Pelgrimstochten 2009 , 2011 en 2012. Nieuwe blog vanaf 2013: www.bloggen.be/2anne_als_pelgrim
( 4 mei 2011) In september 2009 stapte ik van St-Jean-Pied-de-Port naar Santiago de Compostela. Ik begon op 1 september, de dag dat ik met TBS ging op school ( = de periode voorafgaand aan het pensioen) . Het was een zalige tocht! De Franse pelgrims die ik toen ontmoette verzekerden me dat de aanlooproute van Le-Puy-en-Velay naar St-Jean-Pied-de-Port minstens even mooi, zoniet mooier was dan de Camino francés in Spanje. Vlaamse pelgrims die dat stuk al gestapt hadden bevestigden het. En dit deed mij verlangen naar méér! Dit jaar bewandel ik dus de Via Podiensis vanuit Le-Puy. Ik vertrek op Pinksteren, 12 juni 2011. Vooraf laad ik mijn verslag van de 31 heerlijke stapdagen naar Compostela uit 2009.
(Vervolg 2012: de cirkel rondmaken)
Waarom stap ik op de jakobswegen? Eigenlijk uit dankbaarheid ten opzichte van mijn moeder. Ik wil haar graag bedanken voor alles wat ze ons, mijn 2 broers en ik, gedaan heeft zonder dat wij het beseft hebben. Zij heeft zich zo sterk kunnen houden tijdens haar moeilijke leven omdat ze rotsvast geloofde in O-L-Vrouw van Lourdes. In 2009 wou ik een grotere uitdaging dan een bedevaart naar Lourdes, vandaar de tocht naar Santiago. Maar toen ik vorig jaar aankwam in St-Jean-Pied-de-Port, ontdekte ik dat je van daaruit naar Lourdes kunt stappen via de GR 78, langs de Chemin du Piémont Pyrénéen. Een nieuw plan was geboren! Ik vertrek op 12 juli en stap van St-Jean-Pied-de-Port naar Lourdes in 6 dagen, spoor terug tot Oloron-Sainte-Marie en ga verder op de GR 653, de Via Tolosona die aanvangt in Arles. Zo steek ik de Pyreneeën over aan de Col du Somport en wandel daarna langs de Camino Aragonés tot Puente La Reina. Met mijn mama als engelbewaarder wordt ook deze tocht vast een indringende belevenis!
22-07-2012
Van Col du Somport naar Jaca 29 km
Een uitgebreid ontbijt in de refugio. Vertrokken met nevel en mist om 8.25 u. 8 °. Foto aan de wegwijzer met de fameuze 858 km naar Santiago de Compostela. We komen voorbij de ruïnes van het Santa Christina-klooster, 1 van de 3 grote middeleeuwse pelgrimshospitalen. Hier werden de bedevaarders opgevangen en verzorgd na de lastige klim naar de Somport. Ondertussen wordt het zonnig. De bergflank voor ons licht grijs op tussen de donkere pijnbomen. Gisterenavond dachten we even dat er ginder sneeuw lag! Mooie blauwe irissen in het wild. Ik heb de stokken langer ingesteld voor de afdaling van 800 m die vandaag op het programma staat. Beter om de knieën te sparen! Bon en Chemin zijn op reis in Spanje... Ze moeten wel meteen aan het werk. We dalen langs een rotspad. Er liggen verraderlijk veel losse steentjes tussen de rotsblokken. Je moet beredeneren waar de voet te plaatsen en waar de stokken. Paul gaat hoffelijk voor. We moeten weiden door, afgesloten door paaltjes. Met de rugzak moet je je wel heel smal maken om door te kunnen: koeien en kalfjes. Wat verder een vervaarlijk uitziend exemplaar met een ring door zijn neus... Blijkt bij nader inzien een koebel te zijn. Oef! Even verder stappen we tussen 2 muren berenklauw, veel hoger hier dan aan de Franse kant van de Pyreneeën. Koffie en inkopen in Canfranc-Estaciòn ( het spoorwegstation was heel belangrijk om de regio te ontsluiten vóór de goede autowegen van tegenwoordig er kwamen). Een Spanjaard helpt ons om na het dorp weer de weg te vinden. Er staan echt wel veel minder gele pijlen dan op de Camino Francès. " Un oso amable" noem ik hem (= een vriendelijke beer) en hij wijst op zijn baard... Hij is erg geïnteresseerd in de fauna en de flora van de streek. Veel meer wandelaars, enkele pelgrims... Ik let op de stenen. Ho! Gegil! Hevig geschrokken van een grote, zwarte hond. Een brave loebas, beweert zijn baas! Net voor Canfranc Pueblo komen we aan een ruïne van een kasteel. In het dorp is er een middeleeuws feest gaande. Mensen verkleed in middeleeuwers verkopen replica-ridderhelmen, maar ook ham en kaas van de streek. Zondag, feestdag! Bukken. Onder de toegang tot de tunnel voor de autoweg N 330 door. Muurklimmers op de loodrechte wand erachter. In Villanúa staat er een podium aan de kerk voor een circusvoorstelling vanavond. Er zijn 2 mogelijke routes. We verkiezen de officiële, maar worden er niet verwend met massa's paaltjes die de weg wijzen... dus op onze passen terugkeren, uitleg vragen en hopen dat je toch die weg vindt... Vanaf nu lopen we naast de Río Aragón door de beboste vallei. We klimmen weer (tiens!) in de middaghitte. 29 °. Warme, kruidige geur. Dennen en buxussen samen? Overleg bij een caña (pint van de tap) in Castiello de Jaca. Wat doen we? Doorgaan tot Jaca? Laat aankomen? Een van de volgende dagen wiillen we het klooster San Juan de la Peña bezoeken en moeten we ook 34 km afleggen. Dat halen we nooit, als we realistisch zijn. We vinden een oplossing: morgen geen volledige rustdag in Jaca zoals gepland, maar na bezoek aan kathedraal en citadel doorstappen tot San Juan de la Peña en daar slapen in het nieuwe klooster. ( Paul reserveert op internet) Gesterkt door de pint en de nootjes van thuis stappen we nog door tot Jaca. Ook wilgen en acacia langs het pad. Een moderne, comfortabele albergue in de oude stad. Aangekomen om 19.25 u. De slaapzaal is ingericht in een soort open treincoupés. Aangezien niet alle bedden bezet zijn , heeft iedereen een eigen coupeetje en wat privacy. Een leuk concept. Plato del día (confit de pato, esparragos trigueros (groene asperges) a la plancha). Lekker en niet duur. Nog geïnternet in de albergue.
Gisterenavond voltrok zich toch nog een wonder! 's Morgens gaf de gsm alleen: contact service. 's Avonds eerst weer wat opgeladen en nog eens uit mekaar gehaald. Geprobeerd voor het slapengaan. Alles werkt! Proficiat, Paul! Vertrokken om 8 u. Onmiddellijk de boerenbuiten in over weiden en kleine weggetjes. 12 °. Vandaag gelukkig geen regen. Via Accous naar de N 134. Nog een beekje over met wankele stapstenen. Zonder de stokken had ik zeker niet mijn evenwicht kunnen bewaren. Een vlinder fladdert voor me. Met gesloten vleugels heeft hij een zwart-gele tekening. Als hij ze openvouwt, kleurt hij felrood. Tiens, 21 juli, nationale feestdag! Nog wat gezonde boerenlucht met toebehoren opgesnoven: reserve voor straks! De topogids raadt stappers aan om de bus te nemen voor het traject over de route nationale. Ze wijzen alle verantwoordelijkheid af. We moeten zo'n 17 km over de drukke weg. Gelukkig is het zaterdag: omzeggens geen vrachtwagens ( 3 in totaal), 1 tractor, wielertoeristen, enkele bussen en campers, vooral auto's. Bij de wegversmallingen stappen we links over de onderbroken witte streep; waar het breder is over de meter pechstrook ernaast. Veiligheid verzekerd. Afsluiting met boomstammen aan het ravijn van de Gave d' Aspe. Wie hier in andere omstandigheden stapt ( weekdag, ander weer) neemt best een reflecterend bandje mee! Saintgarhôpolaraslo ( St-Jean-Pied-de-Port / Garaybie / Hôpital-St-Blaise / Oloron / Arudy / Asson / Lourdes) tikken de stokken. Het versje blijft maar in mijn hoofd hangen. We wijken even af van de N 134 om het dorpje Borce te bezoeken. In het café kan ik even internetten. Hier stond vroeger ook al een pelgrimshospitaal. We kunnen er picknicken. Aan het majestueuze Fort du Portalet ( een kasteel hoog op de rots dat de bergengte bewaakt) verjaagt de zon de grijze wolken. 22 °. Nog een dorpje langs de weg: Urdos. 2 motorrijders scheuren voorbij. Koebellenconcert. En dan opeens: de afslag van de GR 653. Joepie! Een bospad, een holle weg met hoofdzakelijk beuk, ook hulst, buxus, hazelaar. We stappen op een bedje van humus en leistenen door het nationaal park van de Pyreneeën. Aan een beek voor ons springt een hert op. Het observeert ons van achter een boom en loopt dan weer naar boven. Beekjes genoeg om over te steken, ook veel bronnen. Toch een hele opluchting als we in een valleitje belanden vol gele stalkaarsen en walstro. Euforie! Anticlimax erna: door de bergweiden ofte zomerweiden van de transhumance, de Peyrenère ( pierres noires), waar de beste Pyreneese kaas gemaakt wordt. Veel wegwijzers vinden we hier niet. De beschrijving in de topogids helpt wel een beetje. Ik vraag Paul hoe lang het kan duren voor de wolken aan de top ons kunnen bereiken. Dat kan op 2 minuten in de bergen!!! Lichte paniek, ook wel vermoeidheid: 1300 m gestegen vandaag! Om 18 u bereiken we de Col du Somport: 1640 m hoog, net voor de mist valt. 's Avonds 7 ° !!!
Fotosessie aan het ijzeren St-Jakobsbeeld van de pelgrim, op de grens tussen Frankrijk en Spanje.
Oef! We zijn er op tijd geraakt! De refugio Aysa is tegelijkertijd een chalet voor de vele stappers en sportbeoefenaars inde Pyreneeën. Gezellig druk! En ik kan er internetten ook...
Om 8 u vertrokken met lichte regen. La pluie du matin n' arrête pas le pélerin! Vaarwel Oloron, Adieu GR 78 naar Lourdes, Bonjour GR 653, Voie d 'Arles. Vandaag richten we onze schreden naar het zuiden. Al een eerste gele pijl onder het wit-rode streepje. Weer het bos in. Modderige stukken. Gelukkig liggen er grote takken in het slijk. Evenwicht is niet mijn sterkste kant. De stokken doen goed hun werk. Koffie en kruidenthee in Eysusom te schuilen. Met het koor hebben we onlangs het "Credo in unum deum" geleerd van de Italiaan Mite Balduzzi. Een meeslepende, dragende melodie. Ik neurie de melodie wel te snel om ze aan te passen aan het stapritme, maar bergop lijkt het tempo behoorlijk te kloppen en zelfs in de afdaling naar Lurbe gaat het langzaam. Er liggen veel stenen op het pad. In Saint-Christau feest van het water! Het regent gestadig ondertussen, links van ons stroomt de Gave d' Aspe, rechts stillevens van regendruppels als parels op grashalmen en tulpenbomen met glanzende bladeren in de vorm van een tulp. Picknick in het pittoreske dorpje Escot. Er is een schuilhutje maar het ruikt niet zo fris want erachter is er een Franse WC. Dan maar gepicknickt op de trappen van een privéhuis onder een luifel. Wordt het lichter aan de horizon? De wolken trekken zichtbaar op over de rotswand voor ons. We belanden in de vallei van de Aspe. Af en toe is de doorgang nauw, soms verbreedt die zich tot een komvormig dal. We lopen op een stenig pad in het bos schuin tegen de rotswand aan. Bomen op het loodrechte stuk naar de bergrivier beschermen ons tegen een val en tegen hoogtevrees. Toch liever niet struikelen... Bon en Chemin, de stokken bewijzen goede diensten. Af en toe reikt Paul mij een helpende hand. Bonsoir wenst ons een groepje Spanjaarden. Nog wat vroeg: 14.15 u ??? Voor hen de logische vertaling van Buenas tardes . Net voor Sarrance ontmoeten we enkele scouts met een ezel. Ze zijn daar 2 dagen op overlevingstocht geweest. Bij dit dorpje hoort een legende. Er was hier een miraculeus Mariabeeldje. Een boer liet zijn kudde weiden, maar 1 stier ontsnapte altijd. Hij zwom de rivier over en bleef geknield zitten voor het beeldje. Men wou het verplaatsen , maar het keerde altijd terug naar deze plek. Men bouwde er een kapel. Een benedictijner monnik laat ons het beeldje zien achter het altaar. Nog 2 keer de Gave d' Aspe overgestoken. Soms loopt het pad dicht tegen het water, soms ook weer op en neer tegen de overhangende rotsen. Om 18 u droog aangekomen in Bedous. Een vrij primitieve gîte. Plaats te over! Forel gegeten op restaurant. Bedous is nog een authentiek plaatsje met een gemeentehuis aan een overdekte markt waar jongeren skaten. Aan het fronton spelen kleine gasten. In de kerk 7 verse bloemenruikers. Geen garages aan de oude huizen, ze staan allemaal op straat geparkeerd. Morgen klimmen naar de Col du Somport op 1600 m hoogte!
Bewolkt. Geen regen. Vanmorgen de magische sfeer van Lourdes opgesnoven. De grot, de kaarsen, de baden. Jean-Louis vertelde dat als de begeleiders in het water van de bron baden, dat het dan ijskoud is maar nadien zeer positieve energie geeft. Ik hoop toch dat het voor de zieken en gehandicapten lauw water is ! Er zijn ondertussen veel Vlamingen in Lourdes toegekomen. Delegaties van Ternat, van KWB-KAV, van Ziekenzorg. Overal in alle kerken: missen in het Nederlands, het Frans, het Italiaans... Ik stoor mij niet aan de vele winkels, bars, hotels, kortom de hele commercie in Lourdes. Dat hoort erbij en doet geen afbreuk aan de waardevolle Lourdeservaring. In vorige eeuwen ging men in de streek hier op bedevaart naar Bétharram. In het bos ginder was er het hele jaar door kermis. Geloof ( bijgeloof voor sommigen) en welbevinden gaan hand in hand. Een souveniertje gekocht voor oma. Iets kleins dat niet veel weegt, had ze gevraagd... Ik vind het postkaartje waar Virginie gisteren over sprak. Je ziet er Lourdes op liggen in de bocht van de Gave de Pau, heiligdommen en versterkte burcht incluis. Het dak van de gîte van Jean-Louis is zelfs herkenbaar. Een oplossing gevonden voor mijn blogprobleem. Ik hoor het Roland zo zeggen: een probleem dat er geen is . Ik mail de berichten door op de ouderwetse manier, naar een vriendengroep. Om 14.20 u de trein genomen naar Oloron-Sainte-Marie. We zijn weer op bekend terrein. We halen de code om binnen te kunnen in de gîte op in Café Central bij de kathedraal Sainte-Marie en we krijgen het tv-verslag van de Ronde van Frankrijk er bovenop. Van Den Broeck komt aan als 6de op de Peyragudes, hier niet zo vreselijk ver vandaan. We gaan nog eens speciaal kijken naar het everzwijn op de boog van het dagelijks leven in het timpaan. Op de foto zag het beest er eerder uit als een schaap, maar hij heeft duidelijk wel stekels op de rug. De visser heeft een enorme zalm kunnen vangen. Je ziet ook een tonnenmaker aan het werk. Een boer ontbeent een grote ham, een ander laat een geslachte eend uitbloeden. Heel natuurlijk uitgebeeld. Uniek! Sainte-Croix, de andere romaanse kerk van Oloron ligt strategisch boven op de heuvel binnen de vestingen. Morgenvroeg komen we er voorbij, maar dan is ze zeker nog gesloten. Ook hier is er een mozarabische koepel zoals in Hôpital-Saint-Blaise , met 4 grote geschilderde jakobsschelpen waar de vierhoek in een achthoek overgaat. We dalen af naar de gîte langs de steile Rue Cujas. 2 kwajongens van zo'n 13 jaar oud zitten op een skateboard en glijden de gevaarlijke helling af. De remsporen van hun hielen zijn zichtbaar op het asfalt! Mislukt! Ze moeten het nog eens overdoen. Terwijl ze naar beneden zoefden namen ze een filmpje op met hun iphone en de beelden zijn niet helder genoeg! En het avontuur is nog niet voorbij. Ik bega een stommiteit als ik mijn short wil uitwassen. Mijn gsm zit nog in het zijzakje. Nat !!! En ik die zo graag met Roland een babbeltje sla s' avonds... Paul demonteert het hele geval en dopt het vocht voorzichtig af. Afwachten ... In hetzelfde restaurant geweest als zondag. Nu wel mosselen gekregen, Nieuw-Zeelandse. Superlekker!
Onze 37ste huwelijksverjaardag vandaag! Roland slacht een schaap in Mater, ik kom aan in Lourdes... Proficiat, Roland!
Laurence, de verantwoordelijke van de gîte wuift ons uit. C'est la canicule aujourd'hui (hittegolf). 20 ° om te starten. Al vlug weer het bos in, langs het riviertje L'Ouzom. De heuvels op. Vandaag stappen we nog altijd naar het oosten. Spel van zon en schaduw door de hoge, oude bomen in de hagen ( eiken, beuken, kastanjelaars, essen). Het hooi ligt klaar in lange rijen om straks opgepikt te worden. Halt! Een boer brengt zijn koeien over de weg naar een andere weide. Plots staan we in het bos aan de kruisweg van Lestelle-Bétharram. We hoeven die niet te bestijgen, we gaan gewoon de heuvel af. De bovenste kapel is die van de H. Harten ( in het meervoud, de harten van Jezus en Maria, zoals de naam van mijn vroegere school in Ninove). Beneden in het dal ligt het Maria-oord waar de arme Bernadette Soubirous nog op bedevaart kwam enkele dagen voor de verschijningen in Lourdes begonnen. Haar vader had net een oog verloren toen hij een molensteen bewerkte. Een kaars aangestoken en bijna weer mijn stokken vergeten... We stappen nu langs de Gave de Pau, de bergrivier die ook door Lourdes stroomt, voorbij de Grottes de Bétharram. In 1903 waren dat de 1ste elektrisch verlichte grotten van Frankrijk. Picknick onder de linden aan de kerk van Saint-Pé-de-Bigorre, ook een gewezen pelgrimsoord. Jammer, het enige café in het dorp staat te koop. 32 ° daar. Een leuk pleintje met bogengalerijen. Even zoeken om de weg te vinden naar Rieulhès. Fris water met grenadine gekregen van een vriendelijke postbode die net thuiskomt van zijn ronde met de moto. Rafters lanceren zich op de bergstroom. Om 16.30 u aangekomen in Lourdes: winkeltjes, kraampjes, glimlachende rolstoelpatiënten, jonge mensen met openhangende, witte schorten, toeristen met ijsjes, een enthousiaste puffende menigte. 36 °! De gite La Ruche wordt opengehouden door een Parijzenaar Jean-Louis en een vrijwilligster Virginie. Vanop het balkon heb je een prachtig zicht op de heiligdommen met daarnaast de rivier. Ontroerend! Un cadeau , zegt Virginie. De mooiste dingen in het leven zijn inderdaad vaak gratis.... Ik ga eerst naar de grot. Aandoenlijk aanschuiven in de rij mensen die de rotswand betasten, vast en zeker zoals mama deed. Bloggen gaat hier ook niet, zelfs niet in het cybercafé van Lourdes. Ik had hier min of meer op een mirakel gehoopt... Nee dus. Lekkere maaltijd bij Jean-Louis voor een donativo. Meloen, kip met tomatensaus, verse pasta en courgetteslingers en zelfgemaakte flan met caramelsaus. 's Avonds de kaarsjesprocessie. Ik stap mee op met een kleine delegatie uit Limburg. Niet zo eenvoudig om de kaars brandend te houden. Bidden en zingen in groep, het heeft iets.... Ook veel jongeren lopen mee. Bij het Ave Maria gaan telkens de fakkels de hoogte in. Geen folklore uiteindelijk, maar een eenvoudig, pakkend geloof . Dat van mijn moeder! En toch komen er ook hier minder bedevaarders, minder toeristen. Crisis? Ik vertel Jean-Louis dat mijn moeder 13 keer naar Lourdes kwam. Aha! Dan moet jij dat voor je moeder afmaken, beweert hij. Bernadette moest ook 15 keer naar de grot gaan! Oeioeioei! Dit is dan pas de 14de keer !!!
Een wonderlijke start vandaag! Om 8 u zegt abbé Pierre een gebed en zegent hij ons met de pelgrimszegen van Roncesvalles. Dus toch nog gezegend dit jaar!
In ons enthousiasme nemen we nog een foto met hem erbij voor de poort van zijn statige pastorie. Er loopt een helder beekje naast en voor het gebouw met regelmatig voorbijschietende vissen. Op de markt kopen we nog wat fruit. Er staat ook een oudere heer met de alpin van de Béarn ( op zijn gele vlaggetje staan 2 koeien onder elkaar). Hij prijst boeken aan in het Béarnais, de plaatselijke taal, geen dialect maar evengoed een romaanse taal als het Frans. Daarna gaan we bergop. Oei! We hebben onze stokken vergeten bij de pastoor! Hij is al lang niet meer thuis, hij moest een mis opdragen in een naburig dorpje. Maar waar? De meneer met de alpinpet Arnaud, weet meer. Hij was vroeger kok van beroep en maakt de confituur voor de abbé om de pelgrims produits du terroir te kunnen voorzetten. Samen met hem ga ik naar de boucherie. Daar hebben ze een lijst met de missen op. Het dorp heet Iseste, 2,5 km daar vandaan. Ondertussen is het 9.15 u. De misvieringen duren tegenwoordig maar kort. En nadien ging de abbé weg tot 17 u.... We zoeken de weg, een auto stopt. De chauffeur zag ons rondkijken en biedt aan ons te brengen. We komen aan op het moment van het Onze Vader. Op het einde vraagt de pastoor ons of we misschien geen afscheid konden nemen?... Ik leg het uit. De mensen van de Béarn: duim omhoog!... Alle oudjes in de kerk kijken verrast op. Hun dag kan niet meer stuk. Abbé Pierre rijdt met ons terug. We halen de stokken op en daarna zet hij ons af aan het einde van het dorp, om de verloren tijd weer in te halen. We hebben dus weer engelen ontmoet op de camino., besluit ik. Hij: Vraiment, c'est toute une chaîne ( een hele ketting van hulpvaardige mensen). Il faut savoir se laisser aider... ( Je laten helpen, dat is de kunst)... Vaarwel en merci, lieve abbé Pierre!
Om kwart voor 10 gelanceerd voor vandaag. Duchtig bellengerinkel in de weide naast het pad. 2 ezelsproberen de vliegen op hun snuit te verjagen. Ons spiegelbeeld? We laten een kaarsje branden voor het Mariabeeld in het kerkje van Sainte Colome. Weer een hoogdag van het groen! Onder een wolkeloze hemel zijn de nuances veel feller. Zelfs de maïsblaren glanzen in de zon. Een jongetje met de fiets springt over een gootje dat schuin over de weg loopt. De boeren keren naarstig het hooi of maken er al grote rollen van. Overmorgen wordt regen voorspeld... Vanmorgen was het inderdaad al 20 °. Twijfel aan een boerderij. We lopen heen en weer en nog eens heen. 3 keer schuiven we het afsluittouw over het pad omhoog. Eindelijk vinden we de GR-afslag.
Blijkbaar waren we niet de enigen. Op het houten paaltje staat er: une jolie barrière pour des ânes batés . Ha! ezels met stokken, dat zijn wij dus... Gesnapt! Daarna een stuk GR dat niet onderhouden is tussen bramen, netels en akkerdistels. Ik mis op een haar na een stapsteen over een doorwaadbare plek. Modder op mijn been, gelukkig geen water in de schoen. We picknicken in Mifaget aan het romaans kerkje met crypte. Plukjes schapenwol aan de prikkeldraad. Zo drogen de kabouters hun wol, nietwaar Joene? In het volgende dorpje Bruges tijd voor een frisse cola op het marktplein omzoomd door jonge amberbomen ( gelijken op esdoorns, maar met een stekelige vrucht). Bomen , dat is het domein van Paul. De kerktoren steekt prachtig af tegen de staalblauwe hemel. 29 ° in de schaduw. Bloeiende marjolein, muskuskaasjeskruid, geurig hooi !!! Eindelijk eens vroeg gearriveerd, rond 17.15 u, in de kleine gîte in Asson, vlak naast de kerk. Avondmaal in een eenvoudig restaurantje Chez Natty ( uitgebaat door de loslippige Bernie en Nathalie). Tomaat in vinaigrette, vis in tomatensaus met rijst, gebakken courgette en sla en kaas als dessert. Deze keer niet van schapen maar van de melkkoeien van de streek Hochetaines, zwart-witte dieren, weet Bernie ons fier te vertellen. De vleeskoeien zijn van het ras Blonde d' Aquitaine en die grazen nu op de bergweiden. La transhumance zoals dat heet. Ja, we worden er alweer wijzer van.
Heel vroeg gewekt door andere pelgrims en een soort drilboor. Dat blijkt de koffieautomaat te zijn in de keuken. We profiteren er dan maar van om vroeger te vertrekken. In de keuken hangt ook een reliëfkaart van de Pyreneeën... Gezucht...
Kwart voor 8 op stap, 12 ° 's morgens, 26 ° bij valavond. De afslag van de Gr 78 naar Lourdes is gemakkelijk te vinden. Een eenzame naaktslak op het pad peuzelt doodgemoedereerd aan een ex-collega. Wat verder nog een rustige ziel, een zwarte reuzenkever, een lui vliegend hert. Het pad loopt het bos in langs de vrij wild stromende Gave d'Ossau. Er zijn verzakkingen, kloven naast ons, veilig afgesloten met rood-wit lint. Vanuit de varenvelden lijken de hoge Pyreneeën veel vriendelijker dan gisteren met hier en daar een klad blauw in de wolkenhemel. Bij een boerderij loopt iemand met een zwarte alpinpet, dezelfde als in Baskenland. Hier heet dit le beret de Béarn ( = Gascogne) . Oloron ligt op de grens van Baskenland ( La Soule) en de Béarn. Aan een open plek in het bos vrolijke veldanjers om de stemming erin te houden. In Ogeu-les-Bains doet een bakker zijn ronde net op het goede moment (pain complet) Aperitiefpauze. Roland heeft walnoten gekraakt voor ik vertrok. Ideaal met enkele thuis gekochte hazelnoten, amandelen en cashewnoten erbij. De paarden en de koeien staan in de schaduw aan de watertank. Ook tijd voor hun aperitief! Het geluk is aan mijn kant vandaag. Met een kleine omweg geraken we aan schapenkaas van de boerderij. Zoonlief is alleen thuis. Hij moet wel enkele keren heen en weer hollen van het huis naar het kaashok om de sleutel te vinden: 300 g fromage de brebis. Een originele picknickplaats: op de metalen trap naar de verdieping van het kaashok, tussen de bloeiende brandnetels
en braamstruiken. Superlekker! En als dessert een perzik. Mijn mama zei altijd: geen perziken zo sappig als die in Lourdes! Gelijk heeft ze! Op het dorpsplein is er een lavoir met een waterfonteintje. Handen gewassen en weer verder.
De stokken unisono. Paul en ik hebben dezelfde tred. Slechts heel even verkeerd gelopen onderweg naar Buzy-en-Béarn... Voorbij een dolmen, wat ontsierd door WC-papier. En dan een adembenemend panorama op de dorpjes aan de voet van de Pyreneeën. Hier staan er rond de weiden muurtjes van keien, begroeid met mos, varens, klimop en bramen. Donkergroene slierten in het landschap. Ook op het pad liggen er losse , ronde keien. Niet gevaarlijk in het zonlicht, zacht gefilterd door het bladerdek.
In Bescat nemen we weer de gewone weg. Op straat vraag ik iemand of er geen café is in het dorp. Nee zegt ze, maar kom maar mee bij mij thuis. En ze zet een frisse Hoegaarden klaar voor mij en voor Paul een blonde Leffe! Is dat boffen! De gastvrouw Christine beweert dat de mensen van de Béarn geen goede reputatie hebben, ze zouden ongastvrij zijn. Zij wil het tegendeel bewijzen en ze doet dat grandioos! Morgen vertrekken zij en haar vriend op vakantie naar het Groothertogdom Luxemburg. Bonnes vacances , Christine et un grand merci!
Vanavond logeren we bij abbé Pierre Sallenave in Arudy. Hij ontvangt pelgrims die onderweg zijn. Wie geld geeft, betaalt minstens 5 vrije bijdrage, iets meer als je hier ook eet 's avonds. Wie geen geld heeft is even hartelijk welkom! Rond 17 u aangekomen.
Een unieke belevenis... Om 19.15 u nodigt hij ons uit in de keuken. Samen maken we het eten klaar. Hij geeft de instructies, wij voeren uit. Op een wip is het eten klaar. Op het menu koude gazpacho ( hij noemt het porra), klaargemaakt in de blender ( 4 lange groene pepers, 4 tomaten, 4 stukken oud geweekt en uitgeknepen brood, 3 of 4 teentjes knoflook, 1 blikje tonijn in olie, peper, zout en 2 eetlepels olie. Daarna omelet met ajuin, Portugese minifrietjes ( snel gebakken in de pan), sla en schapenkaas.
Ik vertel hem het verhaal van mijn moeder. Zelf moet hij nog weg 's avonds. Paul en ik wassen af.
Ik probeer weer eens te bloggen op zijn computer. Het lukt niet om berichten in te geven. Misschien zijn de Franse computers nu beter beveiligd dan vorig jaar. Toen ging het wel...
Van Hôpital-Saint-Blaise naar Oloron-Sainte-Marie, meer dan 24 km
Ontbijt met nescafé, 2 stukken Frans brood ( Monique had ze ons de avond tevoren diepgevroren gegeven) met chorizo en abrikozen, restje van de markt van Mauléon. Vertrokken om kwart voor 9. Wel moeten zoeken, redeneren en overleggen om de goede weg te vinden. Niet zo eenvoudig met mijn rudimentaire kaartjes van 2001 en de verwarrende GR-aanduidingen in 2 richtingen. Met zijn tweeën lukt het wel beter dan alleen. Een serieuze opwarming van 3 kwartier voor we gelanceerd zijn! Geen grote hoogteverschillen vandaag. Den bos in. 17° 's morgens, na de middag 24°. Bewolkt met opklaringen. Getik van de stokken, gekraak van de rugzak, voetstappen, een briesje in de blaren van de bomen, gezoem van insecten, fladderende vlinders, vogelgekwetter. Genieten... We komen voorbij 3 palombières, een hele nederzetting telkens met hoge ladders tegen de bomen die leiden naar schuilhutten in de kruin. Een systeem met een plankje met 2 parallelle ijzeren draden dat met gewichten hoog in de bomen getrokken wordt. Waarschijnlijk wordt zo de lokduif gevangen gezet. Kooitjes voor de gevangen duiven, een ren voor de jachthond... La chasse à palombes, plaatselijke hobby voor de Baskische herenboeren in de herfst. 2 mountainbikers kruisen ons. Compostelle roept de man naar zijn vrouw. Dat verklaart alles: ... dwazeriken met een zware rugzak die stappen in de verkeerde richting!!! We wandelen een stuk langs een rustige departementale weg met pittoreske dorpjes Geus, Saint-Goin. We picknicken met pain céréal en een blik paté op het dorpsplein van Géronce. Net voorbij Orin wordt het verkeer drukker. De dorpskerkjes zijn meestal gesloten. Voorbij Mourmour stappen we weer op de GR 78 naast een klaterend bergbeekje. Een machtig spektakel voor ons: de Hoge Pyreneeën, sombere, indrukwekkende bergruggen , de hoogste toppen in de dreigende wolken. Daar trekken wij binnen enkele dagen over! Zijn we niet overmoedig? De stad Oloron-Sainte-Marie ligt op de weg van Arles aan de samenvloeiing van de Gave d' Aspe en de Gave d' Ossau. Vandaar vertrekt de jakobsweg over de Col du Somport naar Spanje. De kathedraal heeft een versterkte middeleeuwse klokkentoren en een prachtig gebeeldhouwd timpaan met de 24 ouderlingen uit de Apocalyps van Johannes. Ze hebben allen een vedel in de handen of op de schoot. De onderste boog beeldt het dagelijks leven uit in Gascogne: de everzwijnjacht, het villen van een varken, het vissen op zalm, de druiventeelt, de kaasproductie. Het everzwijn lijkt wel meer op een schaap, maar enfin... Er zijn 10 pelgrims in de gîte Le Relais du Bastet. We eten in het restaurantje ervoor o.a."moules". Bij ons zijn dat mosselen, als ik me niet vergis, hier mini-asperges in mousselinesaus??? Vanaf morgen kan ik rekenen op mijn topogidsje Sentier vers St-Jacques de Compostelle via Arles: Toulouse - Jaca / Lourdes. Betere kaartjes, juistere inschatting van het aantal kilometers. We gaan ervoor.
Van Garaybie naar Hopital-Saint-Blaise, meer dan 27 km
Bewolkt met 18 ° 's morgens. Iets te lang blijven plakken aan de ontbijttafel. Vertrokken om 8.55 u. 14 juli: Feest van het groen voor ons. Ronde en kegelvormige heuvelruggen met groene weiden, hooiweiden, varenvelden, bosjes. Wat lichter groen in de glooiingen. Daarachter de heuveltjes van Erika. Wie zong dat liedje ook weer? In het lieflijke dorpje Ordiarp staat nog een romaans kerkje. De GR 78 leidt ons naar een 1ste heuvelkam. De stokken met schokdemping trillen in de hand, een comfortabel gevoel. Boven lopen we tussen de varens, heidekruid en steekbrem of gaspeldoorn. Daar hebben we zicht op de hogere Pyreneeën in de wolken. Tegen de middag belanden we in Mauléon-Licharre. Mensen in het wit met rode sjaaltjes ( de kleuren van de feestvierders in Pamplona, stad van de stierenloop in Spanje) luisteren naar de fanfare op de kiosk. Bij een slager koop ik chorizo, maar de bakker heeft geen brood meer. Dan maar een typisch Baskische taart voor de picknick met crème patissière aromatisée au rhum. We zitten op een bankje opzij van het marktplein. Mauléon heeft ook een versterkte middeleeuwse burcht en mooie herenhuizen. We stappen even mee in een feestelijke optocht, begeleid door accordeonisten ( Johannes!) achter een spandoek met een schematische voorstelling van de streek hier, genaamd La Soule ( 50-jarig bestaan). En dan weer de hoogte in, een kleine col van 320 m door het bos. Massa's veldbloemen: wilde peen, valeriaan, paardenbloemstreepzaad, betonie, agrimonie, campanula, robertskruid, muizenoortje ( ?), rode en witte klaver, rolklaver, hopklaver, kruipende vogelwikke, wilde cichorei, moerasspirea, onzelieve-vrouwebedstro... Natuurlijk ook veel soorten die ik niet ken... Even getwijfeld bij een heraangelegde weg. De GR-tekens waren nog niet opnieuw aangebracht. Automobilisten leggen de weg uit. Veel pelgrims lopen er hier niet, gelukkig zijn we met zijn tweeën om alles uit te zoeken. De plannetjes uit Le chemin du Piémont die we van Huberta en Arno opgestuurd kregen, dateren van 2001. Nadien is de GR 78 uitgebouwd. Vaak zijn de GR-paden mooier, maar je moet er wel omwegen voor maken, dus meer kilometers stappen! Een 3de pittige klim , weer door een bos. In de modder zien we sporen van een ree. Op de heuvelkam prachtige blauwe distels en een hoge ladder tegen de bomen, een schuilplaats voor de jagers op de trekduiven. We komen op een pad waar we telkens stevige metalen hekkens moeten openen en sluiten. Een handig systeem met een bol die je omhoog moet trekken om het hek te ontgrendelen. Zo kunnen koeien of schapen niet op het pad. We zien wel aanduidingen van het aantal kilometers naar Mauléon, maar nooit bordjes met aanwijzingen hoe ver wij nog verwijderd zijn van Hôpital-Saint-Blaise. Wij stappen de route in omgekeerde richting. En in het bos missen we daarbij nog een GR-afslag. Een half uur verloren + we moeten weer omhoog om de laatste GR-tekens te gaan zoeken. De vermoeidheid laat zich voelen... Te veel gebabbeld? Niet goed opgelet? We hebben ons lesje wel geleerd. Bij elke splitsing moet je eigenlijk uit je doppen kijken en mogelijkheden uitsluiten. De verkeerde weg duidt de GR altijd aan met een witte en rode streep, niet horizontaal onder elkaar maar in kruisvorm. Floris en Joene, mijn kleinkinderen kennen dit symbool al. In het laatste stukje bos worden we beloond voor onze moeite. Een opgeschrikte ree kruist ons pad. Om 19.45 u pas bereiken we Hôpital-Saint-Blaise. Op de kerkdeur staat wie we moeten contacteren als je na 19 uur aankomt. Supervriendelijk onthaal door Monique, 1 van de 80 inwoners. Een kraaknette, kleine moderne gîte ( voor 8 personen). Een heerlijk menu op restaurant : garbure paysanne ( dikke hutsepotsoep), confit de canard, crème de caramel maison voor 18,50 en met zicht op het kerkje. Volgens de informatie in de gîte: een Spaans kerkje op Frans grondgebied, een gewezen nederzetting uit de 12de eeuw, afhankelijk van het klooster van Santa Christina van Somport. Het was bedoeld voor pelgrims, reizende handelaars, handwerkslui en soldaten om hier even uit te rusten. Op het naïeve timpaan staat Christus tussen de symbolen van de 4 evangelisten. De kleine vensters bevatten geen brandglasramen, maar Arabische motieven, gebeeldhouwd in steen. Ook de koepel en het gewelf van het kerkje zijn "mozarabisch" van stijl ( = kunst van de Spaanse christenen onder invloed van de mohammedaanse vaklui van toen).
Van St-Jean-Pied-de-Port naar Garaybie, meer dan 31 km
Vanmorgen gestart om 7.30 u. Mijn gloednieuwe wandelstokken gedoopt. Rechts heet Bon, links Chemin. De eerste 9 km herken ik van vorig jaar. Aan de schuur waar ik toen in het droge kon schuilen voor de picknick ( er lag een goede fles Franse wijn + een grote fles water met glas op een landbouwmachine - een extraatje voor de boer zonder dat moeder de vrouw dat wist!); aan die schuur dus begint de GR 78. Een rotsige weg naar omhoog tussen de bomen, een beetje zoals de camino in Spanje. Mijn stokken tikken lustig Bon Chemin. Als je je in de schaduw even omdraait om van het landschap te genieten, hoor je het slaan van een botvink en het gerinkel van koebellen. Vandaag staan er 2 cols op het programma, net zoals in de Tour de France, maar op een bescheidener niveau: Col de Gamia ( 503 m) en Col de Napal ( 539 m). St-Jean, waar ik vertrek ligt op 162 m. De Col de Gamiais een fluitje van een cent: een groene kale kop ( aan de achterkant volledig begroeid met varens) en aan de andere kant van de weg de groene, beboste heuvels van de lage Atlantische Pyreneeën. Bij de afdaling van de 1ste col stap ik langs grote bomen: eiken, beuken, bijna uitgebloeide kastanjes, esdoorns, hazelaars. Voorbij het dorpje Ibarolle klimt de GR 78 stevig tussen varens en bramen. Gehijg... In St-Just-Ibarre picknickik in een bar met een grand crème. Een supergrote kom. Dat zal ik later bekopen! De barman is een fervente jager. Overal hangen foto's van de " Chasse à palombe". Dit is een traditionele manier om trekduiven te schieten door ze te lokken met een gevangen duif in hoge stellages in het bos. Daarna de kuitenbijter: de beboste Col de Napal !Venijnigklimmen, in de middaghitte: 32° in de zon, 28° in de schaduw, een beetje last van een lopende neus ( hooikoorts)... Ik loop van schaduwplek naar schaduwplek. Het wordt me 2 keer te veel. Ik ben onpasselijk, in de graskant in volle natuur. Geen erg... De grand café crème, de boosdoener? Gelukkig heb ik een goede coach. Ik stap niet alleen dit jaar. Een andere Vlaming Paul stapt hetzelfde traject. Ik bereik de top. Amai, die renners uit de Tour de France! Welke prestaties zetten die neer! De afdaling is zo mogelijk nog steiler dan de beklimming. Je vangt wel meer wind. 4 varkens, roze met grote zwarte vlekken, grazen in de berm. Ze achtervolgen ons zelfs even, maar met de stokken houden we ze op afstand. 's Avonds goed aangekomen bij Jacqueline en Martin Althabe in Garaybie. Zij is gemeenteraadslid en moet vanavond naar chants lyriques in de kerk. Ze heeft alles klaargezet voor een gezond avondmaal. Martin eet mee met ons. Soep de citrouille (? , volgens de Van Dale : pompoen, niet herkend als pompoensoep), een mysterie volgens Martin, een typische Bask op rust. Daarna gerookte ham, rijst met ei en tomaat, sla in vinaigrette, meloen. Als dessert vanilleyoghurt en appel- en frambozenmoes. Martin geeft ons enkele typische Baskische uitspraken mee o.a. Ciel moutonné et femmes fardées ( geschminkt, opgemaakt), sont de courte durée. Zijn vrouw is pire que basque, elle est bretonne. Ik probeer nog een bericht op mijn blog te zetten, maar met hun computer lukt het niet. Better luck next time!
Vanmorgen vroeg vertrokken uit Munkzwalm. De Vlaamse Leeuw hangt nog uit in het station van Zottegem. Ik had onderschat hoeveel mensen zo vroeg al de trein nemen naar hun werk. De coupé zit al snel vol. In de laatste Pelgrim, het tijdschrift van het compostelagenootschap staat mijn artikel over de Via Podiensis. Ik heb het mee om aan Huberta en Arno te geven. Zij baten " L'Esprit du Chemin" uit in St-Jean-Pied-de-Port. Ik schreef over hun gastvrijheid, hun hulpvaardigheid, hun opgewektheid. Net nog het laatste artikel gelezen. Juist iets voor Roland, die alweer eens alleen achterblijft. De auteur raadt de verslaafde pelgrim, die elk jaar opnieuw op pad wil gaan, aan om in de tuin te werken, het gras af te maaien, de grond om te spitten. En hij eindigt hiermee: Ga deze zomer niet naar Spanje, het is hier ook mooi weer. Blijf thuis, ga een weekendje naar zee of de Ardennen of wandel eens langs de Vlaamse jakobswegen... Een relativerende noot voor mij, goed om in het achterhoofd te houden! Stipte treinen, in Parijs vlot van Gare du Nord naar Gare de Montparnasse geraakt op lijn 4 van de metro. Vorig jaar bij de terugkeer was dat eventjes spannend. Ik had maar 60 min de tijd. Eerst verkeerd gelopen, dan lang moeten aanschuiven voor de ticketautomaat, en op de koop toe in volle spitsuur 14 haltes moeten overbruggen... Hollen... Oef! Net 5 minuten voor vertrek mijn zitplaats gevonden. Van geluk gesproken! Wat rondgekuierd in Bayonne, de stad aan de samenvloeiing van de Adour en de Nive. 25°, zonnig! In de vooravond met de trein naar St-Jean-Pied-de-Port gespoord door het groene golvende landschap aan de voet van de Pyreneeën. We rijden langs de snel stromende Nive. Er liggen rotsen in de bedding. Het schuimende water errond schittert in de avondzon.
En dan de hartelijke verwelkoming in L'esprit du Chemin. Er zijn 18 pelgrims uit Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Australië, Ierland. We stellen ons voor bij het aperitief. Er zijn heel veel jonge mensen bij die na hun studies energie willen opdoen op de camino. Ook 2 vrouwen die ondanks gezondheidsproblemen korte etappes stappen. Moedige dames! Samen met vrijwilligers uit Nederland kookt Huberta een heerlijke maaltijd: Aziatische kippensoep, courgettetaart met piperade, een gekruide Baskische tomatensaus, sla, aardappelen, wortels, rijst en fruityoghurt toe. We staan sterk om er morgen aan te beginnen! In de Accueil des pélerins ( bureau van de pelgrim) is er geen informatie over de route die ik loop. Ik baan nieuwe wegen!
Vandaag 10 juli: St-Amelberga! Hoogdag voor Mater! Amelberga, onze plaatselijke heilige, ooit achternagezeten door Karel Martel en toch maagd gebleven... Dat moet gevierd worden. Mater doet het met een spectaculaire ruiterommegang. Dit jaar zijn er 154 paarden, niet slecht voor een weekdag. Vooraan komen de fiere ruiters uit de verenigingen en daarna de glimmend opgepoetste koetsen. Met het koor gezongen en gespeeld in de mis. Op het dorpsplein: fanfaremuziek, een draaimolen voor de kinderen. Ik ontmoet er vele bekenden. "Denk eens aan mij in Lourdes!"
Dat is beloofd! Ik ben er klaar voor. Getraind langs Vlaamse wegen, eerst weer met 4 flessen water van 1,5 liter in de rugzak en vorige week 2 dagen na elkaar met de rugzak zoals hij geladen is op de tocht. Die voelde veel comfortabeler aan op de rug dan het dode gewicht van al dat water. Maar best ook... Om orde te houden in de rugzak, zit alles ingepakt in plastic zakken afgesloten met een rits. Het ritselfeest kan weer beginnen! Dat is een vast ritueel onder de pelgrims. Je ligt 's morgens nog wat te dommelen op je bed. Hier en daar gaat een gsm af. En de vroege vogels zijn al hun rugzak aan het inpakken met hun hoofdlampjes aan. Je zal het geweten hebben! En toch kijk ik er naar uit... Nog 2 keer slapen... Benieuwd of er op deze route nog veel anderen op weg zijn...
Vanmorgen even binnengewipt in het kerkje Saint-Esprit aan het station van Bayonne. Er is een 15de-eeuws beeld van de Vlucht naar Egypte: Maria met kind op de ezel zonder Jozef. "Notre-Dame-des-Voyageurs, priez pour nous!" En wonder boven wonder op het perron Yves nog gezien. Na St-Jean was hij gisteren naar Roncesvalles gegaan, in de zon! Vandaag keert hij via Bordeaux terug naar Bretagne.
Goed thuisgekomen. Roland staat mij op te wachten in Brussel-Zuid. Ontroerend weerzien!!!... Daag!!!...
Bij het ontbijt veel zenuwachtige starters in L'Esprit du Chemin. De Amerikaanse meisjes hebben een superzware rugzak en heel lichte schoenen! Ze krijgen wel de zon cadeau voor hun magische tocht over de Pyreneeën. En ze doen het op hun Amerikaans: na Roncesvalles openbaar vervoer tot Sarria en dan de laatste 100 km te voet. Van Huberta en Arno krijgen we een lint "L' Esprit du Chemin" voor op de rugzak en het gedicht van Antonio Machado cadeau. "Caminante, no hay camino. El camino se hace al andar. Wandelaar er is geen weg. De weg maak je zelf terwijl je stapt." Ze hebben het in alle talen. Zo zijn ze: gastvrij, hulpvaardig, opgewekt. Het lukt niet om mij te concentreren op het afscheid in hun meditatietuinhuisje.
Zo vroeg 's morgens ontmoet ik wel pelgrims op straat. Gisteren toen ik toekwam was het stadje vooral bevolkt door toeristen en dat doet vreemd aan na een tocht van een maand langs pelgrimswegen. De dichter Jean-Claude omhelst me. Hier verbleef hij 3 weken vorig jaar om te herstellen van zijn tendinitis. Hij had de gastvrouw wel gevraagd om enkel jonge meisjes op zijn slaapzaaltje te laten logeren! Kwestie van inspiratie??? Daarna roepen Sylvie en Yvonne me binnen voor een koffie. Yvonne stapt vandaag enkel tot Unto. Sylvie (38) keert terug naar Bordeaux. Ze zal haar werk bij de bank opzeggen, ze wil graag een massage- en healingsalon openen. De tocht van Rocamadour ( Mariabedevaartsoord) tot St-Jean-Pied-de-Port was een cesuur in haar leven. In het begin heeft ze 7 dagen alleen gestapt. We hebben het erover hoe veilig de jakobswegen zijn. Je stapt als vrouw alleen door eindeloze bossen. Geen moment hoef je bang te zijn... Leuk dat ik hen nog mag ontmoeten. Sylvie neemt dezelfde trein naar Bayonne, een stad in feeststemming ( 14 juli): middeleeuwse markt op het plein naast de kathedraal, harmonieconcert en vuurwerk 's avonds.
Ik kan pas om 17 u binnen in het hotel dat ik al lang vooraf gereserveerd heb en bezoek nog eerst de 13de-eeuwse gotische kathedraal met kloostergang. Er is een gewelfsleutel met de 3 luipaarden van de Engelse kroon, een andere met de Franse lelies en nog één met schippers. Bayonne ligt op de samenvloeiing van de kleine Nive en de grote Adour en is een belangrijke rivier- en zeehaven. 10 km verder ligt Biarritz. Ooit was er hier een Romeins kamp, daarna is de stad lange tijd in handen van de Engelsen geweest. In de kathedraal Sainte-Marie spreekt een jonge Spaanse Susana Gomez Carrera mij aan. Aan mijn rugzak met schelp en lint van "L'Esprit du Chemin" ben ik herkenbaar als Santiagopelgrim. Ze zoekt wanhopig onderdak. De gîte hier is gesloten op de nationale feestdag en alles is volgeboekt. We zullen mijn tweepersoonskamer delen. Ontmoetingen maken een essentieel deel uit van de pelgrimstocht. Susana is lerares Engels en heeft al de Camino Primitivo van Oviedo naar Santiago gestapt, ook een deel van de Via de la Plata van Zamora naar Santiago. Deze keer, haar 3de keer loopt ze een deel van de Camino del Norte van Bayonne tot Bilbao. Morgen start ze om 6 u met haar nieuwe pelgrimstocht.
Ik heb een dag tijd gehad om de tocht wat te laten bezinken. Enorm genieten stap voor stap, over heuvel, berg en dal, door zovele afwisselende landschappen: de Velay, de Margeride, de weiden van de Aubrac, het dal van de Lot, de causses, de vruchtbare valleien van de Célé - Tarn - Garonne en Adour, Gascogne, de Béarn, en Frans Baskenland. Met veel respect lopen in de voetsporen van de middeleeuwers, over dezelfde bruggen, langs de stenen kruisen en de vele romaanse kerkjes, erfenis van hun hospitalen... Knielen voor hun heiligen, een kaars aansteken voor Maria, hun aandoenlijk pelgrimslied zingen... Even dankbaar en ontroerd zijn om de gastvrijheid, de spontaneïteit , de vriendelijkheid van zovelen... Maar vooral zulke rijke ontmoetingen onderweg, mensen die ons pad kruisen en die ons veel te zeggen hebben... In tegenstelling tot de knallers van het vuurwerk ( feestelijk, flitsend, kleurrijk, verrassend, maar toch zo snel opgebrand) zullen zij blijven in mijn herinnering. Bravo Bayonne! roepen de Fransen op de brug rondom mij. Bravo jakobswegen door Europa! , denk ik. Jullie zijn terecht werelderfgoed. Jullie bezorgen ons wonderlijke, unieke ervaringen.
Aan allen die dit lezen een groet op jullie weg door het leven. Het ga jullie goed! ( ook de kleine Riven). Een kosmische groet, net zoals na de Santiagotocht:
( = een geheugensteuntje voor mij, de plaatsen waar ik overnacht heb). Morgen ga ik met de TGV naar huis, mijn weg verderzetten samen met Roland, Pieter, Katrijn en Johannes, Floris en Joene, en oma. Het is goed geweest!!! ( en zeggen dat die middeleeuwers nog maar halfweg waren in Compostella: ze moesten weer de weg op naar huis! Wij keren gewoon terug met bus, trein of vliegtuig ... en zijn ook fier op onze prestatie!)
Ondertussen ken ik de spreuk volledig: "La pluie du matin n'arrête pas le pèlerin, la pluie de toute la journée, ça sent le chien mouillé." Als we 's avonds bezweet toekomen is douchen en kleren wassen het eerste wat we doen. En dat is hard nodig!!!
Om 8.15 u vertrokken, uitgewuifd door gastheer Bernard en gastvrouw Lucie. Geschuild in Utxiat in een oude molen, vroeger deel van een pelgrimshospitaal. Er liggen 2 stevige matrassen en er staat een lange tafel met banken. We zeggen het door aan elkaar. Van op het pad is het niet te zien dat je hier wat kunt uitrusten. Op een kruispunt van oude Romeinse wegen staat een stenen kruis uit 1714: Galzetaburu.
Het regent nu werkelijk pijpenstelen. Ik loop met open handen onder de cape om te vermijden dat er water in de slobkousen komt. Een boer probeert tevergeefs zijn schapen van de stal naar de weide te leiden tot zijn hond komt aangelopen. Even verder moet ik uit de weg voor een troepje schapen dat voortgedreven wordt door een traag rijdende wagen. Door de regen te laat voor een foto. Opeens merk ik een teken van de GR 78 op, de route die uit Lourdes komt. Ben ik weer verkeerd gelopen? Door de buien heb ik enkel naar de wit-rode streepjes van de GR uitgekeken en heb ik nooit mijn gidsjes erbij gehaald. Ik picknick in een loods van een boerderij waar landbouwmachines staan! Oef! Eindelijk droog ergens kunnen schuilen. Ik doe wel een ontdekking. Ik zit neer op een soort wijde eg, in de hoek van de machine ligt er een ongeopende, goede fles rode wijn: El Coto, Rioja Crianza, met een glas en daarnaast een fles water. Een tussendoortje voor de landbouwer tussen het harde werk in, zonder dat moeder de vrouw op de hoogte is.
Gerustgesteld zie ik een wegwijzer naar St-Jean-le-Vieux, op de plaats van een Romeinse neerzetting. Van hieruit trokken ooit Karel de Grote en Roeland, en later Aimery Picaud, de middeleeuwse schrijver van de 'Guide de Pèlerin' uit de codex calixtinus over de Santiagobedevaart, over de Pyreneeën. De parochiekerk Saint-Pierre heeft nog een romaans portaal. Vanaf de 13de eeuw trokken de pelgrims via het gehucht La Magdaleine ( er was een hospitium, nog merkbaar aan het kerkje La Sainte-Madeleine-de-la-Recluse met een gotisch portaal in rode zandsteen) naar St-Jean-Pied-de-Port ( = aan de voet van de bergpas). Je komt er binnen langs de Sint-Jacobspoort. Rond 16.15 u meld ik mij eerst aan bij de 'Accueil Saint Jaques'. Zij houden statistieken bij over alle pelgrims die hier voorbijkomen of van hieruit vertrekken. Aan de overkant is de gîte "L'esprit du chemin", uitgebaat door de supervriendelijke Huberta en Arno uit Nederland. Ze praten vlot 4 talen: Frans, Duits, Engels, Nederlands. Ze hebben zelf al meer dan eens de camino gelopen en doen nu in hun jaarlijkse vakantie stukken onderweg naar Jeruzalem! De Antwerpse Liesbet helpt als vrijwilligster. Ze hebben een tuinhuisje dat als meditatieruimte dienst doet. Bij het aperitief vragen ze ons ons voor te stellen. Ja hoor, vanaf hier is het echt een internationaal gezelschap. Er zijn Amerikanen, Canadezen, Nieuw-Zeelanders, Oostenrijkers, Fransen, de Duitser Herman, een Zwitserse en een Koreaan. We krijgen een vegetarische schotel: courgettesoep en Mexicaanse pannekoeken met zoete maïs, bonen, broccoli, wortels en pompoen, een tomatenslaatje en yoghurtsaus. Nergens op de camino hebben we zoveel groenten op tafel zien staan.
Ik heb in de vooravond nog even geblogd, ben door het pittoreske stadje gewandeld om te zien of ik eventueel nog bekenden zou ontmoeten. Bijna onmogelijk: er zijn 15 gîtes hier in St-Jean... Vauban heeft indertijd de muren van de citadel boven de stad nog extra versterkt. Pelgrimstocht afgesloten met een korte misviering in Notre-Dame-du-Pont, de gotische kerk van St-Jean naast de oude brug over de Nive. Vroeger was de kerk gewijd aan de Heilige Johannes ( vandaar de naam van het stadje St-Jean). Huberta waakt er wel over dat iedereen om 22u op de kamer is en dat er van dan af stilte heerst. Noodzakelijk voor de pelgrims die morgen al vroeg zullen vertrekken voor de toch lastige, maar o zo mooie etappe naar Roncesvalles.
Lichtbewolkt met opklaringen, 's avonds lichte regen, 23 °.
Met Voltaren én de goede zorgen van Sylvie geen problemen met mijn been. Weer meer heuvelend dan gisteren. De monocultuur van maïs maakt stilaan plaats voor de weiden en bossen van Baskenland. Hier en daar Baskische boerderijen met rood geschilderde balken en wit metselwerk. Veel veeteelt: koeien 'blondes d' Aquitaine' voor vlees en schapen voor de typische Baskische kaas. In de eenvoudige romaanse kapel Saint-Just is een groep van 8 Oostenrijkers luidop aan het bidden en aan het zingen. De reuzeboom met roze bloesems in de tuintjes heet 'albisia', laat ik me vertellen. Even verder neem ik een inkorting naar het dorp Uhart-Mixe. Ik eet er mijn picknick in de gîte L' Escargot en vraag de weg naar de stèle van Gibraltar en naar de kapel van Soyarza. Groot is mijn ontgoocheling als ik hoor dat ik dan niet die inkorting had mogen kiezen. De gastvrouw reageert spontaan en stelt voor mij met de wagen naar de stèle te brengen. Te voet 4 km bergop, met de auto een miniritje. Ik heb tranen in de ogen van ontroering. Zo'n gastvrijheid, zo'n innemendheid pakt mij.
De stèle of steen van Gibraltar (= Baskisch Chibaltarem voor de 'Heilige Redder') is een symbolische plek. Daar komen 3 routes uit Frankrijk samen: die uit Parijs-Tours, uit Vézelay en uit Le Puy. Nog wat hoger ligt de kapel van Soyarza. Sylvie was hier voor mij.... Je hebt er een weids uitzicht rondom over de Pyreneeën. Hier stond vroeger een Mariakapel van de kanunniken van Roncesvalles. Toch wat moeten zoeken boven om de juiste weg te vinden. Het is er heel eenzaam, indrukwekkend. De wind steekt op, even later begint het zacht te regenen. Nog een romaans kapelletje Sint-Nicolas in Harambeltz. Een fiere inwoner van het dorp geeft uitleg bij het naïeve retabel van Sint-Niklaas en bij de houten beelden van Maria en Sint-Jakob.
Om 17 u in Ostabat. In de bar ontmoet ik Yves, Emmmanuelle ( de Canadese), Sylvie en haar Duitse vriendin Yvonne. Zij slapen in de gîte communal. Hier lukt het mij wel te internetten. Ik logeer in de gîte d'étape Ferme Gaineko-Etxea (Baskisch voor 'het hooggelegen huis'), een gerestaureerde hoeve. Wat een ambiance! De Baskische baas Bernard heeft de stem van een operazanger. Hij vergast ons op Baskische en Franse liederen. De Oostenrijkers zingen ook meerstemmig. Heel mooi en "stemmig". Er zijn ook 2 Vlamingen met de fiets: Francis en zijn zoon Rob uit Olen. Morgen zijn zij al in Roncesvalles.
Wat blijven hangen in Navarrenx, want de taverne van gisterenavond is tegelijk een cybercafé. De militaire fontein bezocht, 4 m onder de grond. De bron heeft tijdens de vele bezettingen in de geschiedenis van het stadje de hele bevolking en het leger van water voorzien. Internetten lukt niet zo goed. Achteraf blijkt dat ik beter inlichtingen genomen had in het gemeentehuis. Er zijn altijd problemen met de computer van het cybercafé, en er is een beter adres in Navarrenx, maar die mensen hangen het niet uit aan hun deur. Weinig bezienswaardigheden op de route vandaag. Alleen natuur. Een vrij vlakke etappe. Dat komt mij goed uit, want na de middag begint mijn rechterbeen te protesteren. In het kerkje van Castetnau-Camblong heet het gedenkboek 'livre d'espérance'. Je bent altijd nieuwsgierig of een pelgrim die je kent geen berichtje voor je nagelaten heeft of een wijze uitspraak genoteerd. De dorpen liggen ver uit mekaar en hebben uitgestrekte 'forêts communales', gemengd bos met hoofdzakelijk eiken. Ook weiden en de alomtegenwoordige maïs. Jean-Claude wandelde hier vorig jaar ook rond deze tijd, hij heeft de indruk dat er zelfs meer maïs staat nu. Europese subsidies?
Na de brug over de rivier Le Saison zijn we in Baskenland. De warme, rode plek op mijn been breidt uit naar boven. Dan maar een energiereep met Voltaren. Het heeft effect! Een 'palombière' gezien. Met ladders kruipt men heel hoog in een hut in de bomen. Van daar lokt men in oktober de trekduiven 'les palombes' met een gevangen duif en soms ook met een systeem van draden met spiegeltjes, die naar andere bomen gespannen zijn. Tegenwoordig is deze jacht verboden met enkele uitzonderingen uit respect voor de traditie!
Om 17 u toegekomen in 'La ferme Bohoteguia' van Marie. Ik ga nog even het kerkje van Aroue binnen . De sleutel hangt aan de muur van het kerkhof. Binnenin is in het koor, boven de deur naar de sacristie, een ruiter te paard met een hooggeheven zwaard, gebeiteld in steen: Santiago Matamoros ( de Morendoder). Zo is hij verschenen aan de Spanjaarden die begonnen waren aan de herverovering of reconquista van Spanje op de Moren. Het symbool bij uitstek om de Spanjaarden te verenigen rond een gemeenschappelijk streefdoel. Nog nooit hebben we zo'n copieuze maaltijd gekregen: witte wijn en alcool de cassis als aperitief, boerenpaté en ham met tomaat, blanquette de veau met brood, sla met gebakken ham, schapenkaas met kersenconfituur, perentaart met koffie of thee. In het dorp is er geen bakker, maar boerin Marie zorgt voor brood en toespijs voor een donativo. Als we na deze maaltijd geen energie hebben om de Pyreneeën over te steken, weet ik het niet meer. Sylvie uit Bordeaux heeft magische handen: ze slaagt erin door net-niet-handoplegging de warmte van de ontsteking weg te laten vloeien. Dat wordt een rustige nacht.
10 juli: St-Amelberga in Mater: ruiterommegang en dorpsfeest. Zou het daar even vochtig weer zijn als hier? Een hels onweer vannacht. Het heeft de hele tijd gegoten. Mijn schoenen ingesmeerd tegen de regen. Vertrokken om 8.15 u. Het wordt een redelijk zware etappe omdat we voortdurend over heuvels en door dalen lopen. We steken de brede rivier de Gave de Pau over en ook de autosnelweg 'La Pyrénéenne'. In de middeleeuwen, voor er stenen bruggen gebouwd waren, staken de pelgrims brede rivieren over in gammele bootjes.
Een zingende pelgrim haalt mij in. Het is Jean-Claude, de Franse dichter. Hij is een ervaren Santiagoganger, het is al zijn 4de keer. Vorig jaar was hij 4 maand onderweg: van Le Puy naar Finistère; met openbaar vervoer naar Arles; van daar gestapt naar Puenta la Reina via de Somportpas over de Pyreneeën ( hij vond de weg vanuit Arles erg eenzaam); aan de Camino del Norte begonnen; maar daar gestopt. Als Fransman ondervond hij vijandigheid van de Spaanse Basken, en het was ook heel duur omdat er vrijwel geen gîtes zijn daar. Je bent verplicht in hotels te slapen. 4 maand voor 3000 km + 3 weken geïmmobiliseerd in St-Jean-Pied-de-Port met een tendinitis!
Een lieflijk landschap, zachte glooiingen met bossen, weiden en maïs. Verspreid in het landschap de typische boerderijen van de Béarn: lichtgele of okergele muren met crepis, delen in natuursteen of in keien, en hoge rode daken met platte pannetjes. Vaak ook dakkapellen. Veel bloemen: oleander, doorlevende lavatera, hortensia, klimrozen, blauwe regen. Telefoontje naar oma in Baillonville: zij telt al af tot ik terugkom! We stappen weer een gedeelte over de weiden, maar meestal zijn het asfaltweggetjes. Gelukkig is er geen zon vandaag! Langs de beekjes springbalsemien en brunel, ook veel dopheide. De pompen van de sproei-installaties liggen stil na de hevige regen vannacht.
Een hoogtepunt is de cisterciënzerabdij van Sauvelade, of wat er van overblijft. Sauvelade komt van 'silva lata' = groot bos, en ligt heel afgelegen. De romaanse abdijkerk heeft 1.25 m dikke muren, een ronde vieringstoren en halfronde absidekapellen. Zo'n soberheid, zo'n eenvoud, zo'n stilte nodigen uit tot ingetogen gebed... Aan het Sint-Jakobsbeeld liggen geschreven intenties van pelgrims met een keitje erop...
Ik begin last te krijgen van mijn rechterbeen, er is een harde rode, gezwollen plek juist boven mijn sokken. Vanavond neem ik een pilletje tegen ontsteking! Met de voeten alles OK. De koeien 'Blondes d' Aquitaine' liggen rustig te herkauwen, dacht ik. Maar er is entwat inde lucht. Een stier berijdt er eentje en al de rest gaat rechtop staan. Pavlov-effect? Een bron in het bos: zuiver, drinkbaar water.
In Navarrenx worden de pelgrims 's avonds ontvangen met een drankje en een hapje in de pastorij van de St-Germainkerk. Ik kom om 18.20 u aan. De naam Navarrenx is afgeleid van het koninkrijk Navarra. Al in de 16de eeuw werd dit stadje versterkt met bastions en vestingen, 100 jaar voor Vauban dit deed. Ik logeer in de gîte 'L'Arsenal' in het toeristisch bureau. We betalen in de bar ernaast. Menu du pèlerin in 'La Taverne St-Jacques' met Yves, Jean-Claude, het Noorse koppel Torstein en Dorthe en een Frans koppel. Yves zingt Bretoense zeemansliederen. Hij heeft een welluidende stem. Heel ontroerend!
De langste etappe: al vertrokken om 6.45 u. Zodra we de beek Le Gabas over zijn, begint al het volgende departement: les Pyrenées Atlantiques. De weg is beter aangeduid dan gisteren. Eenden klapperen met de vleugels, maar vliegen kunnen ze niet. Een pauw in volle glorie. Op de weg: een dode slang, kikker, egel... In Arzacq-Arraziguet dronken kampeerders. Vorig jaar waren er discussies geweest tussen feestvierders en pelgrims. Daarom is dit jaar de gîte 3 dagen gesloten. Arzacq is een van die stadjes die door de heropleving van de bedevaart weer is opengebloeid. In het stadswapen zijn er 3 jacobsschelpen. Langs het meer staan massa's caravans en bestelwagens. De jongeren roepen me allemaal na: "Joyeuse marche! ( gelijkt op 'joyeux Noël', niet?). Bon courage pour l'avenir! Vous ne voulez pas un petit Ricard frais?" Een hinde gezien aan de rand van het bos. Ze trekt zich niets aan van de opzwepende muziek die nog tot hier hoorbaar is. 's Morgens: heuvels, dalen, bosjes, weiden en maïsvelden. Ik ken al het truucje om een onvrijwillige douche te vermijden. De klokken van Fichous-Riumayau luiden net 12 u als Floris en Joene me opbellen. Na de middag vlakker terrein. Gepicknickt met 'rillette de pur canard' ( gekocht van de dame in Pimbo) aan de Saint-Pierrekerk in Larreule. De naam van de plaats verwijst naar de regel van Benedictus. Er is nog een klein stuk van de romaanse kloosterkerk bewaard.
Uzan heeft nog een kerkje en een fontein aan de H.Quitteria gewijd. ( zie Aire-sur-l'Adour). In Pomps ga ik één km om naar de 19de-eeuwse jakobskerk. Jacobus: ik verdien een extraatje! Een gratis koffie aangeboden door een vriendelijke bewoner van het plaatsje! Soms wandel ik tussen 2 muren maïs, niet eng want aan weerszijden is er een brede boord veldbloemen o.a. egelskop en zeepkruid. Naar de avond toe stap ik op uithouding en nootjes. Weer klimmen, dalen, klimmen. Een opwekkende verrassing: de romaanse kapel van Caubin. In de middeleeuwen stond hier een hospitaal van de johannieters. In het kerkje valt het licht juist op een gotische grafnis met mooi maaswerk. Er ligt een stenen ridder in volle wapenrusting.
Ik was te laat om te slapen in de gîte de la boulangerie ( voetmassage mogelijk). Daarom had ik vanmorgen op het antwoordapparaat van de gîte communal 'La maison du pèlerin' gereserveerd. De verantwoordelijke is al vertrokken, als ik om 19.45 u arriveer. Dat wordt weer geld nalaten op de keukentafel morgen. Nog een afhaalpizza gegeten op het marktplein met een pression. Smakelijk! Ik slaap in dezelfde kamer als Yves, de Bretoen en een Duitse jongeman Marcus. 's Anderendaags vertrouwt Yves mij toe dat Marcus enorm gesnurkt heeft! Waarschijnlijk heeft hij zich vergist en was ik het met mijn hooikoorts. Heb ik lekker verzwegen!...
Onze gastheren zijn enorm vriendelijk. Ze nemen de tijd en blijven babbelen met de gasten tijdens het ontbijt. Ze willen niets weten van de grote trusts die hier de foie gras produceren. Het zijn niet de boeren die met de winsten weglopen. Tijdens de 'gavage' wordt de dieren 1 kg maïspap per dag door de strot geduwd. De trusts vinden alleen de lever belangrijk, de rest van het dier beschouwen ze als afval. Wat onze gastheren wel kunnen appreciëren is de 'foie gras artisanal', door de boer zelf geproduceerd met meer respect voor de dieren. Vandaag weer zo'n eendenkwekerij voorbijgelopen. En ook 'scharreleenden' op de boerderijen. Langs een stuwmeer, door de maïsvelden. We lopen pal naar het zuiden. De Pyreneeën komen in zicht. Dat geeft een kick. Het doel nadert. Ultreia, ultreia y sus eia, Deus adjuva nos ( Steeds hoger, steeds verder, God sta ons bij). Het pelgrimslied kregen we aangeleerd in de abdijrefter van Conques. Elke dag speelt er wel een wijsje door je hoofd tijdens het stappen. Bij de liedjes van het koor ken ik meestal alleen maar de woorden van de eerste regel, aangezien ik begeleid. Dan maar neuriën.
Te diep in gedachten verzonken... een afslag van de GR 65 gemist. Ik kom op onbekend terrein, er is zelfs een oprit naar een autosnelweg die niet op mijn kaartjes van 2010 staat. De weg gevraagd. Over asfalt naar Miramont-Sensaq gestapt. Daar gepicknickt. Een sappige perzik als dessert. Mama zei altijd dat ze nooit lekkerder perziken gegeten had dan in Lourdes. Beter opgelet na de middag. In Sensaq staat een romaans kerkje en één huis! Geen frisdrank dus. Er is geen toren, wel een muur met een driehoekige punt. Daar zijn 2 gaten in, in één ervan hangt de klok. Je mag die zelf luiden, want er is niemand anders. Het sympathieke kerkje is het terrein van vogels in een zijkapel en van hagedissen in het portaal. Ik schrik een kleine vogel op met een nest jongen...
Op de weg staat een oude boerin met een stok en een gsm?!? Ze biedt vriendelijk aan om mijn rugzak af te nemen. Ze sluit de weg af met blauw touw. Eigen koeien eerst! De dieren worden van de ene weide naar de andere gebracht. Ze komen afgestormd en rennen gedisciplineerd de nieuwe weide op tussen plastic balen hooi. "Ils manquent trois veaux". Wat hoger zie ik de weide waar ze vandaan kwamen, ook afgezet met blauw touw. Er staan enkele kalfjes rustig te peuzelen bij het struikgewas. De rakkers!
Om 17 u aangekomen in Pimbo. Ooit waren hier 3 kerken. Daar is er een, de Saint-Barthélémy van over gebleven met een romaans portaal. Er staan Keltische motieven en worstelende krijgers op afgebeeld. Pimbo is heel pittoresk ( veel bloemen aan de huizen), maar piepklein... In de gîte is er plaats voor 5 personen. Geen restaurant. La France profonde! De verantwoordelijke verkoopt klaargemaakte maaltijden in glazen potten. Ik kies voor 'lentilles ( linzen) au confit de canard" en voor pasta. We maken het klaar in de keuken van de gîte. Wie morgen laatst vertrekt ( allicht ben ik dat), moet de sleutel onder een bloempot achterlaten. Ik ga vroeg slapen ( net als Floris en Joene bij Roland vandaag)
Ik ben Anne Verschoore
Ik ben een vrouw en woon in Mater (Oudenaarde) en mijn beroep is lerares Nederlands/Engels.
Ik ben geboren op 24/04/1953 en ben nu dus 72 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: ons plaatselijke Tabitakoor begeleiden op keyboard , Spaanse les volgen in avondschool en uiteraard wandelen.