Deborah Jane Kerr-Trimmer is een Brits actrice Ze speelde voornamelijk welopgevoede, afstandelijke en fatsoenlijke (Engelse) dames.
GEBOREN: ---------------- Helensburgh Schotland 30 september1921
Kerr was oorspronkelijk opgeleid tot balletdanseres, eerst op de dramaschool van haar tante in Bristol, later in het Londense Sadler's Wells waarvoor ze een studiebeurs had gewonnen. Op haar zeventiende maakte ze haar debuutin het corps de ballet van PrometheusIn 1940 speelde ze in haar eerste film, een zeer kleine rol in Contraband van Michael Powell en Emeric Pressburger. Haar eerste grote rol was in Major Barbara uit 1941 als meisje van het Leger des Heils. In die jaren groeide ze uit tot een van de meest geliefde Britse actrices. Ze viel voornamelijk op in twee films van Powell en Pressburger, The Life and Death of Colonel Blimp (1943), waarin ze de drie geliefden van de hoofdrol speelde, en Black Narcissus (1947), waarin ze te zien was als een non
Black Narcissus bracht haar onder de aandacht van Hollywoodproducenten. Ze werd als snel door MGM naar de Verenigde Staten gehaald, waar ze in The Hucksters (1947) speelde tegenover Clark Gable Ook speelde zij een grote rol in het historische epos Quo Vadis en Mervyn Le Roy. Na lange tijd te zijn getypecast als de fatsoenlijke dame veranderde ze in 1953 van koers. In From Here to Eternity van Columbia speelde ze een gepassioneerde overspelige vrouw die met Burt Lancaster op een Hawaiiaans strand tussen de golven de liefde bedreef. De film was een groot succes en Kerr werd voor de tweede maal genomineerd voor de Academy Award voor Beste Actrice. Na die film speelde ze in een grotere variatie aan films.
In 1953 kende ze ook succes op Broadway met het stuk Tea and Sympathy. In 1956 speelde ze dezelfde rol in de verfilming van het stuk. In 1956 was ze tevens te zien in wat waarschijnlijk een van haar best bekende rollen is, als Mrs. Anna Leonowens in The King and I, een van de populairste films van haar carrière. Latere films waren onder andere Heaven Knows, Mr. Allison (1957), tegenover Cary Grant in An Affair to Remember (1957), Separate Tables (1958) en The Sundowners (1960).
In 1969 zette Kerr een punt achter haar filmcarrière, naar eigen zeggen vanwege de groeiende hoeveelheid seks in films. In latere jaren verscheen ze meer op het theater en de televisie. In 1985 keerde ze eenmalig terug naar het witte doek in The Assam Garden.
Kerr is zesmaal genomineerd geweest voor een Oscar, maar had er nog nooit een gewonnen. In 1994 won ze een ere-Oscar voor haar bijdrage aan de film, drie jaar nadat ze een speciale ere-BAFTA had gewonnen. In 1998 werd ze geridderd als Commandeur in de Orde van het Britse Rijk.
EXTRA: ----------------
Deborah Kerr is tweemaal getrouwd geweest. Op 28 november 1945 trouwde ze met Anthony Bartley. Ze hebben twee kinderen, Melanie Jane en Francesca Ann. Kerr en Bartley scheidden in 1959. Vanaf 23 juni 1960 is ze getrouwd met schrijver Peter Viertel.
Kerr lijdt aan de ziekte van Parkinson. Samen met Viertel heeft ze lange tijd in hun huis in Zwitserland gewoond, maar tegenwoordig woont ze weer in het Verenigd Koninkrijk.
Academy Awards ---------------------------
- 1950 - Academy Award voor Beste Actrice - Edward, My Son (nominatie)
- 1954 - Academy Award voor Beste Actrice - From Here to Eternity (nominatie)
- 1957 - Academy Award voor Beste Actrice - The King and I (nominatie)
- 1958 - Academy Award voor Beste Actrice - Heaven Knows, Mr. Allison (nominatie)
- 1959 - Academy Award voor Beste Actrice - Separate Tables (nominatie)
- 1961 - Academy Award voor Beste Actrice - The Sundowners (nominatie)
- 1994 - Ere-Oscar voor het gehele oeuvre (gewonnen)
FILMOGRAFIE: ------------------
- Contraband (1940)
- Major Barbara (1941)
- The Life and Death of Colonel Blimp (1943)
- I See a Dark Stranger (1946)
- Black Narcissus(1947)
- The Hucksters (1947)
- Edward, My Son (1949)
- King Solomon's Mines (1950)
- Quo Vadis (1951)
- The Prisoner of Zenda (1952)
- Julius Caesar (1953)
- From Here to Eternity (1953)
- The End of the Affair (1955)
- Tea and Sympathy (1956)
- The King and I (1956)
- Heaven Knows, Mr. Allison (1957)
- An Affair to Remember (1957)
- Separate Tables (1958)
- The Sundowners (1960)
- The Grass is Greener (1960)
- The Innocents (1961)
- The Chalk Garden (1964)
- The Night of the Iguana (1964)
- Casino Royale (1967)
- The Gypsy Moths (1969)
- The Assam Garden(1985)
    
|