Neuzeneuze tussen oude papieren en bestanden Altijd leuk. Vooral als je dingen terugvindt waarvan je niet meer wist dat je ze had, laat staan dat je ze ooit geschreven of gekregen had. Veel kribbels van anderen, notas aan mezelf, citaten, kladversies van brieven, smsjes die ik wil bijhouden, herinneringen die ik niet mag vergeten, Hmm heerlijk. Hierzo enkele die ik wel wil delen:
>> Examen godsdienst Ahpfff, snap het niet meer goed. Cogito ergo sum. Alles wat is, is. Het niet-zijnde is logischerwijze niet. Dus er is geen leegte want leegte is het niet-zijnde. Dus de wereld is vol. Als alles vol is, is er geen plaats voor beweging. Dus beweging en verandering zijn onmogelijk. Alles is identiek? ZIJN!
>> Citaat: When i'm older and my little girl asks me who my first love was I dont wanna have to pull out the old photos. I wanna be able to point across the room and say He's sitting right over there (= fail? Raar dat ik het hier ooit mee eens ben geweest. Naïef, naïef.)
>> Citaat (Humo): "Goedkoop brieven posten? Schrijf op de voorkant van een envelop je eigen adres en op de achterkant het adres van degene naar wie je de brief wilt sturen. Plak geen postzegel! Streep je eigen adres door en schrijf erop 'GEWEIGERD, RETOUR AFZENDER'. Doe je brief in de envelop, plak hem dicht en gooi hem in de brievenbus."
>> Er zullen altijd mensen zijn die het niet eens zijn met hoe ik ben. Maar als iemand kritiek op me heeft, moet ik denken: laat je niet van streek brengen Sév! Het zal je een worst wezen! Want dit ben ík gewoon en zo mag je me nemen of oprotten. (= kwart fail)
>> Citaat (Stephen Fry): So if any of you hear someone pronounce her name "Rohw-ling", you have my permission to hit them over the head with -- not with Order of the Phoenix, that would be cruel. Something smaller, like a fridge.
>> Gewoon allemaal vissen die af en toe eens 'blub' zeggen om daarna verder te zwemmen. En opnieuw.
Er zijn soms van die momenten waarbij de zwaartekracht niet mee wil. Meestal zijn dat van die grijze dagen waar de zon geen spatje warmte kwijt wil, waardoor je humeur er ook niet beter van wordt.
Het begint al s morgens vroeg wanneer de wekker gaat. Je wilt wel opstaan maar het lukt niet zo goed. Blijven liggen lijkt de oplossing, maar dan is de dag zo voorbij en de tijd gaat al zo snel. Zonder te beseffen heb je je echter alweer omgedraaid en blijf je in je warme bed liggen in de meest comfortabele houding ever. Tegen de middag lukt het je dan toch om op te staan en de badkamer te bereiken. Je spiegel geeft je zelfportret, wat een grote confrontatie kan zijn. Alleen wat koud water kan voorlopig wat redding brengen.
Bij het keukentje. Natuurlijk is het brood op, want gisteren had je de laatste sneetjes verorberd met wat speculaas en chocolade. Vers brood in Antwerpen wil zeggen een tripje naar de bakker en dat is toch al gauw tien minuten stappen in totaal. Met dergelijke zwaartekracht is dat onmenselijk. Dan maar een ontbijt-slash-middagmaal van fruitsap en banaan. Kan ook én het is gezond. Je drinkt je glas met moeite leeg en de laatste happen banaan prop je snel achter elkaar in je mond. Het smaakt niet.
Misschien kan wat frisse tandpasta helpen om je geest wakker te maken. Maar dan slaat de zwaartekracht weer onverbiddelijk toe. Twee minuten tanden poetsen is te lang. Bovendien doet de tandpasta niet wat er van verwacht wordt. Je blijft slaperig, alleen nu met een frisse adem. Die frisse adem werkt zelfs op je gemoed, als een stukje oneigenlijk vreemd vlees.
Je beseft dat je niet had mogen opstaan deze morgen, maar wat moet een mens anders op zon dag? In bed blijven liggen zou je alleen maar meer schuldgevoel bezorgd hebben. Je doet het raam open zodat de verdufte lucht een uitweg naar buiten vindt. Dat fris briesje doet je elke lichaamsporie gewaar worden. Het is koud. Nu moet je even bekomen in de zetel. De radio is geen oplossing, alleen de negende symfonie van Beethoven is hier aangewezen.
Om vier minuten voor één besef je dat je toch naar buiten moet, wil je de les niet missen. Je laat je sleutels twee keer vallen en bij het dichtknopen van je schoen slaak je een diepe zicht. En dat rechtkomen is zo zwaar. Het regent. Het regent niet eens door, geen verfrissende stortbui, het regent mot.
Tegen een uur of vier geef je het op, zelfs een stuk cake van JP helpt je er niet bovenop. Je komt terug op je kot en zet While my guitar gently weeps op. Dan neemt de zelfdiscipline de overhand en probeer je je te focussen op wat werk voor dunief. Maar om zes uur geef je je volledig gewonnen; als de natuurwetten niet meewillen, moet je je daarbij neerleggen. Je ploft in de bureaustoel en spendeert de rest van de avond nutteloos achter je computer. Of je neemt een warme douche en kruipt nadien met een dekentje en een boek in de zetel. Na een poosje val je in slaap. Zo eindigt de doorsnee zwaartekrachtzwangere dag. Wisselvallig met hier en daar een buitje.
Er bestaan ook van die momenten met een tekort aan middelpuntvliedende kracht. Zon dag -of nacht- waarop je voortdurend je evenwicht verliest (misschien na een pint of vier-vijf). Natuurwetten kunnen wreed zijn.
Hi little daydreamer can I stand there with you?
Because I just need to let everything go for a second and just dream.
Mijn wens aan Sinterklaas:
Laat Peter Pan me kidnappen naar Nooit-of-Nimmerland waar ik zorgeloos, irrationeel en rebels door het leven kan gaan waar ik kan vliegen, vechten met gemene piraten, zwemmen met zeemeerminnen, mijn eigen fee heb, Peter als mijn vriendje en waar ik nooit groot word.
Hier is het plan: Vannacht laat ik mijn raam open, het zal koud zijn, misschien vriest het zelfs wat... maar dat is niet erg. Ik zal wachten in mijn bed totdat ik het geluid van tikkende kiezelsteentjes tegen het raam hoor natuurlijk zal ik doen alsof ik slaap en lig ik daar met een big smile, die alleen verschijnt als ik aan hem denk. Plots staat hij dan daar en zegt hij 'Tadaaaa!' een soort van persoonlijke Superman die me meeneemt naar een andere werkelijkheid. Hij neemt mijn hand en vliegt met me weg en via zon, maan en sterren gaan we naar Nooit-of-Nimmerland...
Citaat van de dag: - Man op Facebook laat bericht achter op het prikbord van Sinterklaas:
"Beste
sinterklaas, als je straks tussen 14 en 17 uur langskomt voor mijn
kleinkinderen, let er dan op dat je laarzen aan hebt zodat je niet in
de modder wegzakt zoals vorig jaar. en als je weer een blauw oog hebt
en stinkt naar de drank moet je volgend jaar niet meer komen.
enne...niet te lang blijven kletsen, 'k heb niet zoveel tijd dit weekend...
en
voor de rest: de kleinkinderen zijn afgelopen jaar voorbeeldig geweest.
dus piet mag zijn zak thuislaten. er zitten er trouwens een paar tussen
die een serieuze schrik hebben van u...dus hou het easy dit jaar en
dwing ze niet op je schoot te komen zitten en zeker niet blijven zagen
om een liedje voor je te zingen. we zullen een cd'ke opzetten."
De UA-bieb liet mij in de steek vandaag. Om tien over twee ging ik de cursus van computerlinguïstiek en Bijbelgedoe afprinten, een half uur later was ik buiten.
Hup naar computer, document opzoeken *klik* printen. Vervolgens ga ik naar de printer, steek mijn kopiekaart erin, bevestig de print, draai mijn hoofd 45 graden naar rechts, naar de printer, om mijn papieren te ontvangen en wat zie ik? Een klein bordje op de printer met daarop: 'defect' (in de bieb tegenwoordig een cliché op zich). Ik boos want de pc staat nog aan en heeft zomaar 60 kopies van mijn kaart opgeslorpt, zonder papier in de ruil te krijgen. Ik ga naar de vrouw bij het onthaal, vertel mijn verhaal, en die kijkt mij zo aan alsof ik een domme holbewoner ben. 'Er staat toch dat het defect is?!'. '... Ja, maar toen ik binnenkwam ging ik eerst naar de computer, selecteerde ik mijn kopies en keek dan pas naar de printer.' - 'Maar 't is toch normaal dat ge eerst ziet of de printer wel werkt?' - '... Nee mevrouw, dat is niet mijn logica. Ik ga naar de computer met de verwachting dat de printer wérkt en kijk dus niet eerst automatisch naar dat apparaat.' Toen ik zei dat het om 60 kopies ging, rollende ze met haar ogen en gaf me (jeuj!) een kaart van de bieb die ik kon gebruiken om het opnieuw te proberen bij de andere printer. 'Wel teruggeven als ge gedaan hebt he! - 'Jaja.'
Mooi. Terug naar computer, document opzoeken *klik* printen. Vervolgens ga ik naar de printer op het eerste verdiep. Verrassing alom: defect (wél met papier op computerscherm, die ook uitstond). Zucht. Dan maar naar tweede verdieping: werkt! Kaartje erin *biep* No! Er staan te weinig kopies op de kopiekaart! Terug naar gelijkvloers, naar mevrouw van het onthaal. 'Mja... er staan te weinig kopies op het kaartje'.
- '*blik van 'das dan pecht* Tsjah, 'k heb geen andere kaart...'. Ok
dan, koop ik een nieuwe, 't is al goed. Goed. Terug naar de printer op het tweede verdiep. Kaartje erin, print bevestigen, ik draai mijn hoofd 45 graden naar rechts, naar de printer, om mijn papieren te ontvangen en ik wacht. Wacht... wacht.... Papier is op, no! Gatver. Daarom ga ik naar de meneer bij het onthaal. 'Meneer, het papier van de printer is op'. - 'Da kan ni, mijn collega heeft da net bijgevuld.' - 'Maar... 't is echt op.' Hij zucht, klikt zijn artikel van de site van het Nieuwsblad weg (*waarom storen studenten mij toch altijd*), gaat zuchtend naar kopieruimte en vult papier bij. Ja eindelijk kan ik! Kaartje erin, print bevestigen, ik draai mijn hoofd 45 graden naar rechts, naar de printer, om mijn papieren te ontvangen en ik wacht. En toen kwamen mijn kopies. Echt way too long in de bieb voor wat kopies.
Het is duidelijk: de cursus computerlinguïstiek is vervloekt.
't Is goed in 't eigen hert te kijken Nog even vóór het slapen gaan Of ik van dageraad tot avond Geen enkel hert heb zeer gedaan;
Of ik geen ogen heb doen schreien, Geen weemoed op een wezen lei; Of ik aan liefdeloze mensen Een woordeke van liefde zei.
En vind ik in het huis mijns herten, Dat ik één droefenis genas, Dat ik mijn armen heb gewonden Rondom één hoofd, dat eenzaam was,
Dan voel ik, op mijn jonge lippen, Die goedheid lijk een avond-zoen. 't Is goed in 't eigen hert te kijken En zó z'n ogen toe te doen
-Alice Nahon, 1896-1933, Antwerpse dichteres. Aan de gevel van
haar geboortehuis aan de Grote Markt 58 pronkt een bronzen gedenkplaat. Go check it out.
"Het effect van woordsuperioriteit ontstaat doordat er een feedback is van activatie op het lexicale niveau naar het letterniveau: > Bij visuele woordherkenning zou die feedback ertoe bijdragen dat gedeeltelijk geactiveerde lexicale representaties hun activatieniveau trachten op te drijven door de letterrepresentaties die hen activeren a.h.w. 'aan te moedigen' om hen te blijven activeren. Dit is metaforische taal om uit te drukken dat de lexicale representatie op haar beurt de representaties van haar letters 'top down' activeert, waardoor de sterkte waarmee die letters de lexicale representatie 'bottom up' activeren nog toeneemt, een soort van zichzelf versterkende lus van activatie. > Aangezien pseudowoorden en willekeurige lettercombinaties geen lexicale representatie hebben, kan dit voordeel op de herkenning van letters zich daar niet voordoen. >> Op die manier kan het effect van woordsuperioriteit worden verklaard."
Easy peasy, toch?! Na zeven keer lezen, overtypen en herstructureren snap ik het eindelijk. Denk ik. ('Gewoon' vanbuiten leren dus.)
Citaat van de dag: "Misschien zijn alle kunstenaars lafaards omdat ze wegvluchten van de werkelijkheid." (Der rote kakadu, 2006)
Een paar dagen geleden kwam ik op kapaza toevallig in de webwinkel terecht van iemand die allerlei boeken
verkoopt voor een spotprijs. En toen ik dat allemaal zag staan... was ik niet meer te weerhouden. Vandaag heb ik dan ook de koop van m'n leven gedaan: tien boeken voor acht euro!
Want zoals Cicero (behalve een Romeinse staatsman ook een filosoof) ooit zei:
"Een boekenkast zonder boeken is als een lichaam zonder ziel."
Ik heb overigens het meest perfecte weekend uitgekozen om te verjaren. Wafels + openhaard + sneeuw = ??? --> Puur genot! Van m'n ouders en zus heb ik geweldige cadeaus gekregen o.a. twee poëzieboeken die ik al lang wilde hebben en een cadeaubon van Plint <3. Mijn kot wordt bovendien eindelijk wat verpersoonlijkt; een mooie zwart-wit poster is besteld, gratis kaartjes en een poster met stadsgedichten op worden opgehangen en ook van San komt er nog iets te hangen waarvan iedereen zal zeggen 'wat betekent dat?'. Nu alleen nog nadenken wat ik van Plint zal kopen... Moeilijk, moeilijk!
Oewh, wist je dat... Volgens het Guinness Recordboek schreef Vondel het kortste Nederlandstalig gedicht, en wellicht
het kortste gedicht ter wereld, waarmee hij in 1620 een dichtwedstrijd won:
U
Nu!
(Doelstelling van dit weekend: cursus psycholinguïstiek geheel bekeken hebben. Status: fail.)
Ze kwam mijn kamer binnen. "Sév, lees dit nog eerst maar dan moet je echt opstaan. Kijk bij 21 november."
21 november
Doornroosje,
Ik sta voor je. Je slaapt. Je ogen zijn stijf dicht. Ik buig me voorover. Maar jij zegt: 'Wacht even.' Je doet je ogen niet open. 'Ben je al wakker?' vraag ik verbaasd. 'Nee nee. Ik praat even in mijn slaap. Ik wil het met je hebben over die kus.' 'O.' 'Eh... word ik heel abrupt wakker of geleidelijk? Hangt dat af van wat voor soort kus je geeft? Wat denk je?' 'Dat weet ik niet.' 'Maar wat zou beter zijn? Ik lig nu nog zo heerlijk te slapen. Kan ik niet heel geleidelijk, laten we zeggen in de loop van een jaar wakker worden?' 'Misschien wel.' 'Maar dan moet je me wel heel licht kussen. Zonder ook maar iéts vurigs.' 'Dat is goed.' 'Eigenlijk moet je me niet aanraken. Of kan dat niet?' 'Een onmerkbare kus?' Ik sta voor je. Mijn rug doet pijn van het vooroverbuigen. Een onmerkbare kus... (Wat klinkt dat afschuwelijk!) Er begint iets te woeden in mij. Een kleine orkaan. 'Kom,' zeg ik. 'Ik ga je nu kussen.' 'Of zal ik maar voorgoed blijven slapen? Wat denk je? Ik lig zo heerlijk...' 'Ja,' zeg ik, 'dat is goed, doe dat maar,' en ik storm je trap af, je lakeien tuimelen om me heen. Weg, weg.
Stijn van Opstal. Wij de 'iter', hij de 'itee'. Was tof.
"Ik had zon interview met Karel Appel, een Nederlands schilder en
vroeg hem wanneer zijn schilderij af was. Hij weet dat zelf ook niet.
Die mens staat voor dat doek en heeft iets van moet ik nu nog Ook
omdat het zon abstracte schilderijen zijn. Moet ik er nu afblijven of
is het dit? Hij vertelt dat hij soms zijn schilderij moet afdenken.
Het is nog niet af, dan gaat hij er voor zitten en dan duurt het soms
uren voor wanneer hij zegt nu is het af. Maar dan is er geen fuck aan
veranderd."
"Schoonheid komt uit stront, uit geknoei, geknutsel, het proberen. En dan plots is er iets. Maar als je wil geloven dat er genieën zijn die het uit de lucht grijpen, dan moet je dat doen, maar dan ga je zelf nooit iets doen. Want het is niet waar. Schoonheid is proberen, knutselen, is slecht. Het is iets aan elkaar plakken en plots is er iets. En hej, godverdomme, dat is schoon! En dan krijg je allemaal mensen die zeggen wauw, hoe doet hij dat."
"De klassieke Rembrandt, Rubens, Bruegel, Ik kende die ook enkel van naam of van een schilderij of van een Sus en Wis. (...) Welke figuren wij allemaal tegengekomen zijn. Alleen Picasso is al om op je rug te gaan liggen en niet meer recht te staan. Wat hij allemaal gedaan heeft, hoe hij met kunst omging. Hoe dat als een aap uit zijn mouw kwam Hij kon praten en tegelijk hier wat hup-hup-hup denken en schilderen. Dat is gewoon waanzin, dat is briljant. Hoe meer je van die mannen ziet, hoe nederiger je wordt, hoe kleiner je je voelt. En dan gaan wij een voorstelling over die mannen maken. Wij. Wat moeten wij nu zeggen over die kerels?"
"Onze gesprekken gaan meestal over hoe we moeten spelen opdat het hele verhaal intrigerend of spannend is. Wat heeft het verhaal nodig? Heeft het een realisme nodig van een gesprek zoals wij het nu voeren? Of is het veel boeiender als we allemaal op ons hoofd gaan staan, aan het plafond gaan hangen en dan een gesprek voeren? "
"Wat is kunst volgens u?
Er zijn een hoop definities van. Herman Teirlinck had daar een mooie over vind ik. Allez,er zijn onnozel veel definities als er mensen zijn. Maar ik vind alleszins dat Teirlinck er een had die Het is iets van Ik ga proberen te citeren he. Het is ook mijn interpretatie Kunst is de poging om de ontroering van een wereldbeeld weer te geven. De poging om dat weer te geven. Dus eigenlijk, ik zie een boom en die ontroert mij en de poging om dat te communiceren maar een andere manier dan erover te vertellen, dat is kunst."
"Er waren een paar bij die jazz draaiden terwijl ze aan het schilderden waren. Ik kende niets van jazz. Dus heb ik een paar jazzplaatjes gekocht voor beginners. Miles Davis enzo. Man, dat is waanzinnig, dat is prachtig... (zucht) Echt geweldig mooi. Waanzin. Waanzin."
En de mooiste van allemaal:
"Want uiteindelijk, de schijn der dingen is natuurlijk dat het allemaal geen fuck voorstelt."
De dieren begroeten elkaar. Ik niemand. Niet echt. In de hof van Eden van het redeloos heden waarin de dieren zo mak en makkelijk treden in hun retinaal en joviaal verhaal houd ik mijn wintermuts op, mijn blinddoek.
Zij zitten veilig in sprookjes verborgen waarin ik alleen maar misbaar herken om morgen. In mijn verhaal heeft de eenhoorn zijn hoorn verloren en beloven de bomen niets goeds. Hooguit vruchten.
Soms denk ik dat ik in dierlijke kronkels zou moeten denken, bijvoorbeeld dat minnen geen vechten is of knechten of verzinnen en nooit een grap met een staalwollen baard.
Dieren, kinderen, zondagsschilders, dementen slurpen aan elkaar. Hun snot is hun liefste snoep. Zij vingerverven met poep. Had ik niet zo willen zijn, ooit, zonder vergelding, zonder versplintering?
Als ik denk dat ik moet denken zoals zij spelen in hun geblutst rondeel dan is het louter een vermindering. Vijf zintuigen teveel.
Citatenbui... Geeft me inspiratie voor persoonlijke schrijfsels.
Let me not to the marriage of true minds
Admit impediments. Love is not love
Which alters when it alteration finds,
Or bends with the remover to remove:
O no! it is an ever-fixed mark
That looks on tempests and is never shaken;
It is the star to every wandering bark,
Whose worth's unknown, although his height be taken.
Love's not Time's fool, though rosy lips and cheeks
Within his bending sickle's compass come:
Love alters not with his brief hours and weeks,
But bears it out even to the edge of doom.
If this be error and upon me proved,
I never writ, nor no man ever loved.
-Shakespeare, sonnet CXVI
C'est dingue comment ces moments supra-cons sont forts. Un truc qui
dure en tout et pour tout 12 secondes dans ta vie et qui te reste gravé
profondément pour tout le restant de tes jours. D'habitude, une
histoire d'amour dans un film ça s'arrête là, le mieux dans une
histoire, c'est de pas raconter la suite. Mais justement, ce qui est
intérressant, c'est la suite.
- 'Les poupées russes'
Het denkbeeld dat anderen in mij zagen, iemand die niet was zoals ik
mezelf kende; iemand die alleen zij konden kennen door me van buitenaf
te bekijken met ogen die niet de mijne waren en die me een uiterlijk
gaven dat voor mij altijd onbekend moest blijven, hoewel het toch echt
in me zat, het toch echt mijn uiterlijk voor hen was (een 'mijn' dus
dat mij niet toebehoorde!); dat anderen dus een leven zagen dat voor
hen het mijne was, waarin ik evenwel niet kon doordringen, dit
denkbeeld liet me niet meer met rust. Hoe moest ik deze vreemde in mij
verdragen? Deze vreemde die ik zelf was? Zonder hem ooit te zien?
Zonder hem ooit te kennen? Hoe kon ik verdragen om voor altijd
veroordeeld te blijven hem met me, in me mee te torsen, in het
gezichtsveld van anderen, maar ondertussen buiten dat van mij om?
- 'Iemand, niemand en honderdduizend' (Uno, nessuno e centomilla), Luigi Pirandello
"In Carnières bij Charleroi hebben een gepensioneerde wapenhandelaar in
Carnières, bij Charleroi, en een overvaller elkaar doodgeschoten. Het
parket van Charleroi blijft karig met inlichtingen."
...Te veel Charleroi.
't Wordt een leuke week! Toneel en woord, Loft gaan kijken, cocktailfeestje, Bromvliegrepetitie, Night of the Proms, theatervoorstelling (en misschien nog onverwachte dingen?). Yeah I like it.
Gisteren samen in de keuken. Muziekje op de achtergrond. Mama verse tomatensaus aan het maken, papa gehaktballetjes aan het rollen. Wij wat leerstof aan het bekijken, of toch poging tot.
Vandaag samen in de living. Openhaard brandt. Mama doet een dutje, papa bewondert het vuur. Wij wat aan het lezen, of toch poging tot.
Sinds eind augustus staat er een geweldig mooi tafeltje naast de vuilnisbakken. Te mooi om daar te blijven staan. Te mooi om door niemand gebruikt te worden. Dus vandaag is het het meesterlijk idee uitgevoerd: mijn giga lelijk metalen tafel is gewisseld tegen de andere. Niemand die het zou merken. Oh en wat staat het nu prachtig in mijn kot! Met een fruitmandje en mijn schattig lampignonnetje...
Wat kan een mens blij zijn met een tafel.
Drie uur later kom ik terug op mijn kot, verheugd om de ruimte opnieuw te zien nu het lelijkste der lelijkste tafels weg is.
Verbazing alom. Mijn metalen tafel, inclusief het papier 'laten staan! (van studio 11)' staat pal naast mijn deur, alsof het ding heimwee heeft gekregen en zelf terug is gehopt. Niet veel later klopt er iemand op mijn deur;
- hej schat, wat doet mijn tafel bij u? - ... *damn, faaaiil*
Tsjuh tsjuh tsjuh! Enkele wanhopige pogingen om de tafel toch te mogen houden, faalden. Helaas.
- Ooowh *zielig/teleurgesteld gezicht*, mag ik ze dan niet gewoon in bruikleen hebben? - Nee, ik ga ze buiten zetten bij mijn andere meubeltjes. - Buiten?! Maar maar maar die is toch veel te mooi om buiten te laten staan met het Belgisch strontweer?! - Neu neu ik ga ze wat inspuiten tegen de roest enzo.
Mijn meesterlijk idee was te mooi om waar te zijn. Snif.
Yvonne Kroonenberg, Alle mannen willen maar één ding:
"Je bent net een lekker roompuddinkje, zuchtte mijn minnaar. Verbijsterd kwam ik overeind. Een roompudding, de man had me een roompudding genoemd! Dat was nogal een schok."
Sommige mensen drukken hun hartstocht uit door liefkozende vergelijkingen te maken en bijnamen te geven. Ik heb daar een groot wantrouwen tegen. Misschien ontbreekt het mij aan romantisch voorstellingsvermogen, maar ik kan me niet onttrekken aan een akelige bijgedachte wanneer ik hoor dat een vrouw met poesje, duifje, kuikentje of zelfs kikkertje wordt aangesproken. Een poes heeft in het algemeen een zacht vel en sommige vrouwen hebben dat ook, maar ik associeer een duif met uitwerpselen, een kikker met een hoop lawaai, en een kuiken met een gebrek aan intelligentie (of, als het echt moet, met iets über schattigs).
Ook de meer gangbare benamingen zoals lieve schat, liefste of lieveling zijn niet altijd erg te vertrouwen. Ze duiden maar al te vaak op intense verveling of op een hele grote afwas die er nog staat. Als iemand me met liefste aanspreekt, betekent het dat die persoon mij verkiest boven al die andere lieve mensen. Dat is natuurlijk heel plezierig maar als het woord een paar maal is gebruikt, begint de betekenis dan niet te tanen? Met lieveling en schat is het al net zo. Alleen ergernis en misprijzen doen het uitstekend tegen een decor van dergelijke woorden. "Lieverd, wil je me even een koffie brengen?", "Schat, zet die televisie nu eens uit". Of nog enger: "Schat, ik wil even serieus met je praten." Ga dan alvast maar panikeren. Lammetje, hondje, varkentje, snoepie, moppie, lekkers, maar het kan nog erger. Er bestaan vrolijke koppels waar ouders elkaar poepie of zelfs poeps noemen. Voor de afwisseling zeggen ze ook wel eens scheet of drol tegen elkaar. Of dit als minder liefdevol geldt dan poepie weet ik niet.
Dieren zijn er genoeg en ze kunnen zo gluiperig, stom of stekelig niet zijn, met een verkleinende toevoeging brengen ze de grootste tederheid tot uitdrukking. Bevalt het dierenrijk niet meer, dan is er de provisiekast of desnoods de scatologie. Moeten we het dan behouden tot de naam die we bij onze geboorte krijgen? De naam, door je ouders gegeven in de hoop dat je net zo bevallig, dapper of geestig zult worden als je naam weergeeft? Met de juiste intonatie kun je een ander laten weten dat je van mening bent dat het goed gelukt is, dat je die naam eer aandoet. Het kan bovendien soms prachtig klinken.
---Of... laten we het houden bij welgemeende troetelnamen, die we op een gepast moment en vooral niet meerdere keren per dag gebruiken. 'Mijn lief' blijft mijn persoonlijke favoriet. <3
Zo. Hier zit ik dan. Of lig, beter gezegd, in mijn bed met mijn laptop op schoot, verliefd starend naar mijn Heppie poster. Het is zondag twaalf oktober en voor het eerst sinds ik op kot ben, schrijf ik weer een blog. Desalniettemin (cool woord) zal dit een vluchtig schrijfsel worden want de batterij houdt het niet lang meer uit.
Sleutel zoeken. Baf. Een paar stappen. Baf. Een paar stappen. Slot zoeken. Baf. Na drie weken een zuivere routine.
Drie weken. Drie weken die werkelijk voorbij gevlogen zijn en veel te snel naar mijn zin zijn gegaan. Drie weken grotendeels gevuld met plezierig gedoe, film en theater, cafébezoekjes hier en daar en natuurlijk ook met (al dan niet boeiende) colleges. Wijn drinken aan de Schelde in 't midden van de nacht, de epic walk langs de leien, gratis ontbijt in 't Drijvend Vlot, beetje zat worden en er té lang over doen om de kotsleutel in het slot te krijgen,... Life's good.
En met good bedoel ik echt Good. Het kotleven is... zalig! Voorlopig toch nog. Voor het eerst voel ik me een echte student. Jep, ik ben een gelukkig wezen.
Trefwoord: zalig Synoniemen: dronken
Trefwoord: dronken Synoniemen: beneveld, beschonken, bezopen, in de lorum, in de olie, kachel, keil, ladderzat, lazarus, sikker, teut, tipsy, toeter, toeterzat, topzwaar, zalig, zat
Het synoniemenwoordenboek sprak.
En in het vooruitzicht? Eerst en vooral... de doop. Een ervaring die -later- ongetwijfeld een gelukzalige glimlach op m'n gezicht zal toveren. Van verschillende doopmeesters heb ik al menige tips en geruststellingen gekregen, ik vraag me af of ze dinsdag zo vriendelijk voor me zullen blijven. De dag erop heb ik een kotfeestje waarbij ik eindelijk mijn 26 medebewoners zal leren kennen. En nadien is er het Cultuurhok, de TD, audities van de Bromvlieg (die repetities beginnen dan ook weer, hoeray hoeray!).
Maar ik neem afscheid van u, lezer, en van deze blog. Liggend in mijn bed met mijn laptop op schoot, inclusief nog voldoende batterij, verliefd starend naar mijn Heppie poster.*