"De eenzaamheid die ik als kind van een notabel in een klein dorp
voelde, ligt waarschijnlijk ten grondslag aan mijn schrijven. Ik
was altijd een outsider, stond altijd aan de kant. Lezen en schrijven
waren mijn uitweg. Ik leefde in een wereld van sprookjes en kinderverhalen.
Die fantasiewereld is nog steeds mijn ontsnappingmogelijkheid."
Aan een klein meisje
Dit is het land, waar grote mensen wonen.
Je hoeft er nog niet in: het is er boos.
Er zijn geen feeën meer, er zijn hormonen,
en altijd is er weer wat anders loos.
En in dit land zijn alle avonturen
hetzelfde, van een man en van een vrouw.
En achter elke muur zijn and're muren
en nooit een eenhoorn of een bietenbouw.
En alle dingen hebben hier twee kanten
en alle teddyberen zijn hier dood.
En boze stukken staan in boze kranten
en dat doen boze mannen voor hun brood.
Een bos is hier alleen maar een boel bomen
en de soldaten zijn niet meer van tin.
Dit is het land waar grote mensen wonen
Wees maar gerust. Je hoeft er nog niet in
...dat ik uit pure verveling tijdens de tweede zit begon aan deze blog. Met een vingerknip zijn er vier maanden voorbij gegaan en zit ik hier weer. Een opgeruimd bureau met een planning voor mijn neus. Cursussen en boeken die smachtend bekeken willen worden. Regering Leterme die in de prullenbak ligt. Een paar blikjes Redbull die alvast popelen om geconsumeerd te worden. Here we go again! Het sociale leven is bevroren voor zes weken lang. Menig student zet zich in de boeken en minder achter de pc (een mens zou voor minder offline gaan) en we vliegen er samen in. Met goede moed slaan we de syllabi open en we blijven gemotiveerd denken 'dit is mijn vakgebied, dit wil ik kennen!'. Het zijn dagen, weken van opsluiting tussen vier muren en we blijven zitten totdat onze kont er pijn van gaat doen. We vechten tegen concentratieproblemen en kweken extra zelfdiscipline. Na een tijd begint het stramien studeren-eten-slapen wel wat tegen te steken, het zeurgehalte stijgt en de eerste uitputtingsverschijnselen en smeekbeden duiken op. Tot ons hoofd het niet meer aankan (*knipperlicht* Brainoverload!!! *knipperlicht*). MAAR zo ver laten we het niet komen: we blijven doorbijten zodat we er in februari terug hevig in kunnen vliegen. Yiha!
Al bij al heb ik niet veel reden tot klagen want dit semester valt het aantal examens best wel mee. Het positieve van 'den blok' is ook dat je tijd hebt (euh... tijd maakt) om allerlei -al dan niet- nutteloze dingen te bedenken of neer te pennen. Of ideeën voor 2009 (à la: met verschillende teams om ter eerst naar Parijs liften en een foto bij de Eiffeltoren nemen! /// een dag met de Buzzy-pass bus-op-bus-af gaan zonder eindbestemming voor ogen en ergens een slaapplek gaan zoeken om de volgende dag weer terug te keren! /// vakantieplannen? /// vakantiewerk? /// theatervoorstellingen? /// ...). Ik heb ook waanzinnig veel zin om een goed boek te lezen maar er staat hier een stapel boeken -zeer confronterend- voor GNL die eigenlijk voorrang moeten krijgen...
De blok is ook een reden om wat meer te bloggen. Want wat moet eens mens anders doen?
Neuzeneuze tussen oude papieren en bestanden Altijd leuk. Vooral als je dingen terugvindt waarvan je niet meer wist dat je ze had, laat staan dat je ze ooit geschreven of gekregen had. Veel kribbels van anderen, notas aan mezelf, citaten, kladversies van brieven, smsjes die ik wil bijhouden, herinneringen die ik niet mag vergeten, Hmm heerlijk. Hierzo enkele die ik wel wil delen:
>> Examen godsdienst Ahpfff, snap het niet meer goed. Cogito ergo sum. Alles wat is, is. Het niet-zijnde is logischerwijze niet. Dus er is geen leegte want leegte is het niet-zijnde. Dus de wereld is vol. Als alles vol is, is er geen plaats voor beweging. Dus beweging en verandering zijn onmogelijk. Alles is identiek? ZIJN!
>> Citaat: When i'm older and my little girl asks me who my first love was I dont wanna have to pull out the old photos. I wanna be able to point across the room and say He's sitting right over there (= fail? Raar dat ik het hier ooit mee eens ben geweest. Naïef, naïef.)
>> Citaat (Humo): "Goedkoop brieven posten? Schrijf op de voorkant van een envelop je eigen adres en op de achterkant het adres van degene naar wie je de brief wilt sturen. Plak geen postzegel! Streep je eigen adres door en schrijf erop 'GEWEIGERD, RETOUR AFZENDER'. Doe je brief in de envelop, plak hem dicht en gooi hem in de brievenbus."
>> Er zullen altijd mensen zijn die het niet eens zijn met hoe ik ben. Maar als iemand kritiek op me heeft, moet ik denken: laat je niet van streek brengen Sév! Het zal je een worst wezen! Want dit ben ík gewoon en zo mag je me nemen of oprotten. (= kwart fail)
>> Citaat (Stephen Fry): So if any of you hear someone pronounce her name "Rohw-ling", you have my permission to hit them over the head with -- not with Order of the Phoenix, that would be cruel. Something smaller, like a fridge.
>> Gewoon allemaal vissen die af en toe eens 'blub' zeggen om daarna verder te zwemmen. En opnieuw.
Er zijn soms van die momenten waarbij de zwaartekracht niet mee wil. Meestal zijn dat van die grijze dagen waar de zon geen spatje warmte kwijt wil, waardoor je humeur er ook niet beter van wordt.
Het begint al s morgens vroeg wanneer de wekker gaat. Je wilt wel opstaan maar het lukt niet zo goed. Blijven liggen lijkt de oplossing, maar dan is de dag zo voorbij en de tijd gaat al zo snel. Zonder te beseffen heb je je echter alweer omgedraaid en blijf je in je warme bed liggen in de meest comfortabele houding ever. Tegen de middag lukt het je dan toch om op te staan en de badkamer te bereiken. Je spiegel geeft je zelfportret, wat een grote confrontatie kan zijn. Alleen wat koud water kan voorlopig wat redding brengen.
Bij het keukentje. Natuurlijk is het brood op, want gisteren had je de laatste sneetjes verorberd met wat speculaas en chocolade. Vers brood in Antwerpen wil zeggen een tripje naar de bakker en dat is toch al gauw tien minuten stappen in totaal. Met dergelijke zwaartekracht is dat onmenselijk. Dan maar een ontbijt-slash-middagmaal van fruitsap en banaan. Kan ook én het is gezond. Je drinkt je glas met moeite leeg en de laatste happen banaan prop je snel achter elkaar in je mond. Het smaakt niet.
Misschien kan wat frisse tandpasta helpen om je geest wakker te maken. Maar dan slaat de zwaartekracht weer onverbiddelijk toe. Twee minuten tanden poetsen is te lang. Bovendien doet de tandpasta niet wat er van verwacht wordt. Je blijft slaperig, alleen nu met een frisse adem. Die frisse adem werkt zelfs op je gemoed, als een stukje oneigenlijk vreemd vlees.
Je beseft dat je niet had mogen opstaan deze morgen, maar wat moet een mens anders op zon dag? In bed blijven liggen zou je alleen maar meer schuldgevoel bezorgd hebben. Je doet het raam open zodat de verdufte lucht een uitweg naar buiten vindt. Dat fris briesje doet je elke lichaamsporie gewaar worden. Het is koud. Nu moet je even bekomen in de zetel. De radio is geen oplossing, alleen de negende symfonie van Beethoven is hier aangewezen.
Om vier minuten voor één besef je dat je toch naar buiten moet, wil je de les niet missen. Je laat je sleutels twee keer vallen en bij het dichtknopen van je schoen slaak je een diepe zicht. En dat rechtkomen is zo zwaar. Het regent. Het regent niet eens door, geen verfrissende stortbui, het regent mot.
Tegen een uur of vier geef je het op, zelfs een stuk cake van JP helpt je er niet bovenop. Je komt terug op je kot en zet While my guitar gently weeps op. Dan neemt de zelfdiscipline de overhand en probeer je je te focussen op wat werk voor dunief. Maar om zes uur geef je je volledig gewonnen; als de natuurwetten niet meewillen, moet je je daarbij neerleggen. Je ploft in de bureaustoel en spendeert de rest van de avond nutteloos achter je computer. Of je neemt een warme douche en kruipt nadien met een dekentje en een boek in de zetel. Na een poosje val je in slaap. Zo eindigt de doorsnee zwaartekrachtzwangere dag. Wisselvallig met hier en daar een buitje.
Er bestaan ook van die momenten met een tekort aan middelpuntvliedende kracht. Zon dag -of nacht- waarop je voortdurend je evenwicht verliest (misschien na een pint of vier-vijf). Natuurwetten kunnen wreed zijn.
Hi little daydreamer can I stand there with you?
Because I just need to let everything go for a second and just dream.
Mijn wens aan Sinterklaas:
Laat Peter Pan me kidnappen naar Nooit-of-Nimmerland waar ik zorgeloos, irrationeel en rebels door het leven kan gaan waar ik kan vliegen, vechten met gemene piraten, zwemmen met zeemeerminnen, mijn eigen fee heb, Peter als mijn vriendje en waar ik nooit groot word.
Hier is het plan: Vannacht laat ik mijn raam open, het zal koud zijn, misschien vriest het zelfs wat... maar dat is niet erg. Ik zal wachten in mijn bed totdat ik het geluid van tikkende kiezelsteentjes tegen het raam hoor natuurlijk zal ik doen alsof ik slaap en lig ik daar met een big smile, die alleen verschijnt als ik aan hem denk. Plots staat hij dan daar en zegt hij 'Tadaaaa!' een soort van persoonlijke Superman die me meeneemt naar een andere werkelijkheid. Hij neemt mijn hand en vliegt met me weg en via zon, maan en sterren gaan we naar Nooit-of-Nimmerland...
Citaat van de dag: - Man op Facebook laat bericht achter op het prikbord van Sinterklaas:
"Beste
sinterklaas, als je straks tussen 14 en 17 uur langskomt voor mijn
kleinkinderen, let er dan op dat je laarzen aan hebt zodat je niet in
de modder wegzakt zoals vorig jaar. en als je weer een blauw oog hebt
en stinkt naar de drank moet je volgend jaar niet meer komen.
enne...niet te lang blijven kletsen, 'k heb niet zoveel tijd dit weekend...
en
voor de rest: de kleinkinderen zijn afgelopen jaar voorbeeldig geweest.
dus piet mag zijn zak thuislaten. er zitten er trouwens een paar tussen
die een serieuze schrik hebben van u...dus hou het easy dit jaar en
dwing ze niet op je schoot te komen zitten en zeker niet blijven zagen
om een liedje voor je te zingen. we zullen een cd'ke opzetten."
De UA-bieb liet mij in de steek vandaag. Om tien over twee ging ik de cursus van computerlinguïstiek en Bijbelgedoe afprinten, een half uur later was ik buiten.
Hup naar computer, document opzoeken *klik* printen. Vervolgens ga ik naar de printer, steek mijn kopiekaart erin, bevestig de print, draai mijn hoofd 45 graden naar rechts, naar de printer, om mijn papieren te ontvangen en wat zie ik? Een klein bordje op de printer met daarop: 'defect' (in de bieb tegenwoordig een cliché op zich). Ik boos want de pc staat nog aan en heeft zomaar 60 kopies van mijn kaart opgeslorpt, zonder papier in de ruil te krijgen. Ik ga naar de vrouw bij het onthaal, vertel mijn verhaal, en die kijkt mij zo aan alsof ik een domme holbewoner ben. 'Er staat toch dat het defect is?!'. '... Ja, maar toen ik binnenkwam ging ik eerst naar de computer, selecteerde ik mijn kopies en keek dan pas naar de printer.' - 'Maar 't is toch normaal dat ge eerst ziet of de printer wel werkt?' - '... Nee mevrouw, dat is niet mijn logica. Ik ga naar de computer met de verwachting dat de printer wérkt en kijk dus niet eerst automatisch naar dat apparaat.' Toen ik zei dat het om 60 kopies ging, rollende ze met haar ogen en gaf me (jeuj!) een kaart van de bieb die ik kon gebruiken om het opnieuw te proberen bij de andere printer. 'Wel teruggeven als ge gedaan hebt he! - 'Jaja.'
Mooi. Terug naar computer, document opzoeken *klik* printen. Vervolgens ga ik naar de printer op het eerste verdiep. Verrassing alom: defect (wél met papier op computerscherm, die ook uitstond). Zucht. Dan maar naar tweede verdieping: werkt! Kaartje erin *biep* No! Er staan te weinig kopies op de kopiekaart! Terug naar gelijkvloers, naar mevrouw van het onthaal. 'Mja... er staan te weinig kopies op het kaartje'.
- '*blik van 'das dan pecht* Tsjah, 'k heb geen andere kaart...'. Ok
dan, koop ik een nieuwe, 't is al goed. Goed. Terug naar de printer op het tweede verdiep. Kaartje erin, print bevestigen, ik draai mijn hoofd 45 graden naar rechts, naar de printer, om mijn papieren te ontvangen en ik wacht. Wacht... wacht.... Papier is op, no! Gatver. Daarom ga ik naar de meneer bij het onthaal. 'Meneer, het papier van de printer is op'. - 'Da kan ni, mijn collega heeft da net bijgevuld.' - 'Maar... 't is echt op.' Hij zucht, klikt zijn artikel van de site van het Nieuwsblad weg (*waarom storen studenten mij toch altijd*), gaat zuchtend naar kopieruimte en vult papier bij. Ja eindelijk kan ik! Kaartje erin, print bevestigen, ik draai mijn hoofd 45 graden naar rechts, naar de printer, om mijn papieren te ontvangen en ik wacht. En toen kwamen mijn kopies. Echt way too long in de bieb voor wat kopies.
Het is duidelijk: de cursus computerlinguïstiek is vervloekt.
't Is goed in 't eigen hert te kijken Nog even vóór het slapen gaan Of ik van dageraad tot avond Geen enkel hert heb zeer gedaan;
Of ik geen ogen heb doen schreien, Geen weemoed op een wezen lei; Of ik aan liefdeloze mensen Een woordeke van liefde zei.
En vind ik in het huis mijns herten, Dat ik één droefenis genas, Dat ik mijn armen heb gewonden Rondom één hoofd, dat eenzaam was,
Dan voel ik, op mijn jonge lippen, Die goedheid lijk een avond-zoen. 't Is goed in 't eigen hert te kijken En zó z'n ogen toe te doen
-Alice Nahon, 1896-1933, Antwerpse dichteres. Aan de gevel van
haar geboortehuis aan de Grote Markt 58 pronkt een bronzen gedenkplaat. Go check it out.