Inhoud blog
  • Peer review
  • Bekijken van enkele filmpjes
  • exploratie masterthesis ‘strategic design’
  • exploratie masterthesis ‘interaction design’
  • exploratie masterthesis 'system design'
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Exploratie

    06-06-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bekijken van enkele filmpjes

    Zondag 5 Juni 2016 - Bekijken van enkele filmpjes

    interaction design:

    https://www.youtube.com/watch?v=OZPLCjrewj8

    Hieruit werd nogmaals duidelijk dat interaction design meer is als enkel rekening houden met de mens, zo moet er ook rekening gehouden worden met de beleving er rond, de emoties die worden opgewekt,...Er moet rekening gehouden worden met de omgeving, de interface, de context, het soort van product en de doelgroep. 

    https://www.youtube.com/watch?v=lciYKwVLTuk

    Interaction design is een trend die we bij zeer veel producten terugvinden, maar ook bijvoorbeeld bij sites en applicatie speelt de beleving een grote rol. Het is van groot belang dat een product of dienst doet wat een gebruiker verwacht na een handeling. Wanneer het niets doen of iets anders doet zal de gebruiker teleurgesteld zijn. Door alle technologische vooruitgang is er meer mogelijkheden om interaction design toe te passen. Kijk maar naar de evolutie van boeken naar tablets. Ook bij alledaagse producten is interaction design belangrijk. Neem bijvoorbeeld een lichtknopje of de autoradio, men wil dit snel een eenvoudig kunnen gebruiken.

     

    system design

    https://www.youtube.com/watch?v=hiU2d0GUN1M

    Wanneer je een technologische meerwaarde wil bieden is het belangrijk dat je zelf actief op zoek gaat en bij leert. Dit kan bijvoorbeeld door te leren van experten

     

    strategic design

    https://www.youtube.com/watch?v=ptnxVrsarZc

    Hier wordt duidelijk dat het bepalen van de juiste strategie erg belangrijk is en een richting kan aangeven voor het mogelijk te bekomen resultaat. De start van het proces is het belangrijkste want hierop wordt later alles bepaald. Het is belangrijk te onderzoeken wat mensen willen en wat mensen verwachten. Er mogen geen gaten zijn tussen design, innovatie en business. Dit moet allemaal één geheel vormen.

    https://www.youtube.com/watch?v=MTD2SS4dnVc

    Het gebruik van een bepaalde strategie kan heel belangrijk en nuttig zijn voor een ontwerper. Door het bepalen van een strategie kan er ook een betere inschatting worden gemaakt in tijd en kosten. Door middel van schetsen en moodboards wordt de strategie overgedragen naar de andere deelnemers in de  ontwerpfase. Het zijn oplossingsrichtingen waarmee ontwerpers aan de slag kunnen gaan, hij weet zo waar hij mee moet beginnen.

    06-06-2016 om 22:50 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-06-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.exploratie masterthesis ‘strategic design’

    Zondag 5 juni  – exploratie masterthesis ‘strategic design’

    De laatste masterproef die ik binnen dit vakgebied ga exploreren is die van Yalenka Mariën. Het project, genaamd Voxi, focust zich op volwassenen ouder dan 50 jaar met een verkregen communicatie beperking. Het beoogt het herdenken van het totale proces van geïntegreerde dienstverlening (inclusief interactief digitaal platform) vanuit de overheid. Het proces bestaat uit advies over het hulpmiddel, de verstrekking zelf, aanpasbaarheid aan de individuele noden, introductie van en gewenning aan het hulpmiddel, het opvolgen van het gebruik en aanpassingen indien nodig. Het project moet resulteren in een dienst of proces waarin de gebruiker centraal staat (user centered design) vanaf het detecteren van een nood tot het ontvangen van een langdurige op - lossing (service design). De overheid speelt dus een belangrijke rol in dit project, als subsidiegever en als regelgever voor de verstrekking van hulpmiddelen.

    In de analysefase wordt er allereerst een interdisciplinaire analyse uitgevoerd om inzicht te krijgen in de context. Zowel de menskundige, technologische als economische aspecten worden onderzocht. Om hierna inzicht te krijgen in de noden en wensen van de gebruikers zal er een kwalitatief onderzoek worden gevoerd. Uit dit alles volgt een synthese. De customer journeys geven een duidelijk beeld van de werkelijkheid. Daarnaast werden er ook workshops georganiseerd waarin door middel van verschillende tools ideeën werden gecreëerd.

    Na een uitgebreide literatuurstudie en kwalitatief onderzoek is het mogelijk een synthese te maken in de vorm van een concept. Voor de ontwikkeling van het systeem wordt een bepaalde methodiek toegepast, het proces wordt opgesplitst in drie fasen, respectievelijk de ideegeneratie, -selectie en evaluatie. Via brainstorms, interviews en desk research werden er zo veel mogelijk oplossingen bedacht per deelprobleem.

    Voor een juiste selectie van de deelproblemen te kunnen maken werd er gebruik gemaakt van een chronologische variant op de morfologische kaart, scenarioschema’s. Deze haalbare scenario’s waren de input voor een online bevraging. Er konden drie concepten worden opgesteld die via een online bevraging getoetst bij experten en ervaringsdeskundigen. Voor de adviesverlening werd de Delphi methode toegepast. Het systeem zal bestaan uit vier onderdelen: een workflow voor de dienstverlening, een interface, een tastbaar product of add-on die aangebracht wordt op het hulpmiddel en het gebruik trackt en tot slot het elektronische communicatiehulpmiddel.

    In de detailleringsfase worden verschillende onderdelen zoals het stopcontact, de stekker en de behuizing uitgewerkt. Ook wordt er een usability test uitgevoerd om feedback te krijgen over de interface. Ten slotte zal het volledige concept gepresenteerd worden.

    Een opvallend verschil met deze masterproef ten opzichte van anderen is dat het hier gaat om een dienst. Doorheen het ontwerpproces worden heel wat tools gebruikt: literatuurstudie, diepte-interviews modem, workshop-focusgesprekken, online bevragingen, delphi methode, map test,… Er zijn heel wat schema’s terug te vinden die vaak een overzichtelijk beeld kunnen geven waardoor de tekst gestimuleerd wordt.


    Bron:

    Mariën, Y., (2015). Voxi [masterproef]. Universiteit Antwerpen, Faculteit ontwerpwetenschappen.







    05-06-2016 om 16:15 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.exploratie masterthesis ‘interaction design’

    Zondag 5 juni  – exploratie masterthesis ‘interaction design’

    Vandaag ga ik de masterproef van Fran Sinnaeve exploreren. Dit werk, genaamd ‘Flooti’, behandelt het ontwerpproces van een product dat kinderen die het zwemmen aanleren, hulp biedt in de specifieke houding van het drijven en pijlen.

    In de eerste fase wordt onderzoek verricht op zowel menskundig, technologisch, economisch als esthetisch vlak. De onderzoek van het menskundige aspect bevat een heel brede observatie, veldonderzoek, internet-research, literatuuronderzoek, maar ook vragen die ik had naar de kinderen, andere lesgevers, (kinder)dokters en kinesitherapeuten werden gesteld. Voor het technologisch segment van de interdisciplinaire analyse is gebruik gemaakt van literatuur- en internetonderzoek. Binnen de analyse van het economische aspect werd er gebruik gemaakt van internetresearch. Door ook de esthetische aspecten in kaart te brengen kunnen de verschillende productideeën tegenover elkaar worden afgewogen door middel van een trade off. Hierna kunnen specificaties, te ontwikkelen items en de deelproblemen worden opgesteld. Aan de hand van schetsen worden er ideeën gegenereerd waaruit later nog specificaties volgen.

    In de systeemfase worden er aan de hand van diverse testen bepaald hoe het product zich zal ontwikkelen. Zo worden bestaande drijvende materialen versneden om de dimensies en de positie te bepalen waar effectief drijfvermogen rond het lichaam nodig is. Door middel van schetsen worden oplossingen uitgewerkt op systeemniveau.

    In de volgende fase worden met de geselecteerde materialen een prototype ontwikkeld dat diverse testen zal ondergaan en telkens nauwkeurig zal worden bijgestuurd tot uiteindelijk het definitief ontwerp bereikt is. Al snel volgde er een tweede en derde prototype. Op basis van de drie prototypes wordt er een trade off gemaakt. Hieruit bleekt dat er nog verschillende problemen opgelost moeten worden. Aan de hand van schetsen wordt er een oplossing gezocht voor de deelproblemen. Van die schetsen wordt een prototype gemaakt waarmee de laatste variabelen bepaald zullen worden. Er is grondig getoetst naar de acceptatiegraad van zowel de kinderen als de ouders.

    Doorheen het ontwerpproces heeft het ene prototype het andere opgevolgd. Door middel van deze prototypes aangevuld met een grote hoeveelheid aan schetsen werden de verschillende mogelijkheden geregeld van elkaar afgewogen aan de hand van trade offs. Het menskundige aspect stond centraal, er werden regelmatig testen uitgevoerd met kinderen binnen de leeftijdscategorie van de doelgroep. Het technologische aspect van het product, zoals de geselecteerde materialen, de sluitingen, het aanspansysteem, is minder uitgesproken, maar vormt desalniettemin een cruciaal onderdeel van het product op zich. Binnen de testen werd de materiaalkeuze steeds opgenomen.

     

    Bron:

    Sinnaeve, F., (2015). flooti [masterproef]. Universiteit Antwerpen, Faculteit ontwerpwetenschappen.







    05-06-2016 om 12:26 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-06-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.exploratie masterthesis 'system design'
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Zaterdag 4 juni  – exploratie masterthesis ‘system design’

    Vandaag ga ik me verdiepen in het werk van Marie Van Tieghem, ‘hardware digitale partituren’. Deze masterproef dateert van 2015. De centrale onderzoeksvraag binnen deze masterproef is: “Hoe kan de technologie van digitale muziekpartituren ervoor zorgen dat we comfortabeler en kwalitatief beter musiceren?” Dit wordt onderzocht op menskundig, technologisch en economisch vlak. De grootste innovatie van dit product bevindt zich in het gebruik van een two way mirror acrylaat dat het scherm van de tablet van de muzikant reflecteert. Hieraan valt meteen op te merken dat de masterproef er sterk op gericht is om technische verbeteringen aan te brengen. De masterproef is opgedeeld in twee delen: een digitale pupiter en een intuïtieve user interface.

    In eerste instantie wordt er een analyse uitgevoerd om het bestaan van de muziek, de doelgroep, het gebruik, de ergonomie, de neoscores, de technologie, de concurrentie en de markt binnen de muziekwereld na te gaan. Door middel van literatuurstudie, enquête, expert bevraging en observatie kan hier een antwoord op worden gegeven. Na deze uitgebreide analyse kunnen er conclusies worden opgesteld.

    Na de analyse wordt er een terugkoppeling gemaakt waaruit de vraag ontstaat: ‘Hoe kan de technologie van digitale partituren ervoor zorgen dat we comfortabeler en kwalitatief beter musiceren?’ Er zal in de ontwerpuitdaging dus moeten worden gezocht naar een optimale combinatie tussen economie, technologie en de menselijke aspecten.

    Er wordt een lijst opgesteld met specificaties en te ontwikkelen items. Hiernaast wordt ook de productarchitectuur weergegeven door middel van een schema.

    In het volgende deel van het ontwerpproces worden er oplossingen gezocht voor de opgestelde te ontwikkelen items. Aan de hand van quickdesigns en brainstormsessies wordt er gezocht naar oplossingen. Deze deeloplossingen worden daarna samengevoegd tot een geïntegreerd geheel. Het  systeemontwerp zal tot in detail uitgewerkt worden door middel van schetsen, het maken van prototypes en het testen met eindgebruikers. Er worden drie aspecten ontwikkelt: een digitale pupiter, een modulaire stoel en een intuïtieve interface. De digitale pupiter en de intuïtieve interface zullen tot in detail worden uitgewerkt.

    De grootste innovatie van dit product bevindt zich in het gebruik van een two way mirror acrylaat dat het scherm van de tablet van de muzikant reflecteert. Dit biedt drie meerwaardes: compatibel met eender welke bestaande tablet, het publiek en de dirigent hebben een beter zicht op de muzikanten en door de hoek van 45°, waaronder het platform en het acrylaat ten opzichte van elkaar staan, wordt de partituur op de projectie uitvergroot.

    In deze masterproef staat de technologische meerwaarde van het product centraal. Hiernaast is er ook veel aandacht besteedt aan ergonomie om tot een gebruiksvriendelijk resultaat te komen. Ook economie kon niet achterwegen worden gelaten. Binnen dit werk lijkt er ook veel tijd te zijn besteed aan een grondige analyse.

     

    Bron:

    Van Tieghem, M., (2015). hardware digitale partituren [masterproef]. Universiteit Antwerpen, Faculteit ontwerpwetenschappen.

    04-06-2016 om 00:00 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    19-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.bedrijfsbezoek Hegge

    Donderdag 19 mei 2016 – bedrijfsbezoek Hegge

    Deze dondernamiddag had ik een afspraak met Marc Hegge, de CEO van het bedrijf ‘Hegge’. Het bedrijf is gevestigd in Hamont en doet aan metaalverwerking. Interessant om te horen was dat hij enkele productontwikkelaars in dienst heeft. Deze hebben binnen het bedrijf vooral een coördinerende rol. Ze moeten veel af weten van de mogelijkheden en toepassingen van staal. Voor zulke jobs denk ik dat het best is om  te kiezen voor de afstudeerrichting ‘Ontwerpen van op technologie gebaseerde systemen’

    19-05-2016 om 00:00 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    14-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Donderdag 14 april 2016 – workshop UX FOR REAL

    Donderdag 14 april 2016 – workshop UX FOR REAL

    Met een aantal studenten reden we op deze donderdagochtend richting Genk om ons te verdiepen in ‘user experience’. In de voormiddag stonden vier lezingen op het programma en in de namiddag zouden we zelf aan de slag gaan.

    De eerste lezing was al meteen zeer boeiend, Paul Davies vertelde ons meer over digitalisering en de beleving die hier van zeer groot belang is. Hij maakte ons duidelijk wat juist zorgt dat iets wel of niet digitaal is aan de hand van voorbeelden. De kernvraag voor hoe gebruiksvriendelijk iets is, is hoe gemakkelijk iets te gebruiken is. Wanneer mensen niet meteen vinden wat ze zoeken zullen ze snel naar een andere site gaan en klagen tegen anderen wat zorgt voor slechte reclame. Zeer belangrijk is volgens hem om continu verbeteringen te blijven aanbrengen. Door dingen opnieuw te blijven doen wordt iets pas werkelijk gemakkelijk in gebruik. Hij gaf Facebook als voorbeeld, zij maken iedere dag een nieuwe versie van hun site.

    Toon Lowette was de tweede spreker, hij werkt bij Internet Architects. Ook hij sprak over de gebruiksbeleving bij websites. Hij gaf het voorbeeld van openingsuren, dit kan heel duidelijk of heel onduidelijk zijn weergegeven op een site. Het is volgens hem ook van groot belang om de gebruikers te leren kennen alvorens je start met bijvoorbeeld prototyping. Dit zal je uiteindelijk veel geld en tijd uitsparen.

    De volgende spreken die werd ontvangen was Joannes Vandermeulen. Hij werkt rond complexe, technologische systemen. Ook hier is volgens hem gebruiksgemak van groot belang. Hij gaf het voorbeeld van de cockpit, wanneer een vliegtuig neerstort is dit zelden een technische fout. Meestal is het een menselijke fout. Hij heeft ook al gewerkt rond stresslevels. Hij heeft aangetoond dat mensen zonder stress vaak beter presteren en dat stress via de huidige technologie zou kunnen worden weg genomen.

    Ten slotte waren Dries De Roeck en Sofie Sieltjes van Studio Dott aan de buurt voor hun lezing. Zij werken met fysieke producten binnen hun bedrijf, maar ook deze producten veranderen meer en meer tot digitale producten. Volgens hen is de ‘total experience’ belangrijk, dit is niet enkel een goed gevoel. Het is de totale beleving die telt, zowel pre-, during- als postaspecten zijn belangrijk. Ze hebben verschillende projecten lopende zoals Kruiswijk, dit zijn sociale huizen in Maasmechelen. De vraag was hier hoe de noden van bejaarden kunnen worden vervult. Belangrijk hierbij is om zowel bij de senioren als bij hun familie te gaan informeren om een zo goed mogelijk beeld te krijgen op hun wensen.

    Na de lunch gingen we in groepjes van negen studenten zelf aan de slag onder begeleiding van Joannes Vandermeulen. We zaten met een gemengde groep: twee studenten studeerden product design in Genk, drie studeerden webdesign in Namen en vier studeerden productontwikkeling aan de Universiteit van Antwerpen. Onze verschillende achtergronden zorgde voor diversiteit wat de creativiteit ten goede kwam. Allereerst werd er een probleemsituatie gekozen die wij allemaal ervaren als student. Het probleem was dat deadlines vaak samenvallen met nog andere deadlines en dit zorgt voor stres.

    Door gebruik te maken van verschillende tools werd het probleem doorgrond en werden er oplossingen bedacht. De eerste tool die we gebruikten diende om alle betrokken personen binnen deze probleemsituatie in kaart te brengen. Vervolgens werd de ‘lotusbloem’ gebruikt om oplossingen te bedenken. De deelproblemen werden ook gekoppeld aan andere situaties waar ze al een oplossing hebben voor dit deelprobleem. Er werd binnen de groep door iedereen nagedacht en gediscuteerd. Uiteindelijk kwamen we tot een concept waarin iedereen zich kon vinden. We gaan een app maken waar studenten dagelijks kunnen aangeven hoeveel stres ze ervaren. Op dagen wanneer er veel stres is, kunnen docenten ingrijpen en eventueel hun rooster aanpassen. Hierdoor zou stres kunnen worden vermindert en zouden deadlines zonder al te veel problemen moeten worden gehaald. Tussendoor werd het concept gepresenteerd aan andere studenten, de toekomstige gebruikers, die hun visie geven over dit concept. Door deze inbreng wordt het concept nog verder geoptimaliseerd. Uiteindelijk werd er ook een prototype gemaakt wat later in een korte presentatie wordt gepresenteerd voor de hele groep.

    Nadien kon er met een hapje en een drankje nog nagepraat worden samen met de experts. Het leek voor ons beiden interessant te zijn. Voor ons was het interessant om eens te zien hoe user experience wordt toegepast in het bedrijfsleven. Voor de experts was het interessant om te zien hoe wij, leerlingen met verschillende achtergronden, om gaan met hun manier van werken en waar wij nog verbeteringen zien.

    Ik vond het een leerrijke dag. De lezingen van de experts waren interessant en inspirerend, om nadien met één van hun aan de slag te mogen gaan was een eer. Het diverse team met een unieke begeleider was een unieke beleving. Er zijn heel inspirerende ideeën naar voren gekomen. Ook het feit dat we eens in een andere omgeving mochten werken was tof. Hiernaast heb ik ook mijn Engels erg kunnen oefenen doordat alles in het Engels werd gezegd. De afspraak om deze dag enkel Engels te spreken was vooraf door de begeleiders gemaakt omdat er een divers publiek aanwezig was en niet iedereen Nederlands spreekt. Jammer hieraan vond ik dat soms ideeën beperkt bleven omdat we het niet voldoende konden uitleggen in de Engelse taal. Achteraf bekeken was het een unieke ervaring, ik heb veel geleerd van deze dag. Interaction design spreekt me meer en meer aan.









    14-04-2016 om 23:27 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    12-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.brainstormsessie ‘innovatie in gezondheidszorg en medische toepassingen’

    Dinsdag  12 april 2016 – brainstormsessie ‘innovatie in gezondheidszorg en medische toepassingen’

    Vandaag stond de laatste brainstormsessie op het programma. Deze keer was het thema innovatie in gezondheidszorg en medische toepassingen. Er waren twee gastsprekers die nu actief zijn binnen Novosanis, ook zij hebben productontwikkeling gestudeerd aan de Universiteit van Antwerpen. Sinds maart 2013 is Novosanis actief. Ze hebben twee verschillende projecten lopend namelijk de Colli-pee en de Vax-ID.

    De ‘Vax-ID’ is een masterproef van twee studenten van de Universiteit van Antwerpen, het is een injectiedevice voor  intradermaal gebruik. Dit product injecteert het vaccin net onder de huid waardoor je slechts 10% vaccin nodig hebt. De spuit biedt bescherming tegen accidenteel prikken en de patiënt zal de prik nauwelijks voelen. Aanvankelijk leek de meerwaarde te zitten in het feit dat de spuit voor gevuld was, maar dit bleek toch niet zo interessant als gedacht. Hierdoor zijn ze het hele concept gaan aanpassen. Dit project viel meermaals in de prijzen. Zo kreeg het in 2012 de titel ‘Best of PO', in hetzelfde jaar werd de 'BiR&D Award' gewonnen en in 2012 werd de 'Belgian James Dyson Award' in de wacht gesleept.

    De ‘Colli-pee’ is eveneens een medisch product, het vangt het eerste urine op. Via dit urine kunnen seksueel overdraagbare aandoeningen worden opgespoord. Het is een gebruiksvriendelijk en compact product dat geschikt is voor verzending via de post. Het is bruikbaar voor zowel mannen als vrouwen. Ook dit product heeft een lang en intensief proces moeten doorstaan. Bij aanvang leek het product bijna klaar voor op de markt te komen, men schatte dat het nog zes tot negen maanden zou duren. Uiteindelijk duurde het al drie jaar en het product is nog niet op de markt. Dit product won ook enkele prijzen. Zo kreeg het in 2013 de titel ‘Best of PO’, in 2014 kreeg het de naam 'Future-oriented product' in de Design Week.

    De conclusies die getrokken werden door deze ex-POstudenten waren dat er bij zulke projecten vaak een onderschatting wordt gemaakt in de benodigde tijd en tevens in het benodigde kapitaal om een project effectief op de markt te kunnen brengen.  

    Na een pauze gingen we aan de slag met de GSP tool van Flanders De grote vraag luidde: ‘Hoe zal het ziekenhuis of materniteit er in 2025 uitzien?’ Er werden heel wat ideeën gegenereerd. Uiteindelijk bleven er drie leuke ideeën over: een bos langs het ziekenhuis waar patiënten kunnen ontspannen, een soort puntensysteem om mensen aan te moedigen een gezond leven te lijden en een toilet dat de urine analyseert.

    Wanneer je in deze sector terecht wilt komen denk dat je de beste keuze maakt om voor system design te kiezen. Het lijkt allemaal zeer technisch en innoverend op technische niveau.

     

    Bronnen:

    Universiteit Antwerpen, Innovatie in gezondheidszorg en medische toepassingen. Available from: <http://www.takeoffantwerp.be>. [12/04/2016].  

    Novosanis, Vax-ID. Available from: < http://www.novosanis.com/devices/vax-id>. [12/04/2016].  

    Novosanis, . Available from: <http://www.novosanis.com/devices/colli-pee>. [12/04/2016].









    12-04-2016 om 22:46 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    06-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.exploratie masterthesis ‘strategic design’
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Woensdag 6 april – exploratie masterthesis ‘strategic design’

    Vandaag ga ik de masterproef van Tom Janssens exploreren. Het thema van dit werk is Residentiële Zwembaden: Integratie van Beleving en Dienst. Deze masterproef dateert van 2015. De opdrachtgever van dit werk was Pentair uit Herentals, ze houden zich bezig met de ontwikkeling en productie van alle systemen, hard- en software, die komen kijken bij een residentieel zwembad. Dit werk sluit aan bij de afstudeerrichting  ‘strategic design’.

    De eerste opdracht was om de sturing van de bestaande Intellipool van Pentair gebruiksvriendelijker te maken. Het systeem zal volledig onderworpen worden aan een usabilitytest. Pentair wil naast de ontwikkeling van gebruiksvriendelijke software ook zijn hardware volledig redesignen.

    Allereerst wordt er literatuurstudie gedaan om een inzicht te krijgen in deze industrie. In de eerste fase van het ontwerptraject gaat Tom de verschillende te onderzoeken marktsegmenten in kaart te brengen. Daarnaast moet er gekeken worden naar het type markt. Op basis van deze gegevens kan er een onderzoeksmethode worden bepaald. Er worden vijf interviews afgenomen om de markt beter te kunnen analyseren. Om nog extra informatie te verzamelen ging Tom naar de zwembadbeurs in Stuttgart, ‘Interbad’. Met deze informatie wordt er een beschrijving gemaakt van de marktsegmenten. Ook de trends op het gebied van zwembadindustrie worden in kaart gebracht.

    Na een grondige verkenning van de zwembadmarkt zal er gekeken worden naar wat voor product er kan ontwikkeld worden. Hiervoor worden verschillende technieken gebruikt. Ten eerste wordt er gebruik gemaakt van het Business Model Canvas of BMC, dit is een techniek die vertrekt vanuit een bedrijfsstrategie om ideeën te genereren. Vervolgens zal er een veelheid aan ideeën worden gecreëerd voor middel van mindmapping. Hierna werd er gebruik gemaakt van de Blue Ocean Strategie. Dit is een Front End ideegeneratie-techniek. Het principe van Blue Ocean is om voor te blijven op de concurrentie door een nieuwe markt te creëren in plaats van in te spelen op een bestaande markt.

    Na de ideegeneratie volgen er drie productvoorstellen. Na een trade-off komt er één concept als sterkste naar voren: de Pool – Module. Deze bestaat uit een combinatie van producten (modules) die worden samengesteld rond het zwembad naar de wensen van de gebruiker.

    Het gekozen concept wordt verder uitgewerkt aan de hand van drie pijlers: markt, gebruiker en technologie. Door middel van een SWOT-analyse wordt het marktpotentieel van het bedrijf in kaart gebracht. Ook het Business Model Canvas wordt opnieuw gebruikt. In deze fase wordt het gebruikt om de achterliggende organisatie van het toekomstig product, de Pool – Module, te definiëren. Ter visualisatie van de technologie wordt er gebruik gemaakt van productarchitectuur.

    Opnieuw volgt er een onderzoek, maar dit maal kleiner. Er wordt opnieuw een korte bevraging gedaan en er wordt een concurrentieanalyse uitgevoerd. Stilaan vloeien alle invalshoeken samen tot één product. Hierdoor kan er ook worden bepaald welk van de uit te voeren functies in de wandconsole worden gebruikt en bijgevolg voor de app. Het systeem ligt nu vast.

    De volgende stap is de uitwerking van de individuele componenten in het product tot op technologisch niveau. Na deze fase is het product volledig ontwikkeld en kan er gekeken worden naar verkoop en gebruik.

    Tijdens het ontwikkelingsproces is er ook een freedom to operate onderzoek uitgevoerd. Hierin werd onderzocht of het te ontwikkelen product niet in het vaarwater kwam van andere bestaande octrooien of trademarks. Het onderzoek is uitgevoerd op espacenet. Er wordt ook een Business Plan opgesteld.

    In deze masterproef ligt de focus op technologie en economie. Er worden heel wat tools gebruikt zoals interviews, business modellen, de Blue Ocean Strategie, de SWOT-analyse,… om deze focus te kunnen behouden. Opvallend is dat er veel aandacht wordt besteed aan het analyseren en positioneren van andere markten binnen de sector.

     

    Bron:

    Janssen, T., (2015). Residentiële Zwembaden: Integratie van Beleving en Dienst [masterproef]. Universiteit Antwerpen, Faculteit ontwerpwetenschappen.

    Bijlagen:
    1.png (563 KB)   
    2.png (430.5 KB)   

    06-04-2016 om 11:58 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.exploratie masterthesis ‘interaction design’

    Vrijdag  1 april – exploratie masterthesis ‘interaction design’

    Vandaag ga ik me verdiepen in het werk van Jonathan Declercq, ‘NAVU’. Deze masterproef dateert van 2015. Jonathan wilde een product ontwikkelen waarbij de nadruk wordt gelegd op een positieve fietsbeleving. Binnen de masterproef gaat hij op zoek naar een nieuw product voor stedelijk sportief fietsen. Dit werk sluit volledig aan bij de afstudeerrichting  ‘interaction design’.

    Jonathan kiest voor een positieve aanpak, hiermee bedoelt hij dat hij zijn ontwerpproces niet probleem-gedreven is. Een positieve aanpak legt de focus op het ondersteunen van bestaande mogelijkheden en het creëren van nieuwe. ‘Positive design’, ‘user-experience’ en ‘rijke interactie’ zijn termen die centraal staan binnen zijn werk.

    Als eerste stap wordt de context van het stedelijk sportief fietsen in kaart gebracht. Er wordt ook een onderzoek aan gekoppeld, zo wordt er een diepte-interview afgenomen bij zes personen. Er wordt aan de personen gevraagd hun persoonlijk fietsverhaal te vertellen. Tevens wordt er ook een associatie-spel voorgelegd. Wanneer er interessante associaties naar voren komen, wordt er achter hun redenering gevraagd. Deskresearch, observaties, bevragingen, eigen interpretatie en het kwalitatief onderzoek liggen aan de basis van de verworven informatie rond de context. Ook maakte hij gebruik van twee tools, namelijk  activity/emotion diagram en een associatie-spel. Het activity/emotion diagram wordt gebruikt om de persoonlijke fietservaringen grafische weer te geven. Deze informatie komt voort uit het diepte-interview.

    Om een grondige analyse te kunnen doen werd er een verdeling gemaakt in drie onderwerpen: stedelijke omgeving, stedelijke mobiliteit en fiets.

    Voor de stedelijke context te analyseren doet hij aan veldonderzoek. Hij analyseert zowel het fietsen binnen de stadskern als buiten de stadskern en maakt een vergelijking tussen beiden. Omdat Amsterdam en Kopenhagen de meest fietsvriendelijke steden zijn in de hele wereld, doet hij hier een case study. Tevens analyseert hij de stedelijke trends. Uit al deze verzamelde informatie trekt hij conclusies. 

    Vervolgens werd er binnen het onderwerp ‘stedelijke mobiliteit’ onderzoek gedaan rond de redenen waarom de mobiele mens een bepaald transportmiddel kiest en wat hij belangrijk vindt bij het zich verplaatsen naar en in de stedelijke omgeving. Uit dit onderzoek kwamen verschillende waarden naar boven waar fietsers belang aan hechten wanneer ze zich verplaatsen.

    Het laatste onderwerp voor de analyse was de fiets. Door middel van veldonderzoek in de stad Antwerpen en een bezoek aan de grote fietsbeurs Bike Motion Benelux in Utrecht wordt er nagegaan hoe de fiets er uitziet in de stedelijke omgeving. Hieruit wordt een soort toekomstbeeld gecreëerd van de fiets. Via deskresearch gaat men kijken naar conceptfietsen, hieruit kan men een voeling krijgen over de richting waar de fiets naar toe evolueert. Ook expertbevragingen en observaties helpen om een duidelijk beeld te krijgen over hoe mensen de toekomst van de fiets zien. Uit alle verkregen informatie kunnen er weer conclusies getrokken worden, waar later het ontwerp op zal gebaseerd zijn.

    Aan de hand van de verworven informatie werd er op zoek gegaan naar mogelijkheden die een rijkere fietservaring kunnen bieden. Er ontstaan vier concepten die telkens verschillende waarden uit de analysefasen met zich meedragen. Via trade off wordt één concept gekozen waarmee wordt verdergegaan. Door middel van een gebruiksscenario wordt het gebruik duidelijk.

    Om dit gekozen concept verder te ontwikkelen werden brainstormsessies georganiseerd. Hieruit werd duidelijk dat een focusverlegging noodzakelijk is om een geloofwaardig en een sterker product te creëren. De focus wordt nu gelegd op de wielertoerist in plaats van de enthousiaste fietsgebruiker.

    Het productidee wordt verder uitgewerkt aan de hand van de deelproblemen in kaart te brengen door middel van een morfologische kaart. Voor belangrijke beslissingen, zoals de navigatietaal, werden prototypes gemaakt. Op deze manier kunnen er gegronde beslissingen genomen worden.

    Er werden ook fysieke vormveranderingen aangebracht die op hun beurt werden getest aan de hand van schuimmodellen.

    Ter verifiëring van het navigatiesysteem, wordt een gebruikerstest uitgevoerd. De proefpersonen worden gevraagd om op de fiets te zitten en zich te laten leiden door het stuur. Door beroep te doen op de navigatiecommando’s die het stuur genereert, moet men proberen het parcours foutloos af te leggen tot de eindbestemming. Aan de hand van de waarnemingen in deze test werden bevindingen genoteerd, waaruit later optimalisaties kunnen op worden doorgevoerd.

    Ten slotte wordt een technische uitwerking gegeven van materialisatie, productietechnieken, de verhouding van de componenten,… Er is hierbij ook een productvoorstelling aan de hand van gebruiksscenario’s. Als allerlaatste stap wordt er een terugkoppeling gemaakt naar de vooraf opgestelde specificaties.

    In deze masterproef staat de beleving en emotie van de gebruiker tegenover het product centraal. In bijna iedere fase wordt dan gebruiker ook betrokken bij het proces, dit door interviews, veldonderzoek, prototypes, gebruikerstest,… Opvallend is ook dat er niet wordt gezocht naar een probleem wat later opgelost zal worden, maar vanuit positieve benaderingen.

     

    Bron:

    Declercq, J., (2015). NAVU [masterproef]. Universiteit Antwerpen, Faculteit ontwerpwetenschappen.





    01-04-2016 om 00:00 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.bedrijfsbezoek ‘EPC’

    Woensdag  16 maart 2016 – bedrijfsbezoek ‘EPC’

    Op woensdagavond 16 maart gingen we, een twintigtal studenten, op eigen initiatief naar een bedrijf gelegen in Lokeren. We werden verwelkomt door Jos, alvorens hij ons ging rondleiden wou hij ons een uitleg geven over het bedrijf. EPC is de afkorting voor EcoPrint Center, ze maken drukwerk voor De Persgroep. Zo drukken ze kranten zoals Het Laatste Nieuws, De Morgen, De Tijd,… Hiernaast drukken ze ook tijdschriften zoals Dag Allemaal, Humo, JOEPIE,… Tevens drukken ze ook folders, weekendbijlagen en ga zo maar door. Deze drukkerij is één van de modernste van Europa, hun manier van drukken is uniek. Ze maken gebruik van waterloos drukken, het grote voordeel hiervan is dat de factor chemisch water die bij conventioneel drukken voor een zware milieulast en inktmist zorgt weg valt. Het is een mechanisch proces waarbij enkel een temperatuurcurve voor de inkt in functie van de perssnelheid dient aangestuurd te worden. Het conventionele drukproces daarentegen is gebaseerd  op een chemisch evenwicht waarbij inkt en water met bijhorende noodzakelijke chemische vochtadditieven en/of isopropanol of hun vervangers tezamen tot een labiel, eerder vervuilend proces leiden. De werkomgeving bij EPC is door het waterloos drukken veel gezonder en ook het eindproduct ziet er properder uit. De krant zal geen inkt afgeven en de foto’s zijn opvallend scherper dan bij conventioneel drukken.

    Wanneer de rondleiding start en we de drukkerij betreden is iedereen onder de indruk door de grootte van de drukkerij. Nochtans zijn er in functie van de grootte van de drukkerij relatief weinig werkkrachten. We startten beneden in het bedrijf waar de papieren rollen liggen. Zo een rol bevat ongeveer 33km papier en weegt duizenden kilo’s. Op één dag tijd worden er gemiddeld 56 rollen gebruikt. Hier beneden in de drukkerij werken ook een vijftal robots, zij verplaatsen onder anderen de rollen papier.

    Als we een verdieping naar boven gaan zien we hoe ze de drukplaten maken en hoe het drukken in zijn werk gaat. Het ziet er zeer indrukwekkend uit. Vooral de snelheid waarmee ze kunnen drukken verbaasde ons. Ze halen een snelheid van 40 000 stuks per uur. Door hun hoge snelheid kunnen ze laat beginnen drukken wat het voordeel heeft dat er nog extra nieuws bij kan komen wat andere kranten die bijvoorbeeld met een lagere snelheid drukken er niet meer in kunnen zetten. In dit bedrijf wordt er veel machinaal gewerkt, zo worden bijvoorbeeld de bijlagen van een krant machinaal tussen de krant gezogen. Ten slotte kwamen we bij de laatste fase van het bedrijf waar alle drukbladen klaar worden gemaakt voor transport.

    Opvallend is voor mij dat er zeer veel afval is. Zo gaan steeds de eerste kranten, dit zijn er ongeveer 250, de container in omdat hier de kleur nog niet optimaal is. Ook wordt het laatste gedeelte van de papierrollen niet gebruikt. Hiernaast worden ook de drukplaten in de container gegooid wanneer één exemplaar van een kracht gedrukt is.

    Jos vertelde ons bij de introductie dat er ook mensen werken in het bedrijf met een diploma productontwikkeling. Tijdens het bedrijfsbezoek is het mij niet helemaal duidelijk geworden welke job deze mensen hebben binnen dit bedrijf. Wel lijkt het me vanzelfsprekend dat wanneer je in dit bedrijf zou willen werken, je het best zou kiezen voor een major ‘ontwerpen op technologie gebaseerde systemen’. Het is een zeer technisch proces.  Het drukken gebeurd op een zeer hoge snelheid en toch gaat er maar zelden iets mis binnen het proces. Alle stappen binnen het proces zijn perfect op mekaar afgestemd zodanig dat er nergens een stop is. De papieren rollen worden aangesloten en vanaf dan gebeurd alles voor 95% machinaal tot de afgewerkte geplooide krant, inclusief bijlagen, verpakt per gewenste aantal bij het eindstation aankomt. Er zijn enkel werknemers nodig die de drukplaten drukken en de kleuren hiervan controleren en bijstellen en werknemers die tussen de productie van de kranten staan en af en toe eens een krant eruit nemen en deze controleren. Het is een heel doordacht en indrukwekkend proces.


    Bron: 

    Milieuvriendelijk produceren en Milieucharter 2013. Geraadpleegd op 17 maart 2016 via http://www.epc-nv.be


    Bijlagen:
    10177520_10207798568554542_1579867070509068782_n.jpg (57.2 KB)   
    10391573_10207798568274535_704574281967539695_n.jpg (127.4 KB)   
    1933848_10207798568394538_1504492661794910561_n.jpg (76.1 KB)   
    580845_10207798569114556_4798139987919811359_n.jpg (78.6 KB)   
    9196_10207798568674545_2643878220652346579_n.jpg (54.1 KB)   

    17-03-2016 om 12:30 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    11-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.exploratie masterthesis ‘system design’
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Vrijdag  11 maart – exploratie masterthesis ‘system design’

    Vandaag ga ik me verdiepen in het werk van Didier Dufresne. In 2014 studeerde hij af met zijn masterproef ‘Brease’. Dit is een project voor optimale zuurstoftoediening in ziekenhuizen. Het sluit sterk aan bij de afstudeerrichting ‘system design’.

    Zijn ontwerptraject is in te delen in een onderzoeksfase rond de zuurstofvoorziening in ziekenhuizen en een ontwikkelingsfase met een productconcept als resultaat. Binnen zijn productconcept legt hij de aandacht op de vulinstallatie en de mobiele zuurstofcilinder met een zelf ontworpen zuurstofventiel. In de latere ontwikkelingsfase legt hij de focus op het geïntegreerd bespaarventiel.

    In de analysefase gaat hij eerst na wat ‘zuurstof’ juist is, hoe het wordt ingewonnen, getransporteerd, wat de eigenschappen zijn van zuurstof en voor wat het wordt toegepast. Vervolgens gaat hij na wat zuurstoftherapie juist betekend voor de patiënt en de fysiologie van het ademen. Hierna gaat hij de bestaande toedieningsmethodes na. Hij zal in zijn werk gebruik maken van bestaande methodes. Nadat hij al deze informatie heeft verzameld, heeft hij een duidelijk beeld van het zuurstofnetwerk in een ziekenhuis. Hij gaat na wat welke zuurstofbronnen er zijn, hoe deze werken en wat hun voor- en nadelen zijn ten opzichte van elkaar. Hiernaast is mobiliteit van groot belang in een ziekenhuis. Patiënten moeten zich frequent verplaatsen waardoor hij of zij verplicht is zich te ontkoppelen van het vaste zuurstofnetwerk. Om deze reden voorziet het ziekenhuis als aanvulling op het vaste zuurstofnetwerk, een mobiel zuurstofnetwerk. De volledige cyclus, van de transport tot het vullen tot het afhalen, wordt besproken. Op foto’s is te zien dat Didier deze verschillende fases zelf ook is gaan observeren in een ziekenhuis. Hieruit strekt hij conclusies.

    Snel wordt duidelijk dat er veel dingen wettelijk bepaald zijn. Zo zijn er rond gassen verschillende normen en regels. Tot hier toe lijkt alles zeer theoretisch, er is weinig of niks voor interpretatie vatbaar. Alle informatie die relevant is wordt uitgeklaard. Er wordt ook veel gewerkt met tekeningen en doorsnedes om duidelijkheid te scheppen. Veel technieken worden overgenomen uit bestaande producten. Er wordt veel gewerkt met tabellen om gemakkelijk vergelijkingen te kunnen maken tussen bestaande principes. Doorheen de analyse wordt er meer en meer informatie verzameld waardoor er telkens meer en meer conclusies worden gevormd die worden omgezet naar specificaties.

    Na een uitgebreide analyse, zal deze informatie worden omgevormd tot een nieuw productconcept.  Ten eerste zal afgewogen worden welke mobiele zuurstofbron het nieuwe concept zal bevatten. Door de uitgebreide analyse kon deze keuze snel en verantwoord worden gemaakt, namelijk de zuurstoffles. Ook werd er een afweging gemaakt tussen het ontwikkelen van een eigen zuurstoffles het koppelen van een discontinue flowmeter op een bestaande drukregelaar van een zuurstoffles. Er werd gekozen om zelf een zuurstoffles te ontwikkelen. Ten tweede wordt er gekeken naar andere optimalisaties, zoals het logistieke probleem achter het mobiele zuurstofnetwerk.

    Wanneer het productidee volledig is gedefinieerd, zal het worden uitgewerkt. In de lijst van specificaties kan door middel van de correct uitgevoerde analyses zeer specifieke verwachtingen worden gedefinieerd. Bijna alles kan worden omgezet in cijfers bv. 7bar, 5l/min.,… Er zijn twee systemen die ontworpen moeten worden: de vulinstallatie en een geïntegreerd hoge druk bespaarventiel. Het is opvallend dat er wordt gezocht naar gelijkaardige principes en deze worden overgenomen in de mate van het mogelijke. Didier brengt ook behoorlijk wat tijd door in het ziekenhuis om een correct beeld te krijgen wat de situatie. Zo gaat hij één week observeren in het UZA op 23 verschillende afdelingen om de interne beweging van de zuurstofcilinders op te volgen. De verkregen informatie wordt telkens samengevat in overzichtelijke illustraties en schema’s. De specificaties die vooraf al werden opgesteld worden door de observatie nog bij aangevuld.

    In het conceptontwerp wordt elk systeem apart uitgewerkt. Om bijvoorbeeld te bediening te optimaliseren maakte hij gebruik van gebruikerstesten. Met de gebruiker in het achterhoofd werden de technische componenten zo goed mogelijk op mekaar afgestemd. Wanneer hij uiteindelijk in CAD gaat tekenen, vallen alle systemen in mekaar waardoor er één product wordt verkregen. 


    Bron:

    Dufrasne, D. (2014). Brease [masterproef]. Universiteit Antwerpen, Faculteit ontwerpwetenschappen.

    11-03-2016 om 12:08 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    02-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.brainstormsessie ‘innovatie in mobiliteit en stedelijkheid’
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Dinsdag  1 maart 2016 – brainstormsessie ‘innovatie in mobiliteit en stedelijkheid’

    Ook deze week spendeerde ik mijn dinsdagavond aan een brainstormsessie. De gastspreker van de avond was Axel Enthoven. Hij studeerde af als Industrial Designer en heeft er ondertussen al een carrière van maar liefst 40 jaar opzitten. In 1976 besloot hij als zelfstandige te gaan werken. Zowel concept, uitwerking als opvolging van een designstudie behoren hier tot de activiteiten. Axel Enthoven is een specialist in het ontwerpen voor de mobiliteit. Vanaf  2000 is de onderneming uitgebouwd naar een tweede merk, Yellow Window. Hiernaast heeft Axel nog gewerkt voor Industrieel Design van Eindhoven en is hij actief in de meubelindustrie. Ten slotte heeft hij verschillende prijzen gewonnen waaronder ‘Lifetime achievement’ Henri Van de Velde.

    Het was meteen duidelijk dat Axel Enthoven een kritische zakenman is. Zo vertelde hij dat wanneer je prijzen wint voor een product, dit niet wil zeggen dat je product een economisch succes zal worden. Ook legde hij uit hoe belangrijk het is om voor de wensen van de klanten te ontwerpen. Wanneer je bijvoorbeeld een tram voor de overheid ontwerpt is dit een zeer grote uitdaging omdat je hier met meer rekening moet houden dan enkel de rechtstreekse gebruikers.

    Hij eindigde zijn lezing met zeven projecten in en rond Antwerpen waar hij potentie ziet voor verbetering. Zijn grootste uitdaging ziet hij momenteel in het herboren van de Flandria in Antwerpen. Met de bedoeling hierover te gaan brainstormen liet hij ons vele inspirerende beelden zien van schepen.

    Na een pauze gingen we net zoals vorige week opnieuw in groepjes aan de slag met de GPS tool van Flanders DC. De grote vraag van de week luidde: ‘Welke nieuwe functies kunnen we creëren voor het Flandria schip van de toekomst?’ Er werden heel wat ideeën gegenereerd. Binnen onze groep was het vrij snel duidelijk welke de drie beste ideeën waren, deze werden verder uitgewerkt. Axel zelf was vrij enthousiast over het idee om een boot te ontwerpen voor gevangenen. Het zou heel wat voordelen met zich mee kunnen brengen zoals dat de gevangenen moeilijker kunnen ontsnappen, ze in een rustigere omgeving leven,… Tevens benadrukte hij ons er ook op dat er naast de voordelen ook veel vragen naar boven komen, bijvoorbeeld hoe kunnen de gevangenen bezoek ontvangen, waar wonen de cipiers, wat als een boot zinkt,…

    Na de presentaties sloot Axel Enthoven de presentatie af met een kritisch besluit. Hij wou ons waarschuwen voor het beroepsleven. Volgens hem waren we een enthousiaste groep met talrijke ideeën, wat positief is. Maar we werkten de ideeën niet op de correcte manier uit. Zo hielden we geen rekening met de specifieke opdracht die hij ons gaf voor we aan de brainstorm startten. Voor deze brainstormsessie was dat geen groot probleem, maar wanneer we later voor een bedrijf werken zou dit wel een groot probleem zijn. Ik vond zijn tips zeer interessant, hij wou ons echt klaar stomen voor het harde bedrijfsleven. Axel heeft al zeer inspirerende en indrukwekkende producten op de markt gebracht, het was me een genoegen samen met hem en zijn visie te mogen brainstormen.

    Brainstormsessies zoals die van deze week en die van vorige week horen volgens mij thuis bij de major strategisch design. Je denkt in brede zin na over een probleem binnen een context en gaat hier oplossingen voor bedenken. In de laatste stap ga je de oplossing concreet formuleren, maar je gaat de oplossing niet uitwerken.

     

    Bron:

    Innovatie in mobiliteit en stedelijkheid (2016). Geraadpleegd op 1 maart 2016 via http://www.takeoffantwerp.be

    02-03-2016 om 00:00 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.bedrijfsbezoek 'Antenor'
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Dinsdag  1 maart 2016 – bedrijfdsbezoek ‘Antenor’

    Op deze dinsdagnamiddag gingen we in functie van de opdracht van de bachelorproef naar een bedrijf wat gespecialiseerd is in betaalsystemen. Antenor produceert, plaatst en onderhoudt de betaalsystemen. Naast alle noodzakelijke informatie die we wouden verzamelen voor de start van de bachelorproef, was het interessant om te zien waar je als productontwikkelaar tewerkgesteld kan worden. Zo zagen we op welke manier de verschillende componentjes in de sterk beveiligde kast gemonteerd worden en dat er veel opties zijn waar rekening mee moet gehouden worden.

    Wanneer je in dit bedrijf zou willen werken, denk ik dat je het best zou kiezen voor een major ‘ontwerpen op technologie gebaseerde systemen’. Het lijkt me een zeer technisch gegeven om elk onderdeel op de juiste wijze te verbinden in de kast.


    Bron: 

    Antenor Payment Systems nv. Geraadpleegd op 1 maart 2016 via http://www.antenor.eu

    01-03-2016 om 00:00 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    24-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.brainstormsessie 'sociale innovatie’
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Dinsdag  23 februari 2016 – brainstormsessie ‘sociale innovatie’

    Op deze dinsdagavond stond er eerst en vooral een inspirerende lezing op het programma van gastspreker Arne Pauwels. Hij is afgestudeerd als Productontwikkelaar aan de Universiteit van Antwerpen. Arne deed zijn masterproef rond een nieuwe manier van het bewaren van groenten en fruit voor in derdewereldlanden. Met dit werk is hij verder gegaan nadat hij afstudeerde. Momenteel werkt hij als CEO bij Wakati, een for-profitbedrijf dat zich richt op zelfstandige boeren in ontwikkelende landen. Ze willen de boeren daar de mogelijkheid bieden om hun productiviteit te verhogen. Door hard te werken, te falen en terug te herbeginnen, heeft hij zijn idee op de markt kunnen brengen.

    Na deze inspirerende lezing gingen we in groepjes van ongeveer tien personen aan de slag met de GPS tool van Flanders DC om nieuwe ideeën te bedenken. De grote vraag waarover de brainstormsessie ging was: ‘Hoe kunnen wij migranten helpen in onze eigen omgeving en in hun land van herkomst?’ Onze groep kreeg de deelvraag: ‘Hoe kunnen we mensen in ontwikkelingslanden empoweren?’. Binnen onze groep werden er duo’s en enkele trio’s gevormd zodat de eerste ronde van start kon gaan. De bedoeling was om zo veel mogelijk ideeën te genereren. Om dit te vergemakkelijken werden er vijf thema’s aangereikt en nog één wildcard. Per duo moesten we binnen de vooropgestelde tijd zoveel mogelijk ideeën genereren binnen dat thema. Binnen een tijd van 45minuten werden er door de hele groep heel wat ideeën neergeschreven. Het was ook leuk om mekaar te kunnen inspireren. Vervolgens moesten door de hele groep uit alle neergeschreven ideeën de beste worden geselecteerd door middel van stickertjes te kleven. In de volgende fase werden de twintig beste ideeën nog eens besproken en werden uiteindelijk de drie beste geselecteerd. Deze drie topideeën werden uitgewerkt op een projectfiche en werden ten slotte gepresenteerd. De beste en zotste ideeën die ik onthouden heb uit deze sessie waren het vormen van mest uit natuurlijke materie, hotspots over heel de wereld, een beschermingsmiddel voor vrouwen om verkrachting tegen te gaan,…

    Ik vond het een interessante sessie om te zien dat een afgestudeerde student Productontwikkeling van de Universiteit van Antwerpen zijn masterproject op de markt heeft kunnen brengen. Tevens is het een inspirerend project, het geeft stof tot nadenken. Vandaar dat het ook leuk was om achteraf te kunnen brainstormen over dit thema. Je ideeën bloot leggen, je laten inspireren door anderen en hierop voort bouwen geeft uiteenlopende resultaten.


    Bronnen: 

    Sociale innovatie (2016). Geraadpleegd op 15 februari 2016 via http://www.takeoffantwerp.be

    Wakati BVBA Belgium. Geraadpleegd op 15 februari 2016 via http://www.wakati.org

    24-02-2016 om 00:00 geschreven door Zoë Polus  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)

    Archief per week
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs