Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek. Heb je een vraagje ? Mail het me rechtstreeks en ik zorg in de kortste tijd voor antwoord.
vandendriessche.guy@telenet.be
De avonturen van 'De Izegemse Snor' Dit is een 'blog' van, over en voor alle 'moustachen' in Vlaanderen, Nederland en verre omstreken.
De laatste nieuwtjes staan steeds vanboven. Voor vroegere berichten moet je terugscrollen of het archief induiken. Er is ook een zoekprogramma ter uwer beschikking.
Je kunt er mijn persoonlijke, maar ook evenementen en avonturen van andere 'snorren', al dan niet in clubverband, meebeleven en nalezen.
SNORREND !
28-06-2007
Rietsnorren
rietsnorren
Elzemiek, Maria, Aaldrik en Frederike (van links naar rechts) vermaken zich met wat riet.
Inderdaad...A-Day !! Vandaag, 24 juni zou onze snorren-vlotter moeten aankomen ter hoogte van Sint-Anneke, Linkeroever / Antwerpen. Een delegatie van de Europese Snorrenclub Antwerpen had verzamelen geblazen in hun stamlokaal Den Bengel op de Grote Markt te Antwerpen voor een drink en in afwachting van de genodigden die deel zouden uitmaken van de stoet, werden er nog wat ideeën uitgewisseld en plannen gesmeed, enz...
Het was reeds middag gepasseerd en enkelen gasten (hier Herlinde en Arend uit Izegem) versterkten alvast de innerlijke mens met een goeie friet.
Jammer dat we niet volop konden genieten van het terras, want het was druilerig weer, met af en toe een fikse regenbui.
De Izegemse politiesnor Rik was er ook en moest zich van voorzitter Willy nog vlug tooien met het nieuwe polo-shirt van de ESA-club. Zonder schroom deed die een semi-striptease midden de Antwerpse markt, tot groot jolijt van de aanwezigen.
Plots ontdekten de Izegemnaren Guy en Rik een leuk fotomodel (verkleed als Iepers katje ...?) en dat kon niet zomaar zonder een ludieke groepsfoto aan ons voorbijgaan.
Dan werd het hoogtijd voor de parade. Met vlaggendrager Wim, de belleman van Temse (en escorte) en drumband 'De Concurent' uit Deurne op kop ging het gezelschap, onder grote publieke belangstelling, stoetsgewijs richting kaaien, waar een Flandriaboot, gesponsord door BUGA Ital-auto, ons lag op te wachten, samen met de andere genodigden die ons daar reeds voor waren.
De kapitein stond ons reeds op te wachten...
...en er werd een eerste hulde gebracht met een korte speech van Gerard, de belleman van Temse.
De genodigden genoten blijkbaar van de rondvaart en het weer viel ook al mee... Al zou dat jammergenoeg niet al te lang meer duren...
Tony en de belleman : twee onafscheidelijke vrienden !
Dan was het inschepen en uitvaren !
Voor de twaalfjarige Arend was het een première : zijn eerste boottocht !
Tussendoor speelde de drumband af en toe een vlaams deuntje...
Snor Guy, die het hele project van in Gouy gevolgt had, maakte zich een beetje zorgen, want we waren nu al een tijdje aan het rondvaren op de plek waar onze vlotter normaal zou moeten aankomen drijven, maar nog geen A-snor in zicht !
We tuurden met zijn allen de brede stroom af ...
...ook even een blik werpen richting het Sint Annastrand... misschien was hij daar wel aangespoeld... In de verte 'Radio Minerva'...
Waar kan die vlotter toch zijn...?
En dan werd het spannend... want inderdaad : in de verte was ze daar, maar we hadden hem nog maar net opgemerkt of onze A dreigde door de deining van onze Flandriaboot te stranden !!!!
Gelukkig raakte hij weer vlot.
Met een lang werpsnoer werd na enkele pogingen de vlotter aan de haak geslagen en probeerden we met drievoudige mankracht deze 'binnen te halen'.
En daar hebben we hem ! Na een 22-daagse reis in Scheldewateren was de vlotter eindelijk weer (heelhuids) in ESA-handen !
Trots werd hij voorgesteld aan de verzamelde pers die voor de gelegenheid speciaal was meegevaren.
Onder de hoede van zijn 'creator' wordt het ESA-symbool teruggevaren naar de aanlegsteiger van het Sint-Annastrand.
En dan sloeg het weer volledig om : bij aankomst bij de steiger begon het pijpestelen te regenen !
Door en doornat zetten we met z'n allen de tocht naar te feesttent van Radio Minerva verder, nog steeds onder de tonen van een moedige drumband die er maar duchtig bleef op los trommelen.
Al dat kabaal, geklinkel en geroep stoorde geenszins de dronken jongeling die daar op de trappen van de aanlegsteiger zijn roes aan het uitslapen was. Ik ben toch maar eens voor de zekerheid gaan kijken of het wel degelijk een slaper was... voor hetzelfde geld lag die daar dood !
Oef... het was wel degelijk een 'zatlap-in-rusttoestand'.
We brachten de vlotter veilig aan wal...
Het zonneschermpje van Nelly bracht jammergenoeg geen soelaas, maar belleman Gerard hield zijn knaak brandend !
De groep onder leiding van de drumband, zeiknat en in speedmars...
Ere-lid en oud-burgemeester Cools hield ook zijn strohoed droog, zij het op een niet-al-te-orthodoxe manier : precies een reuzencondoom op zijne tits !
Gelukkig was het niet al te koud en eens binnenin de tent was het gezelligheid troef. Er werd wat nagepraat, de mensen leerden nieuwe vrienden kennen, aan de opgetrokken hekkens hingen kaders met oud fotomateriaal, zodat de 'anciens' nog wat herinneringen konden ophalen...
Er hingen ook enkele schilderijen van amateurschilder en ESA-lid Tony, onder het thema (hoe kan het anders) De Schelde...
Er was ook nog een verkoopstandje onder de hoede van Annie. T-shirts, stickers en een 'snorren-neus' in polyester (een creatie van Rudy van Turnhout) werden er te koop aangeboden.
En dan was het tijd voor de speeches...
Frank van de taverne Minerva (en ESA-lid) werd gehuldigd en kreeg als dankbetuiging voor zijn inzet de A -snor kado om in de zaak op te hangen en werden ook de medewerkers van Radio Minerva bedankt voor hun onmisbare en waardevolle medewerking.
Dan werd er een blik in de toekomst geworpen en de afspraak vastgelegd om op 8 september, ter gelegenheid van de viering van Merho in Temse (Kiekeboe-jaar loopt nog altijd...) de plaatselijke belleman, Gerard Vercauteren, aan te stellen als 'Snor van de Gemeente Temse 2007', dit in navolging van de Izegemse Belleman in 2006, alles in het kader om jaarlijks een besnorde Vlaamse Belleman in zijn eigen dorp of stad te huldigen.
Ook Guy Vandendriessche, ESA-lid Externe Relaties en reporter van dienst, werd in de bloemetjes gezet voor bewezen diensten en mocht een mooie plexy-snor in ontvangst nemen.
Tenslotte kreeg ook wandelfreak Peter Demeyer onze steun : Peter stapt mee in de Bornemse Dodentocht 2007 en dit voor het goede doel. Elke kilometer laat hij sponsoren voor de Damiaanstichting en de ESA gaat hem op zaterdag 11 augustus aan de aankomstlijn verwelkomen.
Een kranige kwiek, die Peter. Wij duimen alvast dat hij heelhuids arriveert !
En zo eindigt een mooi avontuur !
Mijn dank gaat naar Eddy, Annie, Tony en de fotograaf van Radio Minerva die, naast mijn eigen foto's, voor het beeldmateriaal hebben gezorgd.
Ook wil ik hier een hand reiken aan alle medewerkers aan deze reportage : schippers, veermannen, sluizenwachters, kapiteins, duikers, havendiensthoofden, museumconservators, cafe-bazen en -bazinnen, modellen en andere miss'n, ...en ik vergeet er zeker nog een paar...
...en dan in het biezonder de Administratie Waterwegen en Zeewezen van het Ministerie van Vlaamse Gemeenschap, het Comité Régional de Tourisme Nord-Pas de Calais, Landelijke Bond van Watersportverenigingen in België vzw, Ministère Wallon de l'Equipement et des Transports - Direction Générale des Voies Hydrauliques, de NV Zeekanaal en watergebonden Grondbeheer Vlaanderen, Nautibel vzw, Office de Promotion des Voies Navigables, Promotie Binnenvaart Vlaanderen vzw, de Provincies Henegouwen, Westvlaanderen, Oostvlaanderen en Antwerpen, de Vlaamse Pleziervaart Federatie vzw, Vlaamse Vereniging voor Watersport vzw en de Voies Navigables de France.
Burcht is een deelgemeente van de gemeenteZwijndrecht in de BelgischeprovincieAntwerpen. Burcht was een zelfstandige gemeente tot einde 1976. Op dat moment had Burcht een oppervlakte van 4,35 km² en telde ze 6774 inwoners.
In Burcht werd de eerste openluchtbeiaard van Vlaanderen gebouwd.
En zo dobberen we rustig verder langsheen Zwijndrecht om op Linkeroever aan te komen. Morgen, 24 juni, wordt onze drijvende A-snor onder grote belangstelling verwacht ter hoogte van de steiger op St Anna waar hij na 22 dagen dobberen op de Schelde (een reisje van maar liefst 345 km) terug opgevist zal worden !
Sint-Anneke,van bedevaartplaats tot oord van plezier. De benaming Sint-Anna is afkomstig van de patroonheilige van de 12 de eeuwse Sint-Annakapel die toen als bedevaartplaats fungeerde. Als parochiekerk was dit kleine bedehuis middenin het Zwijndrechtse gehucht Vlaams Hoofd tot ca 1905 in gebruik tot ze door een grotere kerk werd vervangen. Deze kapel stond ongeveer op de plaats waar zich nu het gebouw van de Sint-Annatunnel bevindt.
Een beetje Antwerpenaar praat nog altijd liever over Sint-Anneke dan over Linkeroever. Van het ooit haast idyllische dorp 'over 't water' blijft nochtans niets meer over. In de loop van de vorige eeuw is Sint-Anneke met zijn mosselhuizen, zijn kursaal en zijn cafés geleidelijk 'de' Linkeroever geworden. Een slaapwijk met eindeloze flatgebouwen en betere eengezinswoningen.
Sint-Anneke was lang een gebied tussen wal en schip. Officieel maakte het dorpje tot 1923 deel uit van de provincie Oost-Vlaanderen. Maar gevoelsmatig is Sint-Anneke altijd al een beetje Antwerpen geweest. Toch is de overheveling van Sint-Anneke van Oost-Vlaanderen naar Antwerpen niet zonder slag of stoot gegaan. Ook Burcht en Zwijndrecht werden in 1923 naar (de provincie) Antwerpen versast. Deze operatie was van groot belang voor de ontwikkeling van de Antwerpse haven, maar viel niet in goede aarde bij de bevolking van Zwijndrecht en omstreken. De Oost-Vlaamse politici beloofden een felle politieke strijd, die ze evenwel verloren. Maar nu terug naar Sint-Anneke dat al in de 19e eeuw een geliefd oord van plezier was voor vele Antwerpenaren. Met de overzetboot gingen ze naar het 'Vlaamsch Hoofd', waar nu het gebouw van de voetgangerstunnel staat. In 1885, ter gelegenheid van de wereldtentoonstelling in Antwerpen, staken tienduizenden mensen de Schelde over.
Mosselen
Later werd er een Kursaal gebouwd naar Parijs voorbeeld en ontstond ook het Belvédère. Het waren mosselhuizen voor de betere burgerij met prachtige interieurs. Ze stonden langs de dijk waar op zondag werd geflaneerd. Wie minder centen op zak had, kon natuurlijk in een van de vele andere mosselhuizen of cafés terecht. Zowel het Kursaal als het Belvédère overleefde de Eerste Wereldoorlog niet. Beide werden nooit heropgebouwd. Na de oorlog kreeg de auto stilaan voet aan de grond en de rijkere Antwerpenaar trok steeds vaker naar andere plekken, zoals de kust, om er zijn vrije tijd door te brengen.
Voor de doorsnee Antwerpenaar veranderde er aanvankelijk weinig. Die bleef de Schelde oversteken voor zijn portie mosselen en zijn bezoekjes aan de 'plage'. Maar toch, stilaan begon Sint-Anneke van zijn pluimen te verliezen. In 1930 werden grote delen van wat nu Linkeroever heet, onteigend. Maar ook daarvoor waren al veel dorpsbewoners verdwenen. Het gebied werd opgespoten en waar vroeger huizen stonden, groeide nu gras. Toen de voetgangers- en de Waaslandtunnel klaar waren, was een groot deel het het oude Sint-Anna al verdwenen. Imalso, dat het beheer van de Linkerscheldeoever in handen had, besloot om grote brede lanen aan te leggen. Eerst de Blancefloerlaan, die Zwijndrecht en de zieltogende kern van Sint-Anneke met elkaar verbond. Later besloot Imalso om de Thonetlaan aan te legen waardoor ook langs de Scheldekant veel oude woningen verdwenen. In 1955 werden de laatste resten van het dorp gesloopt. Het enige wat nog overblijft, is de wandeldijk. Hoewel architect Le Corbusier aanvankelijk wilde plannen had om van de Linkeroever een futuristische wijk met hoogstaande architectuur te maken, werden er uiteindelijk vooral eengezinswoningen en flatgebouwen uit de grond gestampt. Linkeroever werd een wijk met veel ruimte, waarover de de meningen tot op heden verdeeld blijven.
Sint Anneke : thuisbasis van Radio Minerva ! Adres: Wandeldijk 20, 2050 Antwerpen Webstek & contact:www.radio-minerva.be - info@radio-minerva.be - tel: 03-219.17.27 - fax: 03-219.71.36 Hoofd: Frequentie: 98.0 MHz - 1 kW Achtergrondinfo: Beheerder is de VZW Antwerpse Buurtradio. Radio Minerva richt zich op de seniorenbevolking.
Eindelijk...Temse ! We ruiken de zee al ! Daarom noemt de stroom hier ook al 'Zeeschelde' en is onderhevig aan de getijden...
Naast de 'kaailopers' hebben ze hier ook de...
De 'Kaaischuimers' is een bierproeversvereniging. Wat is nu objectief bierproeven?
Zij geloven dat er geen slecht bier bestaat. Indien er een bier is dat u niet lust, betekent dit dat het bier niet in UW smaakcategorie valt. U hoeft dus niet te zeggen: Bweik, dat is mottig, slecht, Want misschien lust uw buur, collega, partner, dit bier wel.
Denk maar aan de aloude volkswijsheid: Over smaken en geuren valt niet te twisten. Deze wijsheid is in de zomer van 2003 wetenschappelijk getest. De onderzoekers kwamen tot de volgende conclusie : Ieder mens heeft zijn eigen unieke patroon dat bepaalt wat men ruikt en proeft.
Wanneer u dus aan uw buur vertelt dat het een slecht bier is, gaat hij het waarschijnlijk niet proeven terwijl hij het misschien wel graag drinkt. Indien u zegt: Het is mijn smaak niet, zal hij het misschien wel proeven.
DUS: Er bestaat geen slecht bier, het is gewoon uw smaak niet!
De Objectieve Kaaischuimers is een bierproeversvereniging die een onderdeel uitmaakt van de overkoepelende confederatie van objectieve bierproevers, zijnde Zythos.
Voor meer info, surf naar: http://www.kaaischuimers.be In september brengen wij bovendien voor ons 10 jarig bestaan een biertje uit.
Lidmaatschapsvoorwaarden
Binnenlandse leden: 15 euro. Buitenland: Vraag info Rekeningnummer 068 2278912 21 van de Objectieve Kaaischuimers. Hierdoor bent u lid én van de Objectieve Kaaischuimers én van Zythos. U ontvangt dan ook de tijdschriften van beide verenigingen.
En wie daar alles over weet is niemand minder dan de 'belleman' van Temse, de zwaarbesnorde en altijd goedgeluimde 'champetter' van die Gemeente, Gerard Vercauteren.
We dobberen verder langs Steendorp en hopen dat onze vlotter niet in e 'droge' grachten van het fort aldaar terechtkomt... Fort Steendorp werd in 1882-1892 opgericht als bruggenhoofdfort van de Vesting Antwerpen. Het is het enige fort van de vesting met droge grachten. Tijdens de twee wereldoorlogen werd het zwaar beschadigd. Het fort werd in december 2001 door het Vlaamse Gewest aangekocht.
En we komen aan in Rupelmonde, de Stad van Mercator.
Gerardus Mercator
Vader van de moderne cartografie.
Gerard de Cremer of Gerardus Mercator was - geheel naar de geest van zijn tijd - een veelzijdig man. Naast kosmoloog, theoloog, kalligraaf en bouwer van wiskundige instrumenten, oogstte Mercator vooral faam als briljant cartograaf. Mercator begon zijn loopbaan in Leuven, een belangrijk centrum van de cartografie in de 16de eeuw. Hij vervaardigde er ondermeer een wereldkaart, een aardglobe en in opdracht van Karel V een aantal astronomische instrumenten. In 1552 vestigde Mercator zich met zijn gezin in Duisburg aan de Rijn, waar hij zijn grootste meesterwerken zou realiseren. Mercators kaart van Europa werd pas verbeterd in de 18de eeuw. En ook zijn wereldkaart 'ad usum navigantium' was een cartografisch monument.
De projectie die hij voor deze navigatiekaart ontwikkelde, wordt nog steeds gebruikt in de zee-, lucht- én ruimtevaart en staat tot vandaag in de hele wereld bekend als Mercatorprojectie. Na zijn dood verscheen Mercators kaartenverzameling in boekvorm, onder de door hem bedachte titel 'Atlas'.
Mercator bereikte de voor een 16de-eeuwer zeer respectabele leeftijd van 82 jaar. Het hadden er nochtans heel wat minder kunnen zijn. In 1544 werd hij samen met een groep Leuvense burgers op verdenking van Lutheranisme door de Inquisitie gearresteerd. Na enkele maanden werd hij vrijgelaten, vermoedelijk na tussenkomst van zijn beschermheer Granvelle. Zijn medeverdachten wachtte een wreder lot: ze werden een kopje kleiner gemaakt of belandden op de brandstapel. Of Mercator door deze gebeurtenis Vlaanderen heeft ingeruild voor het Rijnland is niet bekend. Het lijkt onwaarschijnlijk, omdat hij na zijn vrijlating nog acht jaar in Leuven heeft gewerkt.
Mercator had het in het kleine, maar tolerante Duisburg in ieder geval naar zijn zin. Hij gaf er gratis les aan het gymnasium en werd hiervoor door het stadsbestuur beloond met 'drie vette varkens'. Volgens zijn buurman en biograaf heeft Mercator in de 42 jaar dat hij in Duisburg woonde 'met geen enkele burger ruzie gehad en niemand voor de rechter gedaagd'. Na de dood van zijn vrouw, met wie hij een halve eeuw gelukkig getrouwd was geweest, huwde hij op 75-jarige leeftijd de weduwe van de burgemeester.
Hier stroomt namelijk de Rupel in de Schelde. Even een praatje met de kapitein van deze lichtboot die vertrekkensklaar was, en we kregen een lift tot aan de samenkomst van de Rupel en het zeekanaal Brussel-Schelde.
Achtersteven van een binnenschip op kanaal Brussel-Schelde. Overigens is dit een van de oudste kanalen in Europa gegraven tussen 1550 en 1561. Nu hedentendage geschikt voor schepen tot 10.000 ton.
Schelle
De afdeling Zeeschelde van de administratie Waterwegen en Zeewezen deelt mee dat het openbaar veer over de Rupel tussen Niel en Wintam vanaf vrijdag 6 september 2002 op 12.00 uur verplaatst werd naarSchelle en Wintam.
De gebruikers zullen in Schelle volgens dezelfde uurregeling gebruik kunnen maken van de openbare veerboot, die er op beide oevers zal aanleggen aan nieuwe comfortabele vlottende veersteigers.
...de veerpontsteiger van Schelle...
ja ja, we zijn er bijna !
We eindigen vandaag in Kruibeke, je weet wel, de 'knuffel-gemeente' van Burgemeester Denert.
Het Kasteel Altena, beter gekend als één van de vormingshuizen van de Broeders van Liefde in Kruibeke (België).
Volgens sommige historici, was het een robuust en merkwaardig gebouw, dat reeds in de 14de eeuw met de toestemming van de graven van Vlaanderen door kasteleins bewoond was. Het werd in 1368 vernieuwd en in 1380 tegen de Gentenaars verdedigd door de kastelein Mark Van Schoonvelde. Het huidige kasteel werd in 1594 gebouwd ter vervanging van het tien jaar vroeger afgebrande kasteel.
Tot in 1850 werd het zonder onderbreking bewoond door de familie Lanfranchy. Daarna kwam het in bezit van E. P. Filip, ridder le Boucq de Beaudignies. In 1878 herstelde burggraaf Julius le Boucq de Beaudignies het en vergrootte het.
Van 1946 tot 2000 is het bezit van de Zusters van de H. Vincentius à Paulo, gevestigd te Beveren, die het al die tijd als rustoord hebben uitgebaat. Toen het rustoord werd gesloten en de laatste residenten eind september 2000 vertrokken werd het Kasteel overgenomen door de Congregatie van de Broeders van Liefde te Gent.
Deze orde nam er zijn intrek vanaf midden oktober 2000 om er een studie en vormingscentrum van het International Canon Triest te openen. Er zijn een twintigtal studenten in ondergebracht, onder leiding van de provinciale overste Broeder Waldebert. De meeste studenten zijn tweedejaars novicen. Zij zijn afkomstig uit alle delen van de wereld, zoals Congo, Zuid Afrika, Nieuw Zeeland, Pakistan, Peru, enz.
Er wordt onderricht gegeven in psychiatrie, ergotherapie en management. Na hun studies leggen de studenten een examen af en na welslagen, een verdere opleiding en opname in de kloostergemeenschap, gaan ze terug naar hun land van herkomst om ingezet te worden in de inrichtingen daar door de Orde beheerd.
Flink gehavend haal ik onze vlotter er even uit ter hoogte van de nieuwe veerpontsteiger: tot 2006 was die in onbruik geraakt...
Ingebruikname van de nieuwe veerboot Jan Van Eyck (3 februari 2006).
Minister Peeters was aanwezig op de ingebruikname van de nieuwe veerboot Jan Van Eyck die de overzet zal voorzien tussen Bazel en Hemiksem. Deze nieuwe veerboot is ook voorzien om in uitzonderlijke noodgevallen, de 100-diensten over te zetten. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de bezorgdheid van de gemeentebesturen inzake snelle interventies in geval van rampen.
Op naar Temse ! Via Baasrode (veerboot Baasrode) Kastel (veerboot Kastel) StAmands (veerboot StAmands)
komen we aan in Mariakerke (veerboor Mariakerke).
Dan gaat het verder naar Hamme (veerboot Driegoten) : hier komen we in de wateren van de Durme terecht... (brug over de Durme te Hamme)
...en even verder Weert (veerboot Weert) en Tielrode.
Tielrode heeft zijn ontstaan en rijke geschiedenis ongetwijfeld te danken aan de Durme en Schelde.
Oorspronkelijk was de Schelde een kronkelende traagstromende rivier die uitmondde in de Maas, die op haar beurt afwaterde in de Rijn. Samen met de Theems bereikte de Rijn nabij de Doggersbank de Noordzee. Door de zogenaamde Duinkerke- trangressiefases met tal van overstromingen , werd rond de 5e eeuw de Oosterschelde de belangrijkste afvoertak van de Schelde naar de Noordzee. Vanaf de 12e eeuw nam de Honte (de huidige Westerschelde) deze functie over. Het gevolg was dat de getijdenwerking, die voordien maar voelbaar was tot in Antwerpen, zich verder landinwaarts begon te manifesteren. Door het bouwen van een sluis ter hoogte van Gent (reeds in de 12e eeuw) wordt de invloed van de van het getij verder stroomopwaarts verhinderd. De laatste grote natuurlijke wijziging van de Scheldeloop gebeurde vermoedelijk kort voor 1240 in de buurt van Temse. Voordien bevond de Durmemonding zich in Temse maar door een dubbele dijkbreuk ontstond er een doorsteek van de Schelde naar de Durme waardoor een deel van de Durme werd opgeslorpt door de Schelde. Weert dat voorheen samen met Hamme op de linkeroever van de Schelde lag, kwam daardoor op een eiland te liggen. De oude Scheldearm werd afgedamd in 1322. De Oude Schelde in Weert is het restant hiervan.
De huidige Schelde is een getijdenrivier. Per etmaal is er tweemaal vloed en tweemaal eb. Ter hoogte van Tielrode is het verschil tussen eb en vloed het grootst in het Scheldebekken. Het bedraagt 4 meter bij doodtij en 6 meter bij springtij. Deze rivier ontspringt in Gouy, ten noorden van Saint-Quetin in Noord-Frankrijk, op amper 100 meter boven de zeespiegel. Na een tocht van 355 kilometer bereikt ze bij Vlissingen de Noordzee.
De Durme was vroeger een belangrijke rivier. Ze ontstond uit twee beken in West-Vlaanderen : de Poekebeek bij Tielt (nu Neerkale genoemd) en de Durme (nu Hoogkale) bij Beernem. De mens heeft een zeer grote invloed gehad op deze rivier. Door het graven van de Brugse vaart, het kanaal Gent-Terneuzen, de aanleg van de Zuidlede en de afdammingen te Lokeren werd deze rivier afgesneden van haar bovenloop. Rechttrekkingen, indijking en oeverversterkingen ten behoeve van de scheepvaart hadden een nefaste invloed op de natuurwaarden van deze rivier. De zware waterverontreiniging betekende bijna de doodsteek voor de rivier. Door de toenemende verzanding (o.m. veroorzaakt door de afdammingen) en de schaalvergroting in de scheepsbouw verloor deze rivier haar economisch belang.
De monding van de Durme in de Schelde te Tielrode
De geschiedenis van Tielrode is getekend door de vele ernstige overstromingen van Schelde en Durme. In 1240 zorgde de doorbraak van de Westerschelde dat de Schelde de Durmebedding tussen Tielrode en Temse innam. Daardoor kwam de monding van de Durme in Tielrode te liggen en werd de getijdenwerking voelbaar tot in Gent. Voor 1240 kende de Durme geen getijdenwerking. Op 26 januari 1682 volgde een zeer ernstige ramp. De overstroming van 3 maart 1715 is beschreven door Daneel Braem. Bij deze overstroming ontstonden 3 bressen in de dijk van het Broek. Door de kracht van het water werden talrijke lijken uit de grond van het kerkhof gewoeld en stond de polder 4 maanden onder water. Op kerstmis 1717 werd geen hoogmis gehouden omdat men een dijkbreuk vreesde. Ook in 1845 werd Tielrode nogmaals getroffen door een zware overstroming en werd de kerkdijk gevoelig opgetrokken. In 1906 stond het water tot aan de nieuwe kerk. Onder meer in februari 1953, in 1973, op 3 januari 1976 werd het dorp zwaar getroffen door overstromingen. De experten van de overheid schatten de kansen op extreem hoge waterstanden ruim 4.5 keer hoger in dan in 1953.
Tot vlak na de eerste wereldoorlog waren Durme en Schelde visrijke rivieren die haast onuitputtelijk leken. Door verbeteringswerken aan de rivieren en de toenemende vervuiling werden deze rivieren in de gouden jaren 60 virtueel dood. Gelukkig is er een kentering vast te stellen. De effecten van een algemener en efficiënter waterzuiveringsstelsel laten zich reeds voelen. Het aantal vissen en vissoorten dat in de Schelde wordt waargenomen, neemt langzaam toe. Ook hun verspreidingsgebied wordt groter. Nabij Tielrode is het zuurstofgehalte echter nog steeds zeer laag (tot 0 mg/l), waardoor men niet kan spreken van een gunstige leefomgeving voor vissen.
Op deze site kom je alles te weten over de Schelde : http://www.dma.be/p/nan/schelde/ (Internetversie van de brochure : De Schelde, een stroom natuurtalent)
..kinderen poseren op het veer Tielrode-Hamme...
... en daar gaan ze...
In Tielrode staat ook een standbeeld ter ere van de veermannen.
Stadbeeld van veerman Cyriel van Bogaert.
Op 24 september 2000 ging binnen de Koninklijke Vereniging voor Natuur- en Stedenschoon de werkgroep Vrienden van de Vlaamse Veren van start, samen met de inhuldiging door burgemeester Luc de Ryck uit Temse van het standbeeld De Veerman aan het veer te Tielrode over de Durme .
Standbeeld 'De Veerman
Dit is van de hand van Valeer Peirsman en stelt de veerman Cyriel Van den Bogaaert (1905 1977) voor zoals velen hem gekend hebben.
Hij stamde uit een familie van vissers. Elke vissersclan had een bijnaam en de Van den Bogaerts heetten de Toeters. De vader van Cyriel werd veerman te Tielrode en het was logisch dat hij Den Toeter genaamd werd. Toen Cyriel het van hem overnam heette hij bij de mensen Den jongen Toeter.
De Ros Beiaardommegang dankt zijn ontstaan, zoals de meeste oude volkse optochten, aan de religieuze processies. Eén van de belangrijkste Dendermondse processies in de 14de eeuw was die van de kerkwijding. Ze ging uit op de feestdag van Sint-Jan-Onthoofding op het einde van de oogstmaand (29 augustus). Door geleidelijke toevoeging van wereldlijke elementen is deze processie uitgegroeid tot de ons bekend ommegang. Naast religieuze taferelen werd de ommegang vanaf de 15de eeuw aangevuld met een optocht van schuttersgilden, de rederijkers en de ambachten. Diverse muzikanten verzorgden de muzikale opluistering met trompetten, luiten, harpen en pauken.
In de 15de en eerste helft van de 16de eeuw trok de ommegang jaarlijks door de stad. De concurrentie tussen de verschillende verenigingen zorgde voor een hogere kwaliteit van de optocht. De wedijver liet zich ook voelen tussen de diverse steden in de Nederlanden waardoor Dendermonde vanaf de 15de eeuw gedwongen werd meer profane elementen op te nemen, zoals reuzen, kemels, olifanten, een walvis, vuurspuwende draken en... het Ros Beiaard. De sage van het Ros verwierf immers via de troubadours en later via volksverhalen bekendheid in heel West-Europa. Middeleeuwse verhalen die de verbeelding van het volk aanwakkerden, kregen hun plaats in de ommegang. Het is in deze tijdsgeest dat het Ros Beiaard en de Vier Heemskinderen voor het eerst werden voorgesteld. Het paard was gemaakt uit wijmen en overtrokken met geverfd linnen.
In Dendermonde heeft het Ros Beiaard gaandeweg de hoofdrol gekregen. Het paard is samen met de heldhaftige Vier Heemskinderen vergroeid met de Dendermondse ziel.
Even verder varen we aan in Moerzeke. Dit dorp heeft de grootste meander van heel de Schelde : 'de Kramp'.
Het was opletten geblazen dat onze vlotter niet op de oevers werd geslingerd door de golven veroorzaakt door voorbijvarende schepen.
Aan de overkant Moerzeke Dorp en zijn veerboot... Op initiatief van het Polderbestuur Hamme-Moerzeke gaat de eeuwenoude verbinding tussen de dorpskernen van Moerzeke en Kastel langs de zogenaamde Gaandijk weer open. Het polderbestuur hoopt met de onderhoudswerken klaar te zijn tegen volgende maand, zodat fietsers en wandelaars gebruik kunnen maken van deze trage weg. Tijdens de gemeenteraad drong Hilde Van Cauteren (Groen!) bij het schepencollege aan op een herwaardering van de trage wegen. Schepen voor Mobiliteit Herman Vijt (CD&V) kondigde meteen de heropening van de Gaandijk aan.
De geschiedenis van die Gaandijk :
De heer van Moerzeke deed een oproep aan de monniken van de St.-Bernardusabdij van Hemiksem om de moerasgronden in te dijken en vruchtbaar te maken. Dat was ongeveer in 1246.
De monniken kwamen zich hier vestigen en werden geholpen door indijkers die naar hier afgezakt waren (ghasten vandaar het woord Ghastella). Dit was het ontstaan van Gastella in het jaar 1259 (zie gedenkplaat aan de kerk).
Het was de abdij van St.-Bernardus aan de Schelde te Hemiksem die de zandvlakte van Ghastella kreeg toegewezen, waarschijnlijk als beloning voor bewezen diensten van de abdijheren tijdens de indijkingswerken.
Deze abdijhoeve lag aan de oorsprong van wat later het "Hof ter Muncken" werd genoemd en bevond zich op de plaats waar nu het gemeentelijk sportterrein "De Villa" ligt, vroeger ook het "St.-Bernardusheem" genoemd.
In 1382 kreeg Lieven van Vernicke het Hof ter Muncken in erfpacht van de St.-Bernardusabdij te Bornem.
Vertrekkend van op de hoogten wierpen de monniken gaanpaden op door de broeken, hoog genoeg om de toen nog zwakke getijden van de Schelde op te vangen. Hiervoor groeven ze grachten en kuilen. Juist deze eerste graafwerken waren ongewoon lastig. Tot aan de knieën in het water moesten de monniken met spade of houweel de zware slijkerige ondergrond bovenhalen en met manden of berries over het gaanpad uitspreidden. Wind en warmte droogden de ingedijkte grond op, regen en sneeuw ontvilten deze. Toch moesten er nog dikwijls afwateringsgrachten gegraven worden. Na enkele jaren ontkiemden de eerste natuurlijke begroeiingen, waar vlug de eerste schapen stonden te grazen. Weer seizoenen later konden weiden gezaaid en akkers geploegd worden. De eerste dijk die zodoende werd gemaakt was de "gaandijk" nu nog "gaudijk" genoemd , het was de eerste verbinding tussen Moerzeke en Kastel.
Het zal tot eind van de 16de eeuw duren vooraleer de dijkwerken voltooid zijn.
Pas in 1876 werd Kastel een volwaardige parochie door de inhuldiging van de eigen kerk en de benoeming van Pastoor Verschelden.
En zo komen we gestaag aan in Baasrode.
De geografische geschiedenis van Baasrode (in één tij kon het traject Antwerpen-Baasrode omzeild worden) zorgde ervoor dat dit kleine Scheldedorp reeds in de vroegste Middeleeuwen uitgroeide tot een belangrijk handelscentrum.
Een groot deel van de bevolking werd afhankelijk van 'het reilen en zeilen' op de Schelde zodat wij hier, in 1777, niet minder dan vijf scheepstimmerwerven kunnen lokaliseren.
Eeuwenlang was de snor synoniem voor kracht en een mannelijke uitstraling, maar tegenwoordig zijn veel snorren uit het straatbeeld verdwenen. Willy Dupon (68), stichter en voorzitter van de Europese Snorrenclub Antwerpen (SNORESA), ziet de toekomst toch nog rooskleurig in.
"Mijn vriendin heeft me gezegd dat onze relatie gedaan is als ik mijn snor afscheer", lacht Willy Dupon. "Maar ze heeft niets te vrezen, want ik zou zelf ook niet meer zonder kunnen. Ik heb al sinds mijn 17e een snor." Willy stichtte in 1978 de Snorrenclub Antwerpen die later resulteerde in de Europese Snorrenclub Antwerpen. "Ik wilde 'de snor' weer leven inblazen. Men spreekt over de vergrijzing, maar de snorren worden letterlijk grijzer omdat er nog weinig jonge snordragers zijn", lacht Willy.
Voor de Tweede Wereldoorlog waren snorren nog prominent aanwezig in het straatbeeld. Daarna zijn ze ei zo na verdwenen. "Dat komt volgens mij door twee antipathieke snordragers van toen: Hitler en Stalin. En de laatste jaren zorgde Saddam Hoessein ook niet bepaald voor een goed voorbeeld van een snorrendrager!" Toch ziet Willy het niet zwart in. "Volgens mij is de snor goed op weg om terug geaccepteerd te worden. Dat is te danken aan de inzet van enkele toffe snorren als Marijn Devalck, Toots Tielemans, ereburgemeester Bob Cools en Merho, de geestelijke vader van Kiekeboe."
En ook SNORESA draagt haar steentje bij. De vereniging organiseert heel wat evenementen om de snor op een ludieke manier onder de aandacht te brengen. Zo gaat de club begin juni een grote A (van Antwerpen) mét snor droppen in de bron van de Schelde in Frankrijk.
Op 24 juni wordt die A verwacht in Antwerpen, waar een groot feest georganiseerd wordt.
"Het leuke aan een snor is dat het de aandacht trekt. Het zorgt voor oogcontact met de dames en is de aanleiding tot een gesprek met andere 'soortgenoten'. En heel wat vrouwen vinden het sexy of gezellig, want het kietelt zo."
Het zal voor de meeste onder ons geen geheim meer zijn dat de inwoners van Wichelen met de spotnaam SCHOOIERS bedacht worden. De nieuwsmedia hebben het trouwens regelmatig over het SCHOOIERSDORP Wichelen.
Hoe zijn ze nu aan deze spotnaam gekomen?
Een eerste verklaring vinden wij op het politiekhistorisch vlak.
Wichelen is ontstaan als een kleine nederzetting aan de rechteroever van de Schelde, die gedurende vele eeuwen de enige verbindingsweg de toenmalige snelweg was, waarlangs alles aan- en afgevoerd werd. Ook de vijandige troepen die onze contreien herhaaldelijk binnenvielen, gebruikten de Schelde als invalsweg. Die kleine nederzetting aan de oever van de stroom was een dankbaar doelwit voor hun stroop- en plundertochten.
Een tweede verklaring voor de spotnaam SCHOOIERS ligt op het sociaal-economisch vlak. Door de ligging van het dorp waren de eerste bewoners bedrijvig in de visserij, de landbouw en de scheepvaart, zij het dan gewoon als scheepstrekkers. Het is trouwens merkwaardig hoeveel schippers er vanaf de 19e eeuw, tot op heden zelfs, te Wichelen ingeschreven blijven. Door de landbouwers werd hier in de 18e en de 19e eeuw veel vlas geteeld, waarvan 1/3 in de gemeente zelf gesponnen en geweven werd. Het was de periode van de huisnijverheid: de vrouw aan het spinnewiel, de man aan het weefgetouw.
Bij de talrijke rampen en tegenslagen die dit kleine dorp aan de Schelde te verwerken kreeg, moeten wij ook nog de talrijke overstromingen vermelden die het laaggelegen Wichelen in de loop der eeuwen overspoelden. Is het dan nog te verwonderen dat talrijke inwoners op bedeltocht moesten naar rijkere gemeenten en dat alle Wichelaars als SCHOOIERS de geschiedenis ingaan? Beschaamd is men er niet om!!! Integendeel: Arm zijn is geen schande, en dat onze voorouders het moeilijk hebben gehad, was een stimulans voor hun nakomelingen om te werken en zich in te zetten voor een betere maatschappij. En dat zij erin gelukt zijn, bewijst het welvarend Wichelen waarin wij nu leven. Kortom, wij aanzien de spotnaam SCHOOIERS als een eretitel, net zoals de Uitgeweken Wichelaars die met kermismaandag met fierheid het beursje om de hals dragen als kenteken van de Orde van de Wichelse Schooiers.
Trouwens, hun spotnaam is zeker even respectabel en minstens zo eervol als de ZOTTEN van Wieze, de DIEVEN van Erpe, de HARINGEN van Wetteren en de TEUTEMENSEN van Uitbergen.
Het Schooiersbier : de vochtige ambassadeur van Wichelen.
Het is een speciaal voor Wichelen gebrouwen bier, met een uitzonderlijke goede smaak. Op initiatief van schepen Lydie van den Abbeele en met medewerking van Frans Temmerman, die bijna 50 jaar geleden in Wichelen als bieruitzetter begon, kwam een akkoord tot stand met een brouwerij uit Lochristi. De smaak van het bier dat het evenwicht houdt tussen Duvel en een betere Triple, met 6,5 percent alcohol, ontstond tijdens een proefsessie met een zevental Wichelaars, die het bieridee in een vaste plooi hadden gelegd tijdens een KAV-reis naar Bretagne.
De 33 cl. Flessen zijn voorzien van een speciaal ontworpen etiket van de hand van Danny De Pauw waarop, naast het schooiersbeeld ook nog het oud-gemeentehuis, de Schelde en in de verte, de parochiekerk te zien zijn. Er werden ook speciale glazen gemaakt met Wichels Schooiersbier als opschrift.
Ge moet van onzen beer niet schaa zijn.
We dopperen verder over Berlare naar Appels.
Appels is een dorp dat sinds 1971 een deelgemeente is van Dendermonde (368ha). Het is een typisch woon- en landbouwdorp in de Schelde- en Dendervallei met in de dorpskern de beschermde Sint-Apolloniakerk (1786-1788) met meubilair, schilderijen en beelden uit de achttiende eeuw. In Appels is er nog een veer om fietsers en voetgangers over de Schelde te zetten naar Berlare. Appels telde begin 2005 2.601 inwoners.
De betekenis van de benaming Appels (gebruikt vanaf de 13e eeuw) is tot vandaag onbekend. Sommigen beweren dat de naam zou komen van een beek of rivier die vroeger door haar grondgebied liep en die de 'Apls' werd genoemd. Een andere denkpiste is dat het een verbastering zou zijn van de Heilige Apollonia, die de patroonheilige van de tandartsen is.
Appels bleef, op een paar onderbrekingen na, bezit van de abdij van Zwijveke (Dendermonde)tot de Franse revolutie. Het kerkelijk bezit werd verkocht, de toenmalige pastoor terechtgesteld in 1796. Over de naam van een inwoner van Appels bestaat veel discussie. De meeste inwoners van Appels noemen zichzelf meestal een "Appelaar" ("nen appelèr" in het plaatselijke dialect).
Daar ontmoeten we een gemoedelijke veerman die maar wat trots was om te mogen poseren naast onze
A-snor...
In Grembergen ontmoeten we de Dender...
...onze vlotter belandde bijna in een tij-sluis...
Vanaf maart of april wordt een veilige fietsoversteekplaats gerealiseerd ter hoogte van de Tijsluis in Dendermonde, aan de Notendijk. Dat zegt burgemeester Piet Buyse (CD&V). De hoge brug en de trappen vormen op deze sluis al jaren een echt obstakel voor fietsers en wandelaars. Vele senioren en gehandicapten en hun respectieve verenigingen dringen bij de stad aan heel lang aan op een gepaste oplossing voor dit probleem. De brug is onveilig en onbruikbaar voor jonge en bejaarde fietsers en voetgangers. De afdeling Bovenschelde zegde toe dat zij de sluisdeuren oversteekbaar zullen maken voor voetgangers en fietsers. De oversteekplaats zal een breedte hebben van 1,5 meter en langs beide zijden zullen fietssluizen worden aangebracht, om ervoor te zorgen dat mensen met de fiets aan de hand de oversteek zal maken. Deze ingreep zal zorgen voor veilig fietsverkeer, enerzijds tussen Baasrode en Appels- Veer en anderzijds tussen Grembergen en Appels-veer tot in Schoonaarde.
Oppassen dat onze vlotter niet terecht komt in de 'Grembergen Broek' : dat is een westelijk uitloper van het natuurpark "Scheldeland" en is gelegen in één van de grote bochten die de Schelde beschrijft in het noord-oosten van Dendermonde. Het Grembergse Broek ligt zeer vlak met een gemiddelde hoogte van twee meter. Het "Groot Schoor" is gelegen aan de linkerover van de Schelde te Grembergen en ligt geklemd tussen de Scheldedijk en de Schelde. Ten noorden wordt het reservaat begrensd door de Broekkerslootbeeksluis.
Aan de Zeelsebaan 83 te Grembergen (wijk Klein Zand), vóór de hoofdgebouwen van de gewezen textielfabriek Roos, Geerinckx & De Naeyer (het latere metaalbedrijf Trefil-Arbed , alias FAN), werd in 1995 een monumentaal Ros Beiaardbeeld opgetrokken. Dit was de bekroning van een geslaagde reconversie van een fabriekspand tot een commercieel centrum van 20.000 m² : het Ros Beiaard Centrum. Het complex van Trefil-Arbed werd daartoe in 1993 verworven door N.V. Denderinvest, een initiatief van drie lokale bedrijfsleiders: Alfons De Maeseneir, Daniël De Landtsheer en Fernand Lancksweerd. Op vrij korte tijd werden drie centrale panden van het vroegere bedrijf gerenoveerd en werd de rest van de gebouwen vervangen door een nieuwbouw, waarin zich KMO-bedrijven kwamen vestigen. Het Ros Beiaard Centrum werd plechtig in gebruik genomen op vrijdag 19 mei 1995 in aanwezigheid van minister Norbert De Batselier en waarnemend burgemeester Alfons Hermans, de beheerders van N.V. Denderinvest en afgevaardigden van de Kamer van Koophandel en het N.C.M.V. Op het einde van de plechtigheid werd het monumentale Ros Beiaard onthuld als een "geschenk voor de bevolking van Dendermonde", aldus de projectontwikkelaar.
Dit Ros Beiaardbeeld is twaalf meter lang en 7 meter hoog en weegt 2 ton. Het is een zeer herkenbaar beeld van een springend paard met de vier Heemskinderen op de rug, een moeilijk gegeven dat hier op een modern gestileerde manier werd gerealiseerd. Vóór het beeld werden op twee betonnen platen bronskleurige metalen platen bevestigd, met daarop de gedrukte teksten: (links :) ROS BEIAARD CENTRUM / OFFICIEEL GEOPEND OP 19-5-1995 DOOR / DE HEER DE BATSELIER NORBERT / VLAAMS GEMEENSCHAPSMINISTER / DE HEER HERMANS ALFONS / WND BURGEMEESTER VAN / DENDERMONDE (rechts :) "ROS BEIAARD" 1995 / A THING OF BEAUTY, IS A JOY FOREVER (KEATS J.)/ ONTWERP : KLAAR TEURREKENS / LANCKSWEERD FERNAND / COORDINATIE : ALFONS DE MAESENEIR / DANIEL DE LANDTSHEER / UITVOERING : HUGO SWENNE / MARK VAN POECK
Het monument werd ontworpen door interieurarchitecte Klaar Teurrekens (°Aalst 1951) en architect Fernand Lancksweerd (° Gent 1952). Klaar Teurrekens studeerde grafiek en monumentale kunst aan het Sint-Lucasinstituut te Gent en ceramiek en schilderkunst aan de Academie van Aalst. Het geraamte werd, onder leiding van Alfons De Maeseneir (° Dendermonde 1951), samengesteld uit recuperatiemateriaal herkomstig uit het gewezen bedrijf Trefil-Arbed. Het geheel werd bekleed met plaatstaal. De montage en vormgeving werd tot een goed einde gebracht door twee werknemers van de Boelwerf : lasser Hugo Swenne (° Dendermonde 1946) en monteur Marc Van Poeck (° Temse 1952).
Bad Zwischenahnplein (naast Borstelmuseum) ...inschrijven deze namiddag tot 16.30u / Wedstrijd om 17.00u.
...met deze pamfletten en flyers gingen de leden van de Europese Snorrenclub Antwerpen zaterdagnamiddag op stap door de Izegemse Batjes, maar eerst een glaasje in 'De Mozart', bij Vera en Johny.
Willy, Marc en Eddy ronselden de aanwezige snorren om deel te nemen aan de wedstrijd in de namiddag, terwijl Wim de club-vlag hanteerde. Veel volk was er niet, want men moest om het kwartier schuilen voor de regenbuien...Toch kwamen we enkele charmante dames tegen die ons een verfrissing aanboden en ook Herlinde kwam het gezelschap vervoegen.
Bij The New Caledonian Pipers troffen we ook enkele fameuze snorren aan...
Bij de firma Flokom deden de gasten van Benji-Fun stunten met 4x4-terreinwagens en Eddy gewaagde zich aan een ritje op het schommel-parcours...
Toen het rond klokslag 5 uur (tijdstip aanvang wedstrijd) opnieuw begon te regenen - en niet meer ophield - ...
...waren wij noodgedwongen de jurering binnenshuis te houden en daar leende de inkomhal van het Borstelmuseum zich ideaal toe. Eerst nog even een kiekje van enkele van onze kandidaten in gezelschap van 'keurmeester' Gerard (de belleman van Temse !!).
Ludwig
Marnick en Chris
De vijf kandidaten worden aan de jury voorgesteld en de puntentoekenning kon beginnen.
Daarvoor kreeg ik uiteraard de medewerking van leden van het bestuur van de Europese Snorrenclub Antwerpen die speciaal waren afgezakt, maar ook van ere-burgemeester Willy Verledens die van de partij was, alsook de Izegemse Stefanie Rondelez, ex-miss Westvlaanderen 2004 en eindfinaliste in de HLN-babe competitie en kunstenaar Marc Claerhout die uiteindelijk de trofee vervaardigde van de 'best-of-show'.
Fotoreporter Frank Meurisse in de weer om nota's te nemen voor zijn verslag...
....ere-burgemeester Willy Verledens, nog nadruipend van de stortvlaag die hij zojuist had gevangen...
Er werd gekeurd op schoonheid, karakter, lengte en originaliteit. Er waren verschillende categorieën : zo was er een met de klassieke 'politie-snor', een 'Engelse' krulsnor, en enkele 'Hongaarse' hangsnorren. 'Keurmeester' Gerard haalde er zelfs zijn 8-meter lintmeter voor boven !
Eigenaardig genoeg kregen alle kandidaten evenveel punten en kon er enkel nog 'the best of show' uitgehaald worden.
En omdat we in het jaar van Kiekeboe zijn, heeft de jury geoordeeld dat de overwinning naar Vandekerckhove Chris moest gaan vanwege zijn mooie zwarte Kiekeboe-snor. Van links naar rechts : keurmeester-belleman Gerard Vercauteren, organisator Guy Vandendriessche, kandidaat Ludwig Vandeneynde, ESA-lid Marc, kandidaat Frans Huyghebaert, kandidaat Luc Lepercq, Miss Westvlaanderen 2004 Stefanie Rondelez, kandidaat en winnaar Chris Vandekerckhove, ESA-voorzitter Willy Dupon, kandidaat Marnick Viaene en kunstenaar bronsgieter (die de trofee van 'Snor van Stad Izegem 2007' schonk) Marc Claerhout.
De ESA-leden hadden voor elke deelnemer een kader meegebracht met daarin het 'Antwaarps Snorrelieke', een creatie van de Antwerpse volkszanger John Lundström.
De deelnemers en de juryleden kregen daarbovenop nog eens een 75cl-fles Tripel ENAME Abdijbier kadoo, een donatie van Brouwerij Roman uit Mater-Oudenaarde.
De hapjes voor de receptie werden vervaardigt en geschonken door banketbakker Alex uit de Kortrijksestraat te Izegem. Fantastisch mooie creaties uit marsepein, de besnorde belleman van Izegem uitbeeldend. Alex doet hier zijn naam van overwinnaar van het 'mooiste snorrengebak 2006' alle eer aan. Dank aan Alex en Vèronique (= zijn vrouwtje die dagelijks in de winkel staat...)
De wijn voor de receptie werd ons geschonken door enerzijds de directie van onze plaatselijke Delhaize en anderzijds door drankencentrale Rosseel, waarvoor dank.
En 't was nog genen bught !
De 'Snor van 2006' en zijn opvolger,... een beetje onderbelicht...
En zo eindigde deze 'Izegemse snorrenverkiezing 2007' nog op een positieve noot !
Tot volgend jaar !
................................................................. Verslag in het Nieuwsblad van 19 juni 2007
'Kiekeboe-snor wint wedstrijd' Belleman organiseert op eigen houtje snorrenverkiezing
IZEGEM - Guy Vandendriessche, Izegemse Belleman en notoir 'snorrendrager', organiseerde op eigen houtje een verkiezing van Snor van Izegem. Chris Vandekerkhove ging lopen met de trofee en de titel.
Hoewel de regen de grote spelbreker was, troffen we een toch meer dan tevreden Belleman aan. 'Voor een eerste keer is het zeker niet slecht. Al ben ik zeker dat bij betere weersomstandigheden er heel wat meer kandidaten waren geweest. Maar het zij zo.'
Het privé-initiatief had niets te maken met de organisatie van de batjes, maar kon misschien wel meeprofiteren van de belangstelling. 'Stad Izegem steunde het initiatief ten volle maar van de kant van Unizo - organisator van de batjes - bleef het droog', vertelt Vandendriessche.
Acht 'snorren' schreven zich op voorhand in, maar Guy en zijn kompanen trokken zaterdagnamiddag tijdens de batjes op pad in de centrumstraten om eventueel nog wat kandidaten te ronselen. Maar dat viel - letterlijk dan - wat in het water. Uiteindelijk moest de 'snorrencatwalk' het doen met vijf deelnemers.
Snorrentrofee
Omwille van de hevige regenbuien vond de wedstrijd uiteindelijk plaats in het Borstelmuseum. De gevelgarnituren van Ludwig Vanden Eynde, Frans Huyghebaert, Luc Lepercq, Marnick Viaene en Chris Vandekerkhove werden er kritisch gekeurd door een jury bestaande uit ereburgemeester Willy Verledens, Miss West-Vlaanderen Stefanie Rondelez, kunstenaar Marc Claerhout en professionele 'snorist' Willy Dupon, voorzitter van de Europese Snorrenclub Antwerpen. Na rijp beraad viel de keuze op de 'kiekeboe-snor' van Chris Vandekerkhove.
De uitgeweken Izegemnaar kreeg naast de titel 'Snor van Izegem' een unieke bronzen snorrentrofee van de hand van Marc Claerhout. Dat er volgend jaar een tweede editie komt staat zo goed als vast. 'Het is inderdaad de bedoeling om er een jaarlijkse festiviteit van te maken. Een ludieke manifestatie willen we creëren, die bij iedereen in de smaak valt', besluit organisator Guy Vandendriessche. Marc Debruyne ........................................................................
"Het dorpsgezicht van het landelijke Vurste bij Gavere wordt beheerst door het oude uitgestrekte kasteeldomein Borgwal. De schitterend gerestaureerde duiventoren is meer dan de moeite waard om eens te bezoeken. Hij is de mooiste van Oost-Vlaanderen."
Semmerzake Hier vinden we een heuse luchtmachtbasis.
In het Air Traffic Control Centre (ATCC) in de Gaverse deelgemeente Semmerzake is sinds 2004 een gloednieuw luchtverkeersleidingssysteem in gebruik genomen. Het stukje hightech werd Seros II gedoopt. Aan het nieuwe systeem hangt een gigantisch prijskaartje van dertig miljoen euro. Er is meer dan tien jaar aan gewerkt om het te ontwikkelen.
Het ATCC in Semmerzake verzekert de luchtverkeersleiding van het militaire luchtverkeer en de coördinatie tussen de burgerlijke en militaire luchtvaart in het hele Belgische luchtruim. Om dat luchtruim in de gaten te houden maakt het ATCC gebruik van informatie afkomstig van een tiental radars. Een daarvan staat in Semmerzake zelf. De opvallende witte koepel is van heel ver zichtbaar.
De informatie van die radars wordt doorgegeven aan een controlecentrum. Van op verschillende schermen kan het militaire luchtverkeer in het volledige Belgische luchtruim gevolgd worden. ,,Tot voor kort werkten wij daarvoor met het luchtverkeersleidingssysteem Seros I'', weet generaal-majoor d'Hollander, hoofd van de divisie Communicatie- en informatiesystemen. ,,Dat was al sinds 1972 in gebruik. Uit studies die uitgevoerd werden door de Regie der Luchtwegen bleek midden de jaren tachtig al dat de noodzaak voor een nieuw militair systeem reëel was.''
Toch zou het nog bijna twintig jaar duren voor het nieuwe luchtverkeersleidingssysteem een feit was. Pas in 1993 werd er een contract afgesloten tussen het ministerie van Defensie en partners uit de industriewereld. Toen een van de partners zich in 1997 terugtrok, liep het dossier nog meer vertraging op. Omdat het oude systeem Seros I teveel mankementen begon te vertonen, werd enkele jaren geleden zelfs een interim-systeem geïnstalleerd.
Gloednieuw gebouw
,,Het heeft inderdaad zeer lang geduurd'', geeft Karel Moorkens, commandant van het ATCC Semmerzake toe. ,,Maar het Belgische luchtruim is een van de drukste van Europa. Vliegtuigen hebben maar enkele minuten of zelfs minder manoeuvreerruimte, zodat snelheid en nauwkeurigheid van gegevens zeer belangrijk is.''
Voor het nieuwe luchtverkeersleidingssysteem werd op de militaire site in Semmerzake een gloednieuw gebouw opgetrokken. Sinds oktober ligt daar het zenuwcentrum van het Belgische militaire luchtruim. In de oude bunker, waar Seros I gehuisvest zat, zitten nu enkel nog een aantal technische diensten.
09/06/05 13:53:18
Ondertussen was er in 2005 een bevelsoverdracht bij ATCC Semmerzake.
Op donderdag 09 juni droeg Kolonel van het vliegwezen Stafbrevethouder Karel Moorkens het bevel van ATCC over aan Kolonel van het vliegwezen Stafbrevethouder Ingenieur P. Firlefyn
Via Melsen en Zevergem komen we aan in Merelbeke. En hier kwam onze A-snor terecht in een sluizencomplex, vanwege de aansluiting met de Leie die vanuit Kortrijk hier de Schelde instroomt. Een gigantisch gebouwencomplex waar we onze vlotter eventjes een handje hielpen.
De Confrérie van de Roze Olifant van Melle werd gesticht op 24 april 1992.
Onze peters zijn de leden van de "Confrérie van de Hasseltse Jenever" te Hasselt.
Onze petekinderen zijn de leden van de "Confrérie van de Tantes en Nonkels van Valeir" te Gavere.
De Confrérie telt 23 actieve leden waarvan 18 de Grote Raad vormen.
De Confrérie stelt zich tot doel de aloude tradities van de Melse streekbieren - in het bijzonder de Delirium Tremens - als kwaliteitsproduct zowel in binnen- als buitenland te promoten en deze bieren als echt iets van bij ons te leren waarderen. Ze wil de Melse streekbieren terug haar ereplaats schenken in de gastronomische en culinaire receptuur.
Door geregeld deel te nemen aan kapittels van bevriende confréries wordt een echte vriendenkring opgebouwd en maken wij zo kennis met het gastronomisch en folkloristisch patrimonium van ons land en van de buurlanden.
De Confrérie is ook actief op sociaal vlak. Regelmatig verleent ze haar medewerking aan tal van activiteiten waarvan de opbrengst integraal geschonken wordt aan de afdeling Kinderpsychiatrie van de psychiatrische kliniek Caritas te Melle.
In Gent raakte onze snor verdwaald in een binnenwater aan de Kleindokkaai.
Vlug weer het stadscentrum ontvluchten op weg naar Melle...
Melle : ...de man van Melle. Iedereen kent nog wel het melodramatisch typetje uit de Koekoekstraat, een fictief personage, bedacht en gespeeld door Bart De Pauw, dat voor het eerst opdook in het televisieprogrammaSchalkse Ruiters.
Hier wordt de stroom Boven-Zeeschelde genoemd. Even voorbij Wetteren komen we aan in Schellebelle.
Oorsprong van 't Veer Het herenhuis gelegen tegen de Schelde aan de Hoogstraat en aan het Dorp is een merkwaardig gebouw met een lange geschiedenis. We mogen aannemen dat het na de kerk en het Eedgoed het oudste gebouw is van Schellebelle. Oorspronkelijk was het een hofstede maar later kreeg het verschillende functies. Het was een veerhuis waar de bedienaar van de overzetdienst woonde, een vierschaar (rechtbank), een schepenhuis, een brouwerij en een herberg. Op de kadasterkaart van 1658 vonden we de plaats van 't Veer: "... Marijn Clinckspoor zijn hofstede, suyt-oost het voorgaende, noort-west de straete naar het veir. Oppervlakte 74 roe 15 1/2 voet. Het huys was vroeger bewoond door G. Beerten."
Onze vlotter werd even overgebracht naar de andere oever...
Schellebellenaren blijven trots op hun dorpsnaam.
In Schellebelle staan sinds kort borden bij de uitvalswegen van het dorp, waarop staat dat ze de "Mooiste dorpsnaam van Vlaanderen" hebben. Een klein jaar na hun winst van de verkiezing van de Mooiste Plaatsnaam van Vlaanderen zijn de Schellebellenaren kennelijk nog steeds apetrots op deze status. Of 'fier', zoals dat in Vlaanderen heet.
Vorig jaar mei versloeg het Oost-Vlaamse dorp in deze internetverkiezing Sint-Job-in-het-Goor, Scheldewindeke en Smeerebbe-Vloerzegem. In een soortgelijke verkiezing won in Nederland vorig jaar mei het Groningse Doodstil. Ook die hebben een bord met "de mooiste plaatsnaam van Nederland" staan.
Hey!
Mijn naam is Roxanne, ik ben 16 jaar en woon in Schellebelle, (de mooiste dorpsnaam van Vlaanderen!) een verloren gat, dat echter enorm charmant is. Ik woon bij mijn moeder samen met 2 broers (Christophe en Yannick), een zus (Yasmine), 6 katten (Jakkepoes, Titus, Moortje, Luna, Nina en Lenka) en 2 honden (Farah en Fenya). Bijgevolg is het hier nooit eens rustig
Mijn slechte eigenschappen? Ik ben een betwetertje, en nogal arrogant, maar ik besef het wel hoor :p en ik kan soms enorm zeuren en klagen zonder reden. Daar staat dan weer tegenover dat ik behulpzaam ben en héél lief kan zijn -door mijn sociopathische neigingen echter uit zich dit vooral in overdreven kattenliefde, maar soit- en hondstrouw.
Mijn hobby's zijn lezen, schrijven, zingen, af en toe eens uitgaan, toneel ed (binnenkort naar Antwerpen B&B!!! Al staat nu al vast dat de onze véél beter is. En mooier ook) paardrijden, ... Vroeger ook nog JRK maar sinds ik werk is dat geschrapt.
Een nieuwe dag...nieuwe horizonten. We verlaten Oudenaarde en zetten koers naar Gent ! In Petegem-aan-de-Schelde houden we even halt aan de abdij Beaulieu voor de koffie.
Ooit had de Karolingische koning Karel de Kale in Petegem nabij de Schelde een luxueus kasteel. In de Middeleeuwen streken in datzelfde Petegem Vlaamse feodale heren en exponenten van de topadel neer. Naar het einde van de 13de eeuw toe, drukte Gwijde van Dampierre een diepe stempel op dorp en omgeving. Gwijde kocht de heerlijkheid Petegem voor zijn gade Isabella van Namen, die op loopafstand van de Scheldeburcht in 1290 een vrouwenklooster liet bouwen. Het was in die tijd dat burcht en omgeving aan hun naam kwamen : de site was zo mooi dat alleen Bello loco of Beaulieu chic genoeg klonk. Tot in 1783, toen keizer Jozef II het klooster meedogenloos afschafte, de nonnen verjoeg en de gebouwen grotendeels liet afbreken. Alleen inrijpoort, gastenkwartier, kapelaanshuis en enkele bijgebouwen ontkwamen aan de kaalslag. Beaulieu is tot op vandaag synoniem voor kunstig gerestaureerde gebouwen midden in een vlak maar overheerlijk Scheldelandschap.
Wortegem
Wie van Wortegemdorp naar Waregem rijdt, komt aan de overbekende afspanning dOude Stokerij voorbij. Daar, zeggen sommigen, ligt het prille begin van de Wortegemsen, een inmiddels wereldberoemd geworden dreupel die buitenstaanders kennen als een beetje troebele jenever op basis van suiker en citroen. Een wat preciezer verwoord recept, vraag je ? Is er niet. Bestaat gewoon niet. De reden ? Elke Wortegemnaar die naam waardig heeft zijn eigen huisrecept, dat hij uiteraard als het enige echte beschouwt en zorgvuldig geheim houdt om het ooit, net voor zijn laatste ademtocht, aan zijn nageslacht door te geven. Wat iedereen wél weet is dat een Wortegemsen overheerlijk smaakt. Wil je hem proeven in een lichtelijk euforische sfeer, ga dan eind mei naar de jaarlijkse Wortegemsen Feesten.
Ename.
Ename Abdijbieren
Een brokje geschiedenis:
In Ename, een deelgemeente van Oudenaarde, kan u de ruïnes van de abdij van Ename bezoeken. De geschiedenis van deze abdij gaat terug tot het Verdrag van Verdun in 843, toen de Schelde de grens werd tussen Vlaanderen en het Duitse keizerrijk. Langsheen de Schelde werd een burcht gebouwd die de Graaf van Vlaanderen en de Fransen over de rivier moest houden. Tevergeefs, want de burcht werd meer dan eens verwoest.
In 1063 vestigden de Benedictijnenmonniken zich in de burcht en bouwden ze het fort om tot een abdij. De eerste brouwactiviteiten dateren vanaf dan. Er werd zelfs verwezen naar hopvelden in de buurt van Oudenaarde. Dit avontuur was van vrij korte duur, want tijdens de Franse Revolutie werd alles met de grond gelijk gemaakt. Met de paters verdween dus ook het abdijbier ,... of toch niet.
Op de site van de ruïne staat inmiddels een museum, waarvan Brouwerij Roman sinds 1990 zogenaamde lekensponsor is. Ter gelegenheid van een openluchtspektakel in de ruïnes in 1990, brouwde Brouwerij Roman voor het eerst een dubbel- en een tripelbier onder de naam Ename. Later, in 1997, kreeg dit duo er ook een blonde versie bij. Op die manier neemt Brouwerij Roman actief deel aan de culturele activiteiten rond de Enaamse ruïne en draagt ze haar financieel steentje bij, vermits Brouwerij Roman aan de uitbaters van het museum royalties betaalt voor het gebruik van onder andere de naam en de afbeelding.
Sinds 2002 brengt Brouwerij Roman Ename Cuvée 974 op de markt, die van oktober tot februari het trio Ename Abdijbieren vervoegt. De naam verwijst naar de stichtingsdatum van de Oudenaardse deelgemeente Ename.
Zingem
Onze vlotter was eventjes uit koers... hij dacht hier een loopje te kunnen nemen, maar attent als ik ben heb ik vermeden dat hij hier in een beekje sukkelde...
In Asper mocht ik hoogstuitzonderlijk een bezoek brengen aan de controletoren van het sas aldaar. Normaal mag daar niemand binnen behalve het dienstpersoneel dan, maar voor die speciale aangelegenheid maakten ze een uitzondering en werd ik vriendelijk door een imposante sasmeester ontvangen.
Bossuit Over het pompstation hebben we het al gehad, dus gaat de reis verder richting Oudenaarde.
In de verte...Avelgem.
En om te vermijden dat onze vlotter in het kanaal Bossuit-Kortrijk zou gaan avonturen, riep ik de hulp in van deze jonge topograaf, die daar de sas-geul op diepgang aan het uitmeten was...
Hier was onze A verzeild geraakt in de Avelgemse 'meersen'.
Het woord meers (vroeger: meersch) of mars betekent 'moeras' of 'laaggelegen weideland'. Het heeft dezelfde herkomst als het woord 'meer' en komt ook in het Engels voor (marsh). Synoniemen zijn onder andere broek, vennet en moer.
In Vlaanderen is een meers meestal een verland moeras dat slechts af en toe nog eens onder water komt te staan, als het tenminste niet intensief bemaald wordt ten gunste van de landbouw. Dat laatste wordt inmiddels waar mogelijk vermeden ter bevordering van de biodiversiteit.
Ruien
Hier moest ik hem er even uithalen om niet het risico te lopen dat hij opgezogen wordt met het Scheldewater dat dient om de ovens van de electriciteitscentrale (op de achtergrond) af te koelen...
Waarmaarde
Oei... bijna overvaren door de 'Centurion'...
Leupegem Deelgemeente van Oudenaarde. Leupegem, ten zuiden van Oudenaarde, is het bezoeken waard omwille van zijn natuurschoon : de Maarkebeek en de uitgestrekte panorama's. Hier ook een oude watermolen, gevoedt met Scheldewater.
(na de restauratie) Het gaat hier om een zeer oude watermolensite. Er is een akte bekend van 6 september 1296 waarbij de nonnen van het klooster van Maagdendale te Oudenaarde de molen aankochten. Dat verklaart ook de molennaam. Destijds waren hier drie molens: een schors-, een olie- en een graanmolen. Enkel de graanmolen bestaat nog: de middelste van de drie. Rond 1580, tijdens de troebelen, werden de molens vernield. In 1586 volgde de heroprichting. In de 19de eeuw werd het houten raderwerk vervangen door een ijzeren en werd een ringmuur gemetseld rond de asput. De doorgang langs de molen heeft een verval van 0,2 meter. Er is een bypass aanwezig.
(voor de restauratie)
Op 2 maart 1990 werd de molen beschermd als monument, met inbegrip van het molengebouw, het sluiswerk, de waterraderen en de bakoven. In 2000 onderging de molen een maalvaardige restauratie, waarbij het onderslagrad vernieuwd werd. Het ijzeren bovenslagrad ligt er evenwel nog vervallen bij. Dank zij de inrichting van een landelijke herberg in het vroegere woonhuis, is de Nonnenmolen ieder weekend toegankelijk.
Even opzij voor de Nederlandse Kralingen... Jaja, het leven van een A-snor is niet zonder gevaren !
De Geutelingenfeesten van Brakel Elke eerste zondag na 9 februari viert Brakel zijn jaarlijkse Geutelingenfeesten. Deze druk bijgewoonde dorpsfeesten openen het geutelingenseizoen met een bijhorende geutelingenwandeling, proeverijen en kermis. Tot diep in de jaren 30 kwamen heel wat dorpelingen in de Vlaamse Ardennen rond de periode van Lichtmis samen. Vergezeld van een grote kom deeg en Balegemsen (jenever) hielden ze een groot volksfeest met de nodige spijs & drank. De geuteling is ontstaan in deelgemeente Elst en is een typisch gerecht 'van den boerenbuiten' dat wordt gemaakt van tarwebloem, eieren, melk, gist, zout en een snuifje kaneel. Het geutelingendeeg wordt vervolgens met wilgenhout in een bakstenen oven gebakken. De nog warme geuteling eet u het best met boter en suiker, en voor de liefhebbers met extra zout. Er bestaat ook een reeks geutelingenrecepten, waarvan de geuteling met Ename-bier van brouwerij Roman de moeite waard is om in Brakel persoonlijk te gaan proeven.
Toen begin de jaren 70 de jeugdclub en KSA van Elst begonnen geutelingen aan te bieden, werden zij meewarig bekeken : ' Met wat voor ouden boetiek komen ze nu aandraven'.
De kwaliteit van de geuteling was bij gebrek aan kennis van het klaarmakenvan het beslag en een abominabele techniek om te gieten en de oven te verwarmen, inderdaad ondermaats geworden, een zeldzame uitzondering niet te na gesproken.
Toen het geutelingcomitee, verderbouwend op dit jeugdig initiatief, vanaf 1981 een heuse kermis wou organiseren, was de scepsis nog groter.
VRT-radio (Jan Lambin himself), Vlaanderen Vakantieland, het VTM-Nieuws, de regionale zender AVS, besteedden meerdere reportages aan deze unieke folklore.
Begin de jaren 92 begon Toerisme Vlaamse Ardennen, Toerisme Oost-Vlaanderen, ook wel iets in de geutelingen te zien, en verzorgden zij enige publicaties.
In 1993 werd een artikel gepubliceerd in een Japans magazine en in een Nederlands streekblad uit Elst bij Arnhem. (U weet wel... ' a bridge to far ')
Tal van publicaties in Vlaanderen omtrent streektoerisme, streekgerechten en folklore, namen de geuteling en geutelingfeesten op in hun bestanden en publiceerden heel wat 'vurige' foto's.( veelal door het comité beschikbaar gesteld ) Ook Wallonië bleef niet ten achter. De regionale bladen en kranten uit de Vlaamse Ardennen, waren vanaf het prille begin goede en trouwe boodschappers, allicht omdat hun schrijvers - na het proeven van menige geuteling- deze keer zeer goed wisten waarover zij schreven.
In 1995 werd de geuteling door de C.N.A.C. ( Conseil National des Arts Culinaires ) uit Parijs opgenoemn op de lijst van unieke streekspecialiteiten in Europa.
In 1999 kreeg het geutelingcomité de prestigieuse Jan Lambin-toerismeprijs toegekend door de Academie voor Streekgastronomie olv. Prof. COLLEN.
In 2000 werd een vertegenwoordiger van het geutelingcomité samen met Waals Minister-Président J.Cl. Van Cauwenberghe en minister Rudy DEMOTTE, opgenomen als lid van de 'Chevaliers du Ramon', het beschermomité voor de heksensabbat in Ellezelles. Wij waren in elk geval al enige hete vuren gewoon... Eveneens in 2000 draaide de Waalse regionale TV een schitterende reportage in het Ovenmuseum.
Op 23 december 2004 ontving het comité bericht dat de geutelingenkermis 2005 erkend werd door het Prins Filipsfonds , omwille van zijn open venster naar, en degoede contacten met de folkloristen uit Ellezelles, alsmede de inspanningen om het brede publiek langs beide zijden van de taalgrens met mekaar in contact te brengen.
Eindelijk... Oudenaarde : schuimende bierstad van Oost-Vlaanderen Na de geutelingen van Elst is het tijd om door te reizen naar meer dorstlessende regionen. Zo is Oudenaarde dé plek om van haar Oudenaardsen bruinen te proeven. Wandel of fiets doorheen dit authentiek stadje en zoek er de vier overgebleven brouwerijen op: Clarysse, Cnudde, Liefmans en Roman. In enkele kunt u op afspraak van 'een bruintje' nippen, waarvan het Ename bier ook tot ver over de Oudenaardse grenzen gesmaakt wordt. Op de Adriaen Brouwer Bierfeesten worden alle bieren lieflijk toegezongen, maar daarvoor moet u wel nog even wachten tot eind juni.
Even op rust komen in de grote sluis te Oudenaarde. Mensen ! We zijn reeds 160 km ver !
Vandaag een etappe van Vaulx naar Chercq en via Warchin naar Doornik.
Bovenop een rotspartij waakt kasteel César over de Schelde. Het tot een ruïne herleide bouwwerk dateert ongetwijfeld uit de 13de eeuw. Kasteel César mag dan wel een ruïne zijn, het vierhoekige grondplan met ronde torens is nog volkomen zichtbaar. Een groot deel van de westelijke en oostelijke gevels evenals de twee torens zijn trouwens gespaard gebleven. De burcht is in kalksteen gebouwd. De torens zijn met meer zorg opgetrokken dan de gevels, waarin schietgaten zijn uitgewerkt. De afgeschuinde kordonlijst loopt over het hele gebouw en zorgt voor een homogeen beeld.
Tournai - Doornik; Als 2000-jaar oude stad houdt Doornik de herinnering aan haar verleden graag levendig : opeenvolgend was zij in handen van de Gallo-Romeinen, de Franken (een kroonstad onder Clovis), de Fransen, de Engelsen (onder Hendrick VIII), de Spanjaarden, de Nederlanders, opnieuw de Fransen (onder Lodewijk XIV), de Oostenrijkers, weer de Fransen (onder de Revolutie en het Keizerrijk) en tenslotte weer onder Nederlandse vlag tot aan de onafhankelijkheid van België.
Doortocht aan de 'Pont des Trous' in Doornik.
Dit bouwwerk is een van de meest indrukwekkende overblijfselen van de middeleeuwse militaire architectuur in ons land. Het maakt deel uit van de tweede stadswal voorzien van 18 poorten en verdedigde de loop van de Schelde aan de ingang van de stad. Enorme hekken konden op ieder moment de doorgang versperren.
Gebouwd in 1281 duurden de werken 25 jaar.
Doornik : Pont à Pont. Dan 'vlotten' we verder naar Froyennes. Ze serveren hier wel een lekker streekbiertje :
In Kain wordt de stroom BOVENSCHELDE, verder stroomafwaarts komen we nog Obigies en Pecq tegen. En wie kent deze komiek niet... Jacques Tati. Jaja, afkomstig van Pecq.
Het is in de middeleeuwen dat we het eerst horen van de naam Aupec. Het was toen een land van wijngaarden. 'Pecq' vinden we later terug in een charter van Childebert III, Koning van Frankrijk in 704. Het waren de toenmalige paters van het Waldrinneklooster die er de plak zwaaiden. Er was ook een haven die een sleutelpositie innam voor de transport van handelswaar naar Normandië en Bourgondië, met bevoorrading tot Parijs. Ook leuk om te weten is dat de laatste tram er reed op 12 mei 1953 om 12.15u komende vanuit Doornik...
Warcoing (samenkomst met het Canal de l'Espierres),... (Spierre-kanaal)
...Espierres/Pottes... Hier komt het hachelijk : we komen terecht in een mengelmoes van zij-riviertjes. De 'Espierre' (vroeger de 'Ry') ontspringt in Mouvaux (noord-Frankrijk) en vervoegt de Schelde bij de Barrage van Espierres. De Schelde wordt er gevoed door de Grande Espierre, de Espierre Blanche, de Petit Espierre, de Espierrette, de Rieu du Pont Bleu, l'Espierlien, de Rieu Delbecq, de Ruisseau des Près et des Haies, de Ruisseau de Wattrelos à la Frontière, de Ruisseau de la Motte Brûlée, de Ruisseau de Carihem, de Ruisseau des Trois Ponts en de Riez StJoseph.
En via Spierre/Helkijn eindigen we in Bossuit (met samenkomst van het Kanaal Kortrijk-Bossuit).
Oude betonbrug over het Spierre-kanaal
(kanaal Kortrijk-Bossuit)
Kanaal-sas, oude pompgebouw en streekbezoekerscentrum te Bossuit.
Je kan de Bovenschelde al wandelend ontdekken in Bossuit (Avelgem). De Bouvriewandelroute leidt je langs imposante hoeven, glooiende akkers en uitgestrekte meersen. De route start aan het voormalige pompgebouw van Bossuit dat ingericht is als streekbezoekerscentrum van de West-Vlaamse Scheldestreek. Daarna gaat de tocht verder langs de Schelde-oever naar de dorpskern van Bossuit. Je stapt dan langs rustige plattelandswegen naar het eeuwenoud 'Goed Bouvrie'. Vanaf hier volg je een tijdlang de oude spoorwegbedding. Je keert terug langs het jaagpad van het kanaal Bossuit-Kortrijk.
Het pompstation in Bossuit pompte het nodige water uit de Schelde op om het Kanaal te voeden. Door de toenemende scheepvaart was het rond 1970 noodzakelijk om het kanaal te verbreden, maar de pompen van het oude pompgebouw hadden niet meer voldoende kracht om het verbrede kanaal van water te voorzien. Er kwam een moderne pompinstallatie en het oude gebouw verloor zijn functie en raakte stilaan in verval. Maar het werd begin de jaren '90, met steun van de EU, de Provincie, Toerisme Vlaanderen en Stad Avelgem, gerenoveerd.
Vandaag biedt dit prachtige stukje industriële archiologie onderdak aan de VVV Westvlaamse Scheldestreek en café-restaurant Beaufort. In het pomphuis van Bossuit kan je naar een tentoonstelling over water. Af en toe zijn er ook tijdelijke exposities.
En we zijn weer vertrokken voor een nieuwe dag 'vlotten' op de Schelde waarbij onze A-snor een parcours moet afvaren van een goeie 16 kilometer. Vanuit Maulde gaat het via Bléharies naar Brunehaut.
Brunehaut : Pontde Hollain
En hier vinden we in deelgemeente Hollain de grootste menhir van ons land, genaamd 'brunehault'. Deze bevindt zich langs de Heirbaan van Baboy naar Doornik. Om hem te vinden volg je vanuit het dorp de Rue de Six Chemins. Het is een 4,40m hoge trapeziumvormige steen uit Landens zandsteen met een schuine bovenzijde.
Hij is 3 meter breed en een halve meter dik. De steen staat perfect noord-zuid-georiënteerd en de hoek wijst naar de poolster. Landense zandsteen komt in de streek niet voor en de steen moet dus van over een verre afstand hierheen gebracht zijn geweest. Er zijn verschillende vreemde verhalen rond deze megaliet.
Legende 1: Bij de bouw van de kathedraal van Doornik wilde ook Onze-Lieve-Vrouw haar steentje bijdragen. Zij droeg de steen in haar schort naar Doornik om daar dienst te doen als eerste steen. Onderweg kreeg ze te horen dat er al een andere steen was gebruikt. Zij besloot dan ook de steen te laten liggen waar hij lag en gebruikte hem als stootblok om zich af te zetten toen ze weer naar de hemel opsteeg. Vandaar dat er aan de zijkant een voetafdruk staat. Maar om die te zien moet je over héél veel fantasie beschikken.
Legende 2: Brunhilde was een Frankische koningin die regeerde over Austrasië van 567 tot 613 AD. Zoals dat in die tijd onder koningen en koninginnen gebruikelijk was kreeg ze hommeles. Clotherius II wilde haar land inpikken. Hij liet haar gevangen nemen, de kleren van het lijf scheuren en op de rug van een kameel binden. Drie dagen werd het dier met zijn trieste last door het legerkamp gejaagd waarbij Brunhilde door iedereen beschimpt en geslagen werd. Brunhilde bleek echter nogal taai te zijn en was na drie dagen van lijden nog niet dood. Daarop werd ze met haar haren, één hand en één voet aan een wilde hengst gebonden. Deze galoppeerde met haar door de velden tot ook hij uitgeput neerviel, met de inmiddels overleden Brunhilde nog steeds aan zich gebonden. Op de plaats waar zij werden gevonden werd ter herinnering aan deze gruwelen een grote steen geplaatst : de Pierre Brunehaut ofte Brunhildesteen.
Legende 3: De steen is niet achtergelaten door Onze-Lieve-Vrouw, hij is ook geen gedenksteen, maar hij werd op vraag van Brunhilde door de duivel geplaatst om dienst te dioen als grenssteen tussen Austrasië en het Land van Doornik.
Legende 4: Wie de steen bezoekt moet er voor opletten deze niet omver te duwen, want dan zou de wereld vergaan.
Condé : opletten geblazen. Hier is er de samenkomst van de Schelde met het kanaal Pommeroeul-Condé en ook nog het Canal de Mons.
Een eerste vermelding van Vieux-Condé vinden we terug in 1215 onder de naam Vetus Condatum. Onder de Franse Revolutie en tot in 1810 heette het Vieux Nord Libre en ontwikkelde zich uit de koolmijnindustrie.
Hergnies :
Hier was onze vlotter in de Scarpe-rivier gesukkeld. Moeilijke doorgang vanwege de lage waterstand.
We hebben hem eruitgehaald en terug op het goede 'spoor' gezet...
De naam 'hergnies' zou afkomstig zijn van een Keltische term die 'rustplaats voor krijgers' zou betekenen. Dit dorp nestelt zich in de natuurlijke omgeving van La Scarpe en de Scheldevallei. Hergnies is bezaaid met kapelletjes, groot en klein. Ook de bolvormige klokkentoren van de StAmanduskerk is een bezienswaardigheid op zich. ...
Dan drijven we verder over Bruille-Saint-Amand, Chateau- l'Abbaye,
Flines-les-Mortagnes, Mortagnes-du-Nord (waar hier de Scarpe in de Schelde vloeit) en eindigen we de dag in Maulde. Het dorp ligt in een regionnaal natuurreservaat, vlak naast Saint-Amands-des-Eaux, een pitoresk dorpje in de bossen van Flines, omringd door begroeide terrils. Hier vloeit de maulde-rivier in de Schelde.
Deze waterval van Jarrauds maakt deel uit van de Maulde. We zitten reeds vlak bij de Belgische grens.
Een bezienswaardigheid : het Fort van Maulde.
Althans de resten ervan... Maar het is afgewerkt geworden in 1885 waarbij meer dan 2 miljoen bakstenen nodig waren. In 1899 werd het echter door een obusinslag gedeeltelijk vernield, beetje heropgebouwd deed het in 1914 nog dienst om een garnizoen in onder te brengen en werd het in 1918 zelfs nog gebruikt om Rijselse gevangenen in op te sluiten.
Saint-Saulve : vrijdag 8 juni... we zijn weer vertrokken.
Saint-Saulve is een gemeente in het Franse Noorderdepartement (regio Nord-Pas-de-Calais) en telt 11.033 inwoners (1999). De plaats maakt deel uit van het arrondissement Valenciennes.
In de verte die gele kranen... ben dan even van dichtbij gaan kijken...
Indrukwekkend die kaaikranen die zomaar eventjes 120 ton heffen...
De sasmeester te Bruay-sur-Escaut zorgde ervoor dat onze vlotter vlotjes door zijn sluis geraakte. Dank u sasmeester !
Onnaing Op 26 april 1955 stortte hier een vliegtuigje neer op een huis : piloot en vier inwonenden waren op slag dood... De 'Vickers Varsity T.1' werd door een mechanicien in training zonder toestemming bevlogen.
Dan gaat het verder via Escautpont en Thiers naar Fresnes-sur-Escaut.
Een stad met een rijk verleden : het is namelijk hier dat men in 1720 voor het eerst steenkool heeft ontdekt. Men viert hier zelfs nog carnaval in augustus ! Ondertussen bevinden we ons al in de vallei van de Scarpe.
Condé-sur-Escaut : hier lijkt de Schelde wel op een zee...
Hier even de vlotter eruit gehaald want hij was op de dool in een van de grachten rondom de ruinerestanten van het vroegere hermitage fort.
Het bezien en bezoeken waard : het Hermitage-paleis.
Vanaf Denain gaat het stroomafwaarts via Wavrechain, Prouvy en Thiant. In Maing was het even de moeite om de stad te bezoeken : bezienswaardigheden waren de parochiekerk Saint Gery waarvan zelfs een deel van het meubilair geclasseerd is. De vestingen van 1212 (restanten van de 'Val van Fontenelle'), gebouwd op de grondvesten van een voormalig Cistercienzerklooster. Le Castel des Prés, waar ieder jaar in augustus Middeleeuwse feesten plaatsvinden.
Eens voorbij de sluis van Trith-Saint-Leger was het opletten geblazen : even de vlotter voor Valenciennes eruit om te vermijden dat hij in het 'Etang du Vignoble' terecht kwam. Het ziet er op momenten zwart van de zeilers en planksurfers !
Valenciennes : een universiteitsstad met twee campussen en meer dan 1200 studenten. Als historische en culturele stad is Valenciennes een van de belangrijkste commerciële polen van deze agglomeratie. Overblijfselen van 15de eeuwse stadswallen met zijn Dodenne Toren.
Een uitkijktoren die de inval via de Rhonelle-rivier moest in de kiem smoren. En in het Museum voor Schone Kunsten kun je werken bewonderen van Rubens, Jordaens en Van Dyck.
Specialiteit ter plaatse is de 'Langue Fumée'.
En voor de 'sneukelaars' zijn er de 'Sottises de Valenciennes'.
Eindbestemming voor vandaag : Saint-Saulve.
Jammer dat ze op dat moment niet thuis was : Miss France 2007 ! Jaja, ze woont hier ergens in Saint-Saulve.
Op 9 december 2006 werd deze 18-jarige schone (ook al Miss Picardie) voor de ogen van meer dan 4 miljoen tv-kijkers, verkozen tot Miss France 2007. Mag ik u voorstellen : Rachel Legrain-Trapani ! Heeft natuurlijk niks met het project te maken, maar dacht bij mezelf dat 'snorren' dit wel zouden versmaden...!
Een boogscheut van Thun-Saint-Martin ligt Iwuy en daar moest ik onze vlotter een handje helpen of hij werd de 'Erclin' ingezogen en dan hield het avontuur al op want in d ie wirwar van beekjes en grachten zou hij reddeloos verloren drijven...
Estrun Hier is er de samenkomst met het kanaal van Sensée. Het was nog onder Napoleon I in maart van 1806, dat een Keizerlijk decreet de uitvoering beval om een kanaal te graven die de Schelde met de Scarpe zou verbinden...
Neuvile-sur-Escaut
En tegen valavond vinden we onze vlotter terug in Denain.
Marcoing In dit dorp alleen al moet onze vlotter maar eventjes drie sluizen door : Talma in het noorden, Bracheux in het oosten en een in het centrum van Marcoing zelf.
Noyelles-sur-Escaut
Ook hier een sluis...
Ik voeg er hier terloops een kaartje aan toe om u een idee te geven waar we ons momenteel met onze vlotter situeren... en je zult merken dat de Schelde zich hier door een oorloggebied kronkelde en daarbij een grote rol heeft gespeeld in het al dan niet slagen van de verschillende aanvallen en verdedigingen gedurende de Eerste Wereldoorlog hier in deze streek...
Cambrai ... of Kamerijk, zoals het heette toen het nog bij Vlaanderen hoorde. Een leuke stad om in rond te wandelen.
Bezienswaardigheden zijn hier het fameuze Rubens-schilderij 'De Graflegging' in de Saint Géry-kerk en het Musée de Cambrai, waar je vanaf de prehistorie door de tijd wandelt.
Vergeet je doosje 'bêtises de Cambrai' niet : bonbons die hun naam 'stommiteit' te danken hebben aan een vergissing van het bakkershulpje. En er wordt nu nog steeds geruzied tussen twee producenten over wie nu de echte 'Tome de Cambrai' ( een bijzonder smaakvolle artisanale kaas die nog op de hoeve wordt gemaakt) mag afleveren !
In november van 1998 werd hier deze tank uit de Eerste Wereldoorlog blootgelegd. De officiële ceremonie van deze opgraving vond echter plaats in Flesquières op vrijdag 20 november '98, de 81ste verjaardag van de Slag rond Cambrai.
... het gaat om dit type tank van de serie Mark V...
En vanaf hier krijgt de stroom de naam van Escaut...
Thun l'Evèque En nietver daarvandaan, in Thun-Saint-Martin, moest ik onze vlotter even losmaken uit de greep van een bol ijzerdraad in het water...
U ziet allicht op de foto dat onze A-snor al deftig is toegetakeld en we zitten nog geen 40 kilometer ver ! Maar hopen dat hij er morgen nog zal bijzijn...
Ik ben Guy Vandendriessche, en gebruik soms ook wel de schuilnaam moustache.
Ik ben een man en woon in Izegem (België) en mijn beroep is Museum-medewerker.
Ik ben geboren op 04/06/1955 en ben nu dus 69 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: ESA snorrenclub, belleman Stad Izegem, motorrijden,....
Andere hobby's :
www.bloggen.be/belleman
www.bloggen.be/motorrijder
www.bloggen.be/budoka
www.bloggen.be/stadsreuzen