Donderdag 6 juli: Tönning - Friedrichstadt: 9 M
We lagen na 1 uur pas in bed, en Kurt heeft de wekker gezet rond 3 u om dan even de lijnen en de ligging te checken. Om het uur worden we even wakker, ingebouwd automatisme als het ware, wanneer je niet gewoon aan het drijven bent. Om 5 u in de ochtend beweegt Balena niet meer, en liggen we met de buik in de modder, een raar gevoel op een boot
dieper zakken kunnen we niet, en zo slapen we nog even tot 7 u. Het is prachtig weer, en we staan op zodat we de omgeving met laagwater kunnen bewonderen. De haven is omgetoverd tot een modderige brij, de lokale bootjes zijn wellicht minder diepstekend dan wij, want er zijn er toch een aantal die wel lijken te drijven of waarbij enkel de kiel vastzit.
We wandelen door het dorpje, zeer gezellig, en vinden een mooi Gästehaus waar ook niet-gasten kunnen aanschuiven voor het ontbijtbuffet. We zijn de eersten😄 en installeren ons in de mooie tuin.
Op de retour even in de viswinkel voor enkele specialiteiten en aansluitend douche en betalen bij de havenmeester.
Rond 10 u 30 drijven we terug, maar we moeten nog tot de middag wachten eer we kunnen vertrekken. We hebben trouwens bij laagwater de streep gezien op de ondiepte in de havengeul die wij gisterenavond gemaakt hebben. Straks dus meer bakboord houden om deze ondiepte te vermijden.
Om 12 u gooien we los, en bellen we de eerste brugwachter op, ze werken hier niet meer met de marifoon. Na de opening volgen we de getijden Eider dus opnieuw stroomopwaarts, het is wel dieper dan gisteren, maar het is duidelijk dat de rivier niet echt meer tot doel heeft om veel toeristen aan te trekken
soms 10 m diep en een bocht later amper 3 m. De oevers gelijken op de Engelse rivieren, genre Roarch en Crouch, vele broedvogels, schaapjes, runderen, en riet.
Na 8 mijl moeten we de spoorbrug oproepen voor passage (de brugwachteres belt me terug om het uur af te spreken) en dan is het slechts een ½ mijl tot de sluis van Friederichstadt. De laatste boei, een kardinaal, nemen wij fout, foeifoei, en vast zitten we: de dieptemeter gaf even slechts 1 m aan !! Snel in achteruit, en de nieuwe motor kan ons eraf halen. Chance dus, de sluiswachter zag het gebeuren, en zei dat er vorige week een boot 24 uur vastlag op die plek !
De haven is toegankelijk via een onooglijke toegang tussen bomen
twee keer kijken, maar ja hoor, hier moeten we rechts in. Net breed genoeg om geen boomkruinen in de mast mee te trekken.
We meren af in een grote box, tussen palen, naast een grote Bavaria die blijkbaar niet terug is van een rondje Mediterrannée aan de gastenvlaggen te zien.
Tijd om het Hollandse stadje Friederichstadt te bezoeken. Deze bijnaam is te wijten aan de Nederlandse immigranten; in de 17de eeuw kwamen zogenaamde remonstranten zich hier vestigen, ze werden als tweederangsburgers behandeld in het thuisland, en konden hier hun handelstalent uitspelen. Daarbij werd ook het stadje een Hollands uitzicht gegeven, enkele kanaaltjes en grachten en de marktplaats is omgeven door typische trapgevels.
Het is echter puffend heet, en we plaveien ons al snel onder een grote parasol om wat te drinken. Hier zijn wel wat toeristen, enkele bussen met ouderen, ook groepen kinderen
We wandelen naar de andere rivier, de Treene, en sluiten af in een viseethuisje voor maatjes en bakharing
op de boot nog relax, diesel gebunkerd, een praatje met de havenmeester, en een goede nachtrust.
|