Zondag 27 maart 2022. De toertocht van de Unkerzakbikers.
Vandaag spreken we af aan de Schorpioen voor de ‘OIGO’ wegrit van de Unkerzakbikers, een jaarlijkse mooie traditie. Mooi parkoers, heuvelachtig, 75 km, goed uitgepijld en met een uitstekende bevoorrading boven aan de Balein in St. Lievens Houtem. Het gaat over Uitbergen, Wichelen, Wanzele, Impe, Vlekkem, Bambrugge, Aaigem, Woubrechtegem, St. Antelinks, Steenhuize-Wijnhuize, rond St. Lievens-Esse, en zo over Herzele, Ressegem, Borsbeke, de Balein, Letterhoutem, Bavegem, Oosterzele, Gijzenzele, Gontrode, Melle, Laarne, terug naar de eindbestemming: de Schorpioen. Het betreft 400 hoogtemeters in totaal.
Stefan, die al meer dan eens Im – zijn eigen voet – schoot, had het gewatsapt*: zaterdag en zondag is het weer de jaarlijkse rit van de Unkerzakbikers. Wie er niet staat echter is Stefan. De jongen heeft griep. Dat manneke heeft toch dikwijls pech, hé. Ook kapitein Rudy is er de komende weken niet bij, want hij voert VIPs (Very Impotent People) rond tijdens de weken van de Belgische voorjaarsklassiekers.
Het is nog geen Pasen, maar ziedaar, de wonderbaarlijke wederopstanding van het jaar: Jo Roels in eigen persoon. De hele rit uitrijden zit er nog niet in, maar hij start toch al dapper mee. En onze nieuwe tenue zit hem goed. Boeverke had ook al beloofd van weder op te staan, maar die wacht voorzeker tot het echt Pasen is.
We proberen een groepsfoto te maken, maar telkens we in positie staan, komt er nog juist één meer toe op den hof van de Woesten. Guy Roels en Patje Roels zijn helemaal te laat, maar de volgende modderfokkers en moddermiekes staan er uiteindelijk wel op, van links naar rechts: Nadine, Jeffrey, Annemie, Rudy DC, Sabine, Ivan, Thomas, Johan VH, Mario, Pieter, Axel, Jo, Danny, Johan P, Luc, Jan, Els, en Rudy V. En ja, van Els moest ik vanachter staan, omdat ik mijn ouwe koersbroek aan had. Snif!
Een tip voor Johan, onze fototrekker: kunt ge eens foto’s trekken met wat meer pixels op? Als ik zo bijvoorbeeld inzoem op Ivan zijn wezen, dan trekt dat smikkel gewoon op niks. Dat ligt volgens mij aan de lage kwaliteit van de foto’s: te weinig pixels per éénheid van oppervlakte. Ik moet er nu wel bij zeggen: Het eigenaardige is dat ik dat zo veel minder voorheb als ik op iemand anders zijn wezen inzoem. Heeft dat dan toch niets met de pixel-kwaliteit te maken, misschiens? Maar met wat dan wel??
Luc en Jeffrey staan er met hun koersfiets, die hebben het zich gemakkelijk gemaakt. Luc had het parkoers gisteren al eens gedaan, kwestie van twee keer te sponsoren. U moet weten: een mountainbike geeft een derde meer weerstand dan een koersfiets. Ik was dus ook beter met mijn koersvelo gekomen, maar nee hé, nog altijd niet willen onderdoen voor de rest, en dan heel de bende ophouden. De koersfietsers doen wel efkes kop, maar dan nog krijgt Jeffrey gene warm en hij trekt er alleen van door. Als het wat heuvelachtiger wordt, is het afzien voor Axel en mij, en zijn we heel dikwijls op achtervolgen aangewezen als de klim voorbij is. Gelukkig kunnen we dan ons gewicht in de schaal werpen tijdens de afdaling. Danny laat zich soms wat uitzakken, waarvoor dank. Hier en daar een duwke van Pat, Rudy of Johan tijdens de klimmekes is ook altijd welkom. Met excuses als er nog mensen zijn die mij een duwke gegeven hebben, maar ik heb ook geen ogen op mijn gat, hé, gasten. Gelukkig maar. Ik zou dan wel beter zien – naar achteren toe, maar het zou toch geen zicht zijn. En, om effect te hebben, zou ik ook nog zonder koersbroek moeten rondrijden – waardoor het heeltegans geen zicht zou zijn. En daarbij, mijn achterwerk-ogen zouden ondertussen, na al die jaren, toch al lang uitgeduwd zijn.
Aan de goedgetrainde getalenteerde jongskes: als je dan boven bent, zou het veel gevraagd zijn om bijvoorbeeld eens 20 seconden ietske te temporiseren? Zou dat misschien kunnen? Meer vragen wij niet. Nu mogen we iedere keer de ziel uit ons lijf terten om enkele kilometers verder weer te kunnen aansluiten... waarna we er weer meteen afliggen op de volgende klim die onmiddellijk volgt. Gelukkig is er ook nog eens een piesstop, zodat wij die net komen aansluiten – en sterker zijn qua prostaat, wat voorsprong kunnen pakken. De goeie kunnen dan een achtervolgingske rijden en zich eens laten gaan. Maar dat was blijkbaar bij één iemand in het verkeerde keelgat geschoten. Dat kan gebeuren.
Ik dus weer afgezien gelijk de beesten, maar dan denk ik: niet plooien, jongen, Opgeven Is Geen Optie, het is voor het goeie doel. Gelijk hoe, mannekes in de fleur van jullie leven: Denk ook eens – heel efkes maar – aan de minderbedeelden die nog naar omhoog aan het kruipen zijn, als jullie zelf zo vlotjes naar omhoog gereden zijn. Het is bijkans Pasen voor iedereen, toch!
We nemen de hele tijd een stuk of 8 ‘Vrienden van den Oudenbos’ op hun koersvelo’s op sleeptouw en op het eind krijgen we ook nog een delegatie van de Unkerbakzikers zelve te stekken, zodat er een bende van een tiental modderfokkers met in het wiel een 15-tal wielerterroristen rondrijdt. Het ging dus goed vooruit: we reden we de 75 km aan ... 28.5 per uur, op van die dikke banden, hé (behalve Luc en Jeffrey, hé!). En het had gerust aan 30 per uur gekund, had het aan sommigen gelegen.
Mario
*Het werkwoord watsappen is zwak en wordt als volgt vervoegd: ik watsap, ik watsapte, ik heb gewatsapt, ik zou wat minder moeten watsappen, maar ik watsap zo graag. Watsap je het me dan eens?

|