Geachte mevrouw Van Volcem, schepen voor ruimtelijke ordening en huisvesting,
Brugge en de Heilige Bloedprocessie, onlosmakelijk verbonden, een prachtige eeuwenoude traditie en ondertussen zelfs immateriëel UNESCO-werelderfgoed. Voor heel veel Bruggelingen -ongeacht hun politieke of filosofische overtuiging- is het Brugges schoonste dag. En dat was het ook dit jaar weer, donderdag laatstleden, de zon scheen voluit, duizenden toeschouwers keken toe op alle plaatsen langs het parcours, vele genodigden van alle gezindten schoven aan op de eretribune.
U schreef op facebook dat “heilig bloed niet bestaat”, en dat men de processie beter een paar jaar zou overslaan in de bisschopsstad. Ik, als voorzitter van een christendemocratische partij, kon mijn oren en ogen niet geloven. U, als belangrijkste vertegenwoordiger van de liberale partij in Brugge en omstreken, verklaart zich bereid te breken met een traditie van meer dan 7 eeuwen oud? Ik had altijd een hoge pet op van het liberalisme, omdat ik dacht dat dat begrip stond voor vrijheid en voor verdraagzaamheid, vrijheid van meningsuiting en vrijheid van denken en van verenigen, voor tolerantie…Wij, christen-democraten, zien dat zo: wij beluisteren eerst de vele stemmen in het maatschappelijke debat en maken vervolgens keuzes, op basis van onze waarden, in eer en geweten, en zonder anderen te veroordelen.
Mijn verbazing veranderde echter in verstomming toen ik u -vanuit Spanje- een vergelijking hoorde maken tussen de aanwezigheid van geestelijken in deze processie en iemand die zou betrapt zijn op het gebruik van doping en die dan toch op een podium zou staan als de bekers worden uitgedeeld. Wilde u echt insinueren dat de bedienaars van de eredienst ( priesters, zusters, abten, vicarissen, bisschoppen) die meestappen in de Heilige Bloedprocessie schuldig zijn aan pedofilie? Dat kan ik nauwelijks geloven, want dat zou lasterlijk zijn. U zei er echter zelf bij “om zomaar iets te zeggen”. Onmiddellijk erna hoorde ik u orakelen dat u ontgoocheld bent, omdat u hoopte dat méér mensen samen met u zouden nádenken? En dat sommigen het signaal zouden snappen dat men niet zomaar kan overgaan tot de orde van de dag? Voorwaar boude uitspraken. Het leven van een schepen is blijkbaar bepaald geen pretje. Gelukkig staat u niet helemáál alleen, en staat uw voorzitter, Jean-Marie De Plancke, achter uw uitspraken. Dat is dan toch één man die het signaal ook gesnapt heeft.
Mevrouw de schepen, ik begrijp zeer goed dat dit voor u eenzame dagen moeten zijn, maar als het u een troost mag zijn, dan bied ik langs deze weg graag mijn diensten aan om samen met u mee na te denken.
Laat ons beginnen bij het begin: dat de Kerk een zware crisis doormaakt, is een eufemisme. Dat deze crisis veel wonden heeft geslagen en nog lang zal blijven nazinderen, niet enkel in Brugge, niet enkel in Vlaanderen, maar in onze hele westerse maatschappij, -die uiteindelijk toch is gebouwd op de joods-christelijke traditie en overlevering- is een droevig feit. Dat dit ons allen diep raakt, zal ik niet ontkennen. Daarover zijn we het dus alvast eens.
Nadenken is vragen stellen. Na uw korte berichtje was de bal van de pers –waar u anders nochtans zo graag mee dolt- al zo snel aan het rollen gegaan dat u werd gebeld op uw vakantieoord, en dat vindt niemand leuk. Daarom waarschijnlijk vertelde de journalist in uw plaats dat u eigenlijk een gebrek aan bescheidenheid aan de kaak wou stellen. Eenvoud siert, dat is waar, dat geldt niet enkel voor u, dat geldt inderdaad voor iedereen. Alleen zie ik niet goed in wie precies in deze processie bescheidener had moeten zijn? Doelde u hiermee op de leden van de Edele Confrerie van het Heilig Bloed, of op de vele vrijwilligers die de processie jaar na jaar gestalte geven, voorbereiden en tot in de kleinste details afwerken?
Aangezien u al een aantal jaren een lid van het schepencollege bent, neem ik aan dat u perfect op de hoogte bent van de financiële en logistieke steun die de stad al jaren verleent om van deze processie echt telkens opnieuw Brugges’ schoonste dag te maken. Had u zich op het moment van de beslissing van de jaarlijkse toekenning van de subsidie over deze kwestie nog geen idee gevormd? Of was er niemand om samen met u mee na te denken? Tot overmaat van ramp lijkt het nu alsof er een tweespalt is in uw partij, aangezien een ander lid van uw partij, raadslid Bob Vanhaverbeke, broederlijk mee opstapte in deze processie en kennelijk van mening verschilt met u?
Heel terecht hebt u de dag ná de processie -ook op uw Facebookpagina, vrijheid blijheid- reclame gemaakt voor een gloednieuwe en hippe kledingzaak in Brugge. Het is een feit dat Brugge een bijzonder aangename winkelstad is. Het stadsbestuur investeert jaarlijks veel middelen in campagnes om de stad te promoten bij zowel toeristen als bij winkeliers. Op deze feestelijke dag hebben deze investeringen alvast hun vruchten afgeworpen. Meer dan 40.000 mensen hebben zich begeven naar de binnenstad. Velen onder hen zijn daar langer dan één dag gebleven, hebben daar gelogeerd, gegeten en gedronken en hebben inkopen gedaan. Nog een vraag die mij nu bezighoudt, is hoe u dan, samen met de voorzitter van Open VLD Brugge, de economische gevolgen voor de commercanten in onze stad hebt ingeschat van het enkele jaren schrappen van de processie?
Tot slot, mevrouw Van Volcem, zegt u ook nog ergens dat u vindt dat we –als er eenmaal een signaal gesteld is- niet zomaar kunnen overgaan tot de orde van de dag. Wel, ook daarover zijn we het dan eens. Want ook wij vinden niet dat we na dergelijke uitspraken van een lid van het schepencollege zomaar kunnen overgaan tot de orde van de dag. Misschien zou het goed zijn nu ootmoedig het hoofd te buigen en uw verontschuldigingen aan te bieden aan allen die zich geschoffeerd voelen door uw reactie? En indien u denkt dat dit een brug te ver is, dan kunt u nog altijd zelf uw conclusies trekken?
Wij, van onze kant kunnen in elk geval duidelijk en helder zijn: in 2012 zal de Heilige Bloedprocessie, al dan niet met steun van Open VLD, door de Brugse straten trekken.
Hoe het ook zij, wij zullen deze discussie niet kunnen voeren in de lengte van een brief, daarvoor is ze te diepgaand, te kostbaar ook. Daarom nodig ik u uit voor een goed gesprek en ik ben graag bereid daarvoor naar uw werkplek te komen, in de schaduw van de kapel van het Heilig Bloed.
Met vriendelijke groet, Minou Esquenet, voorzitter CD&V Brugge
13-06-2011 om 22:03 geschreven door tlissewegenartje
|