Sinds
heel vroeg
deze morgen,
in al haar activiteiten
van de dag,
met een snelheid
zonder weerga,
waarvan elke crash test dummy
nijdig groen zou uitslaan
mocht ze ergens te pletter
slaan,
staat ze onder onophoudelijke,
stotende megavoltage,
gierend door haar lijf,
de brandende, sidderende rode
draad,
omhoog tot in haar centraal
zenuwstelsel,
verantwoordelijk voor haar,
tot nu toe,
ongekend supersonisch
denkvermogen,
signalen sturend naar elk
zintuig
Elke nog levende, voelende cel,
levendiger dan ooit,
moet eraan geloven,
zich stortend op het werk,
alles en iedereen
voorbijflitsend
als een bliksemschicht,
zonder gedonder,
in alle stilte,
bijna onzichtbaar,
om niet te moeten stoppen
Ze raast de tijd voorbij
tot evenwicht weer één is.
|