Ik ben Guy, en gebruik soms ook wel de schuilnaam de belleman.
Ik ben een man en woon in Izegem (België) en mijn beroep is Bediende.
Ik ben geboren op 04/06/1955 en ben nu dus 69 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Belleman, Snorrenclub en reuzen.
Sinds enkele jaren ben ik alle Belgische, Noord-Franse en Nederlandse stadsreuzen aan te inventariseren.
De Confrérie van de Vaantjesboer wil het reuzenerfgoed in Halle laten herleven èn laten opleven. Het heropwekken van de interesse voor de Halse reuzen begon in 2007 door de oprichting van de Confrérie rond de stadsreus Vaantjesboer. In 2009 kreeg de Confrérie het reuzengezin van de Stieweg overgedragen door de laatste burgemeester van de Stieweg, Pater Pax. Sindsdien komen reuzen Romeo Vandenstieweg, Juliette Vandecommerce en hun dochter Rooske geregeld opnieuw onder de Hallenaren. Een hoogtepunt was hun deelname aan de 2de Reuzenstoet van Halle.
De heropstanding van deze reuzenfamilie en de activiteiten rond Reus Vaantjesboer deden vooral bij de oudere generatie Hallenaren de harten sneller slaan. Maar ook de huidige generatie Hallenaren krijgt opnieuw interesse in deze unieke folklore. We hopen stilaan ook dat de reuzen van Sint-Rochus en de reuzen van de Brusselpoort opnieuw ooit het levenslicht zullen zien.
Om die interesse in de reuzen verder aan te wakkeren besloot de Confrérie al in 2010 om een nieuwe reus het levenslicht te laten zien.
Wie of wat wordt het ?
Een reus is de verpersoonlijking van een bijnaam (zoals de Vaantjesboer) of een ambacht of beroep (zoals de reuzen van de Stieweg als handelaars). Dikwijls zijn het ook mythische of historische figuren. Die beslissing moet dus nog vallen binnen de Confrérie en zal pas in de lente van 2011 bekend gemaakt worden.
Beleving
Reuzen worden gedragen door hun medestadsgenoten, letterlijk en figuurlijk. De geboorte van de nieuwe reus moet een echte belevenis worden voor alle Hallenaren van vandaag. De Confrérie wil in 2011 héél Halle laten uitkijken naar hun nieuwe reus. Net zoals de generatie van 1958 uitkeek naar de komst van Reus Vaantjesboer. Daarom start Halle nu de actie Wie wordt de nieuwe reus van Halle?. Op dit moment staat immers nog niet definitief vast wie of wat de nieuwe reus zal uitbeelden.
Zeker is dat het een iets of iemand moet worden die nauw met Halle verbonden is. Als het een persoon is die uitgebeeld wordt is dit een manier om die persoon in kwestie te eren voor zijn of haar inzet in het volksculturele leven in Halle. Als het een ambacht of verpersoonlijking is het een ambacht of activiteit die zeer sterk met de stad verbonden is. Alle wegen liggen nog open. Wie weet zal de Confrérie wel de hulp inroepen van de Hallenaren zelf.
De acties zullen lopen via de website www.vaantjesboer.be , via de facebook-pagina van de Vaantjesboer en via De Streekkrant en De Zondag, mediapartner van Wie wordt de nieuwe reus van Halle?.
Concept en het maken van de reus
De reus wordt gebouwd met vereende krachten. De Confrérie van de Vaantjesboer vond nog een echte mandenvlechtster dankzij de vereniging AMBACHTEN NU, waarvan de voorzitter en de secretaris in Halle bleken te wonen ! Maar dat bleek niet alles te zijn. Een van de grondleggers van de vereniging was zowaar Arthur Langen Tuur Agneessens te zijn. De mandenvlechter die het eerste lichaam van Reus Vaantjesboer vlocht in 1958. Kan het mooier zijn !
Ambachten nu brachten ons in contact met mandenvlechtster Lieve Lieckens uit Keerbergen. Na wat heen en weer ge-e-mail gaf de Confrérie opdracht om een reuzenlichaam te maken. De reus moest ongeveer 3m50 worden en is intussen ook al klaar.
Op zaterdag 4 december ll. werd het lichaam van de nieuwe reus door de Confrérie met de hulp van Transport Vandenbrande naar Halle overgebracht. Momenteel overnacht de reus tijdelijk in de loods van de Werkgroep Mariaprocessie.
Het hoofd zal gemaakt worden door kunstenaar Luc Van Ruysevelt en voor de kledij staan Mieke en Sonja, de kleermaaksters van de Confrérie in.
Op mijn schrijven naar Erfgoed Anzegem kreeg ik van Hilde Dhaeze op 13 December, 2010, 11:42 het volgende...:
"Er bestaat een reus in de deelgemeente Tiegem, die heet Tobi. Het feestcomiteit Tiegemberg draagt er zorg over en heeft dit jaar nog de kledij vernieuwd. Ook Anzegem en Vichte hebben reuzen, daarvoor moet ik nog informeren en laat ik u nog iets weten. Alvast succes met uw zoektocht !"
VEURNE/ALVERINGEM/LO-RENINGE De politie van de zone Spoorkin reikt Spoorkinreuzen uit. 'Wie veilig rijdt, krijgt een sleutelhanger van de reus Spoorkin, het logo van onze zone', aldus korpschef José Clauw.
En weet je wat nu het mooie is ? Op mijn eenvoudige vraag of ik voor het archief van de vzw Reuzen in Vlaanderen een paar van deze sleutelhangers kon afhalen, kreeg ik er van de sympatieke korpschef 5 stuks opgestuurd ! Hartelijk dank, José !
(noot : het is niet alleen een mooie sleutelhanger - inclusief Led-lampje als je op het politielogo duwt - maar tegelijk een reuzen-collectors-item) --------------------- En het bleef niet bij enkele sleutelhangers ! Op 30 januari ontving ik nog een pakket van de politie van Veurne met een mooie rangeermap en een geel fluo-hesje met opschrift.
Iets om een voorbeeld aan te nemen, politiezones !!!
En daar komt de Reuzenstoet. Ergens in de verte dan toch, op de foto moeten we het nog doen met het voorspel: de trommelaars. We zullen nog maar even wachten, ze zullen zo komen.
De foto is genomen in Borgerhout op de hoek van de Helmstraat en de Van Montfortstraat, op de achtergrond de niet meer bestaande school.
Op de Kermis 2005 werden twee nieuwe Sint-Margrietenaren aan het publiek voorgesteld ! Rene en Reynolda De Schavuit, zijn het nieuwe reuzen-duo van Sint-Margriete. De feeskomiteit van Sint-Margriete was dan ook reuze-fier op hun twee jongste aanwinsten die de taak als promotor voor het eigen streekbier "Sentse Schavuit" op zich wilden nemen !
Op zondag 23 juli 2005 namen de reuzen voor het eerst deel aan de kermisstoet en als slot van de stoet werden zij op het kermisterrein gedoopt door gelegenheidspastoor E.H. R. Buysse ! Op bijgevoegde bladzijde kan u de doopceremonie nalezen.
WAT VOORAF GING :
Tijdens de voorbereiding van Kermis 2005 ontstond het idee om met de Feestkomiteit van Sint-Margriete zelf een reus te bouwen. Een oude modeltekening uit de archiefkast van Pierre werd aangepast en hertekent door Danny. En al meteen werden het twee verschillende tekeningen voor de draagstructuur van een reus. Eentje voor een man met een flinke bierbuik en een tweede voor een vrouw met een welgezette boezem ! Terwijl Dan Mortier aan de hoofden boetseerde, werden de draagstructuren gerealiseerd door Danny, ALex en Luc. En een aantal weken voor de kermis werden de kleren samengesteld en genaaid door Eveline met de bereidwillige hulp van Christa en Cathalijn. Een heuse klus als je weet dat de reuzen 4m. hoog zijn en Reynolda een borstomtrek heeft van 3,5m.
De namen Rene en Reynolda zijn geïnspireerd op "Reynaert de Vos" die de hoofdrol speelde in de voorbije twee kermissen en wiens identiteit ook streekeigen is aan Sint-Margriete en Sint-Laureins. De Schavuit verwijst uiteraard naar ons eigen streekbier "Sentse Schavuit" welke voor de kermis 2004 door de Orde van de Sentse Schavuiten op de markt werd gebracht !
GELEGENHEIDSREUZEN VAN SINT-MARGRIETE
Voor de kermis van 2005 werden nog 2 reuzen gebouwd ! Een eerste reus was volledig eigen kreatie en konstruktie van Rene Pollé. Zelfs het hoofd en de kleren werden zelf vervaardigd. De nieuwe reuzin werd Nancy genoemd.
Een tweede reus kwam er op vraag van de Gezinsbond van sint-Margriete, om met een kinderreus Flor vertegenwoordigd te zijn in de Reuzenstoet ! Ook hiervoor werd de konstruktie en het hoofd verzorgt door Rene Pollé, terwijl de gezinsbond voor de kledij zorgde.
OUDE REUZEN VAN SINT-MARGRIETE
De allereerste reuzen van Sint-Margriete werden echter op de Comer geboren. Ter gelegenheid van Comerkermis in 1969 werd Dokke, de patrones van de Comerratten gebouwd. Zij werd toen vergezeld door de Comerratten, een groep kinderen gehuld in rattepakjes !
Ter gelegenheid van Sint-Margrietekermis in 1970 werden Hans en Grietje gebouwd, geïnspireerd op het gelijknamige sprookje !
Het bestaan van de reuzen was bij jongere generatie in Sint-Margriete al bijna vergeten, tot we met de Feestkomiteit voor de kermis van 2004 op zoek waren naar passende reuzen voor onze Reynaertstoet. De oude reuzen waren nog in onberispelijke staat bewaard en werden dan ook meteen vanonder het stof gehaald voor deelname aan deze stoet.
De enige echte SENTSE SCHAVUIT is een amberkleurig bier van 6,5° Alc. Koel gereserveerd in een kelkvormig glas van 33 cl, is het een biertje om van te genieten !
Sentse Schavuit is een Belgisch bier, gebrouwen en gebotteld door Brouwerij Van Steenberghe te Ertvelde voor de Orde van de Sentse Schavuiten
Om het Leader+ project "Ondeugend Sente" van het Cultureel Adviesorgaan Sint-Laureins een extra dimensie te geven, en daarmee ook de identiteit en streekeigenheid van Reynaert de Vos in Groot Sint-Laureins te versterken, kwam de Feestkomiteit van Sint-Margriete op het idee om een nieuw etiketbier op de markt te brengen. Hiervoor werd de Orde van de Sentse Schavuiten opgericht en sinds de Inhuldiging in Sint-Jan van de "Reynaert-Route" en de "kermis 2004" van Sint-Margriete, kan men in Groot Sint-Laureins heerlijk genieten van een echte Sentse Schavuit.
Reeds meerdere plaatselijke café´s en Tavernes hebben de Sentse Schavuit op hun bierkaart staan, en partikulieren kunnen gerust een kratje afhalen bij Drankenhandel Nico Rammelaere in Sint-Laureins en Drankmarket Goethals in Bentille ! Mocht uzelf voor een of andere gelegenheid de Sentse Schavuit willen schenken, aarzel dan niet en contacteer gerust een van de leden van de Feestkomiteit Sint-Margriete of de plaatselijke drankenhandel. Het bier is tevens verkrijgbaar op het Vat, maar best van al blijft het 33cl Flesje, koel gereseveerd in het Kelkvormige glas !
In samenwerking met de Stichting Dirk en Jaap Oudes, organiseert Het Markiezenhof Historisch Centrum te Bergen op Zoom de tentoonstelling 'Jaap Oudes, Reusachtig & Zwierig'.
De expositie laat circa vijfendertig tekeningen zien, waarin het thema stadsreuzen en kermissen centraal staat.
Jaap Oudes (1926-1996)
Een authentiek en bijzonder kunstenaar uit Alkmaar, tekende wat hij in zijn directe omgeving waarnam. Geïnspireerd door Pieter Bruegel en het boek Pallieter van Felix Timmermans, begon hij met tekenen. De mensen die hij ontmoette en de verhalen die hij hoorde werden verwerkt in zijn tekeningen. Het alledaagse leven in al zijn bonte verscheidenheid vond zijn weerslag in Oudes talrijke potloodtekeningen. In de eerste jaren was dat vooral in zijn eigen omgeving, later trok hij steeds verder richting Vlaanderen, Frankrijk, Spanje en Portugal.
Volkscultuur en folklore
vormden de rode draad in zijn gehele oeuvre. De werkelijkheid werd in zijn hoofd al snel omgezet in een fantasievol universum. Optochten van reuzen, de kermis, het Bourgondische Franse en Vlaamse leven kregen een plaats in zijn kleurrijke wonderbaarlijke wereld. Zijn oeuvre is uniek in de nationale kunstgeschiedenis en ook internationaal gezien enig in zijn soort.
Kermissen
In een geheel eigen stijl bracht Jaap Oudes kermiscultuur in beeld, draaimolens en carrousels floreerden als middelpunt in zijn tekeningen. Zijn werken zijn verbonden met folklore, verhalen, feest en ritueel. Het is fantasie en werkelijkheid tegelijkertijd, overleving gemengd met eigen waarneming. De tentoonstelling sluit nauw aan bij het Kermismuseum van Het Markiezenhof.
Reuzen
Opvallend zijn de reuzen die in veel van zijn werken opduiken, deze zijn te herkennen aan de luikjes waar mensen achter te voorschijn komen. De werken zijn vaak zoekplaatjes waarbij sommige figuren door de lucht zweven.
Jaap Oudes, Reusachtig & Zwierig is nog tot en met 2 februari 2011 te zien in Het Markiezenhof Historisch Centrum te Bergen op Zoom. Geopend dinsdag t/m zondag van 11.00 t/m 17.00 uur. Entree volwassenen 7,50, kinderen 6 t/m 12 jaar 4,00, museumjaarkaart en kinderen t/m 5 jaar gratis.
Roeselare adopteert reus(je) Marie-Lin De Roeselaarse reuzenfamilie telt niet langer 14, maar nu al 15 leden. Recentste aanwinst is reus Marie-Lin, een creatie van Marie-Louise Lust en Linda Vandewynckele naar aanleiding van het socio-culturele evenement 'Beveren Buust'. In het stadhuis ondertekenden de meters (Marie-Louise en Linda) en de peters (feestschepen Bart Claeys en cultuurschepen Chris Declerck) de officiële adoptieakte. "We beloven als stad ervoor in te staan dat het Marie-Lin verder goed gaat in haar leven", glimlacht burgemeester Luc Martens. "Bovendien zullen de Roeselarenaren en de Bevernaars reus Marie-Lin gegarandeerd nog zien opduiken tijdens feestelijkheden". Naar aanleiding van de heuglijke gebeurtenis maakte Geert Nemegeer van chocolaterie 'tKarakske speciale doopsuikers.
In 1956 ging Leon De Brouwer, toenmalig voorzitter van de VVV-Halle verder in op de idee van Maurice Den Dries Merckx om een reus te bouwen in het zicht van Expo 58. De reus zou de verpersoonlijking moeten worden van de Hallenaar en het Halse volksleven.Decorbouwer Paul Degueldere stond in voor het ontwer p van de Reus. Met halfvasten 1958 maakte Reus Vaantjesboer zijn eerste bonjourke door de stad Halle. De daaropvolgende jaren werd de reus dé promotietool van de VVV. Statig gezeten op zijn Duivelston, met de chapeau buse op het hoofd, zijn bedevaartsvaantjes in de hand en met gratis Duivelsbier oogstte de Reus veel bijval in binnen- en buitenland. Jaarlijks nam een Halse vereniging de Reus op in de schoot van hun vereniging.
Eind jaren 80 werd het steeds moeilijker om een vereniging te vinden die het peterschap op zich wou nemen. Logistiek was Reus Vaantjesboer een zorgenkind. Het werd steeds moeilijker om begeleiders te vinden tijdens stoeten. De V.V.V. evolueerde zelf steeds meer van een folkloristische stadspromotie naar een professionele toerisme-organisatie. Hierdoor kwam Reus Vaantjesboer ongewild een beetje op de achtergrond te staan en kwam hij enkel nog buiten met Carnaval en voor stoeten waarvoor de V.V.V. voldoende begeleiders vond.
Omdat Reus Vaantjesboer dé echte stadsreus is van Halle wil de Confrérie van de Vaantjesboer de V.V.V.- Toerisme Halle ondersteunen in de zorg over en de promotie rond de Reus. In samenspraak met de V.V.V.-Toerisme Halle krijgt de Confrérie van de Vaantjesboer vanaf 2007 het hoederecht over de Reus. Voortaan zal de Reus (die eigendom van de V.V.V. - Toerisme Halle blijft) door de Confrérie verzorgd en gepromoot worden.
De Confrérie van de Vaantjesboer is gesticht vanuit dezelfde spirit die aan de basis lag van het ontstaan van Reus Vaantjesboer in 1958: op een stijlvolle manier, met klasse en op ludieke wijze de stad en haar volksleven en volkscultuur promoten binnen en buiten de stadsmuren. Maar daar blijft het niet bij. Reus Vaantjesboer zal niet alleen als Reus gepromoot worden, maar ook de symboliek waarvoor hij staat - de verpersoonlijking van de Hallenaren en het Halse volksleven - krijgt de volle aandacht van de Confrérie.
In 1956 ging Leon De Brouwer, toenmalig voorzitter van de VVV-Halle verder in op de idee van Maurice Den Dries Merckx om een reus te bouwen in het zicht van Expo 58. De reus zou de verpersoonlijking moeten worden van de Hallenaar en het Halse volksleven.Decorbouwer Paul Degueldere stond in voor het ontwer p van de Reus. Met halfvasten 1958 maakte Reus Vaantjesboer zijn eerste bonjourke door de stad Halle. De daaropvolgende jaren werd de reus dé promotietool van de VVV. Statig gezeten op zijn Duivelston, met de chapeau buse op het hoofd, zijn bedevaartsvaantjes in de hand en met gratis Duivelsbier oogstte de Reus veel bijval in binnen- en buitenland. Jaarlijks nam een Halse vereniging de Reus op in de schoot van hun vereniging.
Eind jaren 80 werd het steeds moeilijker om een vereniging te vinden die het peterschap op zich wou nemen. Logistiek was Reus Vaantjesboer een zorgenkind. Het werd steeds moeilijker om begeleiders te vinden tijdens stoeten. De V.V.V. evolueerde zelf steeds meer van een folkloristische stadspromotie naar een professionele toerisme-organisatie. Hierdoor kwam Reus Vaantjesboer ongewild een beetje op de achtergrond te staan en kwam hij enkel nog buiten met Carnaval en voor stoeten waarvoor de V.V.V. voldoende begeleiders vond.
Omdat Reus Vaantjesboer dé echte stadsreus is van Halle wil de Confrérie van de Vaantjesboer de V.V.V.- Toerisme Halle ondersteunen in de zorg over en de promotie rond de Reus. In samenspraak met de V.V.V.-Toerisme Halle krijgt de Confrérie van de Vaantjesboer vanaf 2007 het hoederecht over de Reus. Voortaan zal de Reus (die eigendom van de V.V.V. - Toerisme Halle blijft) door de Confrérie verzorgd en gepromoot worden.
De Confrérie van de Vaantjesboer is gesticht vanuit dezelfde spirit die aan de basis lag van het ontstaan van Reus Vaantjesboer in 1958: op een stijlvolle manier, met klasse en op ludieke wijze de stad en haar volksleven en volkscultuur promoten binnen en buiten de stadsmuren. Maar daar blijft het niet bij. Reus Vaantjesboer zal niet alleen als Reus gepromoot worden, maar ook de symboliek waarvoor hij staat - de verpersoonlijking van de Hallenaren en het Halse volksleven - krijgt de volle aandacht van de Confrérie.
Een jongen van 13 uit Dendermonde wil in de voetsporen treden van z'n overleden vader, die een bekende reuzendrager was in de reuzenstoet. De jongen heeft daarom zelf een reus gemaakt die hij dan kan dragen op de traditionele stoet door de stad.
Dendermondse jongen van 13 maakt reus van en voor overleden vader
Jongen maakt reus voor overleden vader
Gianni Van Gyseghem (13) maakte een reus als eerbetoon aan zijn vier jaar geleden overleden vader Johnny. Die droeg jaren gildereus Goliath.
'tKlein Muziekske speelde het Ros Beiaardlied toen reus Johnny zondagnamiddag op de Grote Markt van Dendermonde danste. Gianni was bijzonder fier op de reus die het evenbeeld van zijn vader is. Ook vriend Kevin Leybaert en broer Brent waren tevreden.
Johnny Van Gyseghem was bekend in Dendermonde. Hij was de cafébaas van Den Artiest en droeg jaren tijdens elke reuzenommegang met Katuit de reus Goliath.
Gianni besliste vorig jaar, op zijn verjaardag, een reus te maken voor zijn vader. Met de hulp van Kevin en heel wat andere mensen slaagde hij in het opzet. 'Ik kreeg bij het lassen en het maken van het hoofd hulp van mensen die ervaring hebben met de bloemencorso en mijn mama stak heel wat werk in het stikken van de klederen. Dat zijn net dezelfde kleren als die van de reuzendragers.'
Ontroerend
Het was een ontroerend schouwspel, waar tientallen mensen voor naar de Grote Markt kwamen. Een dame pinkte een traan weg: 'Nog nooit maakte een zoon een reus naar het evenbeeld van zijn overleden vader. Die reus lijkt als twee druppels water op Johnny.'
Reus Johnny had bijzonder veel succes. 'Wij zijn hier in de zomer, op een Dendermondse avond, ook eens geweest met reus Johnny. Toen was er ook veel applaus', zegt Gianni trots. Hij was vooral blij dat hij met zijn reus een bezoekje aan de gildereuzen in de Hollandse Kazerne mocht gaan brengen.
In de reuzenommegang Katuit zal reus Johnny allicht nooit meestappen. Maar het is wel Gianni's bedoeling om met de reus naar evenementen en reuzenstoeten in de buurt te trekken. Hij droomt ervan om ooit, net als zijn vader, een echte gildereus te mogen dragen. 'Het liefst Goliath. Maar nu is die nog wat te zwaar.'
Kevin ziet het nog grootser. Hij is een telg van de familie Leybaert en die dragen al jaar en dag het Ros Beiaard. 'Misschien word ik binnenkort in de Pijndersgilde opgenomen en kan ik over tien jaar mee het paard dragen.'
De Royer Reuzengilde bestaat al sinds 1980. Gedurende enkele decennia waren de eerste Royse Reuzen - Zjang en Beth - aanwezig op diverse activiteiten, optochten en Reuzenbijeenkomsten in binnen -en buitenland.
In 2009 werd dan de 3e Royse Reus - Hendrik van Wassenaer - ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Meeuwen-Gruitrode. De Royse Reuzen en de daarbij horende Reuzengilde werd tenslotte ook nieuw leven ingeblazen: de gilden werden in 2010 aangevuld met enkele nieuwe leden en kregen daardoor een verjoningskuur.
De vereniging wil via deze weg ook enkele trouwe gildenbroeders herdenken die de voorbije jaren te overlijden kwamen.
Deze website
U kan op de website http://www.royerreuzengilde.be/htdocs/ informatie vinden over de Royse reuzen, de reuzengilde, de geschiedenis van Gruitrode en het laatste nieuws. Kom dus regelmatig eens kijken.
Deze 'Fromulus Blonde' wordt gebrouwen door Brouwerij Kapittel in Watou met water uit ondergrondse wateraders, beschermd door de legendarische Ieperse 'kleilaag'. Het dankt zijn variëteit aan bitterheid en aroma aan twee soorten hop, beide gekweekt op de velden rond de brouwerij zelf. Hij kan gedronken worden als aperitiefbier, goed gekoeld of als maaltijdbier ter begeleiding bij een maaltijd Ch'ti. Pas op : moet met mate gedronken worden !
Een Sporkin met ondertitel Veurns Reuzenbier is een streekbiertje van rond Veurne. Het is een blond bier met donkerblond tot amberkleur. Het bier heeft een fruitige neus met een bitterzoete smaak. Het bier wordt geserveerd in een stenen bierpul of een typisch abdijbierenglas met bijpassende tekening natuurlijk. Ik heb dit bier leren kennen via een Veurns restaurant genaamd "Mozaiek" gelegen op de Grote Markt.
De Veurnse 7° Tripel
Een origineel Streekbier, gebrouwen met 100% natuurlijke grondstoffen van de beste kwaliteit, op ambachtelijke kleinschalige wijze, in de brouwerij DECA te Woesten. Geen bewaarmiddelen, noch kleur of smaakadditieven. Wel gisting in de fles, wat soms een bezinksel (droesem) achterlaat in de fles.
TIPS :
Het Sporkinbier wordt bewaard op een koele donkere plaats en wordt de fles recht geplaatst.
Fris opdienen, liefst in een kelkglas geschonken met een hoge witte schuimkraag.
Ledig de fles half om een heldere bierkleur te behouden. de droesem (het bezinksel) kan het bier vertroebelen.
De blonde 7° tripel is een festijn voor echte bierliefhebbers.
TE KOOP:
de Kaashoeve-zuidstraat Veurne
Alsamo (de Spar) zuidstraat Veurne.
TE CONSUMEREN: in de meeste bistros van Veurne op de Grote Markt.
bistro t CENTRUM
Taverne FLANDRIA
Brasserie EXELSIOR
Tearoom DE SOETASSE
Pizarea ERASMUS
Brasserie VERDONCK
Restaurant IBIS
bistro DE LEVOARD (St Denijsplein)
Hotel bistro : THE OLD HOUSE (Zwarte nonnenstraat)
La Gouyasse Tripel La Gouyasse Tripel is een troebel goudblond bier van 9% alc. met een frisse, moutige neus. Het bier heeft een bittere smaak. Dit bier wordt gebrouwen door Brasserie des Géants in het plaatsje Irchonwelz, de stad van de reuzen. http://www.brasseriedesgeants.com/gouyasse_triple_nl.php
De reuzen van Mechelen verschijnen eenmaal per 25 jaar in het openbaar tijdens de Ommegang. Ter ere van al deze reuzen en de traditie van de Brouwerij "Het Anker", brouwers van de echte bieren van Mechelen, hebben ze een speciaal sterk bier gebrouwen : een "Reuzenbier" ("Giant Beer"). De goud-gele kleur, zijn hoog alcoholgehalte en zijn volle en evenwichtige smaak maken van dit bier een bron van vitaliteit en kracht en zal de meeste bier-experten content maken.
-------------------------------------
Ne Goen
Donkerblond bierjte met een dikke witte schuimkraag Het schuim is wandklevig Fijne koolzuurpareling
De neus is een geurig moutparfum. Ietsje wrang.
De eerste aanhef is zoet Het smaakt beter of het aroma laat vermoeden. Karamelmout Fruitige toetsjes de zoete smaak blijft aanhouden. en vloeit uit.
Het is geen echt karakterbiertje maar meer een commercieel.gerstenat. Goed gebrouwen met een stevige body Vlot te drinken in leuk gezelschap. Let wel op voor het te laat is! De 8 % Alc.zou wel eens voor onaangename verrassingen kunnen zorgen.
Het etiket werd ontworpen door publiciteitsbureau Roetynck. Er werd gekozen voor een folkloristische, eenvoudige en duidelijke tekening. Erop vermeld staan de twee stadsreuzen Jan Van Meenen en vrouw Bette. Het Belfort met het uurwerk op 15 uur, niet toevallig want om 15 uur werpt men de wieltjes uit over de menigte. Natuurlijk mocht het Menense wiel niet vergeten worden op het etiket. Brouwerij Bios (Van Steenberge) - Ertvelde http://www.vansteenberge.com/
Wist u dat Oisterwijk, Moergestel en Heukelom hun eigen reuzenbier brouwen ? Daar verkrijgbaar: Peer Poarel (parelend zwarte stout), Ermelindis (zwaargehopt bitter bier) en Heukelomse Mie (goudgeel blond bier). Mooie speciaalbieren uit Brabant.
Op de op 1 november 2008 bekendgemaakte top 100 van de meest favoriete tradities van de Nederlanders staat de reuzencultuur op de 43-ste plaats. Dat is een hoge klassering voor een traditie die in Nederland, vergeleken met België en een aantal andere Europese landen, relatief weinig voorkomt. Nederland telt achttien officiële reuzen. Als de twee kinderreuzen van Bergen op Zoom worden meegeteld, zijn het er twintig. Ter vergelijking: In België komen naar schatting van directeur Laurant Dubuisson van het Maison des Géants in het Waalse Ath 1800 reuzen voor, in Spanje rond de 2000 en in Frankrijk 560. Voor Italië komt het aantal van 60 reuzen, Engeland 40, Oostenrijk 20, Portugal tussen de 100 en de 150 en Duitsland 1.
Dat de Nederlandse reuzen toch hoog scoren wat betreft populariteit, heeft een aantal oorzaken. De eerste is de letterlijk grote zichtbaarheid van de reuzen; je kijkt er met geen mogelijkheid om heen. De grootste reuzen van Nederland komen allemaal uit rond de zes meter. Stjuf (Sint Christoffel) van Roermond is met 5,95 meter de grootste. Meteen daarna komen Gigantius van Maastricht, Sint Martinus van Losser en Greate Pier van Wûnseradiel. De lengte van Sint Martinius werd recent met een halve meter ingekort. Het promotioneel voordeel van de grootste reus van Nederland (6,4 meter) woog niet op tegen de problemen die deze lengte oplevert bij optredens. Straatlantaarns blijken in Nederland rond de zes meter boven het plaveisel te hangen. Door daar onder te blijven kan een reus gemakkelijker worden uitgenodigd voor een optreden.
Een tweede reden van de bekendheid van de reuzen is gelegen in het feit dat deze uiting van volkscultuur in Nederland zeer vitaal is. Dat geldt voor vrijwel alle Europese reuzen, maar in Nederland toch in het bijzonder. De laatste jaren is sprake van een ware revival. In een decennium is het aantal reuzen bijna verdubbeld. Op een aantal van twintig is dat uiteraard snel gerealiseerd, maar als deze ontwikkeling wordt vergeleken met de problemen waarmee vele andere vormen van volkscultuur te maken hebben, is dit toch opvallend. Momenteel zijn er de reuzen van Wûnseradiel (1989), Oisterwijk, Moergestel, en Heukelom (2000), Losser (2002), Tilburg, Udenhout en Berkel-Enschot (2008), Hilvarenbeek (2009) en Liempde (2009). Volgend jaar krijgt Maastricht er een nieuwe reus bij en er zijn aanwijzingen dat binnen afzienbare tijd nieuwe initiatieven zullen worden genomen.
Alle elf reuzengildes in Nederland zijn goed functionerende en krachtige stichtingen of verenigingen. Per groep zijn er gemiddeld tussen de 25 en de 50 personen bij betrokken. Gemiddeld wordt per jaar aan drie tot vijf optochten in binnen- en buitenland deelgenomen. Over het algemeen slaagt men er goed in financieel de broek op te houden. Initiatieven worden genomen om de jeugd te interesseren. Nieuwe technieken zijn en worden bedacht om reuzen te bouwen, te vervoeren en voort te bewegen. Maar er zijn ook bedreigingen. Deze zijn onder meer financieel van aard. Reuzengenootschappen kunnen niet zonder subsidies. Als zoveel andere organisaties valt het de reuzengroepen steeds moeilijker vrijwilligers te binden en nieuwe mensen te interesseren. De bedreigingen worden gezamenlijk aangepakt. Daartoe is in 2008 onder auspiciën van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur een landelijke Reuzenfederatie opgericht.
De bedreigingen zijn echter veel minder groot dan de positieve geluiden die er over de Nederlandse reuzencultuur zijn te geven. Het is dan ook bijzonder jammer dat Nederland het voorstel van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur niet over heeft willen nemen om het Akkermansgilde uit Venlo met de twee oudste reuzen van Nederland op de lijst van de UNESCO van het immaterieel werelderfgoed te zetten. Wij Belgen wisten wat dat betreft dit fenomeen wel op waarde te schatten. Daar staan twaalf reuzen en vijf reuzenoptochten op deze belangrijke lijst.
Van de achttien/twintig reuzen in Nederland, bestaan er elf in Noord-Brabant, vijf in Limburg en één in Overijssel en Friesland. De toename van het aantal reuzen is vooral op het conto van de Brabanders te schrijven, omdat er daar sinds 2000 acht bij zijn gekomen. Dat begon met de drie reuzen van de gemeente Oisterwijk. Het concept dat daar werd bedacht heeft andere plaatsen geïnspireerd. De huidige gemeente Oisterwijk onstond in 1997 als gevolg van een gemeentelijke herindeling. De drie dorpen Oisterwijk, Moergestel en Heukelom werden samengevoegd. De inwoners van de nieuwe gemeente moesten aan elkaar wennen. Een culturele organisatie in Moergestel kwam daarop met het initiatief om alle drie de kernen een eigen reus te geven. Een reus drukt de identiteit uit van een gemeenschap. Door deze reuzen samen te bouwen en te beheren zouden de inwoners naar elkaar toegroeien. Dit concept van eenheid in verscheidenheid werd een groot succes. De buurgemeente Tilburg met ook drie kernen nam het over. Op dezelfde gronden heeft de bestaande reuzengroep van Boxtel aan de kleine kern Liempde een reus geschonken. Deze ontwikkeling bracht in het nabije Hilvarenbeek een al langer sluimerend plan voor het bouwen van een reus tot leven.
Het geheim van dit succes is het benadrukken van de functie van een reus. Een reus of reuzin is niet zomaar een pop van gevlochten wilgentenen, staal, aluminium of polyester, maar hij of zij is een weerspiegeling van een gemeenschap. Dat kan een stad zijn, een dorp, een wijk of een vereniging. Een reus wordt dan ook als een echte inwoner van een plaats beschouwd. Ze worden gedoopt in het bijzijn van een peter en een meter en ze worden ingeschreven in het bevolkingsregister. Veelal zijn notabelen bereid om als beschermheer op te treden, wat onder meer het geval is in Maastricht (de burgemeester) en Tilburg (de vrouw van de burgemeester). Verjaardagen van reuzen zijn aanleiding tot het organiseren van grote feesten met optochten. Veel gemeenten zien de reuzen met hun folkloristisch verklede begeleiders als bijzondere ambassadeurs. In deze tijd met een groeiende aandacht voor tradities, folklore, historische verenigingen en streektalen bestaat er blijkbaar behoefte aan een fenomeen als een reus die uitdrukking geeft aan de plaatselijke eigenheden. Dat klinkt luid en duidelijk door in de namen en de uitmonstering van de Nederlandse reuzen. Van een plaats in Nederland met een reus kun je zeggen : "zeg me wie je reus is, en ik zeg je wie je bent".
Zo beschouwd wortelen de Nederlandse reuzen in een zeer oude traditie. Maastricht had al een reus in 1550, Venlo in 1563 en Roermond in 1680. Andere reuzen zoals in Wûnseradiel en Losser zijn vormen van 'uitgevonden' folklore. Soms bestaan er dunne lijntjes met het verleden, zoals in Oisterwijk en Tilburg. In het verleden telde Nederland veel meer reuzen. Deze zijn verloren gegaan als gevolg van de Reformatie en met name in de Franse tijd. Dat gebeurde ook in de omringende landen, maar daar is men veel eerder begonnen met het herstel. Het beste voorbeeld daarvan is de enorme groei van het aantal reuzen in België, de bakermat van de hedendaagse reuzencultuur. In het ontstaan van de reuzen zijn processies en ommegangen belangrijk geweest. Daarin werden grote poppen meegevoerd. Ze stelden bijbelse figuren of heiligen voor, zoals Christoffel in 1398 in Antwerpen. Het ongeletterde publiek kon zo van hun bestaan kennisnemen. Er waren ook andere verschijningsvormen. Reuzen werden op stadswallen geplaatst om aanvallers schrik aan te jagen. In de Franse Midi hebben ze reuzen in de vorm van fabeldieren.
De Nederlandse reuzen maken onderdeel uit van een werelwijd fenomeen. Het zijn universele verschijningsvormen van angst, macht en cultuur. Vooral van volkscultuur. In de profane en religieuze wereldliteratuur komen tal van reuzen voor als helpers, helden, goden en monsters. In Oost en West symboliseren de reuzen de strijd tussen goed en kwaad. David die Goliath verslaat. De aarstengel Michaël die de draak overwint. Sint Joris die de koningsdochter redt uit de klauwen van de draak. In het door Gulliver van Jonathan Swift bezochte land heerst de reuzenkoning Brobingnag. De Europeze reuzencultuur kent ook relaties met oeroude mythologie. In de beleving van de nietige mens kon een reus de ontzagwekkende natuur verklaren. De Drenten namen aan dat de hunebedden bouwsels van de reuzen waren. De heuveltjes in de buurt van de Vecht zijn hoopjes zand die uit de zakken van passerende reuzen vielen. De Rijn is een reuzenwerkje geweest. Twee reuzen groeven samen een eeuw aan de bedding. Nooit wisselden ze een woord. Toen een van hen een zucht slaakte, werd het hem te rumoerig en ging hij in zijn eentje de Waal aanleggen...
Volgens de Landelijke Nederlandse Reuzen Federatie zou er in Duitsland maar één stadsreus bestaan (maar ze vergeten er bij te vertellen, waar). Dus ben ik aan het zoeken geslagen...
Niet echt een 'verplaatsbare' maar toch een stadsreus vinden we terug in het Duitse stadje Villingen-Schwenningenonder de naam Reus Romaüs.
Einde 19de en t begin van de 20ste eeuw werd de reus Sporkin getrokken op een houten kar door de kasseirijke straten van Veurne, majestieus, door één of twee boerenpaarden, dit ter gelegenheid van verschillende optochten en feesten.
Volgens sommige bronnen bereikte de gigant een hoogte van 9 meter en woog hij 450 Kg
De opkomende bedrading voor de elektriciteitsvoorziening en het telefoonnet in de straten van Veurne, belette de vrije doorgang van de reus Sporkin.
Eerst werd de hoogte van de reus gehalveerd, en werd hij als een soort zittende krijger op een troon voorgesteld.
Omstreeks wereldoorlog I werd de reus ontmanteld, om later in totale vergeteldheid te vallen wegens de oorlog. Spijtig genoeg stopt de geschiedenis van de reus Sporkin, tot in de jaren zeventig. Men vindt toevallig op de zolder van Yves Houbaert, een kleurrijke volkse barbier, wonend in de Vleeshouwersstraat, de grote plaasteren kop van de reus Sporkin. Hoe deze zware kop op deze locatie is gekomen blijft een raadsel dat tot heden nog niet werd ontrafeld.
In t jaar 2000, na de plotse dood van Yves, schenkt zijn weduwe de kop aan het nieuwe Sporkincomité met als nieuwe Voorzitter Ivan Cordenier. Het bestuur beslist de kop onder de hoede te brengen van de Veurnse commisaris José.
In 1985 beslistte het toenmalige avondmarktcomité, onder het voorzitterschap van Gerard Goens, een reus te bouwen als attractie voor de avondmarkt. De reus wordt Sporkin genaamd, maar de tengere bouw en de amateuristische uitvoering van de kop in papiermaché lijdt vlug tot een roemloos verval na enige tijd, zodat het bestuur de gigant binnen de 2 jaar ontmanteld en het voor bekeken houdt.
1998 : Bij een grote opkuis in de kelders van de St Niklaaskerk, vindt men een fel gegavende kop van een reus in papiermaché. Hoewel men geen enkele verwijzing heeft kan het niet anders dan dat deze kop ooit deel uitmaakte van de oude gigant Sporkin. De kop werd eveneens overgedragen aan de politie commisaris van Veurne, José Clauw, die een fervent verzamelaar is van deze Veurnse folklore attributen.
De koppen zijn te bezichtigen in het politie commisariaat van Veurne, waarvan de politiezone de naam SPOORKIN draagt.