Zondag 19 december 2022. Kloosterbossen, Wachtebeke. Met 9 aan de kerk, ondanks het miezerige, troosteloze, vuile weer. Maar we hebben al drie weken niet kunnen rijden, wegens nog vuiler weer en het kan niet meer zijn: We moeten eens buiten. We moeten eens rijden met ons vriendjes altegaar. De drang is onweerstaanbaar. Staan paraat: Dirk, Axel, Stefan – wiens moeder het zich nog elke dag beklaagt dat diens vader er zoveel jaar geleden Stefan – Imschoot, Johan, ondergemodderde, Ivan, Luc – de witte kriek gelijk ze zeggen, en Ratje Poels – die sinds zijn transitie door het leven gaat als Patje Roels. Vooraleer er ‘pijnlijke’ misverstanden ontstaan, het gaat hier niet over een transitie die ‘gepaard’ gaat met omwisseling van geslachtsdelen, maar het gaat over een overgang van het ene paar heupen naar een nieuw paar. Ook Rudy Clerck staat er, met een camera op zijn helm. Ha nee, bij nader toezien is het een straffe lamp. Die gaat nog van pas komen.
Het is tamelijk donker en tamelijk windstil. En toch steekt er om stipt 8:37 plots een plaatselijk stormpje op. Het is eigenlijk de grote roerganger die zijn intrede maakt. De grote roerganger staat weeral wat dempig. Hij heeft gisteren wild gegeten, maar dan wel op het gemakske. Slechts drie volle porties binnengespeeld. En dan nog 4 toetjes toe.
En zo zijn we met tien kleine negertjes. Negertjes zijn we nu nog niet, maar wel als we over een paar uur hier 100 meter verder toekomen, zoudt ge ons moeten zien. Wat wel moeilijk wordt, want het klaart van de ganse dag niet op en wij zien zwart. Aangezien er toch sprake is van een licht noordenwindje gaat het nog eens richting Kloosterbossen, Wachtebeke. We zijn nog maar aan het voetbalplein of we nemen er de heuveltjes mee. Nog nooit meegemaakt dat we zoveel hoogtemeters hadden de eerste 500 meter, maar het zal er ongeveer bij blijven, want verder een vlotte, vlakke rit.
Ergens in Desteldonk, besluit Ivan een hoek af te steken door een brug eerder het water over te rijden. Een serieuze hoek afgestoken, want de rest rijdt nog een kilometer rond naar de volgende oversteek. Ge zult zeggen, is Ivan dan niet de slimste, want waarom zover rondrijden als je het korter kunt doen? Ten eerste, vragen of Ivan de slimste is, dat is nu echt van het domste dat ik al gehoord heb. Dus daarop is het antwoord simpelweg: Nee, Ivan kan nooit de slimste zijn. Nu Danny er niet bij is, zou ik zelfs durven suggereren ..., maar OK, er zijn nog veel andere kandidaten voor die trofee. Inderdaad, qua IQ scoren we over het algemeen niet erg hoog bij de Modderfokkers, één of twee uitzonderingen daargelaten. Ik zou zeggen, zo belangrijk is dat niet, zolang het maar aangename, grappige mensen zijn, maar ook daar is helaas weinig soelaas te vinden. Ten tweede, wat is het concept van eens te gaan fietsen? De idee is dat je na een grote tocht wel ongeveer op dezelfde plaats terug uitkomt, of even verder in ons geval: wij vertrekken de zondagmorgen op het kerkplein en na een tocht van 60, 70, of zelfs 80 km komen we enkele uren later, vuil en moe maar voldaan, aan in de Beize. Ivan, ge kunt dan even goed van het kerkplein naar de Beize rijden zonder al die omwegen hé. Wie is er dan de slimste? Simpele, ja!
Na een lange mooie aanloop, komen we aan bij de vuile, vieze, miezerige, mistige, modderige, slijkerige, donkere, troosteloze Kloosterbossen. Het weer is echt om depri van te worden, en dan nog eens een donker bos induiken. Maar als we op ons velooke door al die vuiligheid en donkerte en mistigheid rijden: Wat is dat toch telkens weer fantastisch! Kapitein Rudy roept: waar is diene mijnwerker? Rudy Clerck, met de mijnwerkerslamp, wordt naar voren geroepen door roerganger Rudy. Rudy met de klein wielekes neemt over, want die kent daar zijn weg gelijk of hij daar al zijn hele leven woont, en met zijn koplamp ziet hij ook beter waar hij rijdt, alhoewel hij toch nog eens misrijdt en we zo een extra rondje in de bossen doen. ‘Hoeveel keer moeten we dat hier zo nog doen, Rudy?’ zo vragen wij, om hem een beetje te jennen, want zo zijn wij wel. ‘Nog 2 keer’, antwoordt hij. Maar dat was maar om te lachen, hoor. Hahaha.
Witte Kriek is de man van de dag. Hij raakt niet meer op zijn grootste versnelling en moet dus de hele tijd gelijk een nieuwelinkske meetrappen gelijk zot. Zelfs als ze vooraan doortrekken tot boven de 35, geeft hij geen kik en lost niet. Straf, straf, straf. Goed voor zijne fysiek, en die was al zo goed.
In de Beize: Zit (in de verleden tijd van zit) aan de toog: Jo Roels. Komt proper toe: Danny Fack. En ook iemand die wel gereden heeft, komt nog toe: Annemie. Pakt daar eens een voorbeeld aan, hé, gastjes. En waar zat Jeffrey – zoontje van de melkboer of van de facteur of van – Debrouwer, alweer?
Een kleine 66 km aan bijna 26 ter uur door de more, zowel in het veld als op de asfalt en het beton, want het lag overal even smerig. Wat deed dat toch weer deugd aan ons klein hartje!
Mario
Mario was vroeg naar huis en zag niet dat Rudy, Nadine, Els en Sabine nog toekwamen in de Beize...
|