Een mooie kuipplant is de Agapanthus
of Afrikaanse lelie, maar opgelet deze is niet winterhard. Vóór
de eerste vorst zet je de plant dus best binnen of als hij in volle grond
staat, graaf je hem best op.
Wij hebben de blauwe en witte soort.
Vermeerderen kan door zaad op te
kweken of de plant te scheuren.
Reken na zaaien in een pot evenwel op
6 weken voor de eerste kiemplantjes hun kop boven de aarde steken en tel daar
nog 3 à 4 jaar bij voor een volwassen plant met bloemen.
Als je de plant wil verpotten let dan
op dat je de wortels niet beschadigd. Mijn agapanthussen staan allemaal in een plastiek pot die ik
openknip met een snoeischaar.
De bloeitijd situeert zich in de
maanden juli en augustus en van de uitgebloeide bloemen neem ik zaad dat ik
uitdeel aan vrienden of familie.
Je zet de plant best niet in de volle
zon, halfschaduw is ok.
Witte Agapanthus in detail. Blijkbaar zijn de bloemen zowel geliefd door bijen als door vliegen.
Iedereen die al eens naar een
zuiderse bestemming op reis is geweest (o.a. de landen aan de Middenlandse zee) heeft al kunnen kennis maken met de weelderige bloei van
oleanderstruiken. Je vindt deze daar niet alleen bij particulieren in de tuin,
maar ook in parken en langs de openbare weg. Worden deze te groot, dan snoeien
ze de struiken gewoon tot tegen de grond weg en de plant groeit weer aan. Hier
kunnen we in België alleen maar van dromen.
Wij hebben op onze reizen meermaals
scheuten meegebracht en deze bij ons opgekweekt. Op een bepaald ogenblik
hadden wij een twaalftal verschillende soorten zowel qua kleur, als qua vorm
van bloem. Tijdens de winterperiode sneuvelen er echter wel altijd één of
meerdere planten.
Alhoewel een oleander een mediterrane
plant is kan een volwassen exemplaar tegen lichte vorst (tot -5 ° C). Vriest
het harder dan moet je deze een ander onderkomen geven (bijvoorbeeld in een
tuinhuis, garage, e.d.m.) of inpakken en ergens onder een afdak plaatsen.
Wij vermeerderen onze oleanders door
scheuten te nemen.
We zetten deze scheuten met hun
voeten in water (zie foto hierna) en na een paar weken ontstaan er kleine
worteltjes.
Nadien planten we deze scheuten uit in speciale potgrond.
Blijkbaar kun je de plant ook
vermeerderen door het nemen van zaad (zie de zaaddozen die laat in de zomer ontstaan op de plant), maar de kans op slagen
is gering.
Oleanders staan graag in volle zon en in de nabijheid van water. Bij deze ideale omstandigheden bloeien ze rijkelijk.
Als bemesting geef ik in de maand april of mei gedroogde koemest.
Oranje volle bloem
Roze volle bloem
Lichtoranje
Wit met geel hart
Volledig witte bloem
Opgelet!
Alle delen van de oleander zijn giftig! Na het verwijderen van de zaaddozen, het wegsnoeien van verdroogde takken of het nemen van scheuten was ik steeds zorgvuldig mijn handen met water en zeep.
Als je geluk hebt, kweek je op een paar jaar zo'n een grote plant.
Enig probleem is zo'n pot stockeren voor de winter
Een mooie voortuin moet
voorbijgangers of bezoekers prikkelen om ook de rest van de tuin te willen ontdekken.
Natuurlijk is het niet de bedoeling om ongewenste gasten te lokken of dieven over
de vloer te krijgen 😊
Onze voortuin heeft
sinds 1986, het jaar dat wij ons huis lieten bouwen, wel al een aantal
veranderingen meegemaakt, maar het overgrote deel van deze tuin is toch intact gebleven
of aangevuld met nieuwe beplanting.
Een lange taxushaag
(Taxus Baccata) zorgt voor de nodige afscheiding met de straatkant en de buren
links van ons.
Ik had wel al van de naam gehoord,
maar kende de bloemen niet tot we tijdens een uitstap met de Volkstuinen van
Geraardsbergen in 2015 de tuinen van Engeland bezochten.
Groot was mijn verbazing toen ik deze
mooie bloemen aanschouwde in de cottagetuinen van Leeds Castle (zie foto's hierna).
Bij thuiskomst zocht ik direct een
teler op waar ik deze bloemen kon bestellen en sindsdien hebben wij ook enkele
exemplaren in onze tuin.
Ook in volle natuur tref je Akelei
aan. Tijdens een wandeling in de Ardennen, in het dorpje Petit-Han (nabij
Durbuy) troffen wij langs een pad, midden een bosrijke omgeving, ook enkele
exemplaren aan.
Spijtig dat dahlia's geen vaste
planten zijn. Je moet dus elk jaar de knollen uit de grond halen en vorstvrij opbergen. Enkel na een zachte winter kan je soms geluk hebben dat een plant die je vergeten op te graven hebt, toch opnieuw de kop opsteekt en voor nieuwe bloemen zorgt.
Geen enkele bloem heeft zo een verscheidenheid in kleur en vorm als een dahlia en vlinders en bijen zijn er verzot op.
Ik heb de knollen een paar jaar na
elkaar proberen te overwinteren, maar elk jaar mocht ik er een aantal weggooien ook
al verzorgde ik de knollen tot in de puntjes vooraleer vorstvrij te bewaren.
Hierboven een wit exemplaar.
Opbrengst van één dahlia knol.
Rood en geel dat zijn de kleuren van ... jewel
In duplo.
Mooi hé?
Vuurrood. Een echte rode duivel. Ik voel de passie al opborrelen
Mijn besluit staat dus vast. Ik koop
liever elk jaar nieuwe exemplaren en geniet dan ten volle van een bloemenpracht van nieuwe soorten.
Het
stuifmeel laat ik aan de gevleugelde dieren over.
Hieronder een vaas met hoofdzakelijk dahlia's. Leuk plaatje toch?
Ik ben Erik Dhaeyer, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Nonkel Erik.
Ik ben een man en woon in Galmaarden (België) en mijn beroep is gepensioneerd preventieadviseur.
Ik ben geboren op 26/09/1957 en ben nu dus 67 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, reizen, wandelen, fotografie, lekker uit eten gaan, ....