool. VDB was ondanks het uitblijven van prestaties nog altijd even populair als Tom Boonen. Doch, tekenend voor zijn sportieve toestand is dat de man uit Ploegsteert zijn palmares heeft afgesloten met een overwinning in een kermiskoers in Olen, of all places. Vandenbroucke is echter altijd de man van de hoop geweest. Een inspiratiebron. God. De nieuwe Merckx? Qua talent had hij het misschien wel in zich. Iedereen is het erover eens dat VDB zelfs in zijn topperiode nog veel meer uit zijn carrière had kunnen en moeten halen. Maar het was vooral de manier waarop die tot de verbeelding sprak. We worden weer om de oren geslagen met de filmpjes van VDB in actie in 1999, zijn topjaar. Frank en Bartoli op La Redoute op een monsterachtige versnelling (buitenplaat?), Frank en Boogerd op St. Nicolas, Frank die Zarabeitia degradeert in Avila Wie kon die man stoppen in Verona? Enkel een onnozele valpartij zo bleek.
Het blijven prachtige beelden, zonder meer. Maar jaren later kan ik een gevoel van onbehagen niet onderdrukken bij het bekijken van deze machtsexploten. Ze zijn namelijk onlosmakelijk verbonden met de manier waarop VDB nu aan zijn eind is gekomen. Frankie Boy was dermate geprepareerd tijdens zijn topjaren dat hij voor alles, niet alleen voor de koers, naar medicijnen ging grijpen. De medicijnen leverden de brandstof voor de bovenmenselijke ups en downs en demmarages in onder andere Luik en Spanje. De medicijnen namen echter zijn lichaam en stilaan zijn geest over. Een tendens die onlosmakelijk samenhangt met praktisch gedoogd dopinggebruik, zoals dit tijdens EPO-tijdperk I het geval was toen het toenmalige hoofd van de UCI, Hein Verbruggen, liever een arbitraire hematocrietgrens opstelde om het collectieve geweten te sussen dan het dopingprobleem publiek te maken en aan te pakken. Zo werd de gezondheid van alle profrenners ter wereld op het spel gezet en de deur opengezet voor verdere excessen. Voor het publiek was er voorlopig geen vuiltje aan de lucht. Zij zagen spektakel. En de Belgische fans bejubelden Museeuw en VDB.
De renners van EPO-tijdperk I waren niet de slimsten en dachten dat het niet anders kon. Brood en spelen ten top. VDB over dopinggebruik ten tijde van zijn overwinning in Luik: Ja, maar ik streed met gelijke wapens. Hij zat er niet ver naast. Bartoli en co lepelden uit dezelfde potjes en waren eveneens clowns in een cirkus. Frank Vandenbroucke was simpelweg de beste aller gladiatoren. Maar een gladiator blijft een geketend man, ongeacht zijn onbegrensd succes in de arena.
Toen Vandenbroucke in een van zijn minder heldere momenten zelf de vergelijking tussen zichzelf en Marco Pantani maakte, maakte hij eigenlijk al duidelijk dat hij liever als een mythe afscheid zou nemen van het publiek dan als een oude grijsaard. Een laatste wanhopig, nostaligisch streven naar erkenning.
Virtuozen als José Maria Jimenez en Marco Pantani gingen eerder al tenonder aan de combinatie van een labiel streven naar erkenning en genialiteit in de arena en het gemedicaliseerde bestaan waartoe de wielerwereld hen veroordeelde. Verschillen in palmares en persoonlijkheid tussen Jimenez, Pantani en VDB zijn hier niet van belang. Wat er toe doet is de vraag die de wielerfans, -pers en beleidsvoerders zich moeten stellen: willen we terug brood en spelen of kiezen we voor de moreel hoogstaander versie van het wielrennen zoals we die nu proberen te verkrijgen?
Laten we de banale discussies over whereabouts er toch maar bijnemen
Opel Antwerpen. Het lijkt een staatszaak geworden. Iedere dag in het nieuws, iedere dag een paar emotionele arbeiders die hun zegje mogen doen voor de camera of in de krant. Niemand weet nog hoeveel banen er eigenlijk op het spel staan. Niemand weet nog hoeveel geld er echt op het spel staat of virtueel verschoven wordt tussen de verschillende spelers. De Vlaamse regering beloofde naar verluid alreeds 500 miljoen euro aan Magna-Sberbank. Een peulschil in vergelijking met de bedragen die door Merkel en co beloofd worden. Met alle respect voor de arbeiders van Opel Antwerpen, maar geen enkele vestiging van een multinationial in België is volgens mij zoveel geld waard. Geld dat afgegeven wordt zonder garanties op lange termijn! Economisch gezien lijkt het mij ook eerder geld wegsmijten. Volgens mij kan het geld, de tijd en de energie die in Opel Antwerpen gepompt wordt duizend maal beter gebruikt worden. De economische crisis laat overal zn sporen na. Voor België is het nu vooral belangrijk om op tijd de omschakeling te maken en op economisch gebied niet in het verleden te blijven leven. Zeggen alle experts niet dat de auto-industrie in België geen toekomst meer heeft? En als Kris Peeters werkelijk denkt dat Vlaanderen een rol kan spelen in de bouw van de auto van de toekomst, neem dan concrete maatregelen hieromtrent en doe dit los van Magna-Sberbank. Een budget voor een project een begeleide opvang van Opel-werklozen lijkt economisch veel rendabeler en veel meer opportuun.
Politici mogen het grote plaatje niet uit het oog verliezen. Het risico hierop is in Vlaanderen natuurlijk wel erg groot met de zeer snelle opeenvolgingen van verkiezingen in de tijd. Misschien even aandacht voor de nieuwe wegen die de Belgische overheid moet inslaan volgens denktank Itinera. 1. Een herziening en rationalisering van de financiering van de regios. De regios moeten vooral meer verantwoordelijkheid dragen voor hun uitgaven. 2. Om een kenniseconomie te zijn, moet de kwaliteit van ons onderwijs naar boven worden gehaald. 3. Rationalisering en kwaliteitsverbetering van de verschillende ambtenarenkorpsen. 4. Arbeidsmarktbeleid moet geregionaliseerd worden en op de sociale zekerheid moet niet bespaard worden. Aanpassingen zijn wel nodig: werkwilligen openstaande vacatures moeten bij elkaar gebracht worden.
Itinera biedt voor ieder punt een zeer logisch klinkende argumentatie. Het is echter duidelijk dat het vooral om zeer moeilijke dossiers gaat die bij politici niet populair zijn. Een blinde ziet vanuit zijn bed dat België in de toekomst des te meer op kennis en transport zal moeten spelen wil het niet verworden tot kneusje van West-Europa. In dit opzicht is de Antwerpse haven om het over de kwestie transport te hebben - dus vele malen belangrijker dan Opel Antwerpen, hoeveel mensen hier ook mogen werken. En hier knelt het schoentje. Alle overheden gaan al jaren lang veel te laks om met de verdieping van de Westerschelde (enkele heuvels in de rivierbedding aftoppen). Vooral federale ministers van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht en Yves Leterme mogen met de vinger gewezen worden. De feiten liegen niet. Ik citeer de altijd gevatte en realistische Rik van Cauwelaert van Knack: De uitdieping van de Westerschelde, die nog geruime tijd in beslag zal nemen, kan eigenlijk niet langer worden uitgesteld. De Italiaanse rederij MSC, die goed is voor 60 procent van de Antwerpse containertrafiek, bouwt momenteel een dertigtal schepen met een grote diepgang. Zonder de voorziene uitdieping van de Schelde worden die zeekastelen gedwongen uit te wijken naar Rotterdam, naar Maasvlakte 2, de gigantische containerhaven in aanbouw. De rol van Nederland, en vooral Balkenende, is dus wel erg dubieus in deze zaak. Dit riekt naar protectionisme. Kan dit nog in een eengemaakt Europa? De megaregio Amsterdam-Antwerpen-Brussel is na Groot-Tokio, Boston-Washington en Chicago-Pittsburgh de meest productieve ter wereld en volgens Van Cauwelaert de economische motor van de Europese Unie Jammer genoeg wordt het potentiële rendement van onze megaregio drastisch verlaagd door onnozele nationale grenzen. Heel België lijdt economisch gezien onder de huidige gebeurtenissen. Kosten noch moeite mogen in geen geval bespaard worden om ervoor te zorgen dat Nederland zijn kant van het verdrag naleeft. Volgens experts kan België zelfs Zeeuws-Vlaanderen terug opeisen als onze noorderburen moeilijk blijven doen. Aan onze politici om veel meer lawaai te maken en te laten zien dat ze echte vertegenwoordigers van het volk zijn.
Er is nood aan meer kennis, rede en eerlijkheid in onze politiek, blijkt eens te meer. Ego-politici, stemmentellers en onverantwoordelijke beheerders (de kracht, de hoop, de visie) kunnen we missen als kiespijn. Uit het nog steeds actuele dossier van de Oosterweelverbinding lijkt de belangrijkste les wel dat dossiers die in een te grote mate gepolitiseerd worden haast automatisch tot onverantwoorde keuzes op lange termijn leiden. Het dossier van de Lange Wapper uit handen van politici halen en toewijzen aan experts lijkt nog de enige oplossing. Maar dit natuurlijk klinkt vooral als theorie. En waar vinden we nog experts zonder politieke of professionele binding? Misschien moet het maar echt tot een politieke crisis komen omtrent de wapper, waarna een crisisberaad snel duidelijkheid kan brengen en de rede terug primeert op emotie en politieke spelletjes.
Vandaag ook een voorzitter van een parlement gezien die zelf ijverde voor een verlaging van zijn salaris omdat het onverantwoord hoog was. Dergelijke ethische bezwaren zijn aan de andere kant van de taalgrens nog altijd tamelijk zeldzaam. Di Rupo had het onlangs dan wel over het laten meebetalen van de banken voor de crisis, maar ondertussen legde José Happart wederom zeer hautaine verklaringen af, ditmaal over de (hoge) vergoedingen die de voorzitter van het Waals parlement toegeschoven krijgt. En ik dacht dat diegenen die de crisis veroorzaakt hebben mee moesten betalen voor het herstel? Ik ben dan ook prompt aanhanger geworden van de Vlaamse parlementsvoorzitter. Op Facebook natuurlijk men kan op dit medium zelfs fan worden van de scheiding der machten, waarbij je eigenlijk verklaart tegenstander te zijn van Yves Leterme.. Hilarisch land, dit Belgenland.
Gelukkig is er nog Berlusconi om te bewijzen dat onze politici goed bezig zijn