Ik reed totnogtoe meestal enkel in België, le plat pays qui est le mien.(Die ene keer niet meegerekend toen ik naar Napels reed in mijn Volvo automatique en me danig ergerde over de persoon die naast me zat. Haarspeldbochten à volonté, ik was blij dat ik er zonder kleerscheuren vanaf kwam en niet inging op zijn walgelijke avances. De blutsen in mijn wagen waren van veel minder belang.)
Aken daarentegen ligt in een diep dal, dat zie je pas goed als je naar beneden rijdt.
Mijn rijschoolervaring is miniem.Met glans geslaagd voor het theoretisch examen, liet ik mijn voorlopig rijbewijs een tiental jaar vergelen op het plaatselijk politiebureel. Ik kreeg een job bij het Consulaat van Belgïe in Zürich waar je overal terecht kon met de tram.
Het praktische gedeelte was in die tijdnog bijzaak.
In twee dagen tijd kon je het leren.Als de nonnekes het konden, kon ik het ook.
Tot ik uit het dal van Aken moest geraken om mijn dochter veilig thuis te brengen.
Ik zag die enorme heuvel, die berg, op me afkomen.Zon hoogobstakel had ik voordien nog nooit gefaced.
Mijn hele lichaam beefde, vooral mijn voeten en de handen die ik nu gebruiken moest.
Mijn dochter bleef rustig.Zij had vannacht niet gedroomd dat we rollend de heuvel zouden afdonderen terwijl we de klever achter ons noodzakelijkerwijze meesleepten in de afgrond.
Met beide handen hield ik het stuur stevig vast, de handrem gedurig beroerend, één voet op de koppeling, de andere op het gas.
De heuvel was duidelijk te hoog voor mij.
Met mijn ene overblijvende vinger drukte ik snel op het vensterknopje en zwaaide wanhopig naar potentiële hulpverleners.
Ik kreeg enkel getoeter en gevloek als antwoord op mijn welgemeende smeekbede.
Een tegenliggend raampje opende zich even later toch.
-Entschuldiging bitte, ich kan nicht nach oben, ich habe es nie gelernt.
De bereidwillige parkeerde zn wagen langs de kant en stapte rustig uit.
Een allochtone Duitser, helemaal in het zwart gekleed, knappe gast.
-Alles losslassen, gebood hij me
- Und steigen Sie jetzt aus.
- Oehoe, ahah, ich wage es nicht,waren mijn enige kreten.
- Losslassen müssen Sie, jetzt.
Ik liet alles los, behalve de handrem, stieg aus en bleefbibberend aan de kant staan.
Ik mocht weer naar binnen, zei hij, op de achterbank. Liever was ik te voet het hoekje om gegaan.
- Wenn Sie nicht fahren können, warum fahren Sie denn?, vroeg hij nog.
- Ja aber, in Belgiën haben wir solche höhe Berge nicht, verontschuldigde ik me.
Ik maande hem sidderend aan nu snel het bochtje te nemen en daar te stoppen - door mijn benauwdheid had ik niet gemerkt dat het licht weer op rood was gesprongen.
Ik bedankte mijn mooie engelbewaarder voor zijn vriendelijke hulp. Hij keek mijn dochter begripvol aan.
- Waarom heb je die man zijn GSM-nummer niet gevraagd voor de volgende helling, zei ze nog sarcastisch toen we onze weg vervolgden.
Voor richting Liège hebben we toen gekozen, nadien voor Eupen, bijna de juiste route op weg naar België.
Ik kon weer genieten van het landschap én van mijn dochter.
Drie uur later waren we veilig thuis.
Een snelcursus heuvelrijden staat op mijn lijstje.
Aken (1)
Via ICQ (I seek you) leerde mijn jongste dochter haar vriendje kennen. Aanvankelijk vond ik het een goede zaak omdat ze nogal in zichzelf gekeerd was en best wat sociale contacten kon gebruiken.
Er werd druk "geseekt" en verkend, fotos werden gestuurd, gedichtjes geschreven, troetelbeertjes werden opgezonden, virtuele kusjes vlogen over mijn PC. Er werd gehuild van beide kanten, uit gemis, uitpure liefdesdrang.
Een jaar later ontmoetten ze elkaar voor het eerst in levende lijve.
Samen met haar ging ik hem ophalen aan het dorpsplein, hij was helemaal uit Duitsland gekomen om haar te zien. Ik zal nooit vergeten dat het toen pijpenstelen regende.
Hun beider blikken stonden op Love at first sight, het was toen erg mooi om zien.
Ik dacht nooit na over de consequenties van hun gevoelens.
Een maand nadat ze achttien werd besliste ze om haar laatste herexamen van boekhouding niet af te leggen.Haar vriendje had haar immers ingeprent dat het veel makkelijker studeren was in Duitsland en dat de carrièremogelijkheden er veel uitgebreider waren.
Mijn hevig verzet had geen enkele zin.Mijn dochter werd door de wet officieel als volwassen bestempeld.
Met lede ogen keek ik toe wanneer zijn ouders haar kwamen "verlossen' uit een milieu waar geen vader het ouderlijke neen kon schreeuwen. Voor mij lijkt deze aanpak nog steeds op een kidnapping van mijn dochter. Papa Duitser was immers Staatsbeambte en hij zou DieBelgischePolizei inroepen indien ik mijn dochter niet zou laten gaan.Een scheisse was de afsluiter van mijn eerste schoonfamiliaal contact.
Anyway, mijn dochter woont ondertussen al enkele jaren in Duitsland.Ik gaf mijn poging om haar opnieuw te gaan opeisen op.
Ik wacht op een teken van haar, dat ze haar zus en mij mist, dat ze zich vergiste, dat ze haar studies alsnog wil afmaken, dat Duitsland toch niet het ware land blijkt te zijn.
Intussen ga ik haar halen in Aken, halfweg, zodat ze die lange weg niet moet doorstaan, zodat ze een geen afdoende reden zou hebben om niet aan haar roots te verzaken. Het is iedere keer weer een zwaar kruis om dragen, fysiek zowel als psychisch.
15-10-2006
Doorsnee wachtkamertafereel
De wachtkamer zit afgeladen vol met een variatie aan menselijke individuen.
De laatste vrije stoel was gelukkig de mijne, een uur rechtop staan zoumet mijn hernia niet opportuunzijn geweest.
Een snelle berekening leert me dat er nog acht wachtenden voorrang hebben en ik dus enkel de na mij binnengekomen mevrouw in het oog moet houden.
De twee dames van gemiddelde leeftijd naast me hadden elkaar blijkbaar heel veel te vertellen.Het gesprek verloopt als een dialoog alhoewel monologen in zulke gelegenheden evidenter zijn.
Namen van mensen die onderwerp zijn van hun gesprek worden bijna gefluisterd, hun perikelen niet, die mogen door iedereen in het kamertje worden gehoord.
Een jonge vrouw komt binnen en gaat resoluut het bureel binnen.Enkele oningewijden protesteren, die ene man meer dan de anderen.Hij zou die vrouw even aanpakken als ze naar buiten komt en doet het ook.Volgens hem pleegt ze inbreuk op de etiquette.Vooraleer ze in de toekomst zomaar binnengaat, dient ze in eerste instantie de wachtenden ervan op de hoogte te brengen dat ze enkel nieuwe stempelkaarten nodig heeft.
Een voor mij zinloze berisping vermits aan de deur een niet te onoverziene tekst hangt die bevestigt dat zulke uitzonderingen mogen.
Blozend verlaat de jonge vrouw het pand, zich van geen schuld bewust.
Een jong moedertje sleurend aan de zware draagwieg mét baby komt binnen.
De plichtsbewuste man van daarnet zie ik wiegend op zijn stoel, wachtend op het goede moment om haar zijn plaats af te staan.Het vrouwtje weigert stellig, wil liever in de buurt van haar kleintje staan.Hoezeer de man ook aandringt, ze blijft weigeren.
Uit de kleine luidspreker aan de muur weerklinkt geanimeerde muziek.Een interview met één of andere drumster volgt, Elvis Costellos I want you; de titel van de CD die al langer op mijn verlanglijstje staat doet me binnensmonds neuriën.
Een echtpaar mag naar binnen, dus nog 6 personen voor mij, wat een meevaller!
Eindelijk wordt de hoffelijkheid van mijnheer plichtsbewust toch beloond.De oudere dame in kwestie accepteert zijn aanbod gretig.
Mijnheer Plicht is blij een nieuwe gesprekspartner te hebben gevonden en stelt ronduit vragen.De antwoorden van de dame naast hem leren me dat ze ex-Sobelair is.
Ze legt uit hoe ontwetend mensen zijn over de inzet van piloten en hoe vaak ze examens moeten afleggen om hun licentie te kunnen behouden.Het gaat over jonge mensen die er werkten, over de pensioensgerechtigden. Leerrijk.
Het belletje gaat.Mijnheer is aan de beurt.Hij staat recht als een spreker op het podium vragend aan een volle zaal of iedereen zich ermee kan verzoenen dat hij het jonge moedertje in zijn plaats mag laten binnengaan.Slechts één man geeft expliciet zijn akkoord, enkele anderen rollen met de ogen.Het vrouwtje probeert nog een laatste keer te weigeren maar gaat even later op het aanbod in.
Eén van de vrouwtjes naast mij biedt haar de babysit over haar kleintje aan.Ook die wordt aanvaard als Het zou misschien wel gemakkelijker zijn.
Voor ze binnengaat bedankt ze het publiek meermaals, één keertje ware ook genoeg geweest.
Het wachten wordt langer.Als iemand uit het zaaltje luidop veronderstelt dat daarbinnen de koffiepauze bezig is, beamen enkele anderen zijn volgens hem puike opmerkingsgeest.
Dé opmerking die wel dagelijks enkele keren wordt benut als nieuwelingen zich moeten inschrijven,voor mij niet berustend op wat zich daarbinnen werkelijk afspeelt.
De baby op de schoot van de ervaren bijna-oma doet het intussen uitstekend en schommelt tevreden mee op de knieën van de surrogaatmoeder.
Zelfs het zuigende sussen van het speentje hoeft niet meer, het I love mama-dingetje valt op de grond.
De man naast haar raapt het haastig op, de momentane moeder wrijft het eerst vastberaden af aanhaar trui, dan aan haar broek en stopt het vervolgens in eigen mond om het nadien,zonder schroom,weer in babys mond te laten verdwijnen.Mijn zachte oh wordt blijkbaar door niemand gehoord.Ik sta versteld en kan alleen maar hopen dat baby voorlopig gespaard blijft van de alom heersende griep.
De jonge mama komt eindelijk naar buiten, bedankt iedereen nog zowat twintig keer, haar baby lacht gelukkig.
Ook Mister Gentleman komt algauw weer buiten, bekijkt éénieder trots, zich vergewissend van zijn goede daad van vandaag, en verlaat slenterend het centrum.
Het belletje gaat, het is mijn beurt, nog zowat twaalf wachtenden blijven zitten met hún verhaal.
12-10-2006
Moedertje mijn
Ze was niet in de stad geweest,
evenmin had ze het huis gepoetst,
noch die worst met spruitjes klaargemaakt,
ze was ook niet in bad geweest,
of had de was gedaan.
Waarom loog ze tegen mij?
Ik werd boos omdat ze de waarheid niet meer zag,
zei haar dat ze hulp moest zoeken,
dat ik het was die haar eten had gebracht,
Ik maande haar aan zich te verzorgen,
emoties te uiten.
Waarom werd ik boos op haar?
De laatste herfstroosjes had ze netjes in een vaasje zonder water gezet,
nu het lente werd was het s avonds al veel vroeger donker,
ze vergaf me mijn vergetelheid,
dat je suiker op olijven doet,
dat al het vlees worst is,
dat vliegtuigen sterren zijn.
We bekijken nu samen fotos,
van heel veel vroeger,
lachen over hoe jong we toen moesten zijn,
hoe snel we alles vergaten,
mijn dochter kijkt me aan,
en begrijpt...
11-10-2006
Song for Mama's
Plots liet ze me het horen, in de auto, ze had het voor me opgenomen. Een liedje voor jou, zei ze. Ik wil het graag doorgeven, voor alle mama's. Boyz II Men, a song for Mama, uit de CD Evolution, 1997. Ik krijg nog steeds traantjes in de ogen.
Vlucht uit Egypte
Vooraleer ze hun hogere studies zouden aanvatten, elk een liefje zouden koesteren en vanonder moeders vleugels zouden wegfladderen vond ik het opportuun om mijn toen 18 en 17-jarige dochters en mezelf te trakteren op een betere vakantie.
Nu twee jaar geleden.
We waren het tenslotte eens over het reisdoel, het zou Egypte worden, Sharm El Sheikh, prachtig hotel, heel veel luxe, heel veel zon.
Kortom,pure verwennerij.
Mijn oudste vertrok al niet met het juiste been, de mannelijke reispartner waarvan ik toen nog dacht te houden, viel allesbehalve in haar smaak.Ik wist vooraf dat ze zich zou manisfesteren volgens haar kritische, opstandige, afzijdige, asociale en afkeurende,hopelijk laatste, puberteitssymptomen.
Het zou dus beslist een tête-à-trois-vakantie worden.
Een moederhart heeft vaak gelijk, en zo geschiedde wat ik had gevreesd.
Mijn jongste, die al een vast vriendje liefhad en heel gedwee bij ons bleef, kon het nochtans, langzaam maar zeker, moeilijk nalaten te flirten met de Egyptische hunk die de handdoeken bedeelde op het strand.Het was als het ware liefde op het eerste gezicht.
Meermaals te water gaan om, van op afstand, de kersverse adonis te kunnen bewonderen en bewonderd te worden.
Het bleef bij een onschuldig oogcontact en een afscheid voor de vroege volgende morgen.
Ook de oudste had al heel snel beet.Een heel serieus ogende knapperd had haar zeer snel in zijn grip.
Die jongens daar hebben blijkbaar allen mooie ogen.
Een dubbeldate volgde al snel en vermits mijn reispartner me verzekerde dat het allemaal onschuldig was, liet ik mijn mooie dochters gaan met elk een verliefde moslim aan hun zij.
Ze waren op tijd thuis, ik was gerust.
Tot een uurtje na hun thuiskomst!
Het hotelmanagement belde ons midden in de nacht dat een bezoeker stond te wachten.
Een wildvreemde jonge kerel vertelde ons dat alle demonen over ons zouden nederdalen als we onze dochter lieten verkeren met die ene adonis waar ze was mee uitgegaan.Hij zou duivels zijn en no good for her and us.
Hijzelf was wel veel beter en zou goed voor onze dochter zorgen als ze eenmaal met haar zou zijn getrouwd.
Onze westerse zin voor realiteit heeft van hem rustig afscheid kunnen nemen en we beloofden hem dat we de volgende dagmet onze dochter zouden praten en haar tot de orde zouden roepen. Háár verhaal was heel serieus.Met hand en tand had ze zich nauwelijks kunnen verzetten tegen de beloftes van haar eerste minnaar.Bijna was ze met hem getrouwd, had ze een voile voor het gezicht gedragen en was ze nooit meer naar haar vaderland teruggekeerd.
Er werd ook al gesproken over een bruidschat van kamelen en een bekering tot moslim.
Ze was gevlucht, zei ze.
Mijn jongste kwam met een dergelijk verhaal.
Vele schoonheden hebben zich nog aan mijn dochters aangeboden.
Ze zijn in het hotel gebleven en niet meer langs dat kleine stukje woestijn getrokken waar het dorp hun toelachte in elke tred waarin ze zich bewogen.
Sindsdien ben ik met hen meegegaan, heb elke move gezien.
Ik moet toegeven, het waren geen verzonnen verhalen.
Mijn dochters vielen inderdaad overal en heel erg in de smaak.
We zijn ook niet meer naar dat dorpje teruggekeerd.
Ik heb bedankt voor de kamelen en was blij mijn beide dochters in het vliegtuig huiswaarts te herkennen.
Egypte is ons al te zeer bevallen.
04-10-2006
Erin geluisd
Eigenlijk wilde ik dit jaar niet op reis, de zomer van 2003 indachtig. Hij zou zich kunnen herhalen terwijl we de toerist uithingen in één of ander Duits georiënteerd vijfsterrenhotel waar je sowieso vandaan moest komen met een dikke buik vol ergernis.
Mijn dochters overhaalden me andermaal; hotel Los Ramblas hartje Barcelona was het resultaat. Een alternatief voor de zonneklopperij die we gewend waren. Eén weekje maar. Hét ideale moment voor cultuur, daar hadden die pas volwassen grietjes wel zin in.
En ik, die enkel de tuinperikelen nog als een ideale vakantie zag, moest mee, zij het enkel maar om het gelag van hun toekomstige consumpties te betalen.
Om ietwat voorbereid voor de dag te komen met zulk een mooie dochters leek het me logisch om mijn haardos tenminste een fatsoenlijke coupe te geven. De derde dag voor het geprogrammeerd vertrek, zocht ik de kapper op. Ik ga er al sinds het kapsalon zijn deuren opende, trouw aan zoveel verschillende nieuwelingen die ik graag carte blanche geef. Zij weten immers steeds beter hoe ze me frivoler kunnen maken jonger, wilder.
Welgezind en tevreden kwam ik thuis. Herboren in een nieuwe jeugd, naïef concurrerend met het jonge nageslacht waar ik zo trots op ben.
Dat gevoel van welbehagen duurde helaas niet lang. Mijn hele hoofd begon plotseling hevig te jeuken. Ik voelde overal beestjes in mijn wild grijzende haren. Het kon niet zijn dat ik luizen had!
Luizen waren het, indeed. Morgen zou ik baas van het kapsalon bellen en intussen de stinkende en vervallen anti-luisproducten,die ik mijn dochters toediende in hun kindertijd, in mijn haardos smeren. Ik zou hem preventief bellen om potentiële nieuwe slachtoffers te vermijden, slachtoffers die ik nooit zou leren kennen.
Baas Kapsalon stelde zich de volgende morgen aardig defensief op. Hij had het over incubatietijd en zo. Zijn zorg ging veeleer uit naar de nalatigheid van zijn personeel. Zij hadden namelijk moeten zien dat ik luizen had, bij het wassen, bij het knippen, bij het föhnen van mijn haar. Hij dacht al langer na over het desinfecteren van zijn borstels na gebruik. Invoeren zou hij het; nu zeker.
De vakanties gingen voorbij; de zijne, de mijne. De luizen van weleer kriebelden niet meer, ze zaten nog slechts in mijn hoofd.
En toch: ik wilde gerechtigheid. Ik had geen luizen voor ik naar de kapper ging.
Bijna twee maanden zijn nu verstreken. Het voorval bleef me hoog zitten. Ik belde Baas Kapsalon nogmaals om wat begrip. Zo had ik een vroegere zaak ook eens gewonnen, heel alleen voor de rechter. Ik had toen ook gelijk.
In mijn rechtvaardige droom zag ik een vol kapsalon waar ik mijn waarheid zou verkondigen. Mijn speech zou gericht zijn aan alle wachtende langharigen en degenen die reeds voor de spiegels zaten. Er zitten luizen in dit kapsalon, je zou ze ook wel eens kunnen krijgen, net als ik. Geen enkele tegemoetkoming heb ik gekregen, geen begrip!
Ik zag ze daarop allemaal vluchten als in een sciencefictionfilm met spinnen.
Baas Kapsalon belde me de dag nadien. Wassen, knippen, kleuren en föhnen krijg ik als compensatie voor mijn leed, voor zijn commercieel goed. Ik had het me anders voorgesteld; geld terug en er nooit meer hoeven weer te keren. Een kleuring Al die verloren uren en dat gepruts aan mijn haar. Brrr Al de boze blikken ook, of mijn droom werkelijkheid ging worden.
Zal ik de vraag kunnen onderdrukken of ze wel goed gekeken hebben of ik luizen heb?
Maar het zij zo. Ik zal me laten wassen, kleuren, knippen en föhnen. En ik zal niet verpinken.
Omwille van de eerlijkheid.
03-10-2006
Grof vuil
De tijd dat ik me zorgen maakte over het oordeel van anderen is definitief voorbij, zolang het om onbenullige uiterlijkheden gaat tenminste.
Met weinig schroom durf ik nu in de vuilbakken van de afdeling groenten van de grootwarenhuizen graaien om met hele bossen wortelgroen en bloemkoolbladeren huiswaarts te keren. Dat doe ik al geruime tijd voor het welzijn van zowel mijn kippetjes als konijntjes. Ze vragen zich wellicht af hoe ik steeds weer zoveel GFT-materiaal kan afleveren.
Zo deins ik ook niet meer terug voor een sightseeing tour langs het grof huisvuil.
De vorige keer had ik trouwens veel geluk. Een buurman wat verderop had een houten tuinschommel afgebroken en wilde daarvan blijkbaar vijf grote houten palen kwijt via de straatkant. Gewapend met 6 eitjes ben ik er prompt gaan aanbellen met de vraag of meneer zijn schommelrestanten nog nodig had. Hij was blij met de eitjes, ik nog veel gelukkiger met mijn schaduwterras vervaardigd uit diezelfde palen, die nu smetloos en in vol ornaat staan te wachten op klimplanten in het najaar.
Vandaag was het weer zover: ophaaldag. Ik wist het niet eens, en had daardoor mijn eigen huisvuil niet eens klaar gezet. Maar op weg naar het dorp ontwaarde ik waarachtig een schommelstoel! In mijn jongere jaren had ik een vriend eens verrast met zulk een gezellig meubel. Het was het enige stuk dat bij hem in de living stond buiten een grote parapluantenne. Alle overige plekken waren immers ingenomen door platen en cds. Ik vond dat daar enkel nog een schommelstoel ontbrak om zacht wiegend naar die prachtige variëteit aan muziek te kunnen luisteren.
Hij was er erg blij mee; ik ook.
Sinds vandaag ben ik dus eveneens de gelukkige bezitster van een eigen rocking chair. Hij wiebelt zowaar nog prima. De zitting is dan misschien wel wat plat, maar de vering bleef intact. De stoel even afkrabben, een laagje buitenverf erover en binnenkort zal hij ergens in een hoekje van de tuin schommelen. Al zij het maar als een nieuw geliefkoosd plekje voor één van mijn zes poezen. Dienst doen zal hij!
De schommelstoel was echter niet mijn enige buit vandaag. Op weg naar huis vond ik nog een nepkerstkrans in zijn originele verpakking, een splinternieuwe metaalkleurige hor die precies op mijn venster past, 6 onbeschadigde kadertjes waarvan eentje in acajouhout, 2 terracotta bloempotjes en een felgekleurde groeimeter voor kinderen. Mijn vriendin en haar kleinzoontje zullen met het laatste item in de wolken zijn.
Toen de bewoner van het laatste huis in de gaten kreeg hoe ik met belangstelling naar zijn rommel keek, hield ik de reproductie van Renoir op die ik aan het bewonderen was. Hij gaf me een wuivend teken. Ik begreep het als: Neem het maar allemaal mee.
Of ze me als schooister kennen in de buurt? Ik weet het niet. Misschien de naaste buren wel, want bij hen haalde ik een aantal jaar geleden de volledige Alpha encyclopedie op, evenals een prachtige lessenaar uit de jaren 60 en een greenhouten bureeltje waarvan ik één lade in het midden van de straat liet vallen. Ze kwamen net thuis toen ik de hele zooi aan het verslepen was.
Mijn dochter woont al een tijd bij haar vriend. Het bureeltje heeft bij hen al jaren dienst gedaan en het staat er tot op de dag van vandaag nog.
Of ik verlegen ben om het ophalen van andermans rommel? Nee, zo voel ik het niet, en al zeker niet zolang ik er ook andere mensen kan gelukkig mee maken. Zelfs al is het maar voor eventjes
30-09-2006
Examencommissie
Vroeger heette het "Middenjury". Ik zie mijn zus nog zogezegd studeren voor het laattijdig behalen van het diploma van het Middelbaar Onderwijs. De jaren zestig, het leven bood tal van mogelijkheden. Wie toen geen enkel jaar verzuimde en het geluk had telg te zijn van welstellende ouders, heeft nu gegarandeerd fortuin gemaakt evenals zijn nakomelingen. De tijd van "Salut les copains", de Beatles en de Rolling Stones, Woodstock, de vrije opvoeding versus de strikte. Vijfentwintig jaar later heeft mijn zus pas toegegeven dat ze toen niet slaagde voor de Middenjury. Steeds heeft ze me voorgelogen dat haar diploma ergens op zolder moest liggen, dat ze het niet meer vond.
Dertig jaar later bevond ik me in dezelfde situtatie. Op zestien was mijn dochter het studeren moe. Ze was ook haar moeder beu en wilde genieten van het leven zonder daartoe enige bijdrage te moeten leveren. Ze leefde in de sixties, gooide alle normen overboord en dacht dat ze het op haar eentje wel zou rooien. Ze waande zich nozem maar realiseerde zich niet dat ze anno negentig leefde. Ettelijk deuren zijn hier gesneuveld, mijn achterdeur heeft twee herstelbeurten overleefd. Stoelen heb ik zien vliegen, door ramen. De politie kwam, de politie ging, we hadden een naam in deze kleine gemeente.. Ze heeft gevochten, ik heb gestreden. In een ogenblik van kalmte stemde ze toe om haar studies te hervatten via de Examencommissie. Een relevatie voor haar én voor mij. Een Belgisch Instituut dat werkt, prima georganiseerd. Een alternatief voor tijdelijk ontspoorde jeugd, een lichtpunt voor ontredderde ouders. Mijn dochter heeft intussen haar diploma van het Middelbaar Onderwijs gehaald, twee jaar later dan haar vriendinnen. Ze begon in september aan haar tweede jaar Journalistiek: haar zelfvertrouwen is weer opgebouwd. Ik ben trots op haar. Haar vriendinnen gaan nu werken, zij studeert en wil nog zoveel leren. Een hommage aan de Examencommissie, bedankt!
22-09-2006
Zeebrugge
Mijn eerste herinnering gaat terug naar de leeftijd van amper twee jaar. Ik wist toen nog niet dat het als peuter verboden was enkele honderden meters verwijderd van de strandstoel van je moeder, frikadellen te kneden bij vloed. Lekker was het daar. Geen mens te zien. De combinatie van water en zand was ideaal om de allermooiste balletjes te vormen. Woelen in de aarde; ik denk dat mijn aardsheid en natuurgevoel daar zijn ontstaan. Tot ik in de verte een komische stoet zag naderen. Een dikke politieagent op kop, met daarachter de snelle slanke benen van mijn moeder, gevolgd door een ellenlange sliert van kinderen. Ik was me van geen kwaad bewust, ook nu nog niet. Mijn moeder gooide haar "blokken" - later begreep ik dat het om orthopedische schoenen ging - in zee. Ik weet nog steeds niet of ze deze komische reactie uit blijdschap of uit boosheid wilde uiten. Het zal wel de moederlijke boos-blijheid zijn geweest die ik later toepaste op mijn eigen kinderen. Want het kneden moest ik ogenblikkelijk staken en ik werd meegesleurd en vervelend gekust. Het ergste vond ik dat die sliert kinderen nadien een "Van Nelle"-snoepje mochten afhalen in ons appartement. Je kent ze wel: die piepkleine, pastelkleurige bolletjes in doorzichtige papiertjes. Snoepjes waarop je nauwelijks kon bijten maar heel lang op kon zuigen. Hoe ze die aan de lopende band konden produceren, is me nog steeds onduidelijk. Ik kreeg mijn favoriete paarse snoepje niet omdat ik in de ogen van mijn moeder erg stout was geweest.
Wat ik later ook nooit heb begrepen, was de decadente houding van sommige ouders. Het stak mijn ogen uit dat sommige kinderen op een autootje mochten rijden terwijl ze geen tijd hadden om te genieten van een driebollig ijsje in de hand. Wij mochten vroeger kiezen: of een ijsje of een ritje op de dijk.
27-09-2005
Binnenkort...
Het maken van een blog en het onderhouden is eenvoudig. Hier wordt uitgelegd hoe u dit dient te doen.
Als eerste dient u een blog aan te maken- dit kan sinds 2023 niet meer.
Op die pagina dient u enkele gegevens in te geven. Dit duurt nog geen minuut om dit in te geven. Druk vervolgens op "Volgende pagina".
Nu is uw blog bijna aangemaakt. Ga nu naar uw e-mail en wacht totdat u van Bloggen.be een e-mailtje heeft ontvangen. In dat e-mailtje dient u op het unieke internetadres te klikken.