Ik ben Verhelst Rony
Ik ben een man en woon in Dendermonde (Belgie) en mijn beroep is Constructie lasser.
Ik ben geboren op 16/05/1969 en ben nu dus 56 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: .
Dit is het Blog van mijn overleden vader Verhelst Albert wat ik nu verder zet ...
Een der voornaamste straten van Dendermonde, waar iedere maandagmorgen enkele honderden stuks vee werden verkocht. Vroegere namen voor deze straat waren : Veemarkt, Kauwenberg, Savaanstraat maar sinds 1930 werd de straat Emiel Van Winckellaan genoemd.
In de tiende eeuw werd op de plaats van het huidige Justitiepaleis een burcht gebouwd door de Vrijheren.
Op de zelfde plaats werd later een citadel opgetrokken (ca 1590), men noemde deze het "Niew Kasteel" of het "Spaans Kasteel".
Na het Spaans Kasteel werd hier het Leenhof en de Hoofdschepenbank van Dendermonde gevestigd. In 1660 werden deze gebouwen ingenomen door de Karmelieten en later in 1797 omgevormd tot de "Tempel der Rede". In de kloostergebouwen vond de Academie voor Schone Kunsten onderdak, de kloostercellen deden dienst als gevangenis, alsook voor opslag van wapens. Achter het muurtje naast de deur van het depot ligt de Visgracht, een overblijfsel van de vroegere Dender. Dit is een van de laatste foto's die genomen werden van het toenmalige Justitiepaleis met neoklassieke gevel (ca 1885).
Gerechtshof en militair depot, meer gelijkend op een kerk dan op een burgerlijk gebouw, de voorgevel in neogotische stijl heeft een uitspringend gedeelte. In de eerste Wereldoorlog werd het hele gebouw met de grond gelijk gemaakt door duitse beschietingen, later in 1927 is het huidige Justitiepalijs opgetrokken. Merk op dat de Visgracht hier reeds verdwenen was (ca1900).
De Steenpoort of Gentse Poort, Tweemaal vernield tijdens de oorlogen tussen Dendermonde en Gent, heropgebouwd door Philips De Stoute in de veertiende eeuw.
Op de plaats van de Steenpoort, afgebroken in 1782 onder Jozef II, werd onder Willem I in 1824 de Gentse of Appelse Poort gebouwd.
Links merk je de buitenpoort met ophaalbrug en in het midden de binnenpoort, na de brug over de buitenforten volgde een kromming om de vijandelijke ruiterij te hinderen bij het chargeren.
Een gezicht op het bolwerk met schietgaten, ophaalbrug en dijken.
In augustus-september 1914 werd door het Belgisch Leger het monumentale hoofdgestel van de Gentse binnenpoort weggebroken, omdat de gebarsten bovenbouw gevaar had kunnen opleveren voor zware konvooien met oorlogsmateriaal. Het stadsbestuur liet de resten van de poort in 1916 totaal slopen. Links en rechts van de weg naar Appels werden de landerijen van het Krijgem omgevormd tot eenvoudige vliegvelden. ___________________________________________________
Voorbij de Donkstraat lag de "Helleput", waarover verscheidene sagen in omloop waren, onder andere : Een koster van de O.L. Vrouwekerk ging voor de middernachtmis van Kerstmis een ongewijde klok luiden, een zwarte hond was hem ongemerkt gevolgd tot op de toren, daar werd de hond plots een duivel die in een gloed van solfer en vuur met de klok wegvloog en deze in de Helleput wierp. 's Anderendaags vond men de koster verhangen op de plaats waar de klok had gehangen. Om middernacht komt er een siddering over het water van de Helleput en hoort men diep klagende geluiden opstijgen. Rond de O.L. Vrouwekerk loopt dan een zwarte hond, "Kledde", met slepende ketenen en teistert wie nog buitenloopt. Ouderen vertelden zulke verhalen door, ik weet niet of ze er zelf in geloofden.
Oude Vest gezien vanaf de Brusselsestraat, op de achtergrond ter hoogte van de Lindanusstraat ligt de Palingbrug of Houten Brug, ook wel 't Klein Brugsken genoemd.
De typische volkswijk met links van het kanaal de Nieuwstraat en rechts de Oude Vest. (zicht vanaf de Brusselsestraat)
Oude Vest zoals het er uitzag tot het jaar 50 van vorige eeuw, op de achtergrond de Brusselsestraat, links van het kanaal de Oude Vest en rechts de Nieuwstraat deze laatste komt via het Hoornstraatje in de Brusselsestraat terecht.
We kijken hier in de richting van de Brusselsestraat, aan de linker kant de Oude Vest en rechts de Nieuwstraat. Deze foto werd genomen in de tweede helft van de jaren 40 vorige eeuw, de plannen om deze waterloop te dempen werden toen concreter.
Aan het einde ging de Oude Vest over in Mechelsestraat deze maakte een bocht in de richting van de Mechelse Poort. Achteraan de waterloop zien we vaag het sas dat doorgang geeft tot de Schelde.
Brusselse Poort in de dertiende eeuw, vernield tijdens het beleg door de Prins van Parma.
De aflossing van de wacht aan de Brusselse Poort bracht steeds een aantal kijklustigen op de been. Achter de soldaten, de twee wachthuizen waartussen doorgang was naar de ophaalbrug over de binnenforten.
Dendermonde was een garnizoenstad omgord door vestingen. Rechts ligt de eerste ophaalbrug over de buitenforten, links over de binnenforten de nog bestaande stadspoort uit de Hollandse tijd (1882). Een gdeelte van de forten vooraan verdween 1909 alsook de eerste ophaalbrug.
Een venter heeft bij de inkom van de stad zijn koopwaar op een kruiwagen uitgestald en wil zo aan de kost komen. De officier te paard bewaakt plichtsbewust de toegang tot de stad.
Ter vervanging van de Gendarmerie op de Vlasmarkt werd ca. 1875 een nieuwe Rijkswachtkazerne opgericht aan de Leopold II-Laan. Voorbij de kazerne staat het "Ros-Beiaardkot" of het "Zwart Magazijn", waar attributen voor de Ommegang werden bewaard.
Leopold II-Laan ter hoogte van de Brusselse Poort, duidelijk zichtbaar de bemanning van de wachtlokalen. De dubbele woning achter de kinderen is nu nog steeds in onveranderde staat.
Hoek van de Leopold II-Laan en de Lindanusstraat, het grootste gedeelte van deze huizenrij is in 1914 Platgebrand. Links ook nog een gedeelte van een toenmalige elektriciteitkabine.
Hoek van de Leopold II-Laan en Lindanusstraat, de straat werd als verbinding aangelegd tussen de Oude Vest en de Leopold II-Laan. (ca. 1884) Aan de rechterkant was de textielfabriek "La Dendre", in de volksmond beter gekend als het "Katholiek Fabrieksken".
Hoek van de Leopold II-Laan en St.-Jacobsstraat, vroegere naam was Elsstraat, maar de herbergnaam "St.-Jacob" gaf aanleiding om de straatnaam te veranderen in St.-Jacobstraat, beter bekend als "Magazijnstraatje" of "Prisonstraatje". In 1857 werd hier immers een nieuwe gevangenis opgetrokken ter vervanging van deze gevestigd in het Justitiepaleis.
In 1923 werd langs de Leopold II-Laan een betonnen watertoren opgericht, dit om de stad te voorzien van moderne waterbedeling.
Een van de eerste spoorwegen was in 1837 de lijn Mechelen - Dendermonde, de stoommachine van de eerste trein die het station binnenliep werd gedoopt met de naam "Ros Beiaard", voor die gelegenheid is toen ook het echte Ros van stal gehaald. Het station overleefde W.O. I, maar in mei 1940 werd het evenwel in de as gelegd.
Op perron 2 wacht de rechtstreekse trein naar Gent terwijl de reizigers poseren aan de burelen van stationoverste.
Prachtig gezicht op het houten station van Dendermonde waar rond 1900 een hele reeks treinen aan de perrons op hun vertrek wachten.
Nadat in 1940 het houten station op bevel van de stationchef in brand was gestoken, liet de Duitse overheid een nieuw station optrekken. Deze foto geeft een goed beeld van de stijlvolle en sobere realisatie, die inmiddels als monument is beschermd.
Samen met het houten stationsgebouw werd rond 1880 ook een houten arsenaal en een goederenloods gebouwd. Dit gebeurde omdat binnen de 'limieten' van de vestingstad, er enkel houten gebouwen mochten worden gezet, zodat deze in oorlogstijd snel gesloopt konden worden.
De achterzijde van het riante station van de "Chemin de fer de Dendre et Waes" op de Bruynkaai, gebouwd rond 1854 op de privaatlijn Dendermonde - Lokeren. Deze lijn is later overgenomen door de N.M.B.S. Het gebouw verdween bij het aanleggen van de Noordlaan.
Brusselsestraat ter hoogte van het Heldenplein, gezicht in de richting van het station. Verderop rechts ligt de Molenberg.
Brusselsestraat ter hoogte van het Heldenplein, gezicht in de richting van de Grote Markt.
Brusselsestraat richting station, tussen de twee huizen links met puntgevel en het witte huis met lantaarn aan de voorgevel loopt het Hoornstraatje, dit sluit verder aan met de Nieuwstraat (Oude Vest). Rechts voor het huis met tapgevel zien we de Sint-Rochusstraat.
We kijken in de richting van de Grote Markt ter hoogte van de Zwyvekekerk (St-Gillis binnen). Het zwarte uithangbord (rechts) was fotograaf A. De Gendt.
Zoals andere omliggende gemeenten, werd Dendermonde geregeld geteisterd door overstromingen. Bij de hoge waterstand van 21 maart 1961 liep het water over de sluizen van de Dender. Het torentje van de sluis staat er nu nog steeds op de parking naast de Schelde, daar het nooit verplaatst werd is het een goed orientatiepunt.
Het Museum was aanvankelijk bedoeld als Vleeshalle, later werd er de Lakenhalle en het Schepenhuis in ondergebracht, de rococotrap aan de voorgevel werd in 1771 aangebouwd en in 1898 is deze weer verwijderd. Het is een der weinige historische gebouwen die gespaard bleven in W.O. I.
Hier werden ook de eerste lessen van de pas opgerichte Muziekschool gegeven van 1875 tot 1899, later werd deze zaal ingericht als Museum.
Een eerste Museum was ingericht in het stadhuis, in 1899 werden de verzamelingen overgebracht naar de eerste verdieping van de vroegere Vleeshalle.
Na de vernieuwing van de noordergevel werd in W.O. I de aanpalende huizenrij totaal vernield door Duitse beschietingen en brandstichtingen, alsook het toenmalige Justitiepaleis.
Op de foto onder zien we de westelijke gevel van het Museum, deze is praktisch intact gebleven de noordelijke daarentegen is in 1889 grotendeels vernieuwd.
Algemeen gezicht op de Grote Markt in de late jaren van 1800.
Het ijzermagazijn van De Lentdecker toen nog op de Grote Markt, er vlak naast Het Vaderland, de opschriften en uithangborden waren toen nog vaak in het Frans. Aan de linkerkant de Textielwinkel van A. De Decker-Bijl, twee huizen verder het Duitse Soldatenhuis.
Aflossing van de burgerwacht op de Markt, de verlichting gebeurde toen nog met gaslantaarns.
Een hoekje op de Grote Markt, foto uit 1899 paard en kar waren toen nog een vertouwd beeld.
Luchtfoto uit 1967.
Luchtfoto uit 2004, op de achtergrond de gedempte Dendermonding.
Visgracht op het Justitieplein en stadhuis met barokke zijgevel in 1889. De Visgracht was een overblijfsel van de Dender, oorspronkelijk splitste de Dender zich daar in twee om een paar hondertal meters verder weer samen te vloeien en zodoende een eilandje te vormen, waarop bij het ontstaan van Dendermonde een burcht werd gebouwd.
Op de voorgrond links de voormalige Gevangenis en Krijgsdepot, op de kaai van de Visgracht werden allerhande goederen geladen en gelost.
Het Justitieplein was toen ruimer dan nu omdat de Dender meer oostwaarts lag. In de zijpoorten van het stadhuis was het Brandweerarsenaal. Merk dat de Visgracht hier reeds was verdwenen.
Bij al deze verwoestingen komt op 16/17 oktober zich nog het gerechtshof met aanpalende krijsdepot en het arsenaal voegen toen, door een onvoorzichtigheid van aldaar gekazerneerde soldaten, dit complex in de as wordt gelegd. Gelukkig heeft men enkele dagen voordien de archieven van de rechtbank veiligheidshalve naar Gent laten overbrengen. Zo bleven toch de dubbels bewaard van de registers van de Burgerlijke Stand van het gerechtelijk arrondissement Dendermonde. De resten van het gerechtshof werden tot gelijk met de grond afgebroken, terwijl het stadhuis terug werd opgebouwd. In 1927 werd het huidige justitiepaleis ingehuldigd.
Grote herstellingen aan de O.L. Vrouwekerk in 1905 hier nog met stompe toren.
Tot 1785 was rond de O.L. Vrouwekerk een kerkhof, dit werd verplaatst buiten de Brusselse Poort (St-Gillis). In de tweede helft van de 19de eeuw werd dit kerkhof te klein en kocht de stad gronden buiten de Gentse Poort voor een nieuw kerkhof (Appels).
Aan de O.L. Vrouwekerk was in de jaren 20 vorige eeuw ook de botermarkt, elke maandag verkochten boerinnen hun zelfgemaakte boter.
Achter de kerk loopt de Nachtegaalstraat, hier was tot 1875 een open gracht,rechts in de straat was sinds 1910 ook een ijsfabriekje.
Luchtfoto midden de jaren 60 van vorige eeuw, zicht op de O.L. Vrouwekerk zonder torenspits dit ten gevolge van stormschade.
Metalen draaibrug tussen de Grote Markt en de Vlasmarkt (toen Koornhaard), met loopbrug voor voetgangers.
Denderbrug gebouwd rond 1890.
Vak na de verwoestingen van W.O. I werd een stuk Dender rechtgetrokken, we zien hier een voorlopige noodbrug aangelegd door de Genie, dit in afwachting van een ijzeren ophaalbrug.
Metalen ophaalbrug, aangelegd in de jaren 20 vorige eeuw.
Op 4 juni 1966 bracht koning Boudewijn een bezoek aan Dendermonde. Hij werd verwelkomd door burgemeester William Bruynicx, het was een unieke gebeurtenis op een prachtige lentedag.
De Torenstraat (nu ook Brusselsestraat) was de verlenging van Brusselsestraat, men zou kunnen stellen dat de Torenstraat vanaf de St-Jacobsstraat tot de Vlasmarkt gelegen was. Zicht naar de Koornaard toe (nu Vlasmarkt).
Torenstraat gezien vanaf de Vlasmarkt, vooraan in de straat "De Grand Bazar", was werkelijk zijn naam waardig je kon er zowat alles kopen van speelgoed over keukengerei naar sierstukken.
Torenstraat gezien vanaf de St-Jorisgilde, in het eerste hoge witte huis drukte Du Caju het weekblad "De Onpartijdige".
Gezicht op de Vlasmarkt (Koornaard) vanuit de Torenstraat, in het midden van de foto het huis onderaan donker en de twee bovenverdiepingen wit, was het ijzermagazijn van De Lentdecker dit verhuisde later naar de Grote Markt.
De Halfoogst-processie van 15 augustus 1952 komt aan op de Vlasmarkt.
Van 1823 tot 1827, onder Hollands bewind, werd deze metalen draaibrug over de Schelde gelegd. Het was in Dendermonde de eerste brug op stenen pijlers.
Na ongeveer 70 jaar werd een nieuwe brug over de Schelde geslagen.
Deze nieuwe brug werd meer stroomafwaards gelegd tussen de Veerstraat en de Gauweg, op de achtergrond staan de woningen van de brugdraaier.
Op 25 juni 1899 hadden Scheldefeesten plaats en werd de Scheldebrug plechtig geopend. Ter dezer gelegenheid deed het Ros Beiaard zijn ronde in de stad.
Toen in W.O. I het Belgisch leger Dendermonde uitvluchte hebben deze de brug opgeblazen. In 1916 kwam een vaste, houten noodbrug klaar, door de Duitsers gebouwd, die merk je op de achtergrond, versierd met de Duitse vlag.
De Duitse houten noodbrug van 1916 werd later geconstrueerd als ophaalbrug, ze was niet erg stabiel maar deed toch dienst tot 1950.
In 1933 werden de werken gestart voor een nieuwe Veerbrug, met behulp van een nu primitief overkomende kraan en heimachine goten enkele arbeiders een zware betonnen sokkel.
In mei 1940 werd de pas voltooide Veerbrug alweer vernield door een bombardement uitgevoerd door Duitse Stuka's. Pas in 1950 was een andere brug klaar en kon men de Duitse noodbrug uit 1916 afbreken.
Inhuldeging van de nieuwe Scheldebrug op 15 juli 1950, lokale en regionale personaliteiten liepen als eersten over de indrukwekkende stalen balansbrug.
Later was het de beurt aan een eindeloze reeks Dendermondenaars en aan een stoomtrein om de overtocht richting Grembergen te maken. Deze brug zou amper dertig jaren in gebruik blijven.
Zicht van de opgehaalde brug, het was een balansbrug met aan de ene kant het wegdek en daartegenover een enorm tegengewicht.
Luchtfoto van de Scheldebrug en verder de Denderbrug (1965).
Panoramische beelden van de uit 1950 daterende metalen brug (boven) en de nieuwe betonnen Scheldebrug. Deze laatste werd begin jaren 80 van vorige eeuw in gebruik genomen.
Foto's genomen op het einde van de jaren '60, toen werd de verbinding gemaakt tussen de Veerbrug en de Gentsesteenweg. Door de aanleg van de Noordlaan verdween het vroegere station van de private lijn Dender en Waes (zie station).
Kruispunt van de Leopold II Laan met de Oude Vest (links) en de Mechelsesteenweg (rechts), op de achtergrond de Dender en Scheldebrug. Rechtsboven de werken aan de nieuwe betonnen brug in het midden van de jaren tachtig.
LUCHTFOTO GENOMEN NA DE VEWOESTING VAN DENDERMONDE IN WO. I.
1. Vernielde Scheldebrug met ernaast de Duitse noodbrug. 2. Privaat station van Chemin de fer de Dendre et Waes. 3. Nieuw sas. 4. De Dender was nog niet rechtgetrokken. 5. Vernield Stadhuis en Grote Markt. 6. Vredegerecht werd verder afgebroken. 7. Brug tussen de Vlasmarkt en de Grote Markt. 8. Brug over de Oude Vest aan de Lindanusstraat naar de Nieuwstraat. 9. Brug tussen de St-Jacobsstraat en de Veerstraat over de Oude Vest. 0. De Vestingen.
Achteraan de Dender merk je de spoorwegbrug van het nieuwe sas, rechts van de brug vaag het huis van de spoorwegbediende.
De spoorwegbrug met ervoor het sas de vloeddeuren en het huis van de sasmeester, linksboven de huizen van de Kasteelstraat.
Links een gedeelte van de Vestinggordel met twee gemetselde torentjes waarvan eentje nu nog bestaat. Op de achtergrond de vloeddeur en de huizen van de Papiermolenstraat, aan het sas waren ook steeds vissers druk doende met de kruisnet. Het kunstwerk werd op 22 september 1878 ingewijd en werd gevierd met een Ros Beiaardommegang.
Zicht vanaf de spoorwegbrug.
Nieuw sas gezien vanaf de Schelde, achter de sasdeur is de splitsing van de Dender en de Oude Vest. Op de achtergrond de huizen van de Papiermolenstraat.
Rammelaar, naam van de beek die het verlengde was van de Oude Vest en liep vanaf de Brusselsestraat tot aan den Biër en monde uit in de Dender.
Onderaan rechts het stenen muurtje was de sluis op de Begijnhoflaan, in de verte zijn de huizen van het sas zichtbaar en de toren van de O.L. Vrouwekerk.
Overblijfsel van de sluis op de Begijnhoflaan.
Voorbij het sas richting Zwijveke kwam de beek van de Rammelaar in de Dender.
De Bogaardsbrug met heel in de verte op de achtergrond (rechts) de spoorwegbrug van het Nieuwe Sas.
Rechts van de Bogaardsbrug hoge platanen op de oever van de Kasteelstraat.
In 1940 dynamiteerden terugtrekkende Belgische en Engelse troepen de bruggen van Dender en Schelde, dit met de bedoeling de scheepvaart onmogelijk te maken. Ook de betonnen voetgangersbrug aan de Bogaardsbrug gebouwd in 1929 over de Dender moest er aan geloven.
Duidelijk zichtbaar op twee bovenstaande foto's het riante station van de "Chemin de fer de Dendre et Waes" op de De Bruynkaai, gebouwd rond 1854 en verdwenen rond 1965 voor de aanleg van de Noordlaan. De private spoorlijn Dendermonde-Grembergen-Zele-Lokeren werd aangelegd in 1851-52.
De Duitse houten noodbrug van 1916, geconstrueerd als ophaalbrug daverd en waggelde en ratelde over heel haar lengte als er een trein overreed, ze deed evenwel dienst tot 1950. De Duitsers noemden de brug "Herzog Von Würtenbergbrücke".
Op de plaats waar de mensen poseren, is momenteel de oprit van het Viaduct aan Dendermondse kant. De huizenrij staat er nog steeds wel in licht veranderde vorm, de spoorwegovergang op de achtergrond werd overbodig door de aanleg van het Viaduct, zodoende werd de weg naar St-Gillis afgesloten.
De St-Gillislaan naast het Viaduct achteraan afgesloten maar gaf vroeger rechtstreekse verbinding met de Brusselsestraat. De huizen over de spoorlijn rechts zijn deze van voorgaande foto.
De oorsprong van Dendermonde bevond zich buiten de stadskern, meer bepaald op de gronden van de Zwyvekekouter in de huidige gemeente St-Gillis, waar achtereenvolgens een Gallo-Romeinse en een Frankische nederzetting ontstond. In de 7de eeuw werd daar een kerk en later een klooster gebouwd. (Oud Klooster in de Boonwijk)
Dendermonde in 1375.
De vroege geschiedenis. In het midden van de 10de eeuw werd een nieuwe definitieve vestingplaats gekozen aan de monding van de Dender. Waar zich thans het Justitiepaleis bevind, verrees een burcht. Daarnaast werden er eveneens wallen ter verdedeging van rivier en stad aangelegd. Precies met het oog op de verdedeging van de stad werd op het einde van de 10de eeuw of in het begin van de 11de eeuw het land van Dendermonde opgericht, en aan de eigen Heren toevertrouwd. De eerste Heer van Dendermonde die we met zekerheid kunnen aanwijzen, is Reingoot I de Kale, uit het stamhuis der Kasteleinen van Gent (tweede helft 11de eeuw).
De strategische ligging op het knooppunt van belangrijke wegen naar Mechelen, Brussel, Aalst en Gent en aan het Scheldeveer naar het land van Waas maakte van Dendermonde al snel een belangrijke stad. De stad werd bovendien steeds verder uitgebreid, m.n. op de rechter Denderoever, eerst tot aan de Torregracht (die nu geheel overwelfd is), en later tot aan een nieuw uitgegraven gracht die men het Vestje noemde. Rond 1200 had de laatste belangrijke uitbreiding plaats : een deel van Zwyveke (nu de binnenparochie van St-Gillis) werd bij de stad ingelijfd. In 1233 ontving de stad haar vrijheidskeure uit de handen van Robrecht van Béthuwe, Heer van Dendermonde.
Een eerste Begijnhof werd gesticht kort na 1259 achter de St.- Gillis kerk, de resten van dat Begijnhof zijn te vinden in de Nijverheidsstraat en ingericht als museum. De religieuze gemeenschap verhuisde in 1288 naar de huidige definitieve plaats. Het smalle steegje in de Brusselsestraat recht over de Oude Vest is de ingang van het Begijnhof en is vrij toegankelijk.
De Begijnhofkerk, gebouwd in 1599 brande in 1914 af, een nieuw kerkje werd gebouwd in 1928 en op 28 juni 1929 ingezegend.
Zicht op de huisjes die indertijd bewoond werden door de Begijntjes.
We zien hier enkele opnamen van het centrum van Dendermonde na de eerste beschietingen in 1914, de Duitse belegering werd de stad noodlottig, in de volgende dagen volgde nog meer vernieling en brandstichting. 4 September 1914 eerste beschieting op Dendermonde rond 04.30 's morgens. Een zwaar bombardement vangt aan rond 16.15 uur. Het vuur is gericht op de linkeroever van de Schelde, maar tegelijkertijd worden ook zowat alle torens beschadigd. De toren van de O.L.-Vrouwkerk wordt nogmaals geraakt, evenals het ranke torentje van het vleeshuis. Rond 17 uur slaat ook een obus in tegen het sierlijke belfort. De houten spits vliegt vrij snel in brand en stort brandend naar beneden, deels op het dak van het stadhuis en deels op de Grote Markt. Het is tien na vijf als het drama zich voltrekt, met hels geraas stort het belfort naar beneden, in zijn val de mooie 18de-eeuwse beiaard met zich meeslepend. Enkele klokjes overleven de ramp, doch slechts één bleef tot op heden bewaard. De grote klok, die na de opruimingswerken naar het museum verhuisde, werd op 25 januari 1918 nog door de Duitsers opge- ëist om gesmolten te worden.
Met dank aan René voor deze tekst.
De Kerkstraat na de eerste beschietingen van de stad, aan het eind van de straat het oude gerechtshof nog onbeschadigd. Het gerechtshof was heelhuids uit de beschietingen en brandstichting gekomen. Er is later brand uitgebroken door onvoor- zichtigheid van de Duitsers die het gebouw in gebruik hadden genomen.
De Koornaard, gedeeltelijke vernieling.
De Brusselsestraat, uiterst rechts de Sint-Gillis of Zwyvekekerk.
De zijgevel van het stadhuis, duidelijk zichtbaar de toenmalige brandweerkazerne, deze was toen gevestigd op het justitieplein.
Koornaard (Vlasmarkt), na de eerste wereldoorlog werd het standbeeld van Prudens Van Duyse verplaatst naar de Franz Courtensstraat, dit omdat de Koornaard moest worden opgehoogd. In 1994 kwan het beeld terug op zijn oorspronkelijke plaats terecht.
Plaats onbekend.
Plaats onbekend.
Plaats onbekend.
___________________________________
Drie bovenstaande foto's zijn met zekerheid genomen te Dendermonde, indien iemand de plaatsen kan lokaliseren vernemen we dit graag, Met dank aan Johan Vanderheyden.
Gedurende de eerste wereldoorlog heeft Dendermonde enorme schade opgelopen door beschietingen en brandstichting, volgende foto's tonen aan hoe erg de toestand van de stad wel was.
De Kapucienen hadden zich in 1596 te Dendermonde op de Korenaard gevestigd, in 1626 bouwden ze er een kerk, deze werd ingewijd in 1629. De Kapucienenkerk is in 1901 verdwenen en vervangen door St.- Pieters en Pauluskerk (Paterskerk op de Vlasmarkt). Tot over enkele jaren terug spraken oudere mensen nog van bij de kapucienen naar de mis gaan.
Het College was gelegen op de hoek van de Ridderstraat en de Beestenmarkt (E Van Winckellaan) tot aan het Guldenhoofdstraatje.
Het gedeelte in de Ridderstraat werd in 1860 door het Bisdom verkocht aan het stadsbestuur, de stad richte er vanaf 1861 een neutrale
stadsmiddelbare school in en op de tweede verdieping de tekenacademie.
het gebouw was in de eerste wereldoorlog zwaar beschadigd en werd gesloopt, het huidige gebouw van de vakschool V.T.I. aan de E. Van Winckellaan staat gedeeltelijk op de gronden van het toenmalige College.
De bekende volksfiguur Peke Rammekeszand alias Peterus Alexander (1849-1924), zoals hij ooit door een fotograaf vereeuwigd werd. Hij was een simpele ziel die aan de kost kwam door te leuren met wit zand en boodschappen doen.
Peke was een grote, stevige kerel met een karakteristieke kop, op zon-en weekdagen eender gekleed in een versleten jas en broek, op zijn houten blokken en een roodwit gebolde zakdoek over zijn muts of om zijn hals geknoopt. Als eeuwige vrijgezel verbleef Peke bij "Ons Nette" zijn zuster in de Nieuwstraat, langs het Vestje, hij liep zonder ooit maar één etmaal over te slaan, de stad en omgeving af, in elk deurgat roepend "Raaa, niks vandoen?".
Een van de echte volksbuurten, bekend om zijn rijen arbeiderswoningen uit de tweede helft van de 19de eeuw. Hier en langsheen de Oude Vest speelde zich een belangrijk hoofdstuk van het lokale volksleven af. De twee straatbeliuken van de molenberg (molenstraat) werden opgericht voor de arbeiders van de textielfabriek Gorus-De Block. Achteraan de doodlopende straat bevonden zich enkele openbare toiletten.
Rond de stad werden er vanaf 1916 honderden houten noodwoningen opgetrokken, op het vroegere oefenplein van het leger (Bastion 8) bouwde men tientallen houten huizen voorzien van enkele openbare toiletten, de noodwoningen verdwenen pas in de jaren tachtig.
Nog tijdens de Eerste Wereldoorlog lieten eigenaars van volledig afgebrande woningen nieuwe houten noodwoningen bouwen. Tussen het zo goed mogelijk opgeruimde oorlogspuin in de Kerkstraat verrees ca. 1917 deze noodwoning, die tevens dienst deed als winkel.
Onderstaande afbeeldingen zijn teruggevonden in een tijdschrift uit 1933 toen was de belangstelling voor de Zwyvekekouter zeer groot bij archeologen.
Bij bewerking van landbouwgronden op de Zwyvekekouter had men reeds herhaaldelijk scherven aangetroffen. Aan deze voorwerpen werd weinig of geen aandacht geschonken. Waneer echter in 1932 en 1933 op de gronden van Remi Timmerman werd overgegaan tot uitzaveling, kwamen vlug tal van voorwerpen te voorschijn, de kralen bleken uiteindelijk de aandacht te trekken. De opgravingsdienst te Brussel werd op de hoogte gebracht, het belang van deze archeologische vondsten werd onmiddelijk ingezien en er werd besloten een onderzoek in te stellen. Een accoord werd bereikt met Jan Vercammen en Benoit Vercammen, eigenaars van de verschillende percelen zodat aldaar van 1933 tot 1935 opgravingen werden ondernomen.
Een vroeg-middeleeuwse begraafplaats op de Zwyvekekouter te St.-Gillis daterend, volgens bijgaven, van de tweede helft der 5de eeuw tot in de 7de eeuw werd er gevonden. Deze begraafplaats strekt zich uit op een lichte verhevenheid aan de Dender. De graven vormen min of meer regelmatige rijen en zijn met het voeteinde naar het oosten gericht. De overledene ligt uitgestrekt op de rug en rondom zijn de grafgiften gerangschikt.
De baan naar Grembergen liep over de Gauweg, op deze foto zien we de ruime villa,"het kasteeltje" van R. D' Herde, grossist in dweilen en dekens, vertegenwoordiger van de katoenfabriek Roos-Geerinckx-De Naeyer in de Greffelinck. In 1944 vernietigde een vliegende bom deze woning die ingericht was als hoofdkwartier van de geallieerden. Daarbij vielen 28 Engelsen, waaronder soldaten en officieren ook 4 burgers verloren het leven.
Adolf Schellekens poseert in het najaar van 1944 met Engelse bevrijders aan zijn herberg "Het Koningshof" in de dijkstraat. De oorlog was nog niet voorbij, maar het verdwijnen van de Duitse troepen veroorzaakte toch reeds een grote opluchting.
Voor 1922 was de Dender nog niet recht getrokken, aan de Scheldstraat (Frans Courtensstraat) was een drukke kade waar tal van schepen aanlegden. Op de trappen in de kademuur spoelden huismoeders hun was in het zuivere Denderwater, hier legde ook wekelijks de gekende mosselschuit aan.
Schippers,bedrijvige lossers, rollende vaten een echt havenleven, kortom er heerste kennelijk welvaart.
Op de voorgrond liggen beurtschepen, die twee maal per week het transport verzekerden tussen Dendermonde en Antwerpen.
Een groot zeilschip ligt voor anker op de Schelde en getuigt van de welvaart die kennelijk heerste in de kleine stad.
Op 3 september 1865 werd aan de Gentsesteenweg de schietbaan "Het Schijf" geopend, gebouwd door de stad ten behoeve van de Burgerwacht en het garnizoen. In 1911 werd de Tir op een lengte van 200 m gebracht.
Op de splitsing van de Martelarenlaan en de Gauweg vinden we het monument van de weerstand. Op het ogenblik dat men op de Grote Markt samenliep om de bevrijding te vieren, werden negen hoofdzakelijk jonge burgers-verzetstrijders, aan de Scheldebrug op 4 september 1944 door terugtrekkende Duitse troepen neergeschoten.
De verslagenheid was groot, het hoeft ons dan ook niet te verwonderen dat deze gebeurtenis de oprichting van een monument tot gevolg had.
In bronzen letters staat de volgende tekst:
HELDENHULDE HIER VIELEN VOOR LAND EN VOLK OP 4 - 9 - 1944.
De Clippel Albert - Opalvens Pierre - Straetman Severinus - Termonia Raoul - Van Duerm Willy - Boerewaard Philemon Opalvens Louis - Algoet Willy - Marechal Robert.
Ook de 28 Britse officieren en soldaten en 4 Belgische burgers, die omkwamen op 25 october 1944 in de villa van De Herde, toen deze getroffen werd door een vliegende bom V1 worden hier herdacht.
Diep menselijke tragiek over Wannes Raps, de dolaard en wildstroper uit het land van Scherpen- heuvel, die 'ieverans uit de Kempe' kwam en 'noeit gien voader of gien moeder' heeft gehad. Wannes kon van die dingen vertellen waarbij een mens grauw werd van schrik, de verhalen over Wannes zijn ook tot in onze streken doorgedrongen, daarom enkele van zijn sages.
DE PEERDENPATERNOSTER van WANNES RAPS. Waar Nest Claes de tekst vandaan heeft ? Waarschijnlijk van Wannes zelf, misschien daarbij geholpen door een of meer ouderen die het geheugen van Nest hebben opgefrist, hij vertelt het zo:
......Zo had die peerdenpaternoster van Wannes Raps voor ons een geheimzinnige kracht gekregen tegen alle onwarige machten die er 's nachts dwalen door bossen en heiden, die stallen betoveren en de mensen beheksen. Als ge U door Wannes daarmee liet overlezen, dan moest ge niet vervaard zijn dat er U in het donker iets vreemds zou overkomen, ieverans op een kruispunt van twee wegen, in een holle weg, langs een kerkhof of van de dwaallichten, pleuddens en doodskoppen. Als ze dan lang aangedrongen hadden speekte Wannes eens op de grond, dronk eens van zijn druppelke, rochelde door zijn keel, en terwijl ze ineens allemaal doodstil zwegen en ook hun klak afnamen, begon hij :
's Voaders 's Zoêns 's Heiligen Giéstes oamen. Onder Pontius bij Pilatus gekruist gestorven en begraven. Twee, te weten 't kwaad te schuwen, zonder verliezen deugden oefenen. Drij, berouw belijdenis, biecht en voldoening.
Hoctus Boctus, ne kalversteert die gekrokt is, nen hond die gene steert en heeft is onbekwaam om zijn gat te bedekken. Vrienden ik laat U zeker weten, in 't land van Ribbedebie waar de kiekens door hun gat schreeuwen, en de hanen met hun steert bassen en de keezeboterhams op de wissestruiken wassen.
Daar kwamen twee Rabouwen aan, die vroegen dubbele week en ik zei neen en ik dubbelde mee en ik won er zeven tonnen schuld mee, maar ik had ze wel. Toen kocht ik daar een klein klaar blind peerdeke, maar 't zag wel. Ik meende zeven uren voorweerts te rijden en ik reed er acht achterweerts.
Toen kwam ik door een groene hei gegaan, daar vond ik een boebele kerke staan, daar was een Hulzepaap aan 't misse lezen. Ze luiden er met de schuurpoorten en ze wierpen het wijwater met de vleugelgeer van achter op mijn hiel. Ik meende dat er zeven tonnen botermelk uit de toren viel, als ik dat vernamp. Toen was 't tijd dat ik uit de kerk kwamp.
Toen kwam ik daar bij een oude vrouw en ik vroeg daaraan of ze mijn klaar blind peerdeke niet gezien had. Ze peisde van ja maar ze zei neen en ze wist het wel te wijzen. 't Lag in een droge gracht verdronken waar in zeven jaar geen water meer in gestaan en had. Ik wette mijn meske op mijne schoen om mijn klein blind peerdeke de huid af te doen.
Haat, kweliaat, botermelk en rapzaad. De hoop die sprak, dat ze van ze leven geen betere zuip gegeten had. Lauwel, Pauwel en zwerte Peer Mijnheer.
Toen klopte ik op die helse deur en d'r kwam ne kleine duvel veur en ik vroeg met fatsoen om mijn wandeling eens mogen voort te doen. Hij was er heel over kontent maar daar was nog altijd ne kleine duvel omtrent. Toen kwam ik op het helse plein daar lag niets te branden als solfer, pek en vernijn. Toen kwam ik op de salette daar lag Lucifer zo ziek te bedde. Toen kwam ik door een appeleer gegaan, daar vond ik ne kleine duvel staan al met een pan.
Hij zei : Ik bak vandaag koeken voor alleman en ik kreeg er ene van. Hij zag zo grauw en zo vuil en zo zwert, ik kreeg er walging van aan mijn hert en ik keerde mijn hert wederom en ik gaf de duvel zijne koek weerom. Mijne meemaat die er van at kreeg oren gelijk een kat en ne steert aan zijn gat waar de duvel op zat, die al dat koekenbeslag uit at.
Als ik thuis kwam vond ik het al zo verkeerd, mijn vrouw vond ik geregeld in twee rollebuizen. De maan scheen al zo zeer in de messing, 't kalf lag in de wieg de hond die baste dat ik zou gaan zuipen hebben.
Zutem, zatem, zagemeel. Haat, kwaad, kwelliaat, botermelk en rapzaad. De hoop die sprak, dat ze van ze leven geen betere zuip gegeten had. 's Voaders, 's Zoêns, 's Heiligen Giêstes, oamen.
Bekanst in één asem zegde Wannes dat op, zonder iemand te bezien en hij deed hier en daar zo'n wonderlijke gebaren met zijn handen en zijn kop, dat sommige vreemde woorden daardoor nog een geheimzinniger betekenis kregen. Als hij ophield was er geen een die zijn mond durfde opendoen. Daar hing een mysterieuze angst in de kamer, iets dat ze niet zien of horen konden, maar dat ze toch tastbaar gewaar werden in de donker daarbuiten tegen de zwarte ruiten van de vensters.
Zij zuchten stillekens in hun eigen, trokken eens aan hun broek, zetten hun klak op en keken met vreemde bange blikken naar Wannes, die bleef zwijgen en hun nu als een heel ander mens voorkwam......
Woordverklaringen.
Ribbedebie - Weg, in de zin van de plaat gepoetst hebben. Hulzepaap - Wellicht een hoge spreker. Vleugeleer - Soort borsteltje, gemaakt van een ganzevleugel. Zuip - Dikke brijsoep, soms verrijkt met alcohol. Salette - Ziekenzaaltje. Meemaat - Gezel. Messink - Mesthoop. Indien iemand voor meer woorden verklaringen heeft, vernemen we deze graag.
DE HEKS. Wannes had eens vier nachten achtereen, terwijl hij op de konijnenloer lag, een doodskop de weg zien rollen, elke keer op de zelfde plaats. Daar was op een nacht eens een kat met hem meegelopen, hij had er met zijn poenjaar naar gekapt, en ze geraakt, en twee dagen daarna kwam hij in een huis waarvan iedereen wist dat het wijf een heks was, en Wannes zag dat ze een lange snee over heur kaak had.
DE PATER. Wannes had eens te middernacht, aan een donkere dreef, een pater uit het bos zien komen, een paardehacht achter zich aanslepend, en toen Wannes de eerste woorden van zijn peerdenpaternoster uitsprak, had de helse verschijning een schreeuw gelaten dat de klokken van het klooster er van geluid hadden, het stonk daar én uur in 't ronde naar solfer en pek.
Waar de benaming Appels vandaan komt, is tot dusver nog niet geweten, sommigen houden staande dat de gemeente haar naam zou hebben ontleend aan een beek die vroeger door het grondgebied kronkelde en die men de Apls noemde. Pas in het midden van de 13de eeuw zou men van Appels spreken. Het huidige kerkgebouw (Sint-Apollonia) dateert van 1788.
Vlak bij de St.- Ursmaruskerk (1779), met haar geklasseerde toren uit 1677, kan je op de veerboot stappen en zich laten overzetten naar Moerzeke Kastel.
In 1019 duikt voor het eerst de benaming 'Grenberga' in openbare geschriften op. De parochiekerk St.-Margareta heeft een peervormige toren en werd ingezegend in 1710. Op bevel van de legeroverheid diende in 1675 de oude kerk afgebroken te worden, omdat ze hinderlijk was voor de verdedeging van Dendermonde.
Mespelare gaat terecht fier op de vroeg-gotische St.-Aldegonde met Romaanse toren, waarin zich een beiaard bevindt, bekend als een der zuiverste van klank in het Vlaamse land. Tegenover de kerk bevindt zich het 'Spaans Hof '.
Officiële documenten vermelden de naam Oudegem (ook Odengem, Oudengem), vanaf 1019, het grondgebied was in leen van de heer van Dendermonde. _______________________________________________________
SCHOONAARDE.
De deelgemeente Schoonaarde ligt 7,5 Km westwaarts van het centrum van Dendermonde, aan de rechter Scheldeoever. Schoonaarde was samen met Wichelen één gemeente tot 1844, nadien werden de twee gemeenten zelfstandig. In 1977 werd Schoonaarde toegevoegd aan Dendermonde.
Het gehucht Vlassenbroek is niet alleen bekend als kunstenaarsdorpje, maar ook om zijn unieke ligging aan de Vlassenbroekpolder. Het prachtige kerkje in gotische stijl dateert uit de 11de tot 15de eeuw.
De oorsprong van de abdij van Zwyveke of het klooster der Cisterciënzerinnen van Dendermonde gaat terug tot in 1214 , het werd toen opgericht als Sint-Gillishospitaal. In 1223 groeit dit hospitaal uit tot een Cisterciënzerinnenabdij op initiatief van Mathilde I, Vrouwe van Dendermonde.
In 1228 betrekt de kloostergemeenschap een nieuw gebouw buiten de stadsmuren aan de Dender. De abdij zal zowel in 1380, 1579 als in 1604 ten prooi vallen van vernielingen om uiteindelijk in 1667 omwille van militaire reden definitief te worden vernield op bevel van de toenmalige Spaanse gouverneur van Dendermonde.
Puin en funderingen worden elders gebruikt, het weinige wat overeind blijft van de abdij zal gebruikt worden als boerderij dit tot 1966, van dan tot circa 1976 werd het pand omgebouwd tot woonhuis door de familie van kunstenaar Harold Van de Perre.
Na 1667 wordt de kloostergemeenschap verplicht om een nieuw klooster te bouwen, ze kopen daarvoor een stuk bouwgrond binnen de stadsmuren, dit was gelegen achter de Sint-Gilliskerk dicht bij hun eerste locatie. Met de bouw werd begonnen in 1671, in 1798 echter wordt onder Frans bewind de nieuwe abdij in beslag genomen en openbaar verkocht. De nieuwe eigenaar begint dat zelfde jaar onmiddelijk met de gedeeltelijke afbraak van het klooster, in 1957 wordt na al die jaren verval wat overblijft als monument geklasseerd, om uiteindelijk door het stadsbestuur in 1969 te worden aangekocht.
Van 1979 tot 1981 laat de stad Dendermonde belangrijke renovatiewerken uitvoeren, de gebouwen krijgen een culturele bestemming.
Nijverheid te Schoonaarde : de gebouwen van U.C.B. foto genomen vanaf de brug aan het oude brughuis.
Links ; Prachtig kapelletje van de Fam. Van Wesemael-Dalschaert, van deze Fam. is een boek geschreven "Vergeef ons onze schulden", auteur Fred Willems, het boek gaat over de repressie in 1940-45. De kapel was gelegen op de hoek van de Vrankrijk- straat de Jozef De Troetselstraat, is spijtig genoeg door een verkeersongeval in 1975 volledig verwoest en niet terug opgebouwd. Datial : Alle beelden en kruisen waren de week voordien, voor een verfbeurt, uit de kapel gehaald en zijn zo bewaard gebleven. Midden : Kapel gelegen aan de Langestraat, typisch naast een grote eik heel mooi maar aan renovatie toe ! Rechts : Opstal Kapel is gelegen aan de Opstalstraat, een typische Dries, heel mooi de kapel wordt jaarlijks gebruikt als kader voor het "Buurfeest Opstal".
Deze jonge boerenzoon : Adhemar Van Mossevelde was met zijn 16 jaar een hele ophelp op de boerderij. Adhemar was zo sterk dat hij, als coureur zijn fietsketting telkens "aftort" bij een demmarage. De wielerliefhebberij is gebleven, hij is nu delegé van de wielerkoersen rond Berlare.
Fatima Kapel, gelegen in een aftakking van de Molenkouterstraat, helemaal aan het einde links. Wordt meermaals per jaar bezocht door de kleuter-en lagere schoolkinderen, met klasbegeleiding.