Eerst naar de bakker en de auto aan de kerk gezet en dan te voet terug naar de boot.  Na het ontbijt vertrokken we te 09:20 uur om achtereenvolgens sluis 24 – Consenvoye (de sluis met de schuine sluismuren waar een vlottende steiger tegenaan ligt), sluis 23 – Brabant-sur-Meuse, sluis 22 Samoyeux en sluis 21 – Champ. Hier moesten we een kwartiertje wachten omdat die man van het VNF ons blijkbaar niet gezien of gehoord had - beetje doof denk ik gezien hij de scheepshoorn niet gehoord had, om daarna te 13:30 aan het mooie steigertje van Vacherauville aan te leggen. 

Hele bomen in het water.     Frans kerkhof in Bras-sur-Meuse. Mairie Charny-sur-Meuse.

Gezien we tijdens het wachten voor de laatste sluis maar gegeten hadden, konden we na het afzetten van de fietsen dadelijk vertrekken voor onze rit van vandaag.  Het ging over het mooie fietspad dat hier langs de Maas ligt naar Bras-S-sur-Meuse, daar staken we het kanaal en de maasvallei over naar Charny-sur-Meuse en zo over de D38 richting Marre, vervolgens naar de plaats van een van de in WOI verwoeste dorpen,  Cumiéres-sur-de-Mort-Homme (volledig vernield door artilleriebeschietingen – geen enkele steen meer op elkaar volgens de foto’s op het gedenkbord) en vervolgens via de D123 naar Forges-sur-Meuse, het gehucht Le Moulin de Belhaine tot aan de brug over Maas en kanaal naar Sivry-sur-Meuse.

Gebinte lavoir van Marre.   Watertoren aan station van Consenvoye.

Aan de boot terug gekomen las deze nog steeds alleen ondanks we tijdens onze fietstocht (en terugrit met de auto) verschillende boten in die richting hadden zien uitgaan. Vermoedelijk liggen die ergens “onderweg” aan de kant.

Sl/D          Sl/T           VKm/D   VKm/T       VU/D      VU/T         F-WKm/D F-WKm/T          U-teller

4                53              21           410           3:00       66:15        21              570                    2114.1