Categorie:Telemedecine Tags:online hulpverlening, zorg en welzijn, interactieve websites
06-06-2015
Oogonderzoek on-demand
Een jonge startup 'EyeNetra' heeft een toestel ontwikkeld waarmee een aantal basis oogonderzoeken kan uitgevoerd worden.
Op zich misschien niet zo spectaculair ware het niet dat zij hiervoor een dienst aan huis ontwikkeld hebben. Dit is dan weer interessant voor mensen die zich moeilijker kunnen verplaatsen. Of bvb om in een zorgvoorziening alle bewoners even een oogtest te laten ondergaan.
De gemeten waarden worden via uw mobieltje doorgestuurd naar een opticien of oogarts. Deze kan u dan per mail een voorschrift doorsturen. Let wel op, men kan er geen oogziektes mee detecteren.
Er zit wat muziek in om hiermee oogonderzoeken in zorgvoorzieningen vlotter te laten verlopen. Zeker verder te volgen
Categorie:Telemedecine Tags:oogonderzoek, on demand, startup
10-05-2015
Patienten volgen op afstand : goed, zolang de studie loopt!
Met de regelmaat van de klok worden er studies gepubliceerd die ofwel de voordelen ofwel de nadelen van remote monitoring onder de aandacht brengen.
Niet alle studies zijn even betrouwbaar. Onderstaande studie (gepubliceerd in 'the Journal of Medical Internet Research) is volgens mij uitgevoerd volgens de regels van de kunst en de moeite waard om even te bespreken.
De studie werd uitgevoerd in de regio Boston bij 348 patiënten met chronisch hartfalen.
De Experimentele Groep (EG) werd online gevolgd d.m.v. verschillende devices : bloeddruk, gewicht, hartritme, zuurstof saturatie. Zij gaven dagelijks ook een aantal antwoorden op specifieke vragen via een tablet.
Verpleegkundigen volgden de data op en kwamen tussen of verwezen door waar nodig. 2-weekelijks organiseerden de verpleegkundigen 'educatie' sessies over dieet, oefeningen en hoe de monitoring (gebruik devices) te optimaliseren. Dit gebeurde telefonische.
Na 30 dagen werden 49 hartpatiënten gehospitaliseerd, versus 24 voor de EG. Na 4 maanden studie was het verschil 97 vs 75. Ook waren er 12 overlijdens bij de controle groep vs de 5 bij de EG. Daarna eindigde de studie.
Na 8 maanden stelde men echter een toename van de hospitalisaties (180) bij de EG groep vast vs 151 bij de controle groep (men kon echter geen statistisch significant verschil waarnemen).
De onderzoekers maken in hun conclusies volgende bedenkingen:
1. Tengevolge intensievere monitoring en adviezen kan het zijn dat de experimentele groep alerter was geworden voor allerlei symptomen en hierdoor achteraf misschien ook sneller naar het ziekenhuis kwam.
2. Door een te intensieve opvolging van de EG is er misschien iets fout gelopen bij de ontwikkeling van het zelf-management en zijn de patiënten misschien vlugger ongerust. Er is dus nog wat werk aan een goed uitgebalanceerde begeleiding enerzijds en een goede inschatting van de capaciteiten van de patiënt anderzijds.
App dat heropnames chronisch hartfalen vermindert met 53 %
Niet alle studies kunnen een dergelijk hoog percentage voorleggen daarom dient hier toch wel enige voorzichtigheid aan de dag gelegd.
Het gaat om een Amerikaanse studie, gebaseerd op de retrospectieve analyse van patiëntendossiers in de periode juli 2014 - februari 2015.
Bij 130 patiënten met chronisch hartlijden werd het gebruik van een tablet geïntroduceerd om de patiënt in staat te stellen de eigen gezondheidsgegevens te beheren.
De patiënten kunnen de eigen medicatie, gewicht, activiteiten, symptomen bijhouden. Men kan ook een video chat houden met de arts. Zowel arts als andere gezondheidswerkers (die hiervoor de toelating hebben) kunnen de data opvolgen.
Er werd gebruik gemaakt van 4G om tal van informatieve brochures en educatieve video's toegankelijk te maken.
Uiteindelijk daalde het aantal heropnames, binnen de 30 dagen van 8% naar 3,8% of van 10,4 patiënten naar 4,4. Een winst van 6 patiënten.
Iedere vermijdbare heropname door een online opvolging en door het 'empoweren' van de patiënt is natuurlijk winst. Alleen zou ik graag een groter aantal patiënten zien waar heropname door dergelijk programma onnodig werd en weten wij niet direct of nog andere factoren hierin een rol hebben gespeeld.
Laat ons concluderen dat de trend er is en dat dergelijke programma's zeker verder op te volgen zijn.
Categorie:Telemedecine Tags:heropname, app en chronisch hartfalen, tablet,
08-03-2015
Betere resultaten bij diabetes type 2 door telecoaching
Bij patiënten met diabetes type 2 heeft telecoaching een positieve impact op risicofactoren zoals gewicht, bloedsuikerwaarden en cholesterolgehalte.
De Landbond Onafhankelijke Ziekenfondsen (LOZ) deed hierover een studie bij 574 leden.
Dit onderzoek liep in samenwerking met de KU Leuven en de UGent.
Er werd een telecoachingprogramma (COACH) getest door paramedici.
COACH bestaat uit 5 telefonische sessies van 30 minuten om de 4 -5 weken. De diabetes-educator moedigt de patiënt in begrijpelijke taal aan zijn streefwaarden rond bloeddruk, bloedglucose en gewicht te bereiken. Coach en patiënt spreken in overleg met de huisarts concrete actiepunten af.
Er namen 574 personen met diabetes type 2 aan deel. Er was ook een controlegroep.
Volgens LOZ zijn de resultaten bemoedigend. De telecoachinggroep scoorde significant beter dan de controlegroep op vlak van bloedsuikerwaarden, BMI en totale cholesterol. In de telecoachinggroep steeg het aantal patiënten dat de behandelingsdoelen bereikte met 8,5% tegenover een daling met 1,6% bij de controlegroep. 97,5% van de deelnemers was tevreden over het programma en 92,1% gaf aan dat de telefoon een geschikt medium was om met hun coach te communiceren.
Graag dus nog meer van dergelijk onderzoek waarbij de chronische zorgvrager betrokken partij is.
In the American Journal of Managed Care verscheen onlangs een interessante studie.
Patiënten met cardiovasculaire problemen werden gedurende 2 maanden intensief opgevolgd via een programma 'op afstand'.
Het programma bestond uit een interventie die tot doel had angst, depressie en stressfactoren van invloed op CV lijden te reduceren.
Aan de studie namen 400 patiënten deel (200 in CG), waarvan 70% mannen. Er werden 16 video/telefoon sessies georganiseerd tijdens de 2 maanden FU.
Na 2 maand stelde men bij de EG minder depressie, angst en depressie vast dan bij de CG. Er werden ook 31% ziekenhuisopnames vastgesteld tijdens de 6 maanden na de interventie.
De auteurs concluderen dan ook dat een interventie op afstand, gericht op een gedragsverandering en/of ondersteuning van de patiënt heel wat heropnames voorkomt en meteen ook financieel interessant is voor de ziekteverzekeraars.
Zij zeggen wel niet hoeveel de interventie zelf kost maar dit lijkt toch wel een interessante studie met het oog op ondersteuning van chronische zorgvragers.
Gebruik van wearables om de postoperatieve herstelperiode te verbeteren
Mayo Clinic is een referentie inzake topgeneeskunde en onderzoek.
De onderzoekers gebruikten de Fitbit om het herstel na een cardiale chirurgische ingreep te evalueren.
Hoe meer stappen de patiënten zetten, hoe sneller zij recupereren na de ingreep.
Op zich geen wereldschokkend nieuws en lijkt mij eerder logisch.
Wat anderzijds interessant is dat naar wearables ook gebruik gemaakt werd van apps (stappentellers) die (tegenwoordig meestal gratis) via de smartphone de beweging registreren.
Men merkte niet direct een groot verschil in het correct meten van de stappen tussen de wearables en de stappentellers van de Galaxy S4 of de iphone Health Mate App.
De meerwaarde van een wearable ligt wel in de combinatie van verschillende andere parameters. Wil je enkel uw stappen tellen dan gaat mijn eerste keuze naar een (gratis) app op uw telefoon.
Telemonitoring bij hartfalen: een kritische literatuurstudie
Telemonitoring (TM) kan gebruikt worden om problemen bij hartfalen vroeger op te sporen om zo de mortaliteit en morbiditeit bij deze groep van patiënten te verminderen.
In het Tijdschrift voor Geneeskunde ( J. Gelders en J. De Sutter, nr 3, 2015) gaat men in op bestaand onderzoek over het gebruik van Telemonitoring.
Men maakt in de literatuur een onderscheid tussen twee vormen van TM : enerzijds de niet-invasieve en anderzijds de invasieve TM.
Niet-invasieve TM omvat enerzijds "structured telephone support" (STS) en anderzijds het dagelijks meten en doorsturen van fysiologische gegevens, zoals de bloeddruk en het gewicht.
Invasieve TM houdt in dat de patiënt beschikt over een geïmplanteerd toestel, meer bepaald een "implantable cardioverter defibrillator" (ICD) of een defibrillator voor cardiale resynchronisatietherapie (CRT-D) dat zowel parameters betreffende the toestel als fysiologische parameters kan doorsturen.
Verschillende meta-analysen die als hoogkwalitatief werden beoordeeld op basis van de AMSTAR-criteria (A Measurement Tool to Assess Systematic Reviews) toonden een significant gunstig effect van niet-invasieve vormen van TM aan op de martaliteit en morbiditeit. Enkele meer recent verschenen grote gerandomiseerde studies bevestigen dit echter niet. Een significant vroegere opsporing van klinische en toestelverwante gebeurtenissen door middel van invasieve TM kon door verschillende studies worden aangetoond. de effecten op de mortaliteit en morbiditeit zijn op de moment echter nog niet duidelijk bewezen.
Om de exacte plaats van deze veelbelovende technologieën voor zowel niet-invasieve als invasieve TM te definiëren, is er dan ook een duidelijke nood aan verdere grootschalige gerandomiseerde studies.
De federale (eHealth) en de Vlaamse (Vitalink) overheid proberen een gezondheidsbeleid uit te bouwen waar optimaal gebruik gemaakt kan worden van de beschikbare gegevens.
Via de zogenaamde Summarized Electronic Health Record (SumEHR) hoopt men gegevens beschikbaar te kunnen stellen van gezondheidswerkers. Het delen van gegevens kan ervoor zorgen dat de chronische zorgvrager veel 'efficiënter' geholpen en gevolgd wordt.
Momenteel heeft ongeveer 5% van de bevolking toelating gegeven om zijn gegevens te delen. De doelstelling van eHealth is om tegen eind 2015 zo'n 2,7 miljoen Belgen in het systeem te krijgen. Frank Robben maakt zich sterk dat dit zal lukken.
Wie zijn gegevens wil delen gaat best eerst even langs bij www.patientconsent.be . Daar kan u kiezen voor een opt-in of ten alle tijden ook een opt-out. wist je dat je trouwens zelf kan beslissen welke 'artsen' of andere gezondheidswerkers eventueel 'GEEN' toelating krijgen om uw SumEHR in te kijken?
Ik ben een believer van de SumEHR omdat het hier over een aantal basis gegevens gaat, zoals allergieën, medicatie, en nog een aantal levensnoodzakelijke gegevens die door artsen kunnen geconsulteerd worden op een moment dat jij dit eventueel zelf niet meer kan meedelen, wanneer je bvb betrokken bent in een ongeval.