Zaterdag 13 augustus - 44ste etappe - Maria Seesal
Zaterdag 13 augustus 2011 - 44ste etappe - Waidhofen a/d Ybbs tot Maria Seesal Gisteravond heeft pastoorsmeid lekker gekookt. Daarna zijn de pastoor en de meid naar de opera vertrokken. Ik zat op mijn kamertje toen er buiten zoveel lawaai was. Ik wilde gaan kijken, want er was daar een criterium aan de gang voor mountainbickers. Maar ik kon niet naar buiten, ik was dus opgesloten in de pastorij! Dan maar weer naar mijn kamer en daar heb ik door het venster naar de koers gekeken. Het was een criterium voor MTB'ers in 4 reeksen van 20 renners. De eerste 5 van iedere reeks reden om 10.00 u. de finale. Alé, 't is een keer wat anders dan bij ons. Vanmorgen was de ontbijttafel gedekt voor 5 personen, bleek dat er nog gasten logeerden. Twee jonge Braziliaanse priesters. Ik had ze niet gehoord of gezien gisteravond, zo stil waren ze! Ze spraken alleen maar Portugees en een heel klein beetje Duits, het was dus behelpen met handen en voeten. Later kwam een tolk om ons te helpen. Wanneer ik wilde vertrekken was pastoor ook alweer weg, en ik heb dus geen afscheid kunnen nemen. Er was een begrafenis en een huwelijk in de voormiddag. In het centrum van Waidhofen kreeg ik compagnie van een inwoner. Hij vroeg mij om veel voor hem te bidden in Mariazell, omdat hij zo ziek is. Er is toch veel miserie in de wereld. Wanneer ik een tijdje buiten de stad ben begint het alweer te regenen. Ik passeer een hoeve waar de boer buiten staat. Hij begint mij natuurlijk ook weer uit te vragen, en ik doe weer mijn zelfde verhaal. Aan de volgende boerderij staat een andere boer mij al op te wachten, waarschijnlijk had hij telefoon gekregen van den eersten. Hij bewondert mijn zelfgemaakte stokken, als er opeens een dolgedraaide Rottweiler komt aangestormd. "Kruis uw stokken" kan de boer nog roepen. En zo vang ik de hond in de schaar! Dan neemt zijn baasje een van mijn stokken en slaat het arme dier tot het al janken wegloopt. Dat was eventjes schrikken! En de telefoon doet zijn werk, onderweg staan nog enkele boeren mij op te wachten. Blijkbaar ben ik een zeldzaam exemplaar. Vijf bergen verder is het alweer droog en kan de regenkledij weer uit. Ik loop over de Knieberg, maar toch geen pijn aan de knieën hoor .....Dan zie ik een wegwijzerbord met daarop Ybbsitz , allee ik loop "ipsiets" van Ybbsitz ......Daar begint de afdaling . In een Imbiss (snackbar) vraag ik mijn stempel, maar die wordt mij weeral geweigerd, ik krijg een snak en een bete. Maar dan komt de bazin en heeft mij toch een stempel en ik kan vertrekken. Het zit er vol dronkaards en ben blij dat ik daar weg ben.
Blijkbaar is Ybbsitz gekend voor zijn kunstsmeden en beeldhouwers. De smeden gebruiken de waterkracht (watermolen) van het naastliggend riviertje 'de Ybbs' om, met een vernuftig systeem de hamer automatisch omhoog te trekken en dan te laten vallen. Zij maken prachtige kunstwerken.
Dan wandel ik langs een waterval omhoog tot helemaal boven, langs een gevaarlijke afgrond. Boven loop ik nog wat door weiden en bosjes. De zon kwam ook weer te voorschijn en daarmee ook mijn vriendjes, de dazen en wespen. Ik heb weer een paar venijnige beten geïncasseerd. Gelukkig was het niet zo ver meer en na een afdaling kwam ik aan in Maria-Seesal, een gehuchtje met 1 kerk , 2 huizen, 1 gasthof, 1 houtzagerij en een boerderij. De hoteluitbaatster spreekt een onverstaanbaar dialect en troont mij mee naar mijn kamer. Het is er zeer proper en voor de laatste keer was ik mijn kleren. Nog ongeveer 54 km en ik heb mijn doel bereikt. Wie had dat gedacht???...............
Ik wens hierbij nogmaals alle mensen van harte te bedanken die mij op de een of andere manier gesteund hebben, door mijn blog te lezen, berichtjes en mailtjes te sturen en niet te vergeten de financiele bijdrage voor het project Gambia (het juiste bedrag weet ik nog niet). Zonder dit alles zou mijn zware tocht nog zwaarder lijken. Ik zal jullie allemaal indachtig zijn als ik maandag aankom in Mariazell, en een GROTE kaars ontsteken! DANK U WEL.
Vrijdag 12 augustus - 43ste etappe - Waidhofen a/d Ybbs
Vrijdag 12 augustus 2011 - 43ste etappe - Maria Neustift tot Waidhofen a/d Ybbs Ik heb eens goed geslapen, 10 uur, maar het is nog te weinig voor mij. Vanmorgen ben ik naar de mis geweest. Er waren toch ongeveer 30 personen (midden de week) in de kerk. De priester vernoemde mij op het einde van de mis, en wenste mij namens de parochie een goede reis toe. Daarna hebben we samen ontbeten, de huishoudster had voor een stevig ontbijt gezorgd, en kon ik vertrekken. De pastoor gaf mij de zegen en op mijn beurt moest ik hem en de huishoudster de zegen geven. Hij zegt mij dat het heel normaal is, dat een pelgrim de zegen heeft. Ik vraag mijn gastheer wat mijn schuld is, maar hij wilt niets aanvaarden. Maar de kerk moet gerestaureed worden en ze verkopen 'Gutscheinen', een soort aandelen. Zo zijn 2 stenen van de kerk nu van mij, ik zal dus in de kroniek vermeld worden. Onderweg bij een bakker broodjes gekocht voor 's middags.
Ik vertrek langs een goed aangeduid parcours. Zelfs in de weiden staan borden met wegwijzers. En trapjes om over de stroomdraden te kruipen, die zijn er om het vee binnen de afrastering te houden. En ja, daar zijn ze weer, de dazen en wespen. Ik lig goed in de markt. Op mijn weg heb ik al zo dikwijls het woord "Bildstock" tegengekomen , en ik wist in de verste verte niet wat dat betekent! Maar nu wel: het is een bidkapelletje! Waar men gaat langs Vlaamse, pardon, Oostenrijkse wegen komt men Bildstocken tegen....... Ik heb gisteren al het nut van mijn twee stokken bezongen. Ewel, ik ben hartstikke blij dat ik ze mee heb. De afdalingen zijn zo gevaarlijk dat de kleinste misstap een ramp zou zijn. Met mijn stokken kan ik mij met mijn zware rugzak toch afremmem indien nodig. Buiten enkele boeren die in de velden aan het werken zijn kom ik niemand tegen. Vandaag is het nogal een lange tocht, nl. 30 km , niet te onderschatten hoor in die hitte en berg op berg af. In Waidhofen aangekomem ga ik in de controlepost een stempel vragen, maar die wordt mij geweigerd door de vrouw die daar verantwoordelijk is. Ik kan me al inbeelden waarom: Brigitte had daar eerst een slaapplaats gereserveerd maar later geannuleerd, omdat ik in het 'Pfarramt' kon slapen. Waarschijnlijk is ze in haar g... gebeten. Maar geen nood, in Pfarramt zal ik wel mijn stempel krijgen. Als ik aanbel bij de Pastoor komt niemand opendoen. Dan maar naar Brigitte gebeld en zij heeft het probleem alweer opgelost. Opeens komt de huishoudster de voordeur opendoen en krijg ik mijn kamer toegewezen. De pastoor was het vergeten te zeggen tegen de 'meid' dat er een pelgrim kwam slapen. Mooi kamertje met douche en toilet. De Pastoor "Pfarrer Magister Herbert Döller" is een toffe gast. In de pastorij lopen twee katten rond. Een ligt boven op een etagaire met een Mariabeeld in. Na het avondbrood blijven we nog een beetje praten. Maar de pastoor is ook verstrooid, hij had namelijk gezegd dat ik een sleutel zou krijgen van de pastorij, om in de avond nog even in stad rond te lopen, niet daarvan, hij was het vergeten en hij was 's avonds weg met zijn meid naar de opera Nabucco van Verdi. 's Morgens aan het ontbijt merkte ik dat er vijf borden stonden. Ik dacht, tiens, wij zijn toch maar met zijn drieën. Het kwam even later uit. Daar logeerden ook nog 2 Braziliaanse priesters en die waren de avond voordien ook opgesloten. Ajaijai. Verstrooide professor. Ik ben vandaag in Niederösterreich, maar dat kun je niet zien hoor. Ze kweken hier ook bergen !.... Hier zit ik op ongeveer 380 m. hoogte en Ybbsitz heeft 422 m. boven de zeespiegel. Ik krijg een berichtje van mijn goede vriend Bart Kindt. Ik mag bij mijn terugkeer weer daar logeren .... maar 't zal niets worden hoor Bart, ik ga eens zwaaien vanuit het vliegtuig.......tweede venster rechts. Morgen 19 km naar Maria-Seesal. Tot dan !
Donderdag 11 augustus - 42ste etappe Maria Neustift
Donderdag 11 augustus 2011 - 42ste etappe - Steyr tot Maria Neustift Vanuit Gasthaus Pöchacker om 7.00 u vertrokken naar centrum van Steyr. Ik word tegengehouden door een wandelaar die mij vraagt waarheen de reis gaat. Hij is begeesterd door mijn avontuur en wandelt een hele tijd met me mee. Ik wandel vervolgens een heel stuk langs het riviertje de Enns. Ter hoogte van Steyr vloeien de riviertjes de Steyr en de Enns samen. Beide hebben een nogal sterk debiet. Na enkele kilometer verlaat ik de bebouwing en stap ik door de velden. Onderweg zie ik veel herten en reeën, normaal, met al dat lekkers op de velden. Ik denk dat ze enorm verlekkerd zijn op sojabonen. In ieder sojaveld lopen er wel een paar rond. Af en toe loop ik door een bosje (wat men hier een au noemt). Ondertussen ben ik aan beklimmingen begonnen. In de bergen geen mens gezien en plots ontdek ik dat ik niets te eten bij heb. Vergeten een lunchpakket klaar te maken. Bij mijn eerste controle in Gasthof Schoiber vraag ik de 'Wirt' of hij een paar boterhammem wilt klaarmaken voor mij. Dat doet hij met plezier en wenst mij nog een goede reis. Twee dikke boterhammen met gekookte boullie, kaas en mierikswortel (straffer dan mosterd). Mijn tocht bestaat vandaag uit veel beklimmingen en gevaarlijke afdalingen. Door de nachtelijke regen liggen de paden er spekglad bij, zeer gevaarlijk om uit te glijden en op je neus te vallen! Vanaf Gasthof Schoiber moest ik een steile 'Schotterweg' omhoog, niet dat het vol ligt met 'Schotten' uit Schotland (Schotten betekent rotsblokken), tot op de Damberg. Heel lastig. Allemaal verschillende dikte en geen enkele horizontaal. Ik dacht onmiddellijk aan de "Totenstiege" in het concentratiekamp van Mauthausen (een pesterijtje van de SS in WOII). En zeggen dat ik er mountainbikers naar beneden zag rijden. Op de Damberg staat er een hoge uitkijktoren, die ik er ook nog bijnam. Van hier heb je een prachtig uitzicht op het Vooralpen gebied, met serrieuze pieken. Vandaar is het steil afdalen en wordt er rond de Schwarzberg gewandeld, om dan aan de beklimming van de Plattenberg te beginnen, die met zijn 900 meter helemaal niet zo plat is. Meer dan een uur klimmen. Als toemaatje zijn de boeren mest aan het voeren op de Almweiden en daar moest ik door, willens, nillens. Ik stonk gelijk een ...! De landbouwers bemesten hun weiden door gebruik te maken van kilometers lange slangen, die nog een grotere diameter hebben dan die van de brandweer. Er staat een pomp beneden aan de mestputten, een tussenpomp halverwege de berg en een pomp op het einde. De mest wordt verdeeld over de weide met enorm krachtige sproeiers. Na de walm van de alm ben ik de beklimming van de Spadenberg (1000 meter) begonnen. Bovenaan heeft een Alpenvereniging een kruisbeeld geplaatst, met bijhorend boek, waar je uw bevindingen kan neerpennen. De afdaling van de Spadenberg was de slechtste tot nu toe, gevaarlijk glad door de regen van gisteren. Gelukkig kon ik afremmen met mijn stokken. De paden zelf zijn onbegaanbaar, dus moet je zich een weg banen door het bos en zien dat je de paden niet uit het oog verliest. Door het bos is het eveneens lastig vooruit komen. door de uitstekende wortels, waar ik heel de tijd mijn achterpoten omsla door de uitstekende wortels van de bosreuzen. Heel lastig stappen. (Wat moet Christus geleden hebben onder het gewicht van zijn kruis, vallen en beschimpt worden ..., in mijn geval dazen, wespen, en andere insecten) Men staat er niet altijd bij stil. Spadenberg! Geen spaden te bespeuren, ander zou ik er een beetje van afscheppen ....... En net wanneer je denkt dit is het einde, begint een nieuwe beklimming of afdaling. En ineens, in 'the middle of nowere', kom je aan de "Glassner Hütte". Dit is eigenlijk meer een uit de kluiten gewassen berghut, die in de zomer leeft van wandelaars en in de winter van de skiërs. Ernaast loopt een skilift. Scheel van de dorst bestel ik een apfelsaft gesprizt. De eerste slok dampt weg. Vandaar zie ik de kerk van Maria Neustift staan, bijna binnen handbereik, maar niet is minder waar. Ach nee, nog een uur stappen tot beneden. Na de afdaling krijg ik nog een lichte steiging van 100 m naar kerk van Maria-Neustift. Mooi 'hübsch' kerkje. Op het kerkplein loopt een groepje mensen rond. Een paar van hen zoeken toenadering en vragen mij waar de reis naar toe gaat. Wanneer ik in het kort een uiteenzetting geef, beginnen zij spontaan wandelliederen te zingen. Het groepje bleek een koor te zijn. Het voltallig koor komt in een cirkel rond mij staan zingen. Zij zingen een drietal liederen en wensen mij verder "viel erfolg".
Ik kom aan om 17.00 u bij pastoor Franz Wimmer, waar ik mag overnachten. Ik ben er zeer welgekomen. Ik moest mijn schoenen uitdoen aan de voordeur en de pastoor liep mij voor naar boven en toonde mij de slaapkamer en de badkamer. Toen ik na de douche terug beneden kwam, waren mijn schoenen verdwenen. Ik ging het vragen in de keuken en daar trof ik de huishoudster, die zei dat ze mijn schoenen buiten had gezet met een emmer water en een borstel erbij en dat ik ze best eerst zou kuisen. Daarna vroeg ze mij om te helpen om de juist gerooide aardappelen te rapen. Die hebben we dan samen naar de kelder gebracht. Na het avondeten heb ik nog wat zitten kletsen met de huishoudster. Toffe madam.
De pastoor heeft veel werk, hij heeft, net als bij ons ook enkele parochies onder zijn hoede. Hij krijgt hulp van een secretaresse die heel geïnteresseerd is in mijn land en ik moet uitleg geven over Dadizele.
Ik heb eens goed geslapen, 10 uur maar het is nog te weinig voor mij. Vanmorgen ben ik naar de mis geweest. Er waren toch ongeveer 30 personen (midden de week) in de kerk. De priester vernoemde mij op het einde van de mis. Daarna hebben we samen ontbeten en kon ik vertrekken. De pastoor gaf mij de zegen en op mijn beurt moest ik hem en de huishoudster de zegen geven. Hij zegt mij dat het heel normaal is, dat een pelgrim de zegen heeft. Ik vraag mijn gastheer wat mijn schuld is, maar hij wilt niets aanvaarden. Maar de kerk moet gerenoveerd worden en ze verkopen Gutscheinen, een soort aandelen. Zo zijn 2 stenen van de kerk nu van mij, ik zal dus in de kroniek vermeld. Onderweg bij een bakker broodjes gekocht voor 's middags.
Op de Almen loop ik gewoon tussen koeien, met lawaaierige bellen rond hun nek. Je komt ze trouwens ook tegen in het bos. Soms moet je over de weidedraad klimmen, waar de boeren (of Alpenverein) speciale trapjes gemaakt hebben voor wandelaars. De koeien bekijken mij met hun grote fluwelen ogen maar laten me verder met rust. Ik heb nog geen blauwe koe van Milka gezien ....Wel veel blauwe vlinders die ik bij ons nog nooit gezien heb. Wat is de natuur toch mooi!
Gisteren is Magda aangekomen in Wenen bij Brigitte en Josef. Nu nog 3 dagen en dan zien we elkaar weer na zolange tijd .... Vandaag ga ik naar Waidhofen ad Ybbs 18 km. Gelukkig niet zo'n zware tocht als gisteren .
Woensdag 10 augustus 2011 - 41ste etappe - Markt Sankt Florian tot Steyr Vanmorgen na een armtierig ontbijtje vertrokken naar de marktplaats Sankt-Florian . Bij de plaatselijke bakker enkele broodjes gekocht voor onderweg, en ditmaal droog zonder beleg. Een vriendelijke meneer wandelt een tijdje met me mee om mij de weg te tonen. Hij stond versteld toen ik hem vertelde dat ik al te voet van België kom. Ik zit nu al op de Mariazeller Pilgerweg en die is mooi aangeduid met rood-wit-rood markeringen. Ik hoef maar de cijfers en letters te volgen : soms 06 of MWW 06 of 406. De 06 staat voor Mariazell de 4 betekent kalkalpen. Dus voor mij zijn de laatste cijfers belangrijk. Ik heb geluk met het weer. Het is wel overtrokken met donkere wolken , maar het blijft droog. Er staat een sterke wind vanuit het westen. Ik stap de ganse dag door landerijen waar voornamelijk maïs, tarwe en sojabonen geteeld wordt. Ik zie weinig mensen, buiten enkele boeren die mij hoofdschuddend nakijken als ik hun vertel van mijn avontuur. Ik passeer mooie grote vierkantshoeven, maar geen enkele ziet er afgewerkt uit, noch gevoegd, noch gepleisterd. Vele herten en reeën gezien, door de honger verlaten ze zelfs bij dag het bos. Ik heb er enkele kunnen filmen en fotograferen. Ze zijn zo verlekkerd op sojabonen dat ze vergeten rond te kijken naar hun mogelijke vijanden. Daarna huppelen ze toch weer naar hun schuilplaats. Nu ik op de Mariazellerweg ben, kom ik regelmatig controleposten tegen. Aan mijn eerste post kom ik een uur vroeger dan op schema. Een Oostenrijker met een snorretje wil mij de verkeerde kant op sturen, maar een andere zonder snorretje corrigeert me zodat ik de juiste weg opga. Op een bepaald ogenblik zie ik voor mij de 'Voralpen' en achter mij liggen de bergen van het Böhmischerwald . Een prachtige streek en uitzicht. Voorlopig is de beklimming niet zo erg, de heuvels lijken een beetje op onze Vlaamse Ardennen. In de wandelgids is er sprake van de Populierenrijen, maar ze zullen dat moeten aanpassen. Alle populieren liggen om, gesneuveld door de houtzagers! Ik passeer een enorm groot Mausoleum van een adellijke familie : de Losensteiners en hun opvolgers de Auersperger. Het is zo'n groot gebouw dat er makkelijk drie gezinnen zouden kunnen wonen. Bij een boer moet ik een stempel halen in een Mostheuriger Zauner. De boer veklaart mij "verruckt" en doet verder met zijn werk zonder mij nog een blik te gunnen ! Daarna trek ik de Steyr over via de Kruglbrücke, de beklimming naar de Wallfahrtskirche Christkindl om mijn 3 de controlestempel. Dan nog anderhalve km wandelen en ik kom een uur te vroeg aan in gasthof Pöchhacker. Ik heb 7 uur gewandeld in plaats van 8 uur. Morgen zal het iets trager gaan, er is een stijging van 310 m. tot op de Spadenberg (1000 m.). Morgen naar Maria-Neustift.
Dinsdag 9 augustus - 40ste etappe - Markt St.Florian
Dinsdag 9 augustus 2011 - 40ste etappe - Linz/Pöstlingberg tot Markt Sankt Florian Om 5.50u wordt ik wakker, juist op tijd om mijn wekker wakker te maken....'t Was wel tegen zijn zin, maar alé. Om 7.00 u ontbijten, vuil beddegoed ingeleverd en op weg. Voor de zoveelste keer moet ik terug (8 km), om te starten waar het moet. Gelukkig stopt bus nr.27 aan de voordeur die mij naar de Taubenmarkt brengt, dan ga ik te voet naar de Hauptplatz en vandaar met het gisteren genoemde smalspoor naar de basiliek van de Pöstlingberg. Gelukkig is deze open. Deze basiliek is gewijd aan Maria van de 7 smarten. Heel mooie kerk. Daarna ga ik naar de Pastorij ernaast een stempel halen bij de zuster die daar werkt, vervolgens naar gasthof 'Kirchenwirt' om de stempel van de Mariazellerweg (06) te krijgen. Dan kan ik eindelijk echt starten. Pöstlingberg ligt op een hoogte van 519 m. dus kan ik van start gaan met een afdaling terug naar stad Linz. Van daarboven is duidelijk 4 stadsdelen te onderscheiden: de oude stad, de residentiële stad, de appartementsblokken, en dan nog het industriële gebied met uiteraard fabrieken. Ik stap over de Hauptplatz waar ik rechts in gasthof 'Goldenen Anker' mijn 2de stempel krijg. Ik ga verder over Landstrasse en Wienerstrasse die het winkelcentrum van de stad uitmaken tot aan Slot Ebelsberg waar ik in gasthof 'Klein München' mijn 3de stempel krijg. Ik vervolg mijn weg richting Florianerstrasse om na 500 m links de velden in te stappen. Hier loopt de Mariazellerweg samen met de Anton Brucknerwandelweg, richting Stift Sankt-Florian. In de gemeente Gemering kom ik voorbij aan het Zehethof , een prachtige hoeve die er helaas een beetje verkommerd uitziet. Het is een vierkantshoeve met een grondoppervlak van 1 joch (Oostenrijkse joch = 57,55 are), 12 poorten, 52 deuren en 365 vensters. 1 poort staat voor 1 maand, 1 deur staat voor 1 week en 1 venster staat voor 1 dag in het jaar, één zijde van de hoeve staat voor één kwartaal. Ik kom aan in Sankt-Florian met een schitterend Augustijnerklooster waar het Koninklijk Paleis van Laken een puntje kan aan zuigen. Ze hebben er hun eigen post, restaurant, winkels, brandweer, hotel met alles erop en eraan. Christus zou ze de tempel uitjagen. De vierde stempel haal ik in hotel 'Erzherzog Franz-Ferdinand'. Na nog tien minuten stappen kom ik aan in mijn verblijf voor vandaag: Gasthof 'Pfistermûller'.
Ik begin toch langzaam te denken dat Duitsers en Oostenrijkers qua afstanden veel geleerd hebben aan de Chinezen. De Chinese afstandsmaat "LI" verschilt ook naargelang men bergop, vlak of bergaf loopt. Patrick, niet zagen hé. Wat kan jouw één kilometer schelen. Dus, morgen terug naar St.Florian, om mijn Mariazellerweg verder te zetten, richting Steyr.
Maandag 8 augustus 2011 - Linz/Pöstlingberg - rust Vandaag is het een miezirige dag. Regen in snukskes. Deze namiddag toch eens naar stad geweest om een ticket te kopen voor de "Pöstlingbergbahn". Die loopt van de Hauptplatz tot boven op de Pöstlingberg (4.140 m lang) met een hoogteverschil van 254 m en een maximale steiging van 11,6 %. Het is een smalspoorbaan van 90 cm. De loc. heeft een 4x 143 PS aangedreven motor en elektrische spanning van 600 Volt. Wagengewicht in lege toestand is 28.000 kg en in volle toestand 35.000 kg. Zitplaatsen: 33 en staanplaatsen: 55. Max.snelheid bedraagt 50 km/h op het vlakke en 25 km/h bij het stijgen. Morgen moet ik tot op de Pöstlingberg, omdat mijn laatste 7 dagen daar aanvangen bij de basiliek.
Daarna heb ik nog de voormalige Ursulinnenkerk bezocht. Daar liep een uniek project. De Canadese kunstenares Janet Cardiff heeft het veertig stemmig mottet "Spem in alium" van de Engelse renaissance componist Thomas Tallis opgenomen en verdeeld over evenzoveel luidsprekers, dus veertig. Die veertig luidsprekers staan per vijf, zodat je acht corresponderende koren, met elk vijf stemmen (bas, bariton, tenor, alt, sopraan) kan aanhoren. Enig!!!!!!!!
Ondertussen begin ik ook het openbaar vervoer te kennen in Oostenrijk, toch weer iets anders dan in Duitsland of bij ons. Maar heel interessant om in je rustdag plaatsen te bezoeken, die ver uiteen liggen.
Ondertussen vastgesteld dat ik al twee blauwe tenen heb. Leuk is anders.
Vandaag een telefoontje gekregen van tante Marleen en nonkel Paul. Er wordt nog gedacht aan mij.
Straks gaan eten en dan nog eens de route voor de laatste 7 dagen overlopen.
Dank aan Brigitte, die ervoor gezorgd heeft dat ik in 2 dorpen bij de plaatselijke priester kan overnachten.
Zondag 7 augustus - 39ste etappe - Linz/Pöstlingberg
Zondag 7 augustus 2011 - 39ste etappe - Aschach a/d Donau tot Linz/Pöstlingberg Om 8.00 u vertrokken uit Aschach ad Donau. Ditmaal eens niet langs de 'Schöne Blaue Donau', maar toch langs de weg die ik heb uitgestippeld. Het is een kortere weg en toch heel aangenaam wandelen tot rond 10.30 u. Het verkeer werd drukker en er was niet altijd een alternatief voor voetgangers , meteen ook gevaarlijker wandelen. Het is echt snikheet maar rond de middag komt de bewolking opzetten en toch blijft het droog. Ik heb eigenlijk goed kunnen doorstappen. In Linz ben ik aangekomen om 14.00 u. Ik besluit de "Alte Dom" te bezoeken die ook overweldigend is qua kunst. Vandaar naar de "Neue Dom" die heel wat soberder is. Daar staat het Mariabeeld van de Pelgrims. Toevallig kom ik de Dompfarrer (meneer Pastoor) tegen. Hij nodigde mij uit om mee te gaan naar zijn kantoor om een stempel te geven. Hij gaf mij ook nog de zegen voor op mijn weg naar Mariazell. Hij zei me dat hij de pelgrimstocht vanaf Linz in 5 dagen doet. Kan goed zijn. Maar ik kom uit Dadizele en dat gaat niet in vijf dagen. Nadien heb ik de Jeugdherberg opgezocht, maar ik ben nog te vroeg, want die gaat pas open om 16.00 u. Ik heb een beetje zitten praten met een man uit zuid-Spanje. Hij kwam met zijn fiets van Spanje en was op weg naar Wenen. Ook een hele prestatie, toch? Een rare vogel. Ieder woord dat ik uitsprak wilde hij ook in het Nederlands horen en zei het dan na. Grappig. Toch raar dat die jeugdherbergen altijd bovenaan een heuvel of berg liggen. Hier is het niet anders. Als ik boven kom stel ik wéér ik vast dat er een bus rijdt tot daar, zucht... Straks gaat de balie open en kan ik me installeren voor twee nachten. Nog even wachten.
Groeten vanuit Linz aan al mijn fans en blog lezers .........Ik heb al 1074 km. Nog zo'n 180 te gaan denk ik.
Zaterdag 6 augustus - 38ste etappe - Aschach a/d Donau
Zaterdag 6 augustus 2011 - 38ste etappe - Kramesau tot Aschach a/d Donau Vanmorgen om 6.00 u opgestaan en om 7.00 u kon ik al gaan ontbijten. Daarna afscheid genomen van Josef en Brigitte, Christine en Hans en om 7.45 u was ik weeral op stap. Daar ik nu de ganse tijd langs de Donau kan wandelen moet ik soms kiezen tussen linker - en rechteroever. Vandaag begin ik op linkeroever tot Schlögen. Daar moet ik de veerboot nemen om enkele kilometers verder aan wal te gaan in Grafenau om op dezelfde linkeroever verder te stappen. Ik neem niet de weg die ik zelf uitgestippeld heb. Volgens Josef is die baan veel te gevaarlijk voor voetgangers. Hij heeft een andere weg voor mij gepland, 5 km meer dan de voorziene 27,3 km maar veiliger en alleen bestemd is voor fietsers, voetgangers en bewoners, via Obermühl tot in Untermühl. Daar loopt de weg teneinde en blijven alleen rotsen over. Daar moet ik terug de veerboot op naar de rechteroever waar een wandelpad me leidt tot in Aschach a/d Donau. Op de veer zijn veel mensen geïnteresseerd in mij en stellen veel vragen over mijn pelgrimstocht. Juist voor Untermühl vaart er een Vikingschip.... met een motor !... Heel grappig. Onderwijl doen de Vikings zich te goed aan grote potten bier, en maar feesten, veel lol aan boord !...... Het was gans de dag snikheet in de vallei. Eigenlijk te warm om te wandelen, terwijl langs mij dat koele water stroomt. Ik heb grote goesting om mijn schoenen en kleren af te doen en een frisse duik te nemen! Het blijft bij goesting want ik moet verder. Om 16.30 u kom ik aan in het "Gasthof La Mama". Ik ben doodop en doorzweet. Een lekker douchke maakt me weer een beetje toonbaar. Ik vind toch dat ik goed doorgestapt heb en ben tevreden. Na het avondeten naar huis gebeld en mij daarna languit op mijn bed gesmeten! 'k Ga niet moeten gedouwd worden .......
Woensdag 3 augustus 2011 - 37ste etappe - Passau tot Kramesau Na een rustige nacht, vroeg opgestaan. Om 8.00 u. vertrokken. Gelukkig blijft het droog. Het gaat vlot, rechts water, links bomen, op een pad van 2,5 meter breed, afgescheiden van het andere verkeer, alleen tussen Obernzell en Jochenstein moet ik de openbare weg gebruiken. Route: Passau, Lindau, Erlau, Obernzell, Jochenstein. Eens Jochenstein voorbij (14.30 u.) heb ik de 'Freistat Bayern' verlaten en de Republiek Österreich binnengewandeld, in het Mühlviertel waartoe Kramesau hoort. Tussen Obernzell en Jochenstein kreeg ik van Brigitte een sms'je dat zij reeds aangekomen waren in 'Gasthof Luger'. Ik antwoorde: 'Ich nicht'. Dan vroeg zij: 'Wo bist du irgendwo?'. Toen antwoorde ik: 'rechts wasser, links baumen'. Zij konden er om lachen. Zij zouden eerst een middagmaal nemen om dan met de fiets in mijn richting te rijden. Ik was toen op 3 km van Jochenstein en Brigitte vroeg of ik 'geflogen' had. In Jochenstein zijn er grote sluizen om schepen te versassen. Vanaf daar kan ik op het jaagpad lopen. Er rijden enorm veel fieters en velen roepen mij dat de Jacobsweg de andere kant op is. Zij denken waarschijnlijk dat ik naar Compostela ga .... Onderweg zet ik mij op een bankje om mijn broodjes op te eten, opeens krioelt het van de wespen rondom mij. Ze kwamen uit een vuilbak gevlogen. Van armoe gevlucht naar veiliger oorden! Een brombeer van een duitser fietst mij bijna omver. Hij had waarschijnlijk gebeld, maar 'k had het niet gehoord. "Bist du daub?", roept hij. Nee, ik ben niet doof, maar ik was naar muziek aan het luisteren. Toen ik Brigitte en gezelschap met de fiets zag aankomen was ik amper nog een paar kilometer van 'Gasthof Luger'. Een blij weerzien met kussen en geknuffel. Hun buren Hans en Christine waren ook meegekomen. Eerst probeerden ze mee te wandelen, maar ze konden mij niet bijhouden, dus fietsten ze maar mee. Om 15.00 u komen we aan in het gasthof. Ook daar kreeg ik een warm onthaal van de uitbaters, zij herkenden mij nog, na twee jaar. Ik douch eerst, dan wat drinken (apfelsaft gespritzt)(in Duitsland: apfelsaft schorle) om daarna nog een stukje te wandelen langs de Donau. Boten kijken en foto's maken en veel vertellen. Ik moest toch weer even mijn oren bijstellen. Alweer een ander dialect. In Ober Österreich is het dialect wel lichtjes verwant met het 'Bayrisch'. Maar Brigitte en co spreken 'Wienerisch'. Ik was blij dat het tijd was om te gaan eten. Het is hier een goede keuken. Dat weet ik nog van twee jaar geleden, toen ik hier samen met Magda een paar dagen gelogeerd heb. Brigitte heeft gezorgd voor overnachtingen voor de volgende 12 dagen, en Josef heeft wegenkaartjes gemaakt zodat ik zonder problemen door de bergen richting Mariazell geraak. Ik nader mijn doel. Er zijn nog mensen die het niet geloven dat ik die tocht te voet afleg. Het is eigenlijk wel ongelooflijk ook, maar toch is het waar! Mijn buik is weggesmolten en ik heb overal pijn, maar ik voel me zielsgelukkig! Hier blijf ik tot zaterdag, dan vertrek ik naar Aschach a/d Donau, 28 km . Nu al 1024 km afgelegd. Nog zo'n 230 denk ik. En nu slaapwel.
Der Glaube an das Gute im Menschen vermehrt das Gute in der Welt. Hans Magolius
Dinsdag 2 augustus 2011 - Passau - rust De Veste Oberhaus is een enorm complex van 65000 vierkante meter, waarvan 4000 m² tentoonstellingsruimte. Toen vanmorgen de zon opging had ik, hoog in mijn toren, een prachtig uitzicht op de stad. Na het ontbijt wandel in naar beneden, de stad in. Eerst een beetje kuieren langs de kaaien. Op de plaats waar de drie stromen samenvloeien, heb je een mooie zich op de kleurschakeringen. De Donau die ontspringt in Duitsland (Donauechingen) is donkergroen van kleur, De Inn komt vanuit Zwitserland en is lichtgroen. En tenslotte de Ilz komt uit het Böhmerwald en is bijna zwart. Een mooie speling van de natuur. Het is rustig tot rond 10.00 u. Dan worden de toeristen wakker. Veel Amerikanen varen "the Blue Danube"af tot in Wenen en meren aan in Passau. Ikzelf bezoek de Sint-Stephansdom. De barok is overweldigend. Alle soorten kleuren marmer, goud en zilver sieren het interieur. Er zijn muur-en plafondschilderijen, kortom ik heb ogen tekort om alles te bewonderen. Om 10.30 u moeten we buiten, want dan sluit de kerk omdat de organist moet oefenen voor zijn middagconcert. Dan maar bij de concurrentie gaan aankloppen. De Sint-Pauluskerk is op zich veel soberder maar toch chic op een andere manier. De Altaren en de preekstoel zijn in pikzwart beschilderd en met bladgoud afgewerkt. Om 11.20 u gaat de Stephansdom weer open voor het orgelconcert. Ik sta vooraan in de rij om zeker te zijn van een goede plaats. Het wordt een bomvolle kerk en velen moeten rechtstaan. Zo is dat iedere middag en avond, ongelooflijk wat een succes. Na een korte inleiding over he orgel begint het concert met twee stukken van J.S.Bach, dan Guiseppe Tartini, Zsolt Gardonyi, Flor Peeters en tenslotte Walther R.Schuster. Ik geniet echt van het concert, prachtig, het mag gezegd worden. Achteraf loop ik tot aan het Bisschoppelijk Paleis. Daar worden de domschatten bewaard. Het plafond is beschilderd met naakte vrouwen (geen wonder dat die lieden in bekoring vallen). Ik rij met de pendelbus weer naar de 'Veste Oberhaus' en in de burcht bezoek ik er het museum 'Burg-Kunst-Geschichte' dat er is ondergebracht. Er is zoveel te zien. Er kwam maar geen einde aan. Acht tentoonstellingscomplexen zijn er. De tijd is te kort om alles te zien. Verschillende onderwerpen: het aardse leven in de middeleeuwen, het hemels streven, handwerk, handel, mythen, Böhmerwaldmuseum, Hans Wimmer verzameling, historische apotheek, Passauer porselein, brandweermuseum, enz... Eén complex volledig gewijd aan het leven en werk van de kunstenares 'Paula Deppe' (tijdelijk). MOOI!!! En nog niet gedaan, ik beklim de 50 trappen van de hoogste toren, die waarin ik slaap, want daar is een sterrenwacht. Van daaruit ook een super mooie uitzicht op de omgeving. Daarna was ik zo moe dat ik op mijn bed in slaap ben gevallen tot 18.00 u. Dan gaan avondeten. Het was zo druk vandaag dat ik geen tijd had om uitgebreid te eten, maar met een paar Bretzls en een ijsje was ik ook gevuld. Morgen zeg ik "auf Wiedersehen" aan Duitsland en steek ik de grens over. Servus Österreich!
Maandag 1 augustus 2011 - 36ste etappe - Vilshofen a/d Donau/Seestetten tot Passau In Seestetten was ik ingekwartiert op de rechteroever van de Donau, wandelen moet ik op de linkeroever, dwz ongeveer 5 km terugkeren tot in Sandbach. Onderweg kreeg ik gezelschap van een lieve Duitse herdershond, hij liep braaf naast mij tot in Sandbach, alsof hij mij al jaren kende en keerde dan terug van waar hij kwam. Omdat ik aan de overkant moest zijn, laat ik me met de veerboot overzetten. Daar heb ik dan weer de 'Donau Radweg' genomen. Dus heb ik al 10 km afgelegd zonder een stap verder te zijn. Tussen Schalding en Wörth zie ik een man sukkelen met zijn fiets. Hij had een platte band met zijn spiksplinternieuwe fiets en wist in geen honderd jaar hoe men een binnenband vervangt. Ik, als rasechte 'Flandrien', heb de man dan uitgelegd hoe men zo iets doet. Hij kwam uit het Odenwald. Hij heeft me wel tien keer bedankt . Ongeveer een kilometer verder rijdt een vrouw al rondkijken op haar fiets pardoes tegen een paal. Het was al een iets oudere dame en haar man was al een stuk voorgereden. Ze waren erg geschrokken. Ik hielp de vrouw rechtstaan. Gelukkig niet gewond en ze konden verder fietsen na mij ook uitvoerig te hebben bedankt. Zo, ik heb mijn goede daden verricht vandaag! In Passau steek ik de Franz-Josef Straussbrug over om via de rechteroever naar het stadsmidden te wandelen. Ondertussen drie maal de zelfde twee koppels tegengekomen op zoek naar de plaatsen die op de grond geschilderd zijn in koeien van letters en op de vele wegwijzers! En toch niet vinden hee ! Ik ga tot aan de kaaien waar ik de prachtige Donauschepen kan bewonderen, de Sissi, deSwarovski, enz ... Via de Prinz-Regent Liupoldbrug weer naar de linkeroever om de beklimming aan te vatten naar burcht de "Veste-Oberhaus" waar de Jeugdherberg gevestigd is. De Veste-Oberhaus is een van de grootste nog bestaande intacte burchten in Europa. Al puffend bovengekomen stel ik vast dat er om het half uur een pendelbus rijdt naar boven. Grrrrrr.......Als toemaatje krijg ik een kamer op de VIJFDE verdieping! Weer trappen. Het is een kamer voor ze personen. Een van mijn kamergenoten is een Tjech die noch Engels noch Duits praat of verstaat (of misschien niet wil) en ik kan geen Tjechisch ... De andere kamergenoot is een Duitser uit Ravensburg, zodat ik toch nog een beetje klapnansie heb. Morgen is het rustdag, museum bezoeken en een orgelconcert in de Dom. Daar staat het grootste orgel in de wereld. Het heeft 17974 orgelpijpen, 233 registers en 4 klokkenspellen. Dat alles bespeeld door één enkele organist. Nu geniet ik van een uniek uitzicht over de stad vanuit mijn burchttoren. De Donau heeft van hieruit een blauwgroene kleur. Hier is de samenvloeiing met de Inn en de Ilz. De Inn vloeit rechts de Donau in en de Ilz links. De Inn heeft een licht groene kleur en de Ilz voert zwart water aan. Dit heeft een eigenaardige kleurschakering bij het samenvloeien.
Zondag 31 juli - 35ste etappe - Vilshofen a/d Donau/Seestetten
Zondag 31 juli 2011 - 35ste etappe - Deggendorf/Seebach tot Vilshofen a/d Donau/Seestetten Vanmorgen om 6.30 u wakker. Luxe Kamer, luxe prijs bij de familie Biebl in Seebach. Bagage klaargemaakt, lekker ontbeten en om 9.30 u vertrokken. Het is miezerig weer. Toen ik vertrok begon een man tegen me te praten in een soort Duits met met Vlaams ertussen. Ik vraag hem: "Ben jij Vlaming?" Bleek dat hij van Diest afkomstig was. Zijn vrouw is Roemeense en ze kwamen uit vakantie terug in haar thuisland en overnachtten in Deggendorf, om dan naar België terug te keren. Mijn weg loopt over Hengersberg, Winzer, Loh, Mitterndorf, Nesslbach, Hofkirchen naar Vilshofen/Seestetten. In de motregen vertrokken dus. Ik kan nog altijd op de rustige 'Radwegen' wandelen, die lopen evenwijdig met de drukke autobanen. Het is zondag en er zijn enorm veel fietsers onderweg. Er zitten veel buitenlandse toeristen tussen, want men hoort er alle talen spreken. Ook heel veel Slavisch hoor ik. Het is er heerlijk fietsen in een prachtige natuur. De fietsers zijn zwaar beladen met fietszakken vooraan, achteraan en er is zelfs enekel met een aanhangwagentje voor de bagage. Ik ben niet de enige 'tjoolder'. Er is een heel sterke stroming op de Donau. Een Nederlands schip kwam voorbij en liet zich meedrijven met de stroming. De stroom ziet er gevaarlijk uit. Overal draaikolken. Er was ook een koude westenwind. Dus heb ik de ganse dag de wind in 't g ... vanachter gehad. Rond de middag de middag wordt het droog, maar wanneer ik aankwam in Vilshofen (rond 16.00 u.) begon het water te gieten. Het gasthof is nog gesloten! Ik bel de uitbaatster, maar het is de bezettoon. Rond 17.30 u kwam zij de deur openen. Ik krijg een vier personen kamer, heel proper maar koud. 'k Zal mijn trui moeten aantrekken om te slapen. Door het venster zie ik de boten voorbij komen. Het gasthof ligt aan de oever van de Donau. Geen muziek vanavond, oef. Ik heb nu al 966 km. Morgen moet ik een stuk terugkeren tot Sandbach, omdat ik nu op de rechteroever ben en daar zijn geen fiets- of wandelpaden. In Sandbach ga ik dan met de veerboot naar de linkeroever, waar ik terug op de 'Donau-Radweg' terecht kom richting Passau. En in Passau ga ik Belgisch pralines kopen in het "Flämische Chokoladenhaus" bij Patrick Declercq, Grabengasse 17. Lekkkeeeer. Patrick Declercq is afkomstig uit Aalst en maakt zijn pralines enkel met grondstoffen van bij ons, dus de pralines zijn echt Belgisch. Ik blijf twee maal overnachten in Passau, omdat ik een orgelconcert wil bijwonen in de Dom. Er zijn twee concerten per dag. Hopelijk kan ik een kaartje bemachtigen. Dat is mijn laatste plaats in Duitsland. Dinsdag steek ik de grens over naar Oostenrijk! In Kramesau wachten Brigitte en Josef mij op. Het zal een heerlijk weerzien zijn!
Ik vermoed dat ik op de grens ben tussen "Grüss Gott" (Beieren) en "Servus" (Oostenrijk).
Zaterdag 30 juli - 34ste etappe - Deggendorf/Seebach
Zaterdag 30 juli 2011 - 34ste etappe - Deggendorf/Seebach Gisterenavond heb ik maar heel laat de slaap kunnen vatten. Het dames nationale team softbal van Duitsland sliepen ook in de JHB. Tot na middernacht was er kabaal. Vanmorgen Straubing verlaten voor 20 km stappen richting Deggendorf. Ik ben blij om het lawaai van gisteravond- en nacht achter mij te laten. Mijn doel is pelgrimeren en met al dat feestgedruis zou er weinig van in huis komen. Straubing was nog half in slaap, na een nacht ter voorbereiding van de 'Oktoberfesten' in München. Via Eglsee, langs rustige wegen tot Irlbach en verder tot Stephanspoching. Daar staat een bord dat de streek de graanschuur is van Beieren. Pijnlijk om te zien hoeveel duizenden kilo's ze morsen langs de weg. Het soort tarwe die ze hier verbouwen komt nauwelijks 40 cm hoog. Enkel de aar wordt geoogst, terwijl de halm wordt in gefreesd. Verder langs Uttenhofen, Steinkirchen naar Stauffendorf. Onderweg kom ik twee langlaufers tegen, die al aan het oefenen waren voor het komende seizoen, dit op een soort lange skilatten met wieltjes aan. Dan via Nattenberg, Deggendorf binnen. Deggendorf is al lang geen dorp meer, maar een stad als Roeselare. Er gebeurt niet veel noemenswaardig onderweg. Maar als ik in Deggendorf aankom is er daar een ralley aan de gang. Er zijn omleidingen en in de drukte spreekt een vrouw, mij aan in het Engels. Ze heeft mij de raad om een andere weg te nemen dan ik van plan ben, want het is er beter en korter en bla bla bla, maar ik doe toch mijn eigen zin en ik ga de ingeslagen weg verder. Na een tijdje haalt ze mij weer in. Verbaasd vraagt ze mij: "how do you dit that?". En ik zeg in het Engels terug "on foot! "En weg was ze. Ze dacht zekers, rare vent!... En zij die dacht een kortere weg te nemen. Deggendorf is een mooi lieflijk stadje. Vele mensen spreken mij aan en bekijken mijn grote rugbagage en moeten er het fijne van weten. Ik heb mijn verhaal al enkele keren moeten vertellen zulle! Ik bezoek de Maria-Himmelfahrtkirche, dit is een prachtige kerk zoals er zoveel zijn in Duitsland, met heel veel kunst, schilderijen en Mariabeelden. Echt de moeite waard om er een kijkje te nemen. Onderweg trakteer ik mezelf op een ijsje. Moet kunnen hé! Vandaar nog enkele kilometers tot deelgemeente Seebach. In het gasthof aangekomen is er een bruiloft aan de gang met weeral oempapa muziek. Er is veel ambiance bij jong en oud. Ik ga mij eerst douchen en omkleden en ga dan eten. Ik zit mee aan een tafeltje met enkele mannen en we bekijken dat zottekens spel. De bruid wordt rondgereden in een oude wieg. Zucht! Na het avondeten ga ik vroeg naar mijn lekkere warme kamer. Ik kan mijn was drogen op de chauffage zodat ik morgen met verse kleren mijn 30 km tocht kan aanvangen.
Stempels zoek ik niet meer, omdat ik meestal geen "Pfarrer" vind. Maar ik geniet van de stilte van de kerken, die aanzet tot bezinning. Het maakt jezelf ook stil, vooral innerlijk. En niet te vergeten, de kunst natuurlijk.
Vrijdag 29 juli 2011 - 33ste etappe - Pfatter tot Straubing Omstreeks 8.00 u vertrokken uit Pfatter. Ik wandel een tijdje langs de autoweg, maar algauw neem ik landwegen. Het is er aangenamer zonder verkeer en ook een kortere weg. Ik kom weer uit aan de Donau en blijf deze volgen. Ik ontmoet veel jongeren, die mij begroeten en vragen waarheen ik ga. Ze hebben echt interesse. Ook oudere mensen die in hun tuin aan het werken zijn komen over hun hek kijken en beginnen spontaan een gesprek aan te knopen. Heerlijk toch! Jammer van hun vreselijk dialect. Na twintig km wandelen kom ik om 15.00 u aan in Straubing. En mooie stad met oude vakwerkhuizen, een mooi marktpleintje en een watertoren midden in de stad. De Sint.-Jacobskerk is open, maar geen stempel te krijgen. De pastoor doet ook zijn deur niet open, dan maar naar de toeristische dienst waar ik wel een stempel krijg. Och ja, ik doe het niet voor de stempels. De jeugdherberg is nog gesloten als ik aankom. Het begint juist te regenen en ik moet dringend ..... Ik vraag de opzichter of ik binnenmag. 'Nein, noch nicht. Erst um 17.00 u.!' Ik mag wachten in een berghok. Vriendelijk is anders! Ik sta daar een beetje rond te draaien als een vrouw (de uitbaatster) mij zegt dat ik wel binnen mag. Ze geeft mij de sleutel van de kamer en verse lakens en zegt: "neune, zwote stock" (kamer negen, tweede verdieping). En ik snel naar boven gelopen voor de grote boodschap. Oef. Er is geen avondeten voorzien, dus trek ik de stad in om te eten. Er is feest en overal staan feesttenten en spelen er orkestjes oempapa muziek. Iedereen loopt in klederdracht, de vrouwen in Dirndl en de mannen in Lederhose, 't zal hier nog leuk worden! Ik bel naar mama, maar we horen elkaar niet van de muziek. We proberen het morgen nog eens.
Donderdag 28 juli 2011 - 32ste etappe - Regensburg/Tegernheim tot Pfatter Om 06.00 u. klaar wakker. Tegen 08.00 u. was ik onderweg richting Donaustauf, Sulzbach a/d Donau, Demling, Frangkofen, Kiefenholz, Sippenhausen tot Pfatter. Vandaag regent het een beetje als ik vertrek vanuit mijn verblijf. Ik kan de hele tijd op de 'Radweg' (fietsweg) stappen. Er zijn dan ook enorm veel fietsers en wandelaars die deze weg gebruiken. De meeste zijn met verlof, dus zijn ze vriendelijk. Over het hele traject van vandaag heb ik misschien 300 meter langs een autobaan gewandeld. Rechts van de weg vloeit de Donau, links in de verte zie je de bergen en wouden, en ertussen velden en akkers. Onderweg een dode dakhaas gezien, weer een slachtoffer van moordend verkeer. Op de Donau is weinig vrachtverkeer te zien. slecht een hotelschip en een stuk of vier vrachtboten. Jammer dat er niet meer gebruik wordt gemaakt van de binnenscheepvaart. Op zo'n boot kunnen ettelijke ladingen, die nu door vrachtwagens worden vervoerd. Mijn hielen en gewrichten beginnen serieus pijn te doen, die weken wandelen beginnen hun tol te eisen. Het dialect wordt echt Beiers. Wanneer de vorige dagen "Grüss Gott" nog duidelijk leek, begint het hier te gelijken op "Kroeskop". Om 15.00 u kom ik aan in Pfatter. Het waren vandaag maar 23 km, maar het leken er meer. De vermoeidheid zit ferm in mijn kleren. Nu ja , in totaal heb ik al 882 km gestapt. Wie zoeterdatdoendè??!!!!
Vandaag regen gehad tussen Frangkofen en Kiefenholz, gepaard gaande met donder en bliksem. Helemaal niet erg, het doet zelfs deugd.
Woensdag 27 juli 2011 - Regensburg/Tegernheim - rust Lekker lang geslapen tot 8.00 u deze morgen. Ik logeer in Tegernheim, op 3 km voorbij Regensburg. Na een uitgebreid ontbijt ben ik tot aan het "Walhalla" in Donaustauf geweest, nee, niet te voet maar met de fiets van mijn gastvrouw. Het is zo'n twintig minuutjes fietsen naar het Walhalla. Een gebouw zoals het Acropolis in Athene, in Dorische stijl. Het werd gebouwd in opdracht van Koning Ludwig I. Na de slag tegen Napoleon I te hebben verloren in 1807 (Schlacht bei Jena und Auerstedt), wilde hij het volk weer een oppepper geven door een prestigieus gebouw neer te planten. Na zijn dood werd het eigendom van de "Freistaat Bayern". 358 marmeren trappen leiden je naar boven. Het bevat bustes en gedenkplaten van wetenschappers, dichters, koningen, keizers, generaals en mensen die iets betekend hebben in de Germaanse geschiedenis. o.a. Mozart, van Beethoven, Catharina de Grote , en zelfs Vlamingen waaronder P.P.Rubens (+Antwerpen), Jan van Eyck (+Brugge), Hans Memling (+Brugge), Keizer Karel V (geb.Gent), Anton van Dyck (geb.Antwerpen). Ook Edith Stein, die de dood vond in Auschwitz. In aanvang werd door de koning de personen aangeduid die in aanmerking kwamen. Nu wordt om de 5-7 jaar een buste toegevoegd op voorstel van de Academie voor Wetenschappen van Beieren. De regering van de 'Freistaat Bayern' beslist dan unaniem over het voorstel. Heel interessant. En wat een uitzicht over de Donauvallei. Dan met de fiets terug langs de "Schöne Blaue Donau" (eigenlijk is hij groen) naar mijn gasthof in Tegernheim. Honderden fietsers tegen gekomen. Na de middag ben ik met het openbaar vervoer, naar Regensburg gereden. Ik bezocht er het Paleis van de Vorsten van Thurn und Taxis, die zich bevindt in het omgebouwde Benediktijnerklooster. Wat daar te zien is aan luxe is onbeschrijfelijk. Gewoonweg schandalig! Ik word er zowaar opstandig van. Die Vorsten zijn zo rijk als de zee diep is. En alles wordt er gedirigeerd door Fürstin Gloria. En geld maakt geld, want voor alles is er te betalen. 12 euro voor een rondleiding van anderhalf uur. De brouwerij heb ik niet bezocht want 't was weer betalen. Daarna heb ik nog een rondritje gemaakt met een sight seeing busje, maar ik vond dit niet zo leuk. Er speelde steeds het zelfde bandje af, saai. Dan met de bus terug naar Tegernheim en de dag was weer teneinde. Morgen mag ik weer de kuiten smeren om 23 km te doen tot in PFATTER.
De Benediktijnen zijn in 1810 ten tijde van Napoleon uit het klooster gezet. In 1812 kwam het in handen van de familie "Thurn und Taxis". Deze waren in oorsprong rijke handelaren uit Milaan (Il tasso/de das) in de 13de eeuw. Die zijn daar verdreven door de "Visconti's". Hun basis werd dan Bergamo. Op verzoek van de keizer van Oostenrijk (1490) organiseerde Francesco Tasso de eerste postroute tussen Innsbruck en Brussel. Als dank werd hij in de adelstand vergeven. Maar nog was het niet genoeg. De familie streefde naar macht, werden 'Freiherr', "Graf" en tenslotte "Fürst". Met het geld van het postmonopolie is het hen gelukt. Ik wordt er mottig van.
Dinsdag 26 juli 2011 - 31ste etappe - Beratzhausen tot Regensburg/Tergernheim Vanmorgen opgestaan met een stralende zon, en met de geur van vers bloed, beeeuuuh .....Mijn gasthof heeft ook een huisslachterij en heel het gebouw is doordrongen van die geur. Het wandelen gaat lekker rustig, een kleine beklimming en dan gaat het stroomafwaarts langs de Laaber. Tot die uitmondt in de Donau. Langs de Laaber staan veel vergane watermolens: Gleislmühle, Schafbruckmühle, Listlmühle, Türckmühle, Münchmühle, enz .... Ik loop door Deuerling, Undorf, Nittendorf, Ettershausen waar ik de Donau oversteek richting Kneiting, om dan stroomafwaarts tot Stadtamhof, waar ik drie bruggen oversteken om Regensburg binnen te stappen. Vanaf nu heb ik een tamelijk vlak parcour tot in Linz, waar de Alpen beginnen. Er is een 'Radweg' langs de Donau die loopt van Regensburg tot in Bratislava. Het was weer een korte tocht van ongeveer 20 km en algauw ben ik in Regensburg. Eerst heb ik de oude Benediktijnerkerk van St Emmeran bezocht die vroeger deel uitmaakte van het aanpalende klooster van St Emmeran (nu eigendom van het vorstenhuis Thurn und Taxis). In het koor, een verdieping hoger, zijn de glazen kooien voor de adellijke familie. De adel heeft altijd een beetje neergekeken op het gewone volk. In de dienst toerisme kreeg ik een stempel. Ik heb tijd om de Dom te bezoeken en er een stempel te vragen. Het is er erg donker binnenin. Het altaar, in wit hout, boeit me. Prachtig! De man aan de balie, die rustig verder pistache noten at, bromde tussendoor: 'lauft man jetzt auch in diese Richtung.' Hij gaf toch een stempel. Dan ben ik tot aan de "Steinener Brücke" gaan zien. Duizende toeristen voor een stenen brug. Ik vind die van Brugge mooier, nè.
Ook bezienswaardig is het Schloss "Thurn und Taxis". Het gebouw in zijn tegenwoordige vorm ontstond na een brand en was oorspronkelijk een Benedictijnenklooster. Vanaf 1812 residentie van de vorsten Thurn Und Taxis. Ook mooi zijn de patriciershuizen, z.g. "getorende huizen " Er zijn er nog een stuk of twintig. Dan heb je nog de 'Stenen Brug', de oudste nog bestaande brug in Duitsland. De middeleeuwse brug is 350 m lang en heeft 16 bogen. Heel anders is de moderne metalen brug iets verder, die davert en schudt als er auto's over rijden. Regensburg is een oude stad, te vergelijken met Brugge. Op een bankje aan de oever van de Donau ontmoet ik een koppel uit Australie. Ze maken een cruise met een boot door Europa en varen tot in Boedapest. Ze vragen mij waarvoor mijn stokken dienen. Ik doe ze het hele verhaal van mijn pelgrimstocht. Ze zijn heel enthousiast om mijn onderneming en maken foto's van mij met rugzak en stokken. Ze zullen thuis kunnen vertellen over die vreemde Belg die 1275 km te voet loopt. Voor hun vertrek drukten zij nog eens stevig de hand en wensten mij geluk. Het is druk in de stad en het krioelt van de toeristen. Nog enkele kilometers tot Tegernheim waar ik 2 nachten blijf. Douche, apfelschorle en 's avonds heb ik me wat met het kind (3j) van de uitbaters beziggehouden (onbetaalde kinderoppas), dan liep zij niet in de weg in de keuken. Morgen is rustdag, d.w.z. het Walhalla bezoeken en veeeeel rusten . Al 860 km. Volgende week steek ik de grens over Duitsland-Oostenrijk!
Weet je trouwens dat je met de fiets, vanaf de officieele bron in Donauechingen (Zwarte Woud) de "Donau-Radweg" kan volgen tot Bratislava (hoofdstad van Slowakije). En wanneer je in de goede richting rijd is het altijd dalen.
Ik weet nog altijd niet waarom sommige steden hier de naam "Markt" dragen, vb Markt Beratzhausen, Markt Laaber, Markt Regensburg, usw ... Het volgende heb ik thuis opgezocht: "Marktrecht was vanaf de Middeleeuwen het recht om een jaar- of weekmarkt te houden. Het vergunnen van marktrecht was voorbehouden aan de heer, zonder marktrecht mocht een dorp of stad dus geen markt houden. Het verkrijgen van marktrecht is vaak een teken dat een bepaalde plaats een bepaalde omvang heeft bereikt." Het hebben van marktrecht wil nog niet zeggen dat de plaats ook stadsrechten had. Een plaats met stadsrechten had meestal ook marktrecht, maar een plaats kon ook eerst marktrecht krijgen en pas later ook stadsrechten. Zo'n plaats wordt vaak (markt)vlek genoemd.
21.00 uur, de klokken luiden. Zij kennen er wat van hier in Duitsland. Op het kwartuur 1 slag, op het halfuur 2 slagen, 3/4 uur 3 slagen, vol uur 4 slagen + het aantal slagen om het uur aan te geven. Dus op de middag 4 slagen omdat het uur voorbij is + 12 slagen omdat het middag is + het angelus. Je moet je even voorstellen, in een stad waar verschillende kerken staan, zowel katholieke al evangelische, Pasen heeft er geen lap aan. Ik heb in Regensburg een klok op een plein gezien, volledig opgeleefd, vol barsten, gedaan met geschiedenis schrijven, huwelijken, begrafenissen, doopsels, einde.
Maandag 25 juli 2011 - 30ste etappe - Seubersdorf i/d Pfalz tot Beratzhausen Gisterenavond dacht ik even dat het gedaan was. Ik had het koud en lag rillend in mijn bed. Om warm te krijgen heb ik een aantal kledingstukken boven elkaar aangetrokken. Gelukkig had ik nog een paar dafalgans bij. Na een verkwikkende nachtrust en een flink ontbijt neem ik afscheid van mijn gastgevers. Ik schenk de dame een medaille van Dadizele. Een gebaar dat ze erg apprecieert, want ik moet niet het volle tarief betalen. Deze morgen was ik terug de oude en kon ik om 09.00 u vertrekken. Door Krappenhofen, Darshofen, Parsberg waar ik door een ex-Santiago wandelaar, niet de korste, maar wel de mooiste weg getoond werd, via Lupburg en verder langs de "Schwarze Laaber" richting Beratzhausen. De ganse dag een glooiend landschap, door bossen en weiden. Ik maak veel foto's, het is de moeite. Een hele tijd stap ik langs de Zwarte Laaber. Dit is een riviertje met heel helder water, maar de ondergrond is donker en door de hoge bomen kan er ook geen licht in schijnen. Vandaar de naam Zwarte Laaber. Ik weet niet of ik ongeveer de weg loop dewelke de eerste Vlamingen liepen in de 12de eeuw. Dit zou ik graag willen weten. Ik heb tijd vandaag. Het is niet zo'n zware tocht als gisteren en de weergoden zijn me redelijk goedgezind. .... Tot het begint te regenen. Een nat uur in de natuur !.... Onderweg, nabij Krappenhofen, vind ik een dood dier, het lijk op een wasbeer, maar bij nader inzien is het een das. Ik neem er een foto van. In Darshofen zag ik een zeldzaam Christusbeeld. Zijn hoofd was naar links gedraaid in plaats van, zoals gewoonlijk naar rechts. En wij zijn in Beieren, dus de kerken zijn voorzien van een "Zwiebelturm" (ajuintoren). Omstreeks 16.00 u kom ik aan te Beratzhausen aan pension "Petermichl". De mensen hier in Beieren zijn vriendelijk en nieuwsgierig naar hetgeen ik doe. De meesten Bayern kennen Mariazell of zijn er al geweest. Ik nader mijn doel , al 838 km (zonder deze die ik mislopen ben) in mijn benen. Ik ben blij dat ik me beter voel dan gisteren. Na de wasbeurt ben ik naar de St-Peter en Pauluskerk geweest. Overweldigende barok en wandschilderijen (met wrede voorstellingen). Achteraan, enkele trappen dalen, is er een Maria nis, waar ik uiteraard een kaarsje aansteek. Nu het zelfde ritueel als iedere dag, mama opbellen en mijn belevenissen vertellen, douchen, eten en slapen. Morgen gaat het richting Regensburg waar ik twee dagen blijf. Iets gaan bezichtigen en de batterij opladen (niet alleen van mijn GSM ). Vandaag mijn zesde week ingezet!
Om nog eens terug te komen op de mooie weg langs de "Schwarze Laaber", niet dat ik er spijt van heb, maar om de 10 km tussen Parsberg en Beratzhausen te overbruggen, heb ik 15 km afgelegd. Eerlijk gezegd, het is niet de eerste keer dat zij mij dat lappen.
Nog iets, het is heel moeilijk om een Bayer te begroeten. Als je "Guten Morgen" zegt, zeggen zij "Hallo". Als je "Hallo" zegt, zeggen zij "Grüss Gott". Als je "Grüss Gotte" zegt, zeggen zij "Guten Morgen". Het beste is om hen te laten beginnen met de begroeting en hen dan na te zeggen. Rare jongens.
Wat de straatnamen betreft, zoek geen naambordjes. Ofwel hangen er geen, ofwel kloppen zij niet. Het beste is om het te vragen.
Nog iets grappigs gezien vandaag. Enkele reeën zijn zich te goed aan het doen in een tarweveld. Wanneer zij mij opmerken gaan zij plat liggen om zich te verstoppen, maar hun oren zaten nog uit, een tarweveld met oren.
Morgen heb ik een lange trip voor de boeg. Rare uitdrukking, alsof mensen een boeg hebben. Laaber, Deuerling, Nittendorf, tot waar de rivier de "Laaber" in de Donau mondt en dan kom ik Regenburg binnen.
Nog drie weken te gaan. Ongelofelijk dat dit bijna voorbij is.
Ik dacht, toen ik er aan begon, om mijn hoofd eens leeg te maken, maar er zijn zoveel indrukken op mij afgekomen en opgeslagen, dat overweeg mijn bestanden uit te breiden.
Zondag 24 juli - 29ste etappe - Seubersdorf i/d Oberpfalz
Zondag 24 juli 2011 - 29ste etappe - Hipoltstein tot Seubersdorf i/d Pfalz Gisteravond in Gasthof " Zum Hirschen" genoten van een goed Beiers maal. Aan de Stammtisch zaten luidruchtige stamgasten halve liters te drinken. Ik vroeg nog een cola aan de waard. Hij bekeek mij en daarna zijn klanten : "Woisjt ihr wasch a kola isch ?" Weten jullie wat een cola is? Hij vond het blijkbaar grappig om mij een beetje uit te lachen omdat ik geen bier dronk. Toen ik wilde gaan slapen vroeg ik een grote fles spuitwater op mee te nemen op mijn kamer. "Nee, flessen water hadden ze niet, 't was spuitwater van het vat?! Nog nooit van gehoord. De waardin heeft dan maar een fles gevuld. Rare gasten, die Beiers! Goed geslapen, maar niet uitgeslapen. Het begint te wegen. Vandaag dan na het ontbijt vertrokken om 8.45 u. Een vliegende start langs het Main-Donau-Kanal. Het weer zit mee en het is zeer rustig wandelen langs het water. Hoogstens 10 fietsers, enkele voetgangers en 4 boten gezien. Een koppel heeft een vijftal km meegestapt en de man heeft dan de verdere weg uitgelegd. Ik ben toch weer eens van mijn route afgeweken. Gelukkig heb ik een tong, om de weg te vragen. De mensen zijn heel behulpzaam en nieuwsgierig. Jammer dat er zo weinig kerken open zijn. Ik ben altijd nieuwsgierig hoe die er binnenin uitzien. Bij Sulzkirchen verlaat ik het kanaal en begeef mij richting Mühlhausen en dwars nog een tweede kanaal, het "Ludwig-Main-Donau-Kanal" en het riviertje de "Sulz". Ja, ik had ze al in de verte zien liggen, de bulten van de Oberpfalz. Ik kon er echt niet meer naast lopen. Ze doen pijn in de kuiten, het is een zwaar parcour met veel beklimmingen. En daar loop je dan midden het bos, zonder aanwijzingen, tenzij naar het oosten lopen. En daar komt hij, de reddende engel, in auto verkleed. De bestuurder legt mij precies de weg uit...en, het klopt. Wat ik eigenaardig vind in die streek is, dat zij niet "durch das Wald gehen", maar "durch das Holz gehen". Verder moet langs Weihersdorf, Wallersberg, Sternberg (waar ik de eerste worstenkermis tegen kom), Grossalfalterbach (om een knoop in je tong te krijgen), Batzhauzen naar Seubersdorf i/d Oberpfalz. Ik begin te voelen dat ik bijna 60 jaar ben. Het gaat langzaam, mijn gewrichten en spieren doen pijn. Ik geraak uitgeput en raak met moeite nog vooruit. Ik ben zo moe dat ik zelfs van het mooie landschap niet kan genieten. Ik moet nog ongeveer 3 km gaan, maar het gaat echt niet meer. Ik kom aan een station en plof me neer op een bank. Ik moet rusten! Als ik nu niet luister naar mijn lichaam haal ik het niet. Na een uurtje rust ga ik verder en bereik ik uiteindelijk Seubersdorf. Ik zie er waarschijnlijk heel slecht uit, want mijn gastvrouw heeft compassie (mitleid) met mij en biedt mij eerst een koffie aan, om te bekomen. Al de gastenkamers zijn nog vrij en ik mag kiezen waar ik wil overnachten. Wat een luxe! Ik wordt in de watten gelegd. Ik laat het over mij komen. Na de douche voorzie ik mij voeten van verse olie, schoenen luchten, gaan eten en dan een welverdiende rust. Oef , slaaaaaapwel . In bed krijg ik het plotseling heel koud, ik ril, waarschijnlijk een platte batterij, ik ben te diep gegaan. Je wandelt bijna op automatische piloot, wanneer je moe bent en pijn hebt. Ik heb geen kruis te dragen, toch gaan mijn gedachten soms naar Christus en Maria. Dan denk ik ook aan onze moeder, die elf kinderen groot te brengen had. Ook niet gemakkelijk. En Gil Van den Bergh in Peru die zich ontfermt over zijn wees-, straatkinderen. Over het project Gambia. Je wilt helpen, maar iedereen helpen gaat niet, jammer.