Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Inhoud blog
  • Boerboel acties 12
  • WANDELBOERKES
  • BOERKES 123
  • BOEREN
  • BOERBOELLEKES FESTIJN
  • BOERBOEL 30
  • BOERBOEL - Achel
  • Schoolfeest
  • BORUS is mijn naam
  • Naweeën van 4 november 2017
  • FUIF 8888
  • FUIF 77777
  • FUIF 66666
  • FUIF 55555
  • FUIF 444
  • 25 JAAR -- NADIA en RONNY 3333
  • 25 jarig huwelijk van NADIA en RONNY
  • 25 jarig huwelijk van NADIA en RONNY
  • Amerikaanse HONDJES
  • BOEREBOEL 44
  • BOEREBOEL 33
  • BOEREBOEL 22
  • BOEREBOEL 11
  • TREKKERTREK 22

    ===================

    De moeite om  te bezoeken:

    blog.seniorennet.be/denatuurontdekken

    ===================

    Foto
    Foto

    De tijd vliegt  snel...

    verpruts  hem niet in

    Speciaalclubs

    Foto
    Foto
    Foto

    KIJK  UIT  wat  je  doet.....

    Welkom op mijn blog!
    WELKOM OP MIJN BLOG
    TJip heet u welkom op zijn roddelsite
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Startpagina !
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto

    Dit is een mix van

    recente  foto's

    genomen door

    TJip

    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Welkom op mijn blog!
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Hebt u vragen of iets te zeggen ?

    Druk op onderstaande knop om te reageren in mijn forum

    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Categorieën
    Categorieën
    Categorieën
    Categorieën
    Categorieën
    Evenementen in de LIMBURGSE WESTHOEK

    11-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zitstokken


    VAMPIEREN 

    op  bezoek  gehad ?

    En...de vampiers ook weer op bezoek gehad ? Waarschijnlijk wel hé. Liefhebbers, die beweren van nog nooit bloedluizen in hun hok te hebben gehad, beliegen zich zelf en hun collega's.  Hallo, kroket... laat me niet lachen . Iedereen is er zich toch wel degelijk van bewust hoe moeilijk het is om dit ongedierte buiten te houden, al weten we soms niet vanwaar ze komen. Er zijn heel wat bestrijdingsmiddeltjes hiertegen, deze hebben we reeds eerder al aan bod laten komen.

    Nu wil dit ook weer niet zeggen dat je de kat bij de melk moet zetten en het bedje moet spreiden om het ze aantrekkelijk te maken. In tegendeel, tracht zoveel mogelijk schuilgelegenheden uit te schakelen binnen de kweekruimte en in 't bijzonder in de kweekbakken.  Waar vinden we die zielige luizen meestal terug in de kweekbakken?  Inderdaad, op/in alle mogelijke spleetjes en kieren. Een vaste stek om te schuilen in de kweekbakken zijn zeker de uiteinden van de zitstokken die tegen de achterwand van de kooi zijn bevestigd.

    Een goede raad, haal al uw vaste zitstokken uit de kweekkooien en vervang ze door uitneembare. Deze kunnen we op maat maken  zodat ze enerzijds in het front worden geklemd en anderzijds tegen de achterwand spannen. Nu hoor ik de slimmerikken al protesteren. Waarom een probleem verwijderen om het te vervangen door hetzelfde? Sorry hé, kritikasters, de loszittende stokken zullen we aan de achterzijde, de zijde die tegen de rugwand zal klemmen, aanscherpen tot een fijn puntje, zoals op de foto is te merken.  Dit kleine puntjee zal slechts de achterwand raken en bijgevolg zullen de luizen de kans ontnomen worden om zich hier nog te gaan nestelen of verschuilen.

    Een tweede voordeel van deze loszittende zitstokken is zeker ook niet te onderschatten. Men kan de stokken in één handbeweging uit de kooien verwijderen om ze te reinigen. Zo zullen we steeds propere hygiënische zitstokken in onze kweekbakken hebben. Eén voorwaarde  echter.  .Men  moet het wel toepassen   

                    

    11-03-2009 om 17:22 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    10-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GRIJZE GORS
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    10-03-2009 om 21:44 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.CULTUURVOGELS 10
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De  GRIJZE   GORS.....

    EUROPEANEN  zijn  hier  thuis...  (Emberiza  cia)

     

     

    ALGEMEEN:

    De  GRIJZE  GORS wordt ook nog wel eens de Weide Gors of de Baardgors genoemd. Volgens Wolters wordt deze gors  als volgt in het zoölogisch systeem gerangschikt.

    Familie:         Emberizidae of  gorzen

    Soort:            Emberiza  L. 1758

    Aard:             Emberiza cia L. 1766

    Er bestaan 6 ondersoorten: De  Cia, Africana, Prageri, Par, Strachey  en de Fleminorum.

    VERSPREIDINGSGEBIED:

    De GRIJZE GORS  leeft verspreid in Noord-West Afrika en in de Zuidelijke gebieden, aanleunend bij Azië. Hij bewoont ook de bergen van Zuid- en Midden Europa. In Duitsland vinden we hem terug in de dalen van de Rijn, de Nekker en de Moezel. Van daaruit verspreidt hij zich verder noordwaarts. In Midden Europa zijn er naar schatting nog zo'n 3 à 4.000 broedparen aanwezig. Enkel de Noordelijke populaties trekken en overwinteren in de broedgebieden van de Zuidelijke soortgenoten. Deze laatsten zijn gedeeltelijk standvogels en trekken bij barre winters noodgedwongen naar lager gelegen gebieden.

    LEEFGEBIEDEN:

    Hun voorkeur gaat uit naar bergachtige gebieden waar men aan wijnbouw doet en de zonnige berghellingen waar rotsblokken afwisselen met steengruis en alleenstaande bomen. Hij is eveneens te vinden in de bijhorende dalen. Zij houden van warme gebieden maar broeden nochtans in de Zwitserse Alpen tot op een hoogte van 2000 meter. Daarentegen komt men ze in de Beierse Alpen slecht zeer sporadisch tegen.

    UITERLIJKE  KENMERKEN:

    Emberiza cia heeft een lengte van 16 cm, dit is een gemiddelde gorzenlengte. Het mannetje heeft een lichtgrijze kop met sterke zwarte bestreping en een oranjeachtige onderzijde. Het lichtgrijs, voornamelijk boven de oogstreep neigt meer naar wit. De bovenzijde is bruin met zwarte bestreping. Van alle andere gorzen, onderscheidt deze gors zich door zijn helle, asgrijze keel en borst.De stuit is kastanjebruin, terwijl de buitenste staartpennen witte zomen hebben. De vleugels hebben onbeduidende smalle witte strepen. Bij het wijfje is de kop bruin en de zwarte tekening is meer verwaterd. De keel is evenwel ook asgrijs. De overige kleurpatronen komen overeen met deze van het mannetje, alhoewel veel minder uitgesproken en de zwarte delen in de vleugels ontbreken. De snavel kleurt in de broedtijd donker grijs en de poten zijn vleeskleurig.

    GEDRAG:

    De GRIJZE GORS begint 's zomers een uur voor zonsopgang reeds te zingen. 's Winters begint hij een uur voor zonsopgang zijn voedsel te zoeken. Wanneer hij bij deze bezigheid gestoord wordt, dan vlucht hij onmiddellijk in een hoge boomkruin. In de vroegste ochtenduren worden de hoogste twijgen als zangpost gebruikt. Gedurende de heetste momenten van de warme zomerdagen zoekt hij echter schaduwrijke plekken op om te zingen. Overnachten doen deze vogels als enkeling, vrij zittend in struiken of heesters. Tegen de winter aan vormen ze kleine slaapgemeenschappen. Bij zeer koude omstandigheden trekken ze één poot in de veren. Zelfs voedsel zoeken doen ze dan al huppelend op één poot.Wordt bij de aanvang van het broedseizoen, een zo groot mogelijk territorium bezet, dan zal bij een goede voedselsituatie, alleen de nestomgeving verdedigd worden. De grijzegors wipt regelmatigmet zijn staart. Om opwinding uit te drukken spreidt hij deze bliksemsnel, waardoor de helwitte buitenzoom zichtbaar wordt. Bij rivaliteit zet hij een imponerende ronde borst op terwijl hij een agressief geluid laat horen. Deze roep wordt eveneens meermaals herhaald tijdens zijn achtervolgingsvluchten, zowel van rivalen als tijdens het baltsritueel.

    STEM:

    Bij het opvliegen hoort men steeds "sisi-sip" of "zirr". Gedurende de vlucht is een "trrr"te horen. De lokroep is een gedempt "zhip". Zijn gezang is eenhaastige strofe met hoge toonhoogtes "pe-zizi-pe-zizzi" of iets daar op lijkend. Het heeft veel weg van de zang van de heggemus en zorgt soms voor zo'n stimulerende wisselwerking dat het tussen deze twee soorten heel gemakkelijk tot heuse zangduels komt. Wanneer  de grijze gors zingt legt hij zijn lichaam op zijn pootjes, knikt de staart naar beneden en houdt zijn kop hoog opgericht.

    HET  HOUDEN  IN  DE  VOLIERE:

    De Grijze Gors  stelt geen hoge eisen aan de inrichting van de volière. Een paar busseltjes heidekruid en middelhoge grassen zijn reeds voldoende om een nestplaats te vinden. In het midden plaatst men best een vlierstruik die dienst doet als zangpost. Het komt er hoofdzakelijk op aan om een open volière te creëren. Wel moet de mogelijkheid bestaan om te kunnen zonnen en een zandbad te kunnen nemen. Deze gors is winterhard en kan in een beschutte buitenvolière gehouden worden. Een vorstvrij overwinteringsruimte is echter steeds welkom omdat het drinkwater en het voedsel dan vorstvrij kan aangeboden worden.

    DE  VOORTPLANTING:

    Het zijn vogels die, zoals de meeste Europese, een paarverbintenis aangaan. Zij broeden van april tot eind juli. In de volière hebben ze meestal 2 broedsels, drie is zeker geen uitzondering. In hun broedgebied zijn het de mannetjes die eerst arriveren. Hun territorium gebondenheid is zo dominant dat alle, later toekomende mannetjes verdreven worden. Aan het territorium verdedigen neemt ook het wijfje deel. Daar de mannetjes telken jaren hetzelfde territorium bezetten gebeurt het vaak dat steeds dezelfde partners voor de nakomelingen zorgen. Jonge mannetjes die reeds een territorium bezetten, wachten overvliegende wijfjes op met uitgespeide waaierstaart. Vertoont een vrouwtje interesse dan benadert hij dit met "tjuk-tjuk " geroep. Met licht afhangende vleugels en sidderend vleugeltrillen nodigt hij het wijfje dan uit om tot de paring over te gaan. Eens de paring voltrokken blijkt het huwelijk bezegeld.

    HET   NEST:

    Het nest wordt meestal op de bodem, in de kruidlaag gebouwd of tussen grasbundels. Alleen het vrouwtje knapt deze klus op. Vooreerst draait ze een kuiltje waarna ze een krans van gedroogde grashalmen er omheen weet te vlechten. Slecht daarna wordt het kuiltje met mos en schorsschilfers bekleed. Het nest wordt  zo goed gecamoufleerd en aangepast dat het niet te onderscheiden is van de omgevende plantengroei. De nestkom heeft een doormeter van 6 cm en een diepte van 4 cm. Ze hebben 4 tot 12 dagen nodig om hun woning af te maken.

    HET  LEGSEL:

    De eieren zijn stomp ovaal, glad en zwak glanzend. Ze zijn licht purper of bruin overgoten met gelijkmatig verdeelde zwarte streepjes en krassen. Het legsel bestaat uit 3 tot 5 eieren, ze worden dagelijks in de vroege morgen gelegd. De broedduur omvat een 14-tal dagen. De broedzorg is enkel voor het wijfje. Na het uitkomen worden de jongen de eerste dagen alleen door het wijfje verzorgd. De eierschalen en de mestproppen worden door het wijfje opgegeten. De eerste dag brengt het mannetje het voedsel bij en geeft het aan de pop die dan de jongen voert. Vanaf de tweede dag is de voedselbevoorrading een taak voor beide ouders. Als afleidingslist landen ze op enkele meters van het nest om de verdere afstand te voet af te leggen. Na 10 dagen verlaten de jongen het nest en verstoppen zich in de omgeving. Heel dikwijls sluiten er zich cirlgorzen bij deze groepjes aan. Ondertussen beginnen de ouders meestal aan een tweede broesel. De jongen vallen dan in hun jeugdrui. De overjaarse gorzen doorlopen een totaalrui. Hoe later op het seizoen geboren des te vlugger ruien de jongen uit.

    HET   VOEDSEL:

    De Grijze gors neemt zijn voedsel van op de grond. Zitten de zaden nog in de halmen vast, dan trekt hij deze naar beneden om aan het begeerde voedsel te geraken.. Insectenworden, ofwel van de grond opgenomen ofwel van de struiken en kruiden afgepluk, desnoods met een korte achtervolgingsvlucht buit gemaakt. Bij de zaden gaat hun voorkeur naar zuring,  bies, ganzevoet, grassen, haver, boterbloem, gierst, perzikkruid, vogelmuur, rogge en tarwe.De jongen worden uitsluitend met insecten gevoerd; spinnen,slakjes en wormen. Wanneer vliegende insecten te groot zijn om te voeren worden deze door de ouders van hun vleugels ontdaan. In de volière volstaat een goede zaadmengeling voor Europese vogels, aangevuld met de seizoensgebonden onkruid- en graszaden. Voor de opfok der jongen worden pinky's, meel- en buffelwormen aangeboden.  Vanaf de derde dag kunnen de jongen ook grotere insecten aan. Wanneer de ouders het aannemen kunnen de geboden insecten met een vitamine preparaat en sporenelementen bepoederd worden.  Eivoer  waaraan caseïre wordt toegevoegd en ook paté wordt eveneens aanvaard. Bij het groter worden der nestjongen worden ook halfrijpe onkruidzaden gevoerd.

    10-03-2009 om 21:41 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VUILE WAS
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

                        HANG  UW  VUILE  WAS....

                        NIET  ALTIJD  BUITEN...  

    Wel een eigenaardige titel voor een artikel dat moet handelen over de vogelliefhebberij, de liefhebbers en hun kronkelige  grillen. De TT'en zijn weer even achter de rug   Voor sommigen is deze periode een tijdstip waar ze naambekendheid hebben kunnen verwerven, dat er koopjes kunnen gesloten worden en soms overeenkomsten gemaakt worden in het vooruitzicht van het  nakende kweekseizoen. Vanuit deze categorie liefhebbers zullen er zelden protestgeluiden te noteren vallen. Voor hen zijn de keuringen immers perfect verlopen en hebben ze verkregen waarop ze hadden gehoopt.

    Anders is het gesteld met de 2de categorie, zij die minder goed of zelfs slecht hebben gescoord. Ook zij hadden bij de aanvang van het TTseizoen hoge verwachtingen  voor hun vogels.  Misschien hadden ze de lat wel iets te hoog gelegd in evenredigheid met het vogelbestand dat zij ter beschikking hadden. Van deze liefhebbers horen we dan een zondvloed van wantrouwen en zelfs verwijten aan het adres van  (in de eerste plaats) de keurmeesters. Graag geef ik grif toe dat er keurmeesters zijn die er soms met de klak naar smijten en dit is dan wel betreurenswaardig.  Deze handelswijze mogen we zeker niet veralgemenen. Laar ons die "fouten" echter niet overroepen en niet steeds dezelfde stok hanteren om het falen van onze vogels wit te wassen. Vergeet bovendien niet, dat een keuring een momentp^name is en wie zal u komen vertellen  hoe uw vogel er op het moment der keuring bij zat? Het is niet, omdat jij denkt dat uw vogels allemaal toppers zijn, dat iedereen die mening met u moet delen. Wanneer u wat tot rust gekomen bent moet ge uw vogels eens grondig analyseren naar de geest van de desbetreffende standaardnormen. Meestal zal je dan wel moeten vaststellen dat er toch foutjes aan te merken vallen waar je gewoon over gekeken hebt.Niet enkel de vogel heeft zijn invloed op de keuringen. Een keuringsruimte waar de verlichting te wensen overlaat kan een grote invloed op het uiteindelijk resultaat dat op uw keurbriefjes terecht zal komen. De lichtinval van buiten af kan ook zijn effect hebben. Neem bv. een vogel die om 09.00 uur wordt gekeurd bij een mistig buitenluchtje. Deze vogel zal voor de keurmeester zeker niet tot zijn volste recht komen. Neem nu die zelfde vogel en beoordeel deze rond het middaguur, wanneer er wat zonsinval in de zaal is, u zal hier duidelijk merken dat we met een totaal andere beoordeling rekening moeten houden en zal er ongetwijfeld een puntenverschil waar te nemen zijn. De liefhebberheeft echter alleen maar oog op het resultaat, de rest is van geen belang. Laat mij hier dan ook stellen dat de verwijten naar de beoordelaars toe, in de meeste gevallen  al te voorbarig zijn. Een oplossing voor deze problematiek zou een totale "tafelkeuring" kunnen bieden. Iedere vogel met dezelfde (kunst)  verlichting op tafel brengen voor de keuring.Op deze manier heeft iedere vogel gelijke kansen voor wat het licht betreft. Nu beweer ik hier ook weer niet dat de extreme herrieschoppers toch nog andere argumenten zullen naar voor schuiven om het slecht presteren van hun vogels af te wentelen op de rug van de keurmeesters. Deze (liefhebbers) kunnen we de raad geven om in de toekomst alles eens te relativeren en vooral, en vooral dan in de eerste plaats. Ze zouden best hun eigen vogels wat beter leren kennen, vooraleer met modder te gooien naar de keurmeesters en deze dan, samen met de vuile was, gewoon aan de grote klok te hangen. Dat iedere liefhebber een vleugje egoïsme bezit, is wel eigen aan de mens. Tracht deze drang echter te onderdrukken en leg u neer bij sommige , (al dan niet) terechte beslissingen. Trouwens, heb je al iemand horen klagen dat zijn vogels te veel punten hebben gekregen? Die wil ik wel eens tegenkomen. Tot slot  nog dit, zorg eerst en vooral er voor dat uw vogels, proper en netjes op de TT's terecht komen. In de eerste plaats, observeer voortdurend uw vogels en zoek zelf uit of ze in alle opzichten voldoen aan de standaardeisen.

    Zodoende zal u zich niet meer hoeven te ergeren aan anderen en kan u uw beschuldigingen opbergen.  Hou uw  VUILE  was  dus liefst  BINNENSHUIS.

    10-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    09-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 dagen time-out

    Nog EVENTJES  RUST voor de STORM....




                            

    09-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.NIEUWE WEEK





    moest ik niet  gaan  werken ? ? ?

    09-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    06-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.WEEK-END


     

    06-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    05-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Australische PRACHTVINKEN



       De  INDISCHE     NONPAREIL                                                                                      

     

     

     

    05-03-2009 om 08:02 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    04-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.CULTUURVOGEL --- DE PUTTER





    DISTELVINK...of  PUTTER...

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     In het jaar 1758 is de Distelvink voor het eerst omschreven door Linnaenus. Deze wetenschapper bracht deze vogel onder in de volgende identiteit: Latijnse benaming: Carduelis carduelis - Hij behoort thuis in de klasse van de vogels en in de orde van de zangvogels. Zijn familie zijn de vinkachtigen van het geslacht Carduelis. De bewering dat de Distelvink een louter Europese vogel zou zijn strookt helemaal niet met de realiteit. Ppk in Noord Afrika en Zuid West Azië is hij wel te vinden. De Distelvink is in hoofdzaak wel een Europese standvogel.Enkel de populatie uit het hoge noorden zoekt in de winterperiode de meer zuidelijke oorden op om te overwinteren. In de jaren '70 was onze putter in aantal sterk aan 't afnemen. Gelukkig is de verstrengde vogelvangstwet tijdig in werking getreden en is er voorkomen dat ook ons putterke op de "Rode lijst" is terecht gekomen.

    Momenteel stijgt het aantal broedparen jaarlijks in Belgi*e waar ze meestal  actief zijn in het oostelijk gedeelte van het land. Het biothoop waar de Istelvink zich het best thuis voelt is een half open cultuurgebied en bossige gedeeltes in en om de steden en dorpen.  De Distelvink kan men als zijnde een kieskeurige vogel situeren. Zo kan hij tot broeden overgaan in bomen, maar meestal maakt hij zijn nest in heggen en dicht struikgewas. Vanaf half april tot eind mei is hun broedperiode. Het legsel bestaat uit 5 à 6 witachtig, bruin gevlekte eitjes dewelke enkel door het vrouwtje worden bebroed. Deze kleurrijke zanger voedt zich met bessen en zaden. Vaak vinden we ze terug in berken- en/of elzenbosjes, waar ze zich, samen met de sijsjes en andere vinkachtigen, tegoed doen aan de zaadjes.

    De Distelvink heeft een nogal lange en scherpe snavel, hetgeen dienst bewijst bij het lospeuteren van de zaadplantjes. 's Winterskomen ze zelfs eten zoeken in de dichte omgeving van de woningen en zelfs tot in de volle stadskernen, hij is dan ook niet erg schuw van aard. De kleurrijke Distelvink is tevens een geliefkoosde TT-vogel.  Liefhebbers, dewelke zich specialiseren op het kweken van kruisingen vinden in de Distelvink dan ook de geschikte vogel terug. Dit omwille van zijn kleurrijke uiterlijke en zijn sociaal gedrag tegenover andere vogels. Op onze tentoonstellingen vinden we zelfs heel wat verschillende kleurmutaties en ondersoorten. Zo zagen we reeds de bruine, de agaat, de isabel de opaal, de pastel de satinet, de albino, de eumo, de witkeel, de witte en de gele mutaties. Het prijskaartje voor dergelijke kleurafwijkingen is echter wel geen spek voor de bek van de kleine liefhebbers.  Dat de Distelvink niet zo maar de eerste de beste vogel is bewijst de belangstelling van de grote kunstschilders in het verleden. De in Delft geboren, veelzijdige kunstenaar Carel Fabricius, de rechterhand en topleerling van de grote Rembrand, heeft verschillende schilderijen van de Distelvink samen geborsteld.  Deze kostbare schilderijen dateren uit de periode tussen 1640 en 1658. Aan de hand van goed bewaarde geschriften heeft men kunnen achterhalen dat Meester Rembrand zijn leerling Fabricius feliciteerde met dezes werk van "Het Puttertje" en voegde er aan toe "Ik zou het zeker niet beter gekund hebben".

    Merkwaardig aan dit kunstenaarsverhaal is wel dat het schilderij van Fabricius dateerd uit het jaar 1645. De eerste omschrijving  door ornithologen van de Distelvink is terug te vinden in het jaar 1758, dus ruim 100 jaar nadat de Distelvink op doek is gesteld door Carel  Fabricius. Toch eigenaardig, maar er zal wel ergens een rede voor te vinden zijn zeker.

     

     

     

     

     

    04-03-2009 om 17:01 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZOMAAR WAT





    Kom maar even kijken

     

     

    Werk maar verder hoor...

    04-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.SCHUIN BEKEKEN



       

     

     

     

     

     

     

     

    heeft  de  boter  weer  gefret...

    Dat de hedendaagse samenleving in een dieptepunt is terecht gekomen heb ik nog maar eens aan den lijve ondervonden. Zij, die reeds langer mijn stijl van publicaties kennen, zouden beter moeten weten. Wanneer men nu denkt om mij de daver op het lijf te jagen moet zich echt geen illusies maken, voor hen zal ik mijn stijl niet veranderen. Recht voor de raap en geen achterbaks gedoe, dat blijft mijn leuze.

    Zolang men voor sommigen de barmhartige Samaritaan uithangt ben je hun beste maatje. Opgepast echter, wanneer je uw tegemoetkomingen op een lager pitje zet, dan gaan de poppen aan 't dansen en komt de arrogantie te voorschijn.  Mijn streefdoel is (en zal steeds zo blijven) om, onwaarheden, leugens en/of wantoestanden binnen bepaalde leefgroepen, openbaar te maken voor iedereen.

    In vele gevallen zal men dit niet in dank aanvaarden, dat weet ik reeds jaar en dag. De wereldverbeteraars en/of betweters wil ik bij deze er attent op maken dat hun toch al bedenkelijke meningen mij geen barst kunnen schelen.  Meestal komt de kritiek van hen, die zelf een scheve schaats plegen te rijden.  Van mijzelf kan ik gerust zeggen dat ik nog tamelijk bescheiden ben in mijn verslaggevingen. (Zou het ook nog wel wat duidelijker en scherper kunnen stellen.)

    Dat sommige instanties of beleidsmensen, het systeem "Doofpot" hanteren om het imago van zichzelf of hun leefgroep te beschermen en minstens  niet te beschamen, is reeds een vaag teken aan de wand. "Doofpotacties" zijn bewijzen dat betrokkenen mede aan de basis liggen van de wantoestanden.  De voorbije dagen kreeg ik zware kritiek op enkele van de onlangs verschenen artikels die op mijn  blog zijn verschenen. Ik ga hier niet verder op ingaan en zeker niet in de tegenaanval gaan. Denk steeds  aan een citaat uit de bijbel: God vergeef het hen want zij weten niet waarover ze het hebben. (of zoiets). Wel wil ik duidelijk maken aan de betrokkenen dat ik zeker door hun dreigementen geen moer zal veranderen aan mijn stijl of principes. In tegendeel, ik zal in de toekomst mijn argusogen nog wat meer toespitsen  op sommige twijfelgevallen binnen het milieu.  Misschien is het wel de bedoeling geweest om mij in de gordijnen te jagen en om mij iets te laten neerpennen waar zij munt zouden kunnen uit slaan.

    Laat het duidelijk wezen, slechts één zaak kan mij op andere gedachten brengen en dat is dan een wijziging in de wettekst op de privacy.  Wij leven nog steeds in een vrij land ? (voorlopig) waar de persvrijheid nog bestaat. U zal mij niet kunnen betrappen op het beschuldigen van organisaties en/of personen. Wie tussen de regels ook wat kan lezen zal zijn besluiten  wel kunnen trekken. Wie het schoentje past...trekke het maar  aan, en daarmee is alles  gezegd.

    04-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    03-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.NA de KWEEK... de RUI ! ! !





         NA DE KWEEK....KOMT DE  RUI... 

    Bij onze vorige generaties was het zowat traditie dat iedereen zich in een nieuw pakje stak om het Paasfeest te vieren. Zo ook is dit het geval bij onze vogels, zij het dan op een ander tijdstip en om andere redenen. De rui is een jaarlijks ritueel waar geen enkele vogel kan aan ontsnappen. De verenwisseling bij de vogels mogen we zeker niet als een ziekte beschouwen. Net als alles wat veel in werking is, zijn ook de veren van onze vogels aan slijtage onderworpen. Het is dan ook noodzakelijk dat zij jaarlijks hun versleten manteltje afwerpen om plaats te maken voor een nieuw verenpak. Tevens is de verenrui een noodzaak om de vogels een hogere overlevingskans te geven naar volgend seizoen toe. De rui is een natuurlijke reactie en de aanzet hier naartoe komt tot stand door normale tijdstoestanden. In het najaar, wanneer de dagen beginnen te korten zullen de eerste veertjes in de kooien te vinden zijn en zal de rui beginnen.

    Wij, als kwekers, nemen de natuur nogal eens in eigen handen door zelf de lichturen te bepalen. Door deze onnatuurlijke ingreep zullen onze vogels ook sneller in de rui vallen. De kwekers die zeer vroeg beginnen te kweken zullen hun vogels dus ook vlugger in de rui zien gaan dan zij die pas in maart-april met de kweek zullen beginnen. Dit mag geen obstakel vormen voor het verloop van deze periode. De natuur steekt hier ook wel een handje toe. Zo zullen de jonge eerste jaarsvogels tijdens de rui, enkel hun donsveertjes wisselen en niet de vleugel-en de staartpennen. Bij de jaarvogels is dit wel het geval. Een eigenaardigheidje in dit ruiproces is wel, dat niet alle veren gelijktijdig gewisseld worden. De pennen worden gewisseld met onderbrekingen, dus overhands. Zodoende kan de vogel steeds blijven vliegen. Zwakkere vogels kunnen hier wel eens wat hinder van ondervinden en hun pennen gelijktijdig verliezen, die zitten dan wel in de problemen. De ruiperiode vergt heel veel energie van de vogels. De zwaksten onder hen zullen het zelfs moeilijk hebben om te overleven. Hoe dikwijls horen we niet zeggen van liefhebbers dat ze enkele vogels niet door de rui hebben gekregen. Daarom ook zullen we onze vogels in deze periode speciale aandacht en verzorging dienen te geven. Zoals reeds gezegd begint deze periode korte tijd na de kweek en zullen we zeker het eivoer moeten blijven geven (3 à 4 keer per week). Ook blijven zorgen voor de kwaliteitsvolle mengeling en deze aanvullen met de nodige vitamines en mineralen. Elk tekort dat onze vogel in deze periode moet verwerken zal zich uiten in een negatieve uitgroei van het nieuwe verenkleed, hetzij in kleur/tekening, hetzij in de vorm. Eén van deze ongewenste gevolgen zijn de onderbrekingen in de groei van de nieuwe verenschacht, wij noemen dit in het jargon "groeistrepen". Door gebrek aan bepaalde grondstoffen zal de groei gebeuren met onregelmatige opstoten en zal dit zich soms laten zien in misvormde pennen. Dus, zorg steeds voor een regelmatige en uitgebalanceerde voeding, zodat er gezonde voedingssappen kunnen doorstromen naar de klieren die verantwoordelijk zijn voor een regelmatige  rui. Zo is het ook aan te raden om de vogels 3 X per wek een bad te geven . Dit badwater zal de vogels een gedeelte van de stress ontnemen en zullen ze zich beter gaan voelen in hun vel. In dit badwater gaan we af en toe wat badzout toevoegen. Dit zout gaat er voor zorgen dat het nieuwe verenkleed meer zal gaan glanzen. Buiten de genoemde badbeurten ook enkele keren per week de vogels wat benevelen met lauw  water (waarin we al/of niet, wat Birdill mengen) . Dit zal de vogels een nog mooiere glans bezorgen en de vogels worden er bovendien kalm en rustig, dus zeker een pluspunt voor  TT vogels.

    Nog een belangrijk punt in de ruiperiode is zeker de huisvesting der vogels. Om te beginnen gaan we zeker de oude en de jonge vogels gescheiden houden in de vluchtjes. Deze vliegruimtes zeker niet overbevolken zodat ze ruimte hebben om wat rond te vliegen. Het belangrijkste in deze vluchtjes kunnen we als volgt vooropstellen: Eerst en vooral moet de ruimte droog en tochtvrij gehouden worden en er moet voldoende afleidingsmateriaal aanwezig zijn voor de vogels. Onder afleiding verstaan wij dan het ophangen van een bundeltje trosgierst en/of een bosje gerafelde touw. Deze afleidingselementen hebben ze nodig om het ruiproces wat op de achtergrond te verdringen en voornamelijk, om het verenplukken te vermijden. Dit verenplukken is tevens de rede dat de ruimtes niet overbevolkt mogen zijn. Nog een middel om het verenplukken te beperken of beter, te verhinderen, zijn de zitstokken. Of te wel hangen we zitstokjes in de vluchten warop maar één vogel op kan plaats nemen, zo kunnen ze zeker niet aan mekaar zitten te frummelen. Nu is het best mogelijk dat je hiertoe niet de mogelijkheid hebt, wel, dan kan je een alternatief toepassen door op de langere zitstokken afscheidingen aan te brengen zodat ze niet aan mekaar kunnen. Deze afscheiding kan eenvoudig door wasknijpers op de stokken te steken met telkens een ruimte tussen voor één vogel. We zullen er ook zorg voor dragen dat de bodemlaag droog en proper blijft. Wanneer je nu weet dat een kanarie meer dan 1500 veertjes bezit en dat die allemaal moeten gewisseld worden, kan je zich wel voorstellen dat dit heel wat opruimingswerk met zich brengt. Om het u gemakkelijk te maken plaats je op de bodem in een hoekje een plankje, schuin tegen de wand, zodat er een holte ontstaat. Het grootste gedeelte van de vallende veertjes zullen zich hieronder ophopen en is het een makkie om deze op te ruimen. De geruide veren en dons moeten wel regelmatig opgeruimd worden omdat de vogels hier anders zitten in te pikken en leren ze het nog maar met moeite af. Wanneer ze dan toch opgeruimd zullen worden gaan ze bij gebrek aan wat anders mekaar beginnen te plukken. Nu kan je wel zeggen ; Dan laten we de pluimpjes toch maar liggen, dat kan je doen ja, maar vergeet dan niet dat je een ideale schuilplaats hebt tot stand gebracht voor allerlei ongedierte zoals luizen enz... Nee, hou het gewoon netjes en zorg voor voldoende afleiding. Iedere liefhebber, en zeker de tentoonstellers kijken elk jaar met spanning uit naar het tijdstip dat de rui achter de rug is.  Dit is dan niet zo zeer de oorzaak dat ze van een ongemak verlost zijn maar veeleer uit nieuwsgierigheid hoe hun vogels er gaan uit zien met hun nieuw pakje aan.Het beëindigen van de ruiperiode is ook het tijdstip dat de jonge vogels zullen gaan laten zien wat ze tot dan toe verborgen hebben gehouden voor de liefhebber. Het nieuw verenkleed kan een totaal andere vogel te voorschijn brengen. Onherroepelijk zullen soms verborgen gebreken van gezondheid en/of van het verenkleed aan het licht komen. Zo kan een goedogende vogel van voor de rui, nadien een verenpak laten zien dat heel wat gebreken vertoond en daardoor zelfs ongeschikt is geworden voor de tentoonstellingen. Het omgekeerde is gelukkig eveneens ook waar. Een misbaksel op het eerste zicht in verband met kleur en tekening kan na de rui een topper blijken te zijn met een kleedje om "U" tegen te zeggen. Vandaar dus de spanning bij de liefhebbers om te hunkeren naar het einde van de rui.

    Dus, een goede raad, doe uw jonge vogels zeker niet te snel van de hand, je weet maar nooit. Toch wil nog even het probleem van de "stokrui" aankaarten. Dit is geen natuurlijke rui maar je zou het een ziekte kunnen noemen. Bij een ervaren liefhebber zal dit zeker zelden of nooit voorkomen. Mensen echter, die bv. een kanarie in huis hebben voor de gezelligheid gaan soms niet letten op de uren licht dat hun vogel krijgt per dag. Zo zal hij misschien 11 uren licht hebben vandaag en morgen 17 uur en dan weer misschien maar 8 uur. De hypofyse van deze vogel zal snel tilt slaan en zal niet meer weten of het nu winter of zomer is, en zal spontaan in de rui slaan. Door het feit dat de vogel van slag is zal hij blijven ruien,niet meer fluiten en er moedeloos gaan bijzitten. Dit noemen we dan stokrui. De vogel die in deze toestand is beland zal het niet lang meer uitzingen en staat ten dode opgeschreven. Tot slot kunnen we wel concluderen dat de rui niet zo maar iets is van: Pluimpje weg....nieuw pluimpje in de plaats, nee, de rui is van levensbelang voor onze vogels. Help uw vogeltjes door deze periode door ze een goede verzorging te geven, zij zullen u dankbaar zijn.

    PS - Nog een tipje als hulpmiddel om de rui sneller en vlotter te laten verlopen; Geef ze regelmatig een halve ajuin, je zal zien dat dit soms wonderen kan doen. In 't begin zullen ze hun bek misschien wel optrekken maar als ze het eenmaal hebben geproefd...man...man...  -  zeker proberen.

    Nog een middeltje, met zowat dezelfde uitwerking: Geef regelmatig (samen met, of in plaats van een ajuin) een doodgewone aardappel. Snij deze in de lengte doormidden en het effect zal niet uitblijven. Deze aardappel kan u gewoon rauw geven of gekookt (wel koken zonder zout dan). Lusten ze het niet in rauwe toestand dan kan u het proberen om ze te koken.

       

    03-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    02-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.SCHUIN BEKEKEN.......



       

    ...TENTOONSTELLINGEN...een  ramp...

     


     

     

    Wat zijn de hedendaagse vogelliefhebbers en vooral  dan de spelende leden, toch gemakzuchtige mensen geworden.  Minder dan een halve eeuw geleden waren de omstandigheden heel wat anders ....MAAR... toen was er nog plezier aan de hobby te beleven. Vandaag de dag weten ze nog maar amper wat een winter is en dan klagen ze nog. De mensen van het eerste uur moet ge eens bezig horen met hun herinneringen en belevenissen  van destijds. Hun verhalen komen bij de huidige generatie misschien als ongeloofwaardig over maar toch is dit de pure realiteit van toen.In de jaren '50 - '60 kwamen de vogeltentoonstellingen volop in de belangstelling en de plaatselijke bevolking keek er telkenjare weer naar uit om een bezoekje te kunnen brengen aan deze shows.Een tentoonstelling met minder dan 1000 vogels rekende men toen tot de meest slechte bezettingen, nu zijn ze reeds uiterst tevreden als er 600 vogeltjes aanwezig zijn. Over de publieke belangstellinghoefde men toen ook zeker niet te klagen. Iedereen wilde dit spectakel wel eens meemaken en was het soms over de koppen lopen bij sommige organisaties. Vandaag de dag, zijn de organisatoren al wat blij dat ze hun broek niet scheuren. Wanneer we bedenken dat er in het nabije verleden Provinciale organisaties werden gehouden waar we amper 50 neutrale bezoekers (betalende) mochten noteren. Bij dergelijke vaststellingen moet men zich toch vragen beginnen te stellen over het zinvolle van dergelijke ondernemingen. Natuurlijk kan men er mee doorgaan. Uiteindelijk zullen het de spelende leden zijn die het lege gat zullen moeten opvullen.(geen prijzen meer en een hoger inschrijvingsgeld per vogel.) U ziet het, het komt alweer op de kleine man terecht. Waar we deze teloorgang moeten aan toeschrijven is vrij onduidelijk. Het aspect der liefde voor de natuur heeft zich zeer duidelijk verplaatst bij de jeugd. De discotheken en andere uitspattingsmogelijkheden genieten nu de voorkeur van de aankomende generatie. Niet verwonderlijk dan ook dat heel wat oudere rotten in de hobby er de brui aan  geven omdat ze geen waardering meer krijgen voor hun geleverde inspanningen. Ze moeten meer en meer de duimen leggen voor de egoïstische grieven van de "Broodkwekers - Spelers".

    Om terug te kerennaar de beginperiode der TT-activiteiten denken we soms toch met weemoed terug aan de goede oude tijden. Tentoonstellingen gaan meespelen was in die tijd echt geen lachertje. Om te beginnen is het de realiteit zelve dat alleen de "Welgestelde lichamen" beschikten over een auto als transportmiddel en die "dikke nekken" zagen er dan weer geen graten in om de kleine "man met de pet" te helpen bij het vervoeren van zijn vogeltjes naar een bepaalde TT, of wat dacht u?. Wij kunnen verhalen te berde brengen van spelende liefhebbers die hun vogeltjes met de fiets naar een 20 km verder gelegen TT moesten brengen. Door alle weersomstandigheden en met plezier dan nog, het was hun hobby.Niemand hoorden we toen klagen of mopperen, alles voor hun ontspanning en de gezelligheid liep soms zelfs de spuigaten uit. Toch mooi om te aanhoren. Dan spreken we nog niet over de prijzentafels die er te verdienen waren. Al was het maar om een blikje sardines of enkele rollen WC-papier, het kon de pret allemaal niet bederven. Tegenwoordig zijn ze met niets nog tevreden, het is nooit genoeg en ze hebben op alles en nog wat bemerkingen. Ook de hulpvaardigheid en de overdracht van kennis onder de liefhebbers is naar de verdoemenis geholpen door een egoïsme en winstbejag van hoog niveau. Jonge beginnende liefhebbers kunnen daar wel over meespreken. Inlichtingen over de kweek of andere goede raad hoeven ze echt niet meer te vragen. De antwoorden die ze krijgen zijn steeds zo mysterieus en onduidelijk dat het onbegrijpelijk is voor de beginnende liefhebbers. Vraag zeker niet om een goede vogel te mogen kopen aan een schappelijk prijsje, laat staan om er een te krijgen, wat denk je wel?

    Noem je dat dan nog "hobby"? nee hoor, bedankt. Hoe wil men nu nog jongeren warm maken om vogels te gaan houden? Indien ik in hun schoenen zou staan zou ik er ook feestelijk voor bedanken. Voor de echte "Geldkwekers" zou er een wet moeten komen waardoor ze verplicht werden om een handelsregister aan te vragen en ze verantwoording over hun inkomsten zouden moeten afleggen bij de fiscus.

    Er zouden er heel wat afhaken met hun "zogezegde" hobby. Waar is de tijd van weleer ? ? ?

    02-03-2009 om 21:05 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KARDINALEN









     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Zijne  EMINENTIE...

    De   ROODKUIFKARDINAAL

    PARORIA   COROMATA

    Deze Zuid-Amerikaan heeft zijn naam echt niet gestolen. Met wat verbeelding kunnen we hem wel vergelijken met een kardinaal, al was het maar door zijn schitterende  kuif. Niet verwonderlijk dan ook dat het een zeer geliefde volièrevogel is bij ons. Toch is het jammer dat deze kardinaalsoort nog maar weinig in trek is bij de kwekers. Dit heeft misschien wel iets te maken met de zeer beperkte invoer van deze 20 cm grote soort. Door deze beperking is het voor de kweker ook moeilijk om nieuwe broedlijnen in te kweken.

    Van het geslachtsonderscheid tussen man en pop is maar bitter weinig te merken op het eerste zicht. De tekening is zo goed als het zelfde. Toch onderscheid de pop zich door een minder intensieve rode kop- en keelkleur. De bevedering is ook matter dan bij de man. Ook van gestalte is de pop iets kleiner en slanker en heeft iets minder rood aan de kop. De jonge kardinalen hebben nog geen kuif. In de plaats van de kuif laten ze een roestbruine kap zien. De rode vederpartijen van de oudervogels zijn bij de jongen nog oker bruin van kleur met links en rechts een rode aanzet. Na ongeveer 8 weken zijn de jongen volgroeid maar ze komen pas volledig op kleur na de rui in het tweede levensjaar.

    Zoals reeds gezegd is de Rode Kuifkardinaal een Zuid Amerikaan die in hoofdzaak te vinden is in de subtropische regio's van Oost- Bolivië, Paraguay, Uruguay, Noord Argentinië en Zuid Brazilië. Omstreeks de jaren 1928 werden er heel wat van deze vogels uitgezet op Hawaï  en met succes overigens.

    De Roodkuif Kardinaal is in zijn natuurlijke biothoop een algemeen voorkomende vogel, ook op het Hawaïaanse eiland Cahu is hij veelvuldig waar te nemen. Hij leeft er voornamelijk in het struikgewas van het laagland.Vooral langs de dichtbegroeide oevers van de lange rivieren met veel struikgewas en bosjes. Zijn geliefkoosde plaats is echter het dichte lover van struikgewas en bomen. Een bijzonder kenmerk bij deze kardinaal is het bezit van erg lange tenen. Hierdoor is hij in staat om zijn evenwicht te spreiden waardoor hij zich snel kan bewegen over de op het water drijvende vegetarische bestanddelen zoals bladeren. Het is bovendien helemaal geen schuwe vogel want we merken hem regelmatig op in de voorsteden en tot zelfs in de kern van de kleine dorpjes van het platteland. Wanneer men er eentje opmerkt kan je er donder op zeggen dat er nog meerdere in de omgeving vertoeven. In de broedperiode betrekt de man, samen met zijn wederhelft een territorium dat heftig verdedigd wordt. Hun broedperiode situeert zich in het land van herkomst in de tijd tussen oktober en februari. Tijdens deze periode laat hij onafgebroken een scherp "Zit" geluid horen. Deze doordringende tonen weerhouden andere kardinaal soorten ervan om zijn territorium binnen te dringen. Tijdende de balts is het mooi om te zien. Het mannetje neemt dan een takje of ander nestmateriaal in zijn snavel en begint met hangende vleugels rond het popje te dansen.Zijn staartpennen spreidt hij hierbij in waaiervorm en wipt onafgebroken op en neer. Dit wippen doet ons denken aan het paringsgedrag bij de rijstvogels (Padda's). Zijn nest zal hij steeds bouwen in de toppen van dicht struikgewas of bomen maar zelden hoger dan 3 meter. 

    Zijn nest is maar een slordige bedoening en bestaat uit takjes, bladeren en allerhande grassen en vezels. De kom van het nest bekleed hij met zachte materialen zoals plantenwol, dierenharen en andere zachte elementen. Het nest wordt opgebouwd door beide ouders doch het grootste werk is wel voor de pop. Het legsel bestaat uit, tussen de 3 en 6 lichtgroene tot zelfs witte eitjes. Deze eieren hebben aan het stompe uiteinde groengrijze en bruingrijze stippen en vlekjes. Het broeden is hoofdzakelijk het werk van de pop, enkele keren per dag zal de man echter, voor korte tijd die taak overnemen om de pop toe te laten om zich te ontlasten, om wat te eten en/of om een badje te nemen. Na ongeveer 13 dagen kippen dan de eieren en kan er met de voedertaak begonnen worden door de beide ouders. De voeding der jongen bestaat hoofdzakelijk uit insecten. Na de zesde levensdag is reeds de witte hals en lichaamstekening te merken en begint de kop en nek roestbruin te kleuren. Na een 2 - tal weken verlaten ze het nest maar worden door de ouders nog enkele weken gevoerd. Na deze periode zal enkel de man deze taak nog op zich nemen en begint de pop aan een volgende uitbreiding van haar nageslacht. Na 5 weken zijn de jongen volledig zelfstandig. De Roodkuifkardinaal is geen luierik op het vlak van voortplanting, drie broedsels per jaar zijn geen uitzondering. Dat deze eminentie een echte alleseter is bewijst zijn uitgebreid menu. Hij lust met volle teugen van o.a. allerlei zaden en pitten, bessen,vruchten,ongewervelde dieren en insecten. Het voedsel voor de jongen bestaat in hoofdzaak bijna uitsluitend uit insecten. In de handel is nog geen echt pasklare zaadmengeling te verkrijgen voor deze alleseter. In principe kunnen we er echter vanuit gaan dat alle, ons bekende zaden in aanmerking komen om een degelijke mengeling samen te stellen, gaande van kleine parkietenmengeling , over wildzangzaden tot het universeel voeder, paté's en onkruidzaden, ook fruit (appel, peer, sinaasappel) mogen niet ontbreken.

    Zoals bij al onze volièrevogels moeten we ook bij deze kardinalen zorgen voor de aanwezigheid van een goede grit-kalk samenstelling in de vluchten en de kooien. In 1776 heeft Miller voor het eerst een omschrijving gebracht van deze mooi vogel. In 1783 belandde hij voor het eerst in Europa (via Lissabon, in de zoo van Londen). Op kweekresultaten was het echter wachten tot in 1838 toen een zekere Passerini uit Florence de eerste volièrekweek lukte. In 1863 volgden dan de dierentuinen van Keulen en Frankfurt am Main.

    In het verleden werd deze vogel in grote aantallen geïmporteerd en tegen lage prijze verkocht op de Europese markt. Deze import is de laatste jaren sterk afgenomen, niet tegenstaande hij in de thuishave nog veelvuldig voorkomt. Door deze terugloop zijn de prijzen dan ook fors gestegen. Voor onze liefhebbers is en blijft deze kardinaal nog steeds een geliefde volièrevogel. Deze waardering is vooral te wijten aan zijn verbluffend mooi verenkleed en zijnopgewekt karakter.Ook zijn vlugge aanpassing in de volière en de zekerheid dat het een sterke vogel is dragen zeker bij tot zijn succes. In de winterperiode moeten ze wel kunnen beschikken over een vocht- en vorstvrij nachtverblijf.Buiten het broedseizoen zijn het levenslustige en verdraagzame vogels. Tijdens de broedperiode kunnen ze wel aardig agressief voor de dag komen en houden we ze best afzonderlijk van de andere vogels. Bedenk ook wel dat deze kardinaal niet echt een kooivogel is, hij heeft zeker wel wat ruimte nodig om zich goed te voelen. ook om vervetting te voor komen. Willen we nu trachten om een kweek op te zetten met deze soort dan situeert de periode zich tussen de maanden april en augustus. Om tegemoet te komen aan zijn wensenzullen we ze paarsgewijze in een vluchtje plaatsen met liefst een levende struik erin omdat hij graag zijn nest bouwt in een verdoken en hoog plaatsje. Als nestmateriaal is kokosvezel, kleine takjes,sisal,droog gras, donspluizen, mos en dierenhaar te gebruiken. Er wel voor zorgen dat het nest niet nat kan worden omdat de jongen erg gevoelig zijn voor vochtigheid. Tijdens de opfokperiode zullen we er voor zorgen dat de ouders veelvuldig kunnen beschikken over dierlijke eiwitten zoals meel- en buffalowormen, pinkies, miereneieren, maden, bijenlarven, sprinkhanen, krekels en andere insecten en weideplankton.

    Vanaf het ogenblik dat de jongen zelfstandig zijn, dienen ze gescheiden te worden van de ouders. Om de verdere broedperiode niet in het gedrang te brengen. Best huisvesten wij de jongen in een droge ruimte omdat, zoals reeds gemeld, de jongen zeer gevoelig zijn voor vochtigheid.

    02-03-2009 om 17:12 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KRACHTPATSER...







     

     

     

     

     

     

    KRACHTPATSER...

    De     A P P E L V I N K . . .

     Op zijn identiteitskaart staat:     Latijnse benaming:  Cocothrauster-cocothrauster 

                                                                      Orde:  Zangvogel

                                                                   Familie:  Vinkachtige

    Een zeer eigenaardige kerel, deze Appelvink, je ziet hem heel zelden maar je hoort hem overal. Voor de ornithologische waarnemer is hij een ware nachtmerrie. Ook voor de wetenschappers is hij een raar individu. Waar moeten we deze krachtpatser onderbrengen?  Is het een trekvogel of een standvogel, wie zal het ons komen vertelen?. Afgaande op diverse waarnemingen zouden we geneigd zijn om hem als standvogel te klasseren. Wat echter met zekerheid kan gezegd worden is, dat hij het ganse jaar door wel ergens te bespeuren valt, wel niet in grote getallen, maar toch... ze zijn er. Sommige jaren kennen we in onze streken, in de maanden oktober en november, een ware invasie van deze kernbijters. Dit gedrag zou ons dan wer kunnen doen geloven dat het een trekvogel is. Zijn ware thuishaven  zijn  echter wel de Oost-Europese landen, meer en meer worden ze toch in onze lage landen als standvogel waargenomen.

    Waarschijnlijk kunnen wij het fenomeen van de, om de zoveel jaar, massale invasie toeschrijven aan de ongunstige weersomstandigheden in de Oostbloklanden. Van nature uit is de Appelvink een erg schuwe vogel, vandaar ook, dat we ze zelden te zien krijgen. Bij de minste onraad gaan ze verstoppertje spelen en dagen ze alles en iedereen uit door zich toch te laten horen. Wij noemen hem wel de Appelvink, maar deze 18 cm grote vogel heeft door de jaren heen, heel wat kleurrijke naampjes op zijn visitekaartje laten zetten. Zo kennen we hem in sommige streken beter als: de Dikbek, de Koningsvink, de Kersevink, de Kernbijter of de Appelfreter.

    Wanneer we de kop van de Appelvink even nader bekijken, dan merken we duidelijk de ongeproportioneerde snavel op en de versterkte bouw van de schedel met zijn dikke wangen eronder en een forse nek. Dit profiel straalt in elk geval macht en kracht uit. Door zijn sterk ontwikkelde kaak- en nekspieren kan hij in enkele seconden een steenharde kersenpit splijten, zelfs  de nog sterkere pit van de olijf is een makkie voor hem.

    Een Engelse wetenschapper, dhr RW Sims, berekende in 1955 de kracht die de Appelvink kan uitoefenen met zijn bek en kaakspieren en kwam tot de verbijsterende vaststelling dat 75 kg niet zeldzaam is. Dus, blijf je best met je vingers uit zijn buurt. Wat het biothoop  van deze krachtpatser betreft kunnen we hem zowat overal aantreffen waar hij maar enigszins beschutting en veiligheid heeft voor zijn belagers. In hoofdzaak zit hij op de grond in een veilige omgeving rond te scharrelen naar afgevallen vruchten of nootjes.  Wanneer ze in een groepje samen zijn dan moet je ze niet zien om te weten dat ze in de buurt zijn. Van op ruime afstand kan je dan horen hoe ze de pitten aan 't kraken zijn. Voor de rest zijn Appelvinken geheimzinnige en stille vogels. Ze kunnen uren op de loer zitten in de kruinen van het hoger struikgewas of boompjes vooraleer ze het wagen om zich naar de grond te begeven.

    Behoudens zijn struis voorkomen  kunnen we de Appelvink omschrijven als een clownachtige vogel. In de paartijd kleurt zijn snavel donker blauw, buiten deze periode is deze vleeskleurig met een licht blauw tintje. Boven de snavel loopt een fijn zwart streepje dat eindigt in een zwarte zone tussen de snavel en het oog.

    Ook het oog is weer omzoomd door een gelijkaardig zwart streepje dat doorloopt tot in de pekzwarte bef. In zijn vleugels vallen de opmerkelijke blauwe sikkelvormige inkepingen sterk op. Ook opvallend is de witte band in de vleugelpennen, ook de uiteinden van de staartpennen zijn wit gekleurd.  Het geslachtsverschil tussen man en pop is duidelijk te merken. De tekening is bij beide vogels wel identiek maar de kleur van de pop is veel bruiner en doffer dan bij de man. In de natuur broedt de Appelvink van april tot eind juni. Het slordige, en voor een vinkensoort erg platte nest, bouwen ze hoog in de kruinen van hoog struikgewas of boompjes en dan zo dicht mogelijk tegen de stam aan. Een Appelvinkbroedsel bestaat uit 3 à 5 blauwachtige eieren en zijn bezaaid met grijs-bruine stippen.  De broedzorg is uitsluitend het werk van de pop die er 2 weken over doet vooraleer de eieren kippen. De jonge Appelvinken bezitten vrij veel witte dons en de snavelranden zijn fel geel gekleurd.

    Beide ouders staan borg voor het voeren der jongen en dit doen ze vanuit de krop. De voeding voor de jonge vogels bestaat in hoofdzaak uit dierlijke eiwitten. Na 2 weken maken de jongen aanstalten om het ouderlijke nest te verlaten. Na het uitvliegen worden ze zeker nog een tweetal weken gevoerd door de ouders. Men mag aannemen dat de jongen zeker 4 weken nodig hebben om zelfstandig door het leven te kunnen gaan. Het is n.l. nogal logisch dat ze de tijd nodig hebben om hun kaak- en bekspieren te laten ontwikkelen, zodat ze zelf de pitten kunnen kraken en als dusdanig zelf kunnen instaan voor hun dagelijkse portie voedsel.

    Om de Appelvink optimaal in gevangenschap ook in goede conditie te houden zal een eerste vereiste zeker zijn om ze de juiste voeding voor te schotelen. Wanneer we dit aspect niet uit het oog verliezen zullen ze ook vrij vlug tot broeden aangezet worden in een ruime volière. Hun voeding in gevangenschap kan men best houden bij onze gewone kanariemengeling, aangevuld met zonnepitten, cardy, hennep en boekweit.  Als supplement hier bovenop is het aan te bevelen om ze regelmatig te voorzien van verschillende vruchten en noten. Ook dierlijke eiwitten mogen niet ontbreken op hun menu. Deze eiwitten bezorgen wij ze in de vorm van levende meelwormen, rupsen, slakken, buffalowormen enz...

    Indien wij onze Appelvinken hun zinnetje geven wat betreft hun voeding en verzorging zullen zij er zeker dankbaar voor zijn tijdens de komende periode van tentoonstellingen. Vergeet bovendien niet dat onze Appelvinken toch nog steeds doorgaan als zijnde een blikvanger op iedere tentoonstelling. Voor vele kwekers is immers, succes behalen in de wedstrijden, een prioriteit om hun bekendheid te profileren.

                                                                                    Succes  met uw  MACHO's

     

    02-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OLYMPISCHE GEDACHTE.....





     

     

     

    DEELNEMEN  is  belangrijker dan

    WINNEN ! ! !

    De beroemde uitspraak van  Baron Pierre de Coubertin

    In deze  naperiode van de Olympische spelen zouden de vogelliefhebbers en in 't bijzonder de tentoonstellers, zich best even bezinnen over de toekomst van hun hobby.

    Baron Pierre de Frédy, in de olympische kringen beter bekend als de stichter van de nieuwe Moderne Olympische Spelen (1896). Pierre de Coubertin lanceerde bij deze stichting een Olympische gedachte: " Deelnemen is belangrijker dan winnen". Sommigen houden het echter bij het omgekeerde en willen liever winnen in de eerste plaats, dit is dan waarschijnlijk de hedendaagse moderne gedachte, een zienswijze die sterk gelijkt op "egoïsme".

    Wanneer onze tentoonstellers zich zouden kunnen scharen achter deze Olympische gedachte zouden er heel wat problemen van de baan geholpen worden en zouden we een reuzenstap in de goede richting hebben gezet om onze hobby een geloofwaardige toekomst te schenken.

    Wat er dan fout zit met onze hedendaagse mentaliteit zal u zich misschien wel afvragen?  Wel, in 't kort samen gevat; Zoals bij iedere sportieve competitie  is er steeds een winnaar en zijn er uiteraard ook verliezers. De verliezers zullen in de nederlaag berusten en trachten zich verder te vervolmaken in hun sportonderdeel door trainingen op te voeren of om andere technieken uit te proberen. Wat zien we echter in onze hobby gebeuren?  De winnaars zijn natuurlijk tevreden en voldaan. Bij de verliezers worden steeds argumenten naar voor gebracht om hun prestaties boven deze van de winnaars te plaatsen, zonder er verdere vragen aan toe te voegen. Erger nog, in vele gevallen worden er schuldigen gezocht voor hun eigen falen. Die zogezegde schuldigen worden meestal gevonden in de kringen der organisatie of, in het merendeel, bij de keurmeesters natuurlijk. Nooit echter zullen zij zichzelf aan de basis stellen voor hun nederlaag.

    Onze hobby zou toch zo mooi kunnen zijn, moest iedereen zich aan de Olympische uitspraak van Pierre de Coubertin kunnen houden. Meestal komen er echter wel een reeks andere argumenten de gemoedsrust verstoren in het wereldje van de ornithologie.

    Zo horen we wel eens fluisteren; Hier of ginder ga ik niet meer spelen want daar is geen mooie prijzentafel (dus toch egoïsme). Anderzijds hebben dezelfde betweters wel de intentie om te gaan deelnemen aan een wedstrijd waar ze 50 of zelfs meer kilometers moeten voor afleggen om hun doel te bereiken. Welk doel is dan de vraag?. Zijn de prijzentafels daar dan zoveel beter en is die grote verplaatsing dan wel verantwoord. Hun wagen zal waarschijnlijk bollen op water of stoom.

    Zij, die beweren dat ze niet gaan tentoonstellen om het prijzengewin, doen hier duidelijk aan zelfbedrog, want..., schaf de prijzen af en ze blijven helemaal weg. Dat die "wereldverbeteraars" eens rechtstaan en voor de dag komen met aanvaardbare alternatieven zodat de organisatoren weten waar ze naartoe hoeven te werken. Maar nee, ook daar komt niks van terecht. Het is namelijk gemakkelijker kritiek te spugen  dan mee te helpen aan een algemene oplossing. Volgens mij, en samen met velen , is er hoognodig een grondige mentaliteitsverandering nodig om deze hobby nog leefbaar te houden. Wat minder kritiek zou al een pluspunt betekenen voor de liefhebberij in 't algemeen.

    Gelukkig zijn er nog enkele idealisten die het goed menen met onze liefhebberij en waarop wij nog kunnen steunen om onze hobby recht te houden, vergeet echter niet dat ook hieraan ooit een einde zal komen, wat als deze generatie er mee stopt? Niemand is immers onsterfelijk en de tijd vliegt snel hé.

    02-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    01-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BADWATER............





                                    

     

     

       B A D W A T E R . . .

     

    Of de vogels nu gehouden worden in een kooi of in een volière, steeds hebben ze water nodig om zich te verfrissen en/of om zich te wassen. De badkuip kan gewoon een vlakke, plastiekenschaal zijn die we met zuiver water vullen. Gebruik liefst regenwater. Kraantjeswater kan nog al eens een hoog kalkgehalte bevatten.

    Zet de badschaal op een verhoogje, bv. op een paar stokjes of stenen. Let er vooral op dat het water niet bevuild kan worden door uitwerpselen van de vogels, dus zeker nooit onder zitstokken plaatsen, kies voor de plaatsing dus een vrije  plek. Er tevens op letten dat de schalen niet te diep zijn. Jonge vogels, die ook al eens graag een badje nemen, missen nog de ervaring en lopen dan de kans om in een te diepe schaal te verdrinken. Dit kan je wel verhinderen door enkele stenen in de schaal te leggen zodat ze hier op terecht kunnen en de stenen kunnen gebruiken als reddingsvlot in geval van nood. Vooral in de zomermaandenis het badwater snel opgebruikt. Op sommige warme dagen is het soms wel nodig om het water meermaals per dag te verversen, liefst niet  bijvullen maar echt verversen.

    Badwater moet niet als drinkwater worden gebruikt of andersom. Drinkwater verstrekt men best in flesjes. Bij het gebruik van drinkschalen, deze liefst afdekken met een gaasdoek om het baden te verhinderen. Bij koud  vriesweer zullen we geen badwater geven.Ook in de wintermaanden blijft de badbehoefte bij de vogels bestaan, wel gevaarlijk voor bevriezen van de poten of tenen. Een andere manier van baden bij sommige vogels is het "zandbaden". Deze methode is misschien wel meer geschikt voor de volière. Voorzie een klein hoekje in het verblijf met proper zand  of zet een grotere schaal met zand in een hoekje, sommige vogels zullen er dankbaar gebruik van maken, het helpt zelfs tegen de bloedluis en heeft een goede werking in de ruiperiode.

                                                          Deze tekst is van Marc Dullers - De Looise  Kanarie

    01-03-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    28-02-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.TROSGIERST


    TROSGIERST...  Setaria  italica en viride

                    Niet te versmaden in iedere volière...


     

     

     

     

     

     

     

     

     

    TROSGIERST is een  éénjarige grassoort uit het Middellandse zeegebied, wij noemen het ook wel eens de "Vogelgierst". Vooral onze kleinere soorten exoten zijn verzot op de zaadjes van de Trosgierst. Niet alleen de exoten vinden dit een lekkrnij , ook onze inlandse en zelfs onze kanarie lusten ze wel. TROSGIERST heeft een bepaalde stimulerende kracht. Zo is het best mogelijk dat een slecht voerende pop, door het toedienen van deze gierst, plots beter zal beginnen te voeren, dus alvast positief te noemen. DE liefhebbers van zaadetende vogels die beschikken over een tuintje met nog wat grond op overschot kunnen zonder problemen deze trosgierst  zelf telen.

    Men spit de grond in het voorjaar goed om met de nodige meststoffen, zoals we het normaal plegen te doen voor onze groententuin. De maand mei is het meest geschikt om gierst te zaaien. Best zaait men deze dan in rijtjes. We dienen er wel voor te zorgen dat het zaad niet te diep in de grond komt te liggen. De beste manier is om gleufjes  van ongeveer 1cm diepte te trekken waarin we dan de zaadjes strooien. Wanneer de jonge plantjes zowat 4  à 6 cm hoog zijn, gaan we ze uitdunnen zodat we om de 8 à 10 cm een plantje laten groeien. Verder is er weinig of geen onderhoud  meer aan, behalve dan dat we het perceel onkruidvrij dienen te houden door regelmatig te harken, schoffelen of te wieden.

    Trosgierst heeft wel de slechte eigenschap om nogal eens te gaan legeren (plat liggen)) door zware regenval, felle windstoten of een te zware dracht van de aren. Om dit voorkomen kunnen we hier een handje toesteken door rijshout tussen de plantjes te steken wanneer deze een hoogte van 15 cm hebben bereikt. Men kan ook touwtjes spannen wanneer de plant ongeveer 40 cm hoog is. Deze laatste oplossing kan dan echter reeds te laat komen. Tegen de tijd dat ze 40 cm groot zijn hebben ze misschien reeds een stortbui of windstoot moeten doorstaan en liggen ze gewoon tegen de grond. Het platliggen heeft een zeer nadelig gevolg voor de opbrengst van de trosgierst. Een ander obstakel is, dat de mussen en/of andere vinkachtigen er als de pinken bij zijn om de zaadjes te komen jatten. Om dit euvel te vermijden gaan we het ganse perceel overspannen met tuinnetten zodat de scharrelaars er niet meer bij kunnen. Wanneer we deze netten spannen, dienen we wel rekening te houden  dat de planten nog kunnen groeien , dus, enige ruimte laten in de hoogte. Wanneer de trossen volledig geel zijn kunnen ze geoogst worden. Dit oogsten doen we zeker niet met bruut geweld, we knippen voorzichtig de stengels af en binden deze in kleine trosjes samen. Deze bundeltjes hangen we we vervolgens te drogen onder een afdak of in een luchtige schuur. Er zeker voor zorgen dat ze beschermd zijn tegen regen. De wind moet echter zijn werk kunnen doen en vrij vlot doorheen de trossen kunnen waaien om schimmelvorming te voorkomen.

    Wanneer we trosgierst zaaien gaat men het best van start met zaden van planten die hier gekweekt zijn en niet van die geimporteerde zaden dewelke meestal in de zaadhandels aangeboden worden. Gebruiken we nu toch van deze uitheemse zaden dan zullen de trossen het eerste jaar zeker nogal klein uitvallen. Zeker niet panikeren dan, de zaadjes van deze kleine trossen gebruiken we da, om volgend jaar te zaaien en dan zal de oogst des te groter zijn en mooie trossen opleveren. Wanneer je er aan begint kan je dus maar best rekening houden dat het 2 jaar kan duren vooraleer we mooie trossen kunnen oogsten. Al bij al, zijn de trossen nu groot of klein, uw vogels zullen er verzot op zijn. Om enig zicht te krijgen op de voedingswaarde van trosgierst geef ik u hierbij een tabel met de gemiddelde waarde van datgene wat ze bevatten:

    Vocht:                  10,0 %                                Ruwe Celstof:           9,0 %

    Zetmeel/Suikers:   60,5 %                                Ruw Vet:                  4,2 %

    Ruw  Eiwit:           12,1 %

    Het loont zeker de moeite om uw vogels deze voedingrijke bversnapering regelmatig eens voor te schotelen, zij zullen vechten om eerst aan tafel te zitten.

    28-02-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Grote BERENKLAUW

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

                                                              De  gevaarlijk,  GIFTIGE

     

    Reuze   BERENKLAUW

      De Reuze Berenklauw is een exotische plant die zijn naam niet gestolen heeft. Bij ondoordacht behandelen ervankan deze plant enome schade aanrichten aan de menselijke  body. Dit wil nu echter ook weer niet zeggen dat de Berenklauw ten allen tijde moet vermeden worden, in tegendeel.Bij verstandige benadering  en vooral behandeling kan men deze exotische plant ook heel wat positieve eigenschappen toeschrijven.

    De Reuze BERENKLAUW (Heracleum mantegazzianum)  komt in de benelux -landen veelvuldig voor sinds de 19de eeuw. In sommige van onze streken kent men deze plant ook wel onder andere benamingen: De Kaukasische Brenklauw of de Parapl^plant. Oorspronkelijk is deze plant uit Zuid-West Azië geïnporteerd als een sierlijke tuinplant. In heel wat planten- en siertuinen komt men deze reus dan ook tegen. Een reus is het alleszins, in enkele maanden kan hij zich ontplooien tot zelfs een hoogte van 5 meter. Zijn naam heeft hij dan weer grotendeels te danken aan de vorm van zijn bladeren. Deze vorm komt bekend voor als zijnde de afdruk van een berenpoot. De geslachtsnaam (Heracleum) heft dan weer alles te maken met de Griekse held Heracles. Heracles zou volgens de wetenschappelijke opzoekingen de eerste zijn geweest die de medicinale eigenschappen van deze plant heeft ontdekt en toegepast. Vooral in de Scandinavische landen gebruikt men deze plant momenteel nog steeds, vooral dan als voer voor dieren, zoals konijnen, schapen en varkens. In de streken rond Polen en Siberië kan men bij de boerengezinnen op het platte land nog steeds lekker smullen van "Borstzoz", dit zou een gerecht zijn dat gemaakt wordt van de bladeren en de zaden van de Berenklauw.  "Borstzoz" zou een soort biersoep zijn die een versterkende kracht zou bezitten voor alles wat leeft. In onze streken kennen we echter, behalve de reuzebereklauw ook nog wel de gewone  Berenklauw. Deze soort is heel wat kleiner in omvang dan zijn grotere broer, de grootte varieert tussen de 0,30 en 1,50 meter hoogte en is van uiterlijke wel de evenknie van de reus. In eigenschapsverband is hij evenwel niet minder krachtdadig inzowel zijn positieve als negatieve eigenschappen.  We treffen deze vooral aan op vochtige, braakliggende velden, in moerassige omgevingen, op bergen en langs de slootkanten. De Berenklauw is bovendien een stikstofminnende plant en bloeit van eind mei tot laat in de herfst. Aan sommige van onze vogels (vooral parkieten) zoals rosella's en de roodvleugels kunnen we deze plant serveren. eenmaal ze de plant hebben leren kennen geraken ze er aan verslaafd. Ook andere, zoals Europese vogels en zelfs kanaries lusten de blaadjes en zeker de zaadjes wel. In een open volière kan men de proef eens doen door de bloemsteel af te knippen en in een bakje met vochtig zand, in de volière te plaatsen. Je zal al snel zien dat ze er lustig gebruik van maken en het zal na een tijdje aanzien worden als een welgekomen snoepje. Toch moeten we bij deze, soms erg omstreden plant ook wat bedenkingen en waarschuwingen plaatsen. Zo heeft de Nederlandse gemeente Ridderkerk de oorlog verklaart aan de reuze Berenklauw. Deze strijd zou zijn oorsprong vinden in een ver doorgedreven veiligheidsplan van de gemeentelijke overheid om spelende kinderen in de zomerperiode te beschermen tegen de onwetendheid van de bevolking. De Reuze Berenklauw heeft, als tropisch aandoende plant heel wat aantrekkingskracht bij spelende kinderen. De bladeren van deze plant kunnen uitgroeien tot een lengte van meer dan een meter en meer en dus voor kinderen ideale plaatsjes om bv. verstoppertje te spelen. Kinderen die er argeloos onder kruipen en nadien hun speelse spelletjes verder zetten in de brandende zon, lopen grote risico's. De brandharen en sappen van de plant kunnen irritaties veroorzaken van de huid met zelfs blaren al gevolg, zeker op de bezwete lichaamsdelen.  Laat het duidelijk zijn: De Bereklauw is niet giftig, zeker niet in vergelijking met bv. de Monnikskap (Aconitum) of de Taxus baccata.  Het is echter wel zo dat het sap van de plant furocoumazinen bevat en deze zijn wel erg fototoxis voor de mens. Contact met het sap kan bij sommige mensen brandblaren veroorzaken. Sap in de ogen kan zelfs tot blindheid leiden. Als voorzorgsmaatregel moet dus elke aanraking met het sap vermeden worden, wanneer dit echter toch onvoorzien mocht gebeuren, moet de plaats van aanraking , zo snel mogelijk afgespoeld worden en het getroffen lichaamsdeel zeker 24 uur niet meer aan de zon blootstellen.

    WAARSCHUWING:

    Hoe sierlijk en aanlokkelijk deze reuzen plant ook mogen wezen, gebruik hem nooit als parasol. Wanneer je met deze plant moet werken bv. bij het bestrijden of snoeien ervan, is het aangewezen om steeds de gepaste kledij te dragen. Een lange broek, lange mouwen, handschoenen en een veiligheidsbril zijn hier zeker geen overbodige luxe. Bij felle zonneschijn is het zeker aangewezen om uit de omgeving van de plant te blijven. De inwerking kan de gelijkenis doorstaan van carbolenium op het menselijk lichaam, dus beter voorkomen dan genezen. Aan de ouders van jonge kinderen willen we tevens de hint meegeven om hun kinderen ervoor te waarschuwen. Zorg er zeker voor dat ze van de holle stengels geen blaaspijpjes gaan maken die ze dan gebruiken om indiaantje te spelen en pijltjes weg te blazen. De aanraking van deze pijpjes zou wel een fatale gevolgen kunnen met zich brengen.

    Samengevat, de aanraking van lichaamsdelen met het sap van deze plant, ten allen tijde vermijden. Ondeskundig omgaan met deze plant kan heel wat schade veroorzaken. Enkele van deze onaangenaamheden zijn o.m.: Directe kenmerken van vergiftiging waaronder: oogirritaties, hoofdpijn, duizeligheid, verlamming, verhoogde bloeddruk en hartkloppingen. Op langere termijn kunnen zelfs storingen optreden van de speekseklieren, ontstoken maagwanden, genetische schade van de bloedcellen tot negatieve effecten op de voortplanting.

    Dus........zeker een plant om met argusogen te benaderen.

     

    28-02-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)
    27-02-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ONKRUIDEN......



              BOERENWORMKRUID

     

     

     

     

    BOERENWORMKRUID (Tanacetum vulgare) behoort tot de familie der Compositae.

    Tancetum zou een afleiding zijn van het Grieks Athanasia, hetgeen onsterfelijk zou betekenen, dit zou dan weer kunnen terugslaan op het feit dat de bloemen niet gemakkelijk verwelken. In  de Middeleeuwen werd dit kruid veel gebruikt tegen wormen (vandaar de naam)

    Het Boerenwormkruid kan men in onze streken zowat overal terug vinden, zoals bv langs de spoorwegbermen, braakliggende gronden, veldwegeltjes, enz.... Meestal wel in zanderige bodem want hij is verzot op natte voeten. De plant kan uitgroeien tot zelfs een hoogte van 1,20 meter en kent zijn bloeiperiode van juli tot eind oktober.

    De plant bezit een korte, vezelige, bruine wortelstok waaruit heel wat paarsachtige, bruine stengels opschieten. Deze stengels dragen specifieke varenachtige bladeren en vertakken pas net voor de bloemknoppen. De ganse plant en bijzonder de bloemen laten een zeer sterke geur achter.  In de maand november beginnen de zaadjes te drogen en krijgen ze een bruinachtige kleur en kan men ze reeds oogsten en in de volière ophangen voor de vogels. Men kan ook een wintervoorraad opslaan door de goed gedroogde zaadjes van mekaar te vrijven en ze in een zak bewaren op een droge plaats. Hier moeten we wel uitkijken en er zeker van zijn dat ze echt goed gedroogd zijn om schimmels te voorkomen. De inhoudelijke bestanddelen van deze plant zijn erg rijk aan vluchtige olie, vetten,citroenzuur, vitaminen C , mangaan, melksuiker, bitterstoffen en veel B-caroteen. Boerenwormkruid heeft zijn nut voor onze vogels op diverse domeinen. In hoofdzaak heeft Boerenwormkruid een hoogstaand bloedzuiverend effect, het is spijsvertering bevorderend en is wormafdrijvend.

    Boerenwormkruid heeft nog meer eigenschappen die alle liefhebbers-kwekers zullen weten te waarderen. Hang een tros boerenwormkruidplanten in uw vogelverblijf (zeker in de kweekperiode) en u zal gespaard blijven van ongedierte. Vliegen, muggen en zelfs muizen slaan op de vlucht voor de indringende geur die deze plant afgeeft.  Tijdens de kweek is het een welgekomen oplossing tegen de bloedluis. Onder in de nesten strooien we een gedeelte gedroogd en versnipperde resten van het boerenwormkruid en weg blijven de luizen, dit kan je tevens ook onder de laden van de kweekbakken strooien.

    Al eens stilgestaan bij het voordeel dat deze plant u kan opleveren? Bovendien kost het u enkel een kleine moeite om de plant ergens te gaan zoeken om te oogsten. Zeker de moeite om het eens te proberen indien uw €urootjes u lief zijn.

     

     

     

     

     

    27-02-2009 om 00:00 geschreven door TJip  


    >> Reageer (0)



    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Over mijzelf
    Ik ben Theunis Julien, en gebruik soms ook wel de schuilnaam TJip.
    Ik ben een man en woon in Mijngebied - Beringen (Belgisch Limburg) en mijn beroep is Typograaf - Drukker .
    Ik ben geboren op 24/08/1939 en ben nu dus 85 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Ornithologie - Fotografie - Fauna en Flora - Verslaggeving - Interviews - Fotosessies.
    Ben vooral bekend om mijn "Scherpe pen" - Sommige artikels laten een wrange nasmaak achter bij nogal wat indi
    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Archief per maand
  • 01-2019
  • 05-2018
  • 01-2018
  • 11-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 11-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 02-2009
  • 01-2009

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Categorieën

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    tilloenk
    www.bloggen.be/tilloen
    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Zoeken in blog


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën

    Categorieën


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs