Telemonitoring (TM) kan gebruikt worden om problemen bij hartfalen vroeger op te sporen om zo de mortaliteit en morbiditeit bij deze groep van patiënten te verminderen.
In het Tijdschrift voor Geneeskunde ( J. Gelders en J. De Sutter, nr 3, 2015) gaat men in op bestaand onderzoek over het gebruik van Telemonitoring.
Men maakt in de literatuur een onderscheid tussen twee vormen van TM : enerzijds de niet-invasieve en anderzijds de invasieve TM.
Niet-invasieve TM omvat enerzijds "structured telephone support" (STS) en anderzijds het dagelijks meten en doorsturen van fysiologische gegevens, zoals de bloeddruk en het gewicht.
Invasieve TM houdt in dat de patiënt beschikt over een geïmplanteerd toestel, meer bepaald een "implantable cardioverter defibrillator" (ICD) of een defibrillator voor cardiale resynchronisatietherapie (CRT-D) dat zowel parameters betreffende the toestel als fysiologische parameters kan doorsturen.
Verschillende meta-analysen die als hoogkwalitatief werden beoordeeld op basis van de AMSTAR-criteria (A Measurement Tool to Assess Systematic Reviews) toonden een significant gunstig effect van niet-invasieve vormen van TM aan op de martaliteit en morbiditeit. Enkele meer recent verschenen grote gerandomiseerde studies bevestigen dit echter niet. Een significant vroegere opsporing van klinische en toestelverwante gebeurtenissen door middel van invasieve TM kon door verschillende studies worden aangetoond. de effecten op de mortaliteit en morbiditeit zijn op de moment echter nog niet duidelijk bewezen.
Om de exacte plaats van deze veelbelovende technologieën voor zowel niet-invasieve als invasieve TM te definiëren, is er dan ook een duidelijke nood aan verdere grootschalige gerandomiseerde studies.
02-02-2015 om 20:03
geschreven door burggraevepeter 
Categorie:Telemedecine
Tags:telemedicine, hartfalen, chronische aandoeningen, zorg op afstand, telemonitoring, RCT, EBM
|