In (oorlog + vrede) heeft oorlog een andere betekenis dan (oorlog) in het eenzijdige.
In (vrede + oorlog) heeft vrede een andere betekenis dan (vrede) in het eenzijdige.
Van LOGOS (niet-eenzijdigheid) spreken en OORLOG (eenzijdigheid) verheerlijken is een tegenstrijdigheid.
Tegengestelden sluiten elkaar uit: Losbandigheid & Dictatuur
Gemakzucht & Eerzucht
Tegendelen sluiten elkaar in: Discipline & Vrijheid
Eergevoel & bescheidenheid
Losbandigheid en Dictatuur kan niet in ĀhetzelfdeĀ en in dezelfde persoon aanwezig zijn.
Maar een losbandig volk heeft een dictator nodig om niet aan zelfvernietiging te doen.
Zonder vrede zouden de strijdende partijen totaal uitgeput geraken. Zonder strijd zouden de rustende partijen totaal krachteloos worden.
__________________________
STĆRIG: Geschiedenis van de filosofie: blz. 141 :
De grote wet volgens welke de ene oerenergie zich onophoudelijk ontvouwt in veelheid, is de eenheid der tegenstellingen. Alle ontwikkeling heeft plaats in het polaire samenspel van tegengestelde krachten.ĀGod is dag en nacht, winter en zomer, oorlog en vrede, verzadiging en honger.Ā In de strijd tussen idee en idee, mens en mens, man en vrouw, klasse en klasse, volk en volk vormt zich het harmonische geheel van de wereld. In deze zin is de oorlog Āde vader van alle dingen, de koning van alle dingenĀ.Ieder ding heeft tot zijn wezen zijn tegendeel nodig. ĀZij begrijpen niet hoe het, terwijl het uiteengaat, samengaat: tegenstrevende verbinding als van de lier en de boogĀ. Daarom hebben diegenen ongelijk, die verlangen naar het einde van alle strijd in een eeuwige vrede. Want met het ophouden van de scheppende spanningen zouden volstrekt stilstand en dood intreden. Daarom ook zou het voor de mens niet goed zijn, al zijn wensen vervuld te zien. Want het is de ziekte die de gezondheid zoet maakt, en pas door vergelijking met kwaad, honger en inspanning begrijpen we wat goed, verzadiging en rust betekenen.
____________________________________________
Zij, die verlangen naar het einde van alle strijd in een eeuwige vrede hebben ongelijk.
Zij, die verlangen naar het einde van alle vrede in een eeuwige strijd hebben ongelijk.
STRIJD
Losbandigheid & Dictatuur zijn ĀgedetermineerdĀ en strijden tegen elkaar.
Losbandigheid zonder Dictatuur valt uit elkaar.
Dictatuur zonder Losbandigheid versmacht zichzelf.
VREDE
Vrijheid & Discipline zijn Āniet-gedetermineerdĀ en beschermen elkaar.
Vrijheid zonder Discipline verwordt tot Losbandigheid.
Discipline zonder Vrijheid verwordt tot Dictatuur.
De idee der ideeƫn, de hoogste idee, is volgens PLATO , de idee van het goede.
Het ĀGOEDEĀ betekent hier niet het moreel betamelijke, maar het degelijke dat presteert wat behoorlijk is en dit kan presteren.
Het is het regulatieve als zodanig, dat wat het zijn pas het vermogen geeft, zelf als voorbeeld te wezen. Datgene wat zoĀn vermogen verleent, is het primair vermogende.
Zo zijn er dan blijkbaar TWEE ELEMENTEN in de menselijke ziel: vurigheid en wijsgerigheid; en nu zou ik durven beweren dat een god aan de mensen beide methoden, muziek en gymnastiek, heeft geschonken met het oog op het ontwikkelen van die twee beginselen en niet van ziel en lichaam, tenzij onrechtstreeks. VURIGHEID en WIJSGERIGHEID dienen zij onderling harmonisch te stemmen, als snaren die men aanspant of ontspant tot zij de gewenste toonhoogte bereikt hebben.
BOEK 2 Ā DE STAAT Ā blz. 236/237
Neem om Āt even welke zaden of spruiten, zowel van planten als van dieren. Krijgen die niet hun passend voedsel, het klimaat of de plaats die ze nodig hebben, dan weten we dat ze, naarmate ze sterker zijn des te meer behoefte hebben aan dingen die voor hen passen. VOOR IETS WAT GOED IS, IS KWAAD IMMERS EEN ERGERE VIJAND DAN VOOR HET NIET-GOEDE.
- Natuurlijk.
- Zo is het ook maar redelijk, zou ik zeggen, dat de beste natuur op, niet - aangepaste wijze gevoed, er slechter aan toe is dan een doodgewone.
- Dat is inderdaad redelijk.
- En, Adimantus, vroeg ik, mogen we dan ook niet beweren dat de edelaardigste zielen ook bij uitstek slecht worden wanneer ze een slechte opvoeding treffen? Of denkt ge dat de grote misdaden en de volslagen verdorvenheid de vrucht zijn van een ordinaire natuur, en niet veelleer van een jeugdig- sterke, maar door verkeerde opvoeding bedorven natuur, terwijl een zwakke natuur nooit of nimmer grote dingen zomin in goede als in slechte zin, zal voortbrengen?
Het Griekse woord ĀsophrosyneĀ duidt op evenwicht, op het vermogen om het juiste midden te houden tussen genot en ascese, tussen strengheid en toegeeflijkheid, en ook op de voorname houding die in de omgang zowelplatte vertrouwelijkheid als koele afstandelijkheid vermijdt. De gerechtigheid ten slotte omvat alle andere deugden: zij bestaat in de harmonische verhouding van de drie functies van de ziel en de daarmee samenhangende deugden
____________________________________________
Er is misplaatst wantrouwenĀ .maar er is ookĀ ..onverantwoord vertrouwen.
De TWEE ELEMENTEN in de menselijke ziel.
VURIGHEID (Energie + Beheersing) of (Geestkracht +Beheersing)
MORALITEIT
WIJSGERIGHEID (Vlug van geest + Goed geheugen) of (Intelligentie + Geheugen)
CAPRA Frithof : ĀDe tao van fysicaĀ . blz. 296 :
EINSTEIN heeft het bestaan van niet-lokale variabelen en het daaruit voortvloeiende fundamentele karakter van de waarschijnlijkheidsbenadering nooit kunnen aanvaarden. Dat was de inhoud van zijn historische discussies met Niels BOHR in de jaren twintig, waarin EINSTEIN met zijn beroemde beeldspraak ĀGod dobbelt niet Ā tot uitdrukking bracht dan hij zich lijnrecht tegenover BOHRS interpretatie van de quantumtheorie opstelde. Aan het eind van de discussie moest EINSTEIN toegeven dat de quantumtheorie, zoals die door BOHR en HEISENBERG werd geĆÆnterpreteerd, een consistent denksysteem vormde, maar hij bleef ervan overtuigd dat er ergens in de toekomst een deterministische interpretatie zou worden gevonden in termen van lokale verborgen variabelen.
Waar EINSTEINS meningsverschil met BOHR in wezen op neerkwam was zijn vaste overtuiging dat er een of andere uitwendige werkelijkheid bestond, opgebouwd uit afzonderlijke ruimtelijk gescheiden elementen.
________________________________________
DAVID HUME
( 1711 Ā 1776 )
RIDLEY MATT : ĀWat ons mens maaktĀ. blz. 287 :
ĀHUME was van mening dat ons handelen ofwel gedetermineerd is, en in dat geval hebben wij er niets over te vertellen, of dat ons handelen afhankelijk is van het toeval, en in dat geval hebben we er evenmin iets over te vertellenĀ ..Kunt u het nog volgen?Ā
_________________________________________________
ĀDeterminismeĀ en ĀIndeterminismeĀ sluiten elkaar uit.
Dit heeft tot gevolg dat ze niet naar elkaar kunnen groeien.
ĀGedetermineerdĀ en ĀNiet-gedetermineerdĀ sluiten elkaar niet uit.
Op de afbeelding kunt U zien hoe het mogelijk is dat de gedetermineerde elementen door naar elkaar toe te groeien zichzelf overstijgen en zelf een andere benaming krijgen en zo het ontstaan van het Āniet-gedetermineerd zijnĀ mogelijk maakt.
Er gebeurt dus een overgang van Āgedetermineerd zijnĀ naar Āniet-gedetermineerd zijnĀ, maar die spijtig genoeg zo moeilijk in woorden te verklaren is.
Voorbeeld
Losbandigheid Ā Dictatuur wordt : (Vrijheid - Discipline)
Daar zowel BOHR als EINSTEIN erop gesteld waren om de waarheid te achterhalen en niet om gelijk te krijgen zou er een toenadering tussen beide mogelijk geweest zijn.
Op het conceptuele vlak verschaft de FEYNMAN pad-integraal formulering, met haar scherpe bepaling van de basis-axiomaĀs, een geraffineerde interpretatie van de fundamenten van de kwantumtheorie. Zij maakt onder meer de discussie over het ĀgolfkarakterĀtegenover het ĀdeeltjeskarakterĀ van de bouwstenen (elektronen, atomen) overbodig : deze ĀquantaĀ zijn noch golf noch deeltjemaar worden gekarakterizeerd door een eigen, precies gedefinieerd gedrag waarmee evenwel geen beeld uit onze dagelijkse waarneming overeenkomt. Deze scherp omlijnde interpretatie verdringt de oorspronkelijke vagere omschrijving van BOHR, DE BROGLIE en anderen, en vermijdt een aantal paradoksen.
FEYNMANS PAD-INTEGRAAL werd de onmisbare fundering van de nieuwste ontwikkelingen in de inzichten in mikro- en makro- kosmos: de theorie die zwaartekracht en kwantumtheorie voor het eerst, tot op zekere hoogte samensmelt, was dwingend verbonden met de FEYNMAN pad-integraal. Ook de zogenaamde ijktheorie, de nieuwe graal van de natuurkunde, groeide vanuit de pad-integraal. De ijktheorie laat onder meer toe radioactiviteit en elektromagnetisme te unificeren.
GOLF + DEELTJE
ZWAARTEKRACHT + KWANTUMTHEORIE
RADIOACTIVITEIT + ELEKTROMAGNETISME
Hoewel FEYNMAN zelf zei :
ĀHet is juist om te stellen dat niemand kwantumtheorie begrijptĀ.
Wordt algemeen aanvaard dat hij zelf het diepste en scherpst afgelijnde inzicht bezat over de kwantumwereld.
De complexiteit is zo groot dat het uiterst moeilijk is om meer duidelijkheid te scheppen.
Nochtans stellen we vast dat BOHR Ā EINSTEIN - FEYNMAN - PRIGOGINE en ook anderen ons duidelijk hebben getoond waar het naar toe moet.
Het ĀMagisch - DumonismeĀ zullen we nooit kunnen begrijpen zoals we het ĀeenzijdigeĀ begrijpen maar daardoor zal het ook een charme |& aantrekkingskracht behouden die ons zal blijven boeien.
Centraal in PRIGOGINE visie staat de gelijktijdigheid van ĀSTRUCTUUR Ā en ĀVERANDERING Ā. Van Ā RUST Ā en Ā BEWEGING Ā.
PRIGOGINE.
Ā Op dit moment groeien de wereld die we om ons zien en de wereld die we in ons zien naar elkaar toe. Dat naar elkaar toe groeien van twee werelden is wellicht een van de belangrijkste culturele ontwikkelingen van onze eeuw Ā.
DISSIPATIEVE STRUCTUREN.
Een dissipatieve structuur is een geordend dynamisch regime dat balanceert tussen de rust van de stabiele evenwichtstoestand en de uit de hand gelopen instabiliteit van een volkomen chaotische stroming.
Heel zijn leven heeft EINSTEIN de droom nagejaagd van een verenigde theorie die alle wisselwerkingen omvat. We belanden hier bij een onverwachte conclusie: misschien vereist het realiseren van die droom een evolutieve opvatting van het universum! Een verenigde theorie zou dan onlosmakelijk verbonden zijn met de verbroken tijdssymmetrie van het heelal. Dat kan slechts waar zijn als bepaalde velden een andere rol spelen dan andere ( in dit geval het veld dat geassocieerd is aan de conforme factor tegenover het massadragende veld). De unificatie zou dus een ĀdialectischeĀ opvatting over de natuur impliceren. Blz. 168 Ā 170:
Blz. 168 Ā 170 :
Niettemin kunnen we begrijpen dat EINSTEIN weigerde te aanvaarden dat alleen het toeval het antwoord kon zijn op onze vragen. Het zuivere toeval is evenzeer een ontkenning van de realiteit en van ons verlangen om de wereld te begrijpen als het determinisme. Wat wij hebben proberen op te bouwen is een smalle weg tussen die twee opvattingen die evenzeer tot vervreemding leiden, die van een wereld beheerst door wetten die geen enkele plaats laten voor het nieuwe, en die van een absurde, acausale wereld, waar niets voorzien of in algemene termen beschreven kan worden.
Het zoeken naar die smalle weg is het onderwerp van dit boek.
Wat zich vandaag begint af te tekenen is dus een beschrijving die een middenweg kiest tussen twee vervreeemdende voorstellingen, die van een deterministische wereld en die van een arbitraire wereld die slechts onderworpen is aan het toeval. De wetten regerende wereld niet, maar de wereld wordt ook niet geregeerd door het toeval. De natuurwetten komen overeen met een nieuwe vorm van begrijpelijkheid, uitgedrukt door de irreducibele probabilistische voorstellingen.
Bij dat construeren van een smalle weg tussen blinde wetten en willekeurigegebeurtenissen, ontdekken we dat een groot deel van de wereld om ons heen tot nu toe Ādoor de mazen van het wetenschappelijke net is gegliptĀ, om het met WHITEHEAD te zeggen. We onderscheiden nieuwe horizonten, nieuwe vragen, nieuwe gevaren. We beleven een bevoorrecht ogenblik in de geschiedenis van de wetenschap. Ik hoop dat ik die overtuiging aan mijn lezers heb kunnen overdragen.
ĀHET EINDE VAN DE ZEKERHEDENĀ.
Zouden we BOHR en EINSTEIN hebben kunnen verzoenen?
We kunnen de vraag stellen al weten we goed dat ze onbeantwoord zal blijven.
Misschien is het JA, want we behouden het probalistische karakter van de Kwantummechanica, dat BOHR dierbaar was, maar tegelijk elimineren we het subjectivistische aspect ervan overeenkomstig de wens van EINSTEIN
Een grensgebied tussen ORDE en CHAOS, waar bevroren componenten net beginnen te ĀsmeltenĀ.
KAUFFMAN belangrijkste hypothese is dat levende systemen zich bevinden in dat grensgebied dicht aan de rand van de CHAOS
Volgens hem zouden diep in het geordende gebied de eilanden van activiteit te klein en te geĆÆsoleerd zijn om de verbreiding van complex gedrag door het systeem mogelijk te maken. Aan de ander kant zou het systeem diep in het chaotische gebied veel te gevoelig zijn voor verstoringen om zijn organisatie in stand te kunnen houden. Natuurlijk selectie zou daarom levende systemen Āaan de rand van de chaosĀ bevoordelen en in stand houden, omdat die het best in staat zijn om complex en flexibel gedrag te coƶrdineren, dat wil zeggen : om zich aan te passen en te evolueren.
VON NEUMANN John
LEWIN Roger : Complexiteit Ā Het grensgebied van de chaos blz. 64/65:
CELLENAUTOMATEN EN HUN MOGELIJKHEDEN TOT ZELFREPRODUKTIE
JOHN VON NEUMANN , de briljante Hongaarse wiskundige, vond in de jaren vijftig de cellenautomaten uit tijdens zijn zoektocht naar zelfreproducerende machines. Cellenautomaten zijn een bepaald type complexe dynamische systemen. Stel u een onbegrensd raster van vierkantjes voor, een oneindig groot vel ruitjespapier als het ware. Elk van die vierkantjes of cellen is zwart of wit, afhankelijk van de activiteit van de naburige cellen. Voor de toestand van een cel gelden eenvoudige regels, bijvoorbeeld dat als vier of meer van de acht aangrenzende cellen wit zijn, de toestand van de cel in het midden verandert. Evenals Boole-netwerken doorlopen cellenautomaten een reeks toestanden, waarbij elke cel de activiteit van zijn buren bekijkt en daarop volgens de regels reageert. Er ontwikkelen zich complexe, dynamische patronen die over het hele raster dwalen. De aard daarvan wordt beĆÆnvloed, maar niet volledig bepaald, door de activiteitenregels. Merk op dat de globale structuur hierbij ontstaat vanuit lokale activiteitenregels, een kenmerk van complexe systemen.
DUMONISME
Aan de rand van de CHAOS beginnen de componenten te 'smelten'.
Aan de rand van de ORDE beginnen de componenten te 'bevriezen'.
De intelligente zonder geestkracht gebruikt de leugen.
De geestkrachtige zonder intelligentie gebruikt de list.
De Intelligente Ā Geestkrachtige is op zijn hoede voorĀ Ā Ā Ā Ā Āzichzelf en (of) de andere iets wijs te makenĀ.
Domheid is blijvendĀ Ā .Onwetendheid kan tijdelijk zijn.
Immoraliteit is blijvendĀ ...Morele zwakte kan tijdelijk zijn.
CONFUCIUS
Betwijfel niet dat anderen kunnen wat je zelf niet kunt. Bespot anderen niet omdat zij niet kunnen wat jij wel kunt.
De geestkracht- sterke maar intelligent- zwakke legt de lat hoogĀ voor zichzelf en de andereĀ . hetgeen de ĀMoraliteitĀ betreftĀ maar niet hetgeen de ĀKennisĀ betreft.
De intelligent- sterke maar geestkracht- zwakke legt de lat hoog voor zichzelf en de andereĀ hetgeen de ĀKennisĀ betreftĀ maar niet hetgeen de ĀMoraliteitĀ betreft.
DANIEL GOLEMAN : Emotionele intelligentie: blz. 377 :
ĀTen slotte ligt ons niveau van emotionele intelligentie niet genetisch vast, en ontwikkelt het zich ook niet alleen in de vroege jeugd. Het heeft er alles van dat emotionele intelligentie, in tegenstelling tot het Iq dat na onze tienerjaren weinig verandert, grotendeels kan worden aangeleerd en gedurende ons leven van onze ervaringen leert en zich blijft ontwikkelen: we kunnen er in de loop van ons leven vaardiger in wordenĀ.
Of aan aangeboren intelligentie veel kan veranderd worden laat ik in het midden.
Of aan aangeboren geestkracht veel kan veranderd worden laat ik in het midden.
De TOTALITEIT ĀKENNISĀ kan hoofdzakelijk veranderen door STUDIE.
De TOTALITEIT ĀMORALITEITĀ kan hoofdzakelijk veranderen door TRAINING.
CHINEES SPREEKWOORD
Emotie zonder verstand is ellende; verstand zonder emotie is een dorre woestijn.
ĀEMOTIONELE INTELLIGENTIEĀ
Het lukt mij niet deze uitdrukking ergens onder te brengen omdat ik ze niet anders kan zien als een TOTALITEIT van twee elementen namelijk EMOTIE en INTELLIGENTIE.
Daar volgens GOLEMAN de emotie niet kan beheerst worden door (academische) intelligentie passen ze naar mijn gevoel in deze context niet bij elkaar.
ARISTOTELES had het ontstaan van de natuur zo voorgesteld dat aan de materie, die als zodanig geen werkelijkheid maar alleen mogelijkheid bezit, de vormen worden toegevoegd en dat zo de werkelijkheid ontstaat. Dit wordt door AVERROĆS zo uitgelegd dat de vormen zich niet van buiten af bij de materie voegen, maar dat alle vormen potentieel al aanwezig zijn in de materie en zich daaruit in de loop van het ontwikkelingsproces kristalliseren. Een dergelijke opvatting staat natuurlijk ver af van het geloof in de goddelijke schepping uit het niets, zoals die door de mohammedaanse en ook door de christelijke en joodse godsdienst wordt geleerd
Dit is niet het enige punt waarop AVERROĆS in conflict komt met de islamitische dogmatiek. Hij loochent ook de onsterfelijkheid van de individuele ziel en erkent alleen een bovenpersoonlijke, onsterfelijke geest, zodat hij kan zeggen dat niet PLATO en SOCRATES onsterfelijk zijn maar de FILOSOFIE.
ĀDeze leer, die de mensen voorhoudt het goede te doen omwille van het goede, staat voor AVERROĆS zedelijk hoger dan een leer die het doen en laten van de mensen laat bepalen door de verwachting van beloning en straf. Maar juist de leer van Mohammed wordt niet moe zeer beeldend en aanschouwelijk de hellestraffen te beschrijven die de mens in het hiernamaals te wachten staan, alsook de vreugden van het paradijs waar zachte rustbedden, wijn en donkerharige meisjes met mooie grote ogen de gelovige strijder van Allah wachten.Ā
STĆRIG H. :
Een rigoureuze moraal,die eisen stelt waaraan DE MENS onmogelijke kan voldoen, is zinloos.
AMETARE :
Een rigoureuze moraal, die eisen stelt waaraan EEN MENS onmogelijke kan voldoen, is zinloos.
Een rigoureuze kennis, die eisen stelt waaraan EEN MENS onmogelijke kan voldoen, is zinloos.
Hetgeen voor Āde eneĀ een Ārigoureuze moraalĀ betekentĀ is daarom nog geen Ārigoureuze moraalĀ voor Āde andereĀ.
Hetgeen voor Āde eneĀ een Ārigoureuze kennisĀ betekentĀ is daarom nog geen Ārigoureuze kennisĀ voor Āde andereĀ.
HET GOEDE DOEN OM HET GOEDE STAAT
BOVEN HET GOEDE DOEN EN EEN BELONING VENWACHTEN
EN
BOVEN HET KWADE DOEN EN EEN STRAF VERWACHTEN.
Met welk recht hebben de aanhangers van Mohammed de geschriften van AVERROĆS verbrand????
In het licht van de reeds verworven kennis, is hetgeen ons zo gelukkig maakte te hebben ontdekt iets vanzelfsprekend.
Einstein
In het licht van de reeds verworven moraliteit, is hetgeen ons zo gelukkig maakte te hebben bereikt iets vanzelfsprekend.
Ametare
Een denken dat logisch en wetenschappelijk wil zijn, maar niet de in de werkelijkheid aanwezige tegenspraken in zich op kan nemen en verwerken, daarin niet de hogere eenheid kan ontdekken , heeft geen waarde, want zo alleen kan het denken de levende stroom van de ontwikkeling recht doen.
Hegel / Stƶrig
Een denken dat logisch en wetenschappelijk wil zijn, maar niet de in de werkelijkheid aanwezige tegenspraken in zich op kan nemen en verwerken, van daaruitniet de hogere eenheid kan ontdekken, heeft geen waarde, want zo alleen kan het denken de levende stroom van de ontwikkeling recht doen. Ametare
De inspanning die we verwezenlijken door studie en training tegen onszelf, ter betrachting onzer geestelijke onafhankelijkheid, is de richtlijn die iedere kritiek weerstaat.
De gemakzuchtige(STERNBERG:de afzijdige) wil geen macht om geen verantwoordelijkheid te moeten dragen.
De eerzuchtige (STERNBERG: de uitslover) trekt alle macht naar zich toe zodat hij ook alle verantwoordelijkheid ,die hij niet kan dragen, op zich trekt.
DE GEMAKZUCHTIGE
Ā Macht Ā laat hem koud omdat hij geen ĀverantwoordelijkheidĀ wil dragen.
DE EERZUCHTIGE
Ā VerantwoordelijkheidĀ laat hem koud daar hij Āalle machtĀ naar zich toe wil trekken.
GEMAKZUCHT : onmacht van het eergevoel.
EERZUCHT : onmacht van de bescheidenheid.
Zonder bescheidenheid verwordt eergevoel tot eerzucht.
Zonder eergevoel verwordt bescheidenheid tot gemakzucht.
ĀVRIJE WILĀ betekent over de nodige intelligentie en over de nodige geestkracht beschikken om te doen wat in bepaalde omstandigheden behoort gedaan te worden.
DUMONISME
Zonder ĀKUNNENĀ heeft ĀWILLENĀ geen zin. Zonder ĀWILLENĀ heeft ĀKUNNENĀ geen nut.
Wat heeft het zin iets te willen doen als ge het absoluut niet kunt doen?
Wat nut heeft het iets te kunnen doen als ge het absoluut niet wilt doen?
ĀHET KUNNENĀ stimuleert ĀHET WILLENĀ wanneer ze niet te ver van elkaar verwijderd zijn en voldoende sterk zijn voor een bepaalde opdracht.
ĀHET WILLENĀ stimuleert ĀHET KUNNENĀ wanneer ze niet te ver van elkaar verwijderd zijn en voldoende sterk zijn voor een bepaalde opdracht.
KUNNEN DOENĀ Ā HETGEEN GE WILT DOEN.
WILLEN DOENĀ Ā HETGEEN GE KUNT DOEN.
DUMONISME
<<Waar een wil isĀ is een weg!.....?>>
Dit is een uitspraak die goed klinkt.
Maar die ook aan de werkelijkheid voorbij gaat.
Zoals HEGEL door aan de werkelijkheid voorbij te gaan kon zeggen:
Āspijtig voor de werkelijkheidĀ.
Waar geen ĀwilĀ isĀ ..is geen weg. Waar geen ĀkunnenĀ isĀ .is geen weg.
Zonder het ĀKUNNENĀ is het ĀWILLENĀ MACHTELOOS
Als het ĀkunnenĀ te zwak isĀ Ā Ā Ā ..dan helpt ĀwillenĀ niet.
Zonder het ĀWILLENĀ is het ĀKUNNENĀ MACHTELOOS
Als het ĀwillenĀ te zwak isĀ Ā Ā Ā ..dan helpt ĀkunnenĀ niet.
Uw ĀkunnenĀ afstellen op uw ĀwillenĀĀ in zover dit mogelijk is.
Uw ĀwillenĀ afstellen op uw ĀkunnenĀ...in zover dit noodzakelijk is.
Wat hebt ge eraan wanneer iemand U wil helpen maar niet kan?
Wat hebt ge eraan wanneer iemand U kan helpen maar niet wil?
STĆRIG H. J. : GESCHIEDENIS VAN DE FILOSOFIE : blz. 793 ĀDit werpt de vraag op of de evolutie, die als instrument de natuurlijke selectie hanteert, altijd de grove egoĆÆst bevoordeelt. Oppervlakkig beschouwd, lijkt hij immers de keiharde strijd om voedsel, buit, nestelplek; jachtgebied en voortplantingspartners te winnen. Of bevordert de evolutie ook Āaan moraal analoogĀ, altruĆÆstisch gedrag? Deze vraag heeft DARWIN reeds bezig gehouden en zeker ook geĆ«rgerd. Hij dacht bij zichzelf; van een stam of een volk zullen de nobele, de niet-zelfzuchtige, bij de strijd eerder in de voorste linie sneuvelen dan de lafaards, die een plek zoeken in de achterhoede. Hoe is het dan mogelijk dat het aantal nobele en deugdzame in de loop van de evolutie toeneemt? DARWIN kon geen antwoord op deze vraag bedenken. Daarom nam hij zijn toevlucht tot de (inmiddels verworpen) these dat verworven eigenschappen worden overgeĆ«rd____________________________________________________________________________________________________________
MAGISCH DUMONISME
De nobele(de overmoedige) : Hij die roekeloos ter strijde trekt,heeft zich slecht voorbereid.
De egoĆÆst(de lafhartige) : Hij die de strijd ontvlucht,heeft zich niet voorbereid.
Wie uiteindelijk de strijd wint hangt af van de zwakte of sterkte van beide partijen.
De ĀroekelozeĀ trekt ten strijde zonder de nodige voorzichtigheid in acht te nemen.
De ĀlafhartigeĀ ontvlucht de strijd omdat hij de nodige moed niet bezit.
HET IS DUS HIJĀ .. DIE DE NODIGE MOED BEZIT(nobel is) EN TEVENS DE NODIGE VOORZICHTIGHEID IN ACHT NEEMTĀ ..DIE KANS MAAKT OM IN ZIJN OPZET TE SLAGEN.
Men moet dus niet alleen nobel zijn Ā . Maar ook de nodige voorzichtigheid in acht nemen.
Men moet dus niet alleen voorzichtig zijnĀ .Maar ook de nodige moed bezitten.
OF HET AANTAL NOBELE EN DEUGDZAME IN DE LOOP VAN DE EVOLUTIE TOENEEMT LAAT IK IN HET MIDDEN.
DE VERKLARING UIT RELIGIEUZE OVERWEGINGEN DAT DE OORSPRONG VAN HET UNIVERSUM EN VAN DE MENSHEID DOOR EEN HOGERE MACHT GELEID ZIJNĀ Ā Ā Ā Ā Ā Ā Ā Ā Ā . DAT MAAKT MIJ NIET WIJZER.
Men zal Henry FORD ( 1863 Ā 1947 ) niet verwijten dat hij in het begin van de twintigste eeuw geen autoĀs gemaakt heeft zoals die van 2008.
Waarom wordt dan DARWIN Charles( 1809 Ā 1882 ) verweten dat hij niet alles tot in de puntjes verklaard heeft en veel vragen onbeantwoord heeft gelaten?
Zich vastklampen aan gedachten, die 2000 jaren geleden ook al de plak zwaaideĀ .. dat zegt veel over de mens die deze gedachte koestert maar weinig over de werkelijkheid.
Hoe kan iemand die in zichzelf de ĀevolutieĀ niet meedraagt geloven in ĀEVOLUTIEĀ?
Nooit van gedacht veranderen betekent : vastgeroest Ā rust maar geen beweging.
Om de haverklap van gedacht veranderen betekent : geen houvast Ā beweging maar geen rust.
Het ware leven is niet gelegen in het genieten van de goede dingen der aarde, maar ook niet in de ascetische zelfkastijding.
Het eerste is zonder adel, het laatste vol van lijden, geen van beide wegen leidt tot het doel.
<MEDITATIE Ā LOGISCH DENKEN>
HET ENE BEVESTIGT EN VERSTERKT HET ANDERE
De soevereine wil van de mens die is alleen daar waar de mens zichzelf overwint en zich niet gevangen laat nemen, noch door ZICHZELF noch door de TAKEN die hij zich in de wereld heeft gesteld: <De hoogmoed van het eigenzinnig IK te bedwingen is waarlijk de hoogste zaligheid >.
JASPERS
De weg die Boeddha heeft ontdekt, houdt het midden tussen beide
Boeddha wilde de leer op de plaats van de leraar zetten.
Toch bleef hij trouw aan het beginsel van de Indische filosofie dat het heil zelf een weten is. Dat de bevrijding kennis is en dat ze in de kennis al is bereikt.