Al jaren zijn we fan van zuurdesembrood. In de eerste periode dat "Het Dagelijks Brood" , nu "Le pain perdu" in Gent zijn deuren opende, werkte ik nog aan de universiteit in de SintPietersnieuwstraat. Regelmatig kocht ik er zo'n fantastisch brood, al vond ik stiekem dat het een schandalig dure zaak was. Later, toen ik niet meer zo dichtbij werkte, kon ik maar af en toe zo'n brood bemachtigen. En stilaan werd het ook minder lekker... Maar zelf zo'n heerlijk zuurdesembrood maken is echt niet moeilijk. Je moet wel een starter hebben. Die maak je door water en volkorenbloem (liefst eigenlijk rogge) met elkaar te mengen en te afgedekt te laten staan op een warme plaats. Elke dag doe je er wat water en bloem bij en goed mengen. Zo krijg je een "moederdeeg". Dit gaat na enkele dagen borrelen en lekker ruiken. Als je ziet dat er grote blazen inkomen dan is het klaar. Ik neem altijd de helft van mijn moederdeeg en doe daar dan water en bloem bij tot ik genoeg heb voor een brood. Dit brood werk je dan af zoals elk ander brood, maar je gebruikt natuurlijk geen gist. Het moederdeeg moet je dan telkens weer aanvullen met bloem en water. Hiervoor gebruik ik ook liefst biologische bloem omdat die meer aroma's heeft. Een zuurdesembrood moet wel langer rijzen dan een gewoon brood. Meestal maken we het brood 's avonds, zetten het in de broodvorm afgedekt op een plaatsje bij kamertemperatuur en dan kan het 's ochtends tijdens het ontbijt in de oven. In plaats van zelf je moederdeeg te maken, kun je er natuurlijk ook altijd bij vrienden of kennissen wat vragen, dat spaart je enkele dagen opstart. Dus als iemand wat wil, laat maar horen.
Ik ben opgegroeid in de tijd dat "moderne mensen" een open haard hadden in hun huis. De schouw, de balken en zo dat waren echte statussymbolen. Daar kwam dan een setje bij om alles netjes te kuisen en ook grote lucifers. Deze lucifers zijn schattig omdat ze in zo'n mooie simpele verpakking zitten. Het tafereel toont hoe alles hoorde te zijn.
Gisteren was het weer een behoorlijke drukte op de wekelijkse familieavond. Op het menu: sushi met verse tonijn, fishcakes (volgens een recept van Jamie Oliver) en als hoofdgerecht: eend. Dit beest maak ik graag klaar in de oven. Ik neem dan een ovenschaal die heel groot is en waar ik rond de eend nog de in schijven gesneden aardappelen kan bijleggen. Dan kan dat allemaal samen gaar worden en krijg je een heel zacht resultaat. De eend kruid ik met vijfkruidenpoeder, dat geeft toch iets exotisch. Verder was er rodekool en peertjes en ook schampignonsaus. Ik dacht eerst een foto op deze blog te zetten van de stapel afwas na dit etentje. We waren met 9 dus die stapel is wel gigantisch, maar ik heb het toch niet gedaan. Ik vond deze foto mooier de sfeer weergeven.
Wil je scoren als een echte chef, dan kan je met dit dessert op je twee oren slapen. Het is een quick en dirty versie van "vacherin". Neem een halve liter room en klop die stijf in de keukenrobot. Kruimel er ene twintig-tal meringue koekjes van zeer goede kwaliteit door en meng goed. Schep in individuele potjes of in een grote schaal en bestrooi met brézilienne nootjes. Zet weg in de diepvriezer. Ze moeten licht vervroren zijn dan krijgen ze de consistentie van het allerbeste softijs. maak er genoeg!
Dit is al een licht verbeterde versue van de Maki van vorige week. In het magazine bij de Morgen stond er gisteren ook een handleiding, we vinden de onze natuurlijk wel beter. Lekker en mooi. Deze keer zijn ze gevuld met surimi sliertjes met daarop een soort cocktailsausje.
Eerder al schreef ik iets over het winkeltje van de Tuinbouwschool in Melle. Het is altijd leuk om daar te gaan. De bedoeling is dat de leerlingen leren om klanten te bedienen, te wegen, verpakken, af te rekenen enz. Alles wat op dat moment voor handen is, wordt aan een (meestal) heel goedkope prijs aangeboden. Ik ga er regelmatig eens binnen. Vorige week kocht ik er dit boeket tulpen. Zeg nu zelf: twee euro, die kun je toch aa niemand anders laten zeker;
Sushi zijn we al een
beetje gewoon. Onze kat noemt sushi en de kinderen kunnen al sushi maken.Maki is wat moeilijker. Eigenlijk is het een
sushi maar dan binnenste buiten, met de rijst naar buiten.
Men neme een vel Nori en smeer de sushi rijst in een dunne laag, zeer egaal. Strooi daarop zaadjes, bv sesam.
Daarna legt men folie
op de rijst, en leg het bamboe matje op de plastiek folie. Als men het geheel
omdraait, heeft men terug een vel Nori. Dat kan je nu met eender wat vullen. We
gebruikten garnalen in een ietwat zoet sausje op basis van mayonaise en ketchup.
De saus was een beetje te dun, maar volgende keer beter.
Hierna wordt de Maki
gerold. Ik heb zelf in een restaurant gezien hoe je de rol een beetje vierkant
maakt, en snijdt met de folie er nog aan. Zo bekom je de Maki. Lekker eneen heel andere ervaring dan de sushi.
Als je veel mensen op bezoek krijgt en je wil het jezelf gemakkelijk maken dan is pizza altijd een succes. Vorige zondag waren we met 12 en ik had weinig tijd om te koken. Ik moest eerst van mijn dierbare echtgenoot (en ook van mezelf) een plafond helpen uitbreken en opruimen. Ja dan onder de douche en het was bijna tijd. Maar in mijn hoofd was alles goed gepland. 's morgens had ik de pizzadeeg klaargemaakt: een halve kilo bloem (liefst grano duro, type 00 of speciale pizza bloem). Daar doe je dan water en zout bij zoals je een brood maakt en goed kneden in de robot. Je krijgt dan een mooie deegbal. Deze doe je in plastiekfolie en leg hem in de frigo. Een uurtje voor de gasten arriveren, de deeg uitrollen met een zware rol. Zo fijn mogelijk. Je hebt daarvoor wel een groot werkblad nodig. vervolgens in ovenschalen doen. Dan komen de ingredienten. Eerst volledig bestrijken met een tomatensaus. Ik gebruik hiervoor een soort tomatentapenade: mengeling van tomaten en olijvenpulp. Dan leg je er naar believen salami, hesp, mossels, gerookte zalm enz op. Vervolgens flink wat paprika's in olijfolie en besprenkel de olijfolie er gerust mee op. Verder ook nog wat champignons en veel meer is dat eigenlijk niet. Ik hb ooit eens gelezen dat je op een pizza niet te veel groenten mag leggen (verse tomaten en zo omdat hij dan minder krokant wordt). Dan natuurlijk de kers op de taart (heuh): flinke plakken mozarella. Ik neem van die speciale pizzamozarella (in langwerpige pakjes van Galbani). Ik vind dat subliem voor pizza Je kan natuurlijk ook nog andere kazen toevoegen maar mozarella erbij is een must. Tenslotte afwerken met flink wat kruiden. OP de foto zie je vooral heel veel gedroogde oregano en ja inderdaad ook pizzakruiden die ik zo heb gekocht (niet van Piet huizentruyt want ik ben niet zo voor die marketing trukjes). En dan de oven in.
Met de koude van de laatste weken is het niet evident om de moed op te brengen een wandelingetje te maken. Maar toch doe je buiten nog prachtige ontdekkingen. Zo kun je nog wilde rozenbottels plukken. Ze zien er fantastisch uit met een onvergelijkbaar rood/oranje kleur, naar verluid zitten ze vol vitamines en je kan er lekkere dingen mee doen. Zeker wanneer het al eens gevroren heeft, dan kun je ze makkelijker verwerken.
Niets is leuker dan wanneer iedereen graag zijn eigen gerechten maakt. Bij de jongens (sorry voor deze veralgemening) is dat wel heel wisselvallig. Soms zie je maanden niet in de keuken verschijnen en soms bemoeien ze zich met alles wat je doet, omdat ze het natuurlijk veel beter weten. Georges is 19 en een perfectionistische kok. Hij besteedt heel veel aandacht aan het zorgvuldig voorbereiden van de ingredienten en aan de presentatie. Voor hem is koken als een dans, een choreografie waar alles in stijl en in een relaxed ritme moet gebeuren. Plezant om te zien en lekker om te eten.
In het vorig berichtje schreef ik al over Emilie. Zij is niet altijd een gemakkelijke eter, en koken doet ze ook niet al te graag. Maar ze heeft wel één specialiteit en als ze er aan denkt dan wordt die soms wel vier keer in een week klaargemaakt. Het is een eigen interpretatie van quiche met prei en garnalen en ik moet zeggen dat het lang niet slecht is. neem een bladerdeeg en leg die op een bodem. Vervolgens maak je twee mooie preien schoon en snijd ze in stukjes. Je laat ze zachtjes gaar worden in wat olijfolie. Dan voeg je de garnalen toe. Van het vuur nemen en 2 eieren, een flinke scheut room en peper toevoegen. Dit geheel nog eens goed mengen, over de bladerdeeg gieten, twintig minuten in de oven en onmiddellijk opeten.
Emilie is onze jongste dochter en lust heel graag kreeft. Haar beste vriendin Freya is een vegetariër en erg begaan met het lot van arme diertjes. Groot was onze verrassing toen ze zonder schroom beiden eerst deze heerlijke beesten grondig aan het bestuderen waren vooraleer ze genadeloos in een ketel kokend water te gooien. Ze hebben uiteraard heel lekker gesmaakt.
Als je foto's wil nemen van lekkernijen, moet je soms snel zijn, want soms verdwijnen die als sneeuw voor de zon. In dit geval was de sneeuw niet weg, maar de koekjes weg. Deze doos was een nieuwjaarswens van Karl en Hannes, The Cookie Collective. De koekjes zijn op, de doos bewaar ik. Op jullie succes jongens!
Deze bonzai heeft een lange geschiedenis. Hij was ooit een dwergspar in de kleine voortuin bij mijn ouders, maar toen ze hem zelf niet meer wilden hebben, deden wij hem mee naar huis. Dat is inmiddels als meer dan twintig jaar geleden. We hebben hem toen gewoon in een pot geplant. Enkele jaren geleden kwamen we op het idee om hem bij te snoeien en in een bonzai schaal te plaatsen. Dit is het resultaat en het mag er zeker zijn. Nu staat hij bedolven onder een laagje sneeuw, maar mooi blijft hij toch.
Gerookte zalm kan wel heel erg lekker zijn, maar de smaak van het gerookte is toch vaak heel dominant in een gerecht. Vandaar dat deze gravadlachs zo lekker is, zeker wanneer we toch al de neiging hebben overdadig te eten. De zalm moet wel minstens 48 uur op voorhand worden gemarineerd. Het doet het zo: koop twee mooie zalmfilets op vel, of een enkele die je dan kan doorsnijden. maak de marinade. Neem 150gr kristalsuiker en 150 gr grof zeezout voor ongeveer 2 kg zalm. Meng suiker en zout en meng er twee grote handen vol verse fijngehakte dille door. Leg een groot stuk keukenfolie open en leg hierop een deel van het suiker zout mengsel/ leg daarop de ene helft van de zalmfilet en voeg nog een derde van het kruidenmengsel toe, gelijkmatig uitstrijken ook aan de randen. Leg vervolgens de twee helft op de eerste met het helft naar boven en strijk de rest van het kruidenmengsel hierop uit. Vouw de keukenfolie goed rondom de zalm en leg in een schaal die groot genoeg is en enigszins diep want er loopt wel wat vocht uit. Dit geheel moet nu in de frigo. Als je eraan denkt tussendoor de zalm af en toe draaien. Twee dagen later is dit een delicatesse die je kan serveren met een mostersaus of met gemarineerde komkommer, of waar je ook maar zin in hebt.
Ik schreef al eerder over mosselen. Verse mosselen zijn altijd overheerlijk, maar soms heb je zo van die geslaagde creaties die mosselen tot een ware delicatesse maken. Zo probeerde ik vorige week eens mosselen met pompoen klaar te maken. Voor je wanhopig de ogen naar de hemel richt, het gaat over een "butternut" pompoen, zo van die kleintjes die een notensmaak hebben. Gewoon bij je normale bereiding van mosselen enkele flinke stukken pompoen mengen en laten meestomen. Is gelijk gaar met de mosselen. Ziet er prachtig uit en geeft een bijzondere sensatie.
Als je al eens geprobeerd hebt om eclairs te maken, weet je dat het resultaat heel lekker is en het werk eigenlijk nog best meevalt. Een niveau hoger staan de prachtige profiteroles. Je maakt hetzelfde deeg als voor eclairs, maar je vult ze met zelfgemaakt vanilleijs en pas daarna overgiet je ze met chocolade; Er gaat niets boven.
Samen piza maken, dat is plezier verzekerd. Probeer eens van O te vertrekken en ook zelf de bodem te maken, flinterdun of wat dikker zoals je het liefst hebt.
Naar de bakker gaan vind ik echt hatelijk. Je moet zorgen dat je deftig gekleed bent, dan moet je geld hebben, dan moet je in je auto stappen (want te voet is toch iets te lastig) en deze tijd moet je die eerst nog ontdooien, en dan moet je je beurt afwachten. Het resultaat is dan meestal een slappe bedoening zonder smaak die binnen de kortste keren niet meer te vreten is. Vandaar dit heel gemakkelijk recept voor pistolets. Het is zo eenvoudig dat je niet weet wat je overkomt. Neem gewoon witte bloem, verse gist en melk. Meng het geheel (het deeg moet zijn zoals voor brood dus voldoende elastisch maar niet te slap). Vergeet geen zout toe te voegen. Even goed door blijven kneden (de goede oude Kenwood doet dat zonder klagen). Rol het deeg in een bol en dek het af met een (propere) handdoek. Gedurende ong. een half uurtje in een oven leggen van ong. 50 graden, of bovenop een goed warme chauffage. Vervolgens het deeg uitrollen tot een dikke worst. Gelijke delen van snijden en deze tot bolletjes vormen. Met een halve kilo bloem heb je ong. 15 pistolets. Deze bolletjes nog eens een tiental minuutjes de warmte in (zelfde als vorige). Dan de pistoletjes besprenkelen met zout water en gedurende een kwartiertje in een goed hete oven (230 graden). Ze koelen snel af. Dus je kan eigenlijk ong. een uurtje nadat je gestart bent met het hele proces al beginnen smullen.