Ik ben Frank Suys
Ik ben een man en woon in Bornem - Hingene (België) en mijn beroep is Trainer Aseptic mfg. bij Pfizer-Puurs.
Ik ben geboren op 11/11/1961 en ben nu dus 63 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Wielrennen.
Dit blog is een overzicht van 33 jaar in de wielersport.De zwarte tekst gaat terug van 1977 tot 2008, groen= 2009/2010
Het is goed om een doel te hebben, maar het is de reis, die uiteindelijk telt
03-03-2010
24 april 2000: Beervelde (WAOD) en 28 mei Lembeke (VWF)
2000 moest een goed seizoen worden. Tegen mijn gewoonte in
speelde ik vanaf de eerste wedstrijden mee voor de prijzen. De eerste 8
wedstrijden werd 5x de 4e plaats behaald. Toch duurde het weer tot
eind april voor ik mn eerste zege kon binnenhalen.In Beervelde profiteerde ik weer van mijn
sterke spurt om met de bloemen naar huis te gaan.
En nog eens een maand was het wachten op een 2e
seizoenszege. Op 28 mei was er een VWF-wedstrijd in Lembeke. Deze telde als
provinciaal kampioenschap voor de Oost-Vlamingen. En met wat gelukt kan je dan
als Antwerpenaar van de onderlinge rivaliteit gebruik maken.
Het was een stormachtige dag toen. In Dendermonde zou de
befaamde Ros Beiaardommegang moeten doorgaan, maar deze werd uit
veiligheidsredenen afgelast. De wind was te fel om het reuze paard recht te
houden.
De wedstrijd viel snel in een vaste plooi. Met zeven konden
we ons in een waaierke losmaken van de rest: 4 As en 3 Bs. In de voorlaatste
ronde kon ik me alleen losmaken om even later het gezelschap te krijgen van 2 As
waaronder Franky Verhulst. De kloof was geslagen en toen ik op één kilometer
voor het einde terug aanviel bleven de As braaf zitten. Zo konden ze onder hun
tweeën uitmaken wie de winnaar en kampioen in hun reeks ging worden. Ik kon
dus, als één van de weinige keren, alleen over de eindmeet rijden.
Lembeke: Koud, nat, stormachtig. Ideaal als je in vorm bent.
Na de 2 VWB-overwinningen in Buggenhout-Opstal en Kalfort kende
een rotseizoen toch nog een mooi slot. In de laatste wedstrijd van het seizoen
slaagde ik er nog in om mn totaal op 5 te krijgen. Nochtans een trieste
wedstrijd. Koud, nat veel wind en weinig toeschouwers. En dan kleine rondjes, volledig
door de velden en tussen de afgevallen bladeren. Vandaar ook een klein aantal
deelnemers. Hoop en al 30 in de 3 reeksen samen. Toen we halfweg met 6 voorop
raakten was ik de enige van mijn reeks. Rustig mee rondrijden en rondjes
aftellen. Op het einde deed ik zelfs niet meer de moeite om me nog te meten met
de ABs. Ik liet me de laatste kilometer afzakken, stak eventjes de hand omhoog
bij het overschrijden van de aankomst en ging gauw de bloemen afhalen. Het
seizoen zat er op, en ik had daar geen spijt van.
Minder dan een week na Buggenhout was de VWB te gast in
Kalfort. De septemberkermis van Kalfort is er eentje om in te kaderen. Een
ganse week is er van alles te doen. Processie op zondag, loopwedstrijden voor de
jeugd en wielerwedstrijden voor zowat alle categorieën. Elke Kalfortenaar die
naam waardig, neemt een volle week verlof.
Voor mij was het zo goed als een thuiswedstrijd. Niet alleen
was het slechts 5 km van mij deur, maar de omloop ging voorbij den Upjohn
(het huidige Pfizer) waar ik toen (en nu nog steeds) werkte.
Ik stond toen met de late shift en moest dus een halve dag
verlof nemen. De collegas, die rond de vertrektijd in de cafetaria zouden
zitten te eten, hadden me gevraagd hoe ze me konden herkennen. Leg dat maar uit
als ze een groep van 80 renners zouden zien passeren op 20m voor hun neus. Dus
zei ik hen in mijn overmoed dat ik de eerste ronde wel op kop zou passeren en mn
hand eens op zou steken.
Zo gezegd zo gedaan. Ik hield me vooraan en aan den Alcon
plaatste ik een aanval. Verdorie, ik wist niet dat die 2 bedrijven zover uit elkaar
lagen ! Serieus op de adem trappende wou ik toch niet afgeven en ja hoor, ik
reed als eerste voorbij de cafetaria. Toen ik opzij keek en mn hand opstak
wist ik niet wat ik zag. De volledige shift (50-60 man sterk) stond voor het raam te juichen. Mooi zicht als je
weet dat iedereen toen in het wit gekleed liep. En bovenal zag ik 2 grote
spandoeken hangen: Allé Frank en Hup hup Frank. Tof !
Ik moest wel even terug op adem komen, maar veel tijd was er
niet. Al in de 2e ronde vormde zich de goeie ontsnapping. 8 renners
konden zich afscheiden en meteenhad ik
door dat dit gevaarlijk was. Op de grote molen slaagde ik erin om het gat van
50m nog toe te rijden en mn karretje aan de kopgroep aan te haken.
Vooraan, niets dan kleppers: Franky Verhulst, Dries
Echelpoels, Patrick Smet, Andy Van Loon enPascal Moortgat om de voornaamsten te noemen. 8 A-renners en één
B-renner: ploegmaat Francis Tierens.
De rest van de wedstrijd was meer laagvliegen dan
hardrijden. Iemand vertelde me later dat we over een ronde ongeveer 15 seconden
minder deden dan de Elite ZC van twee dagen voordien ! Het peloton zag ons dan
ook niet meer terug.
De laatste 2 ronden volgde de ene aanval na de andere en
toen in de laatste ronde de groep even in 2 splitste, had ik het geluk mn
ploegmaat in de buurt te hebben. Francis, zeker van de overwinning in de
B-reeks, zette zich aan kop en bracht ons terug samen. Hij bleef daarna het
tempo hoog houden zodat er gesprint werd voor de overwinning. Als 2e
kwam ik uit de laatste bocht en trok meteen keihard door. Eén van de mooiste
sprinten uit mijn carrière wantSmet
werd op 2 lengten gereden terwijl de 3e, Verhulst al 4-5 lengten
moest toegeven.
Ik ben iemand die niet gemakkelijk blijft hangen
na een wedstrijd maar toen is het laat geworden
Eén van de mooiste sprinten uit m'n carrière.
In de bloemen met Patrick Smet (2e A), ploegmaat Francis Tierens (1e B) en Marc Heulens (2e B)
De uitslag. Het werd een topdag voor onze ploeg. 3 overwinningen in eigen streek, want ook de winnaar in de C-reeks, Freddy De Boeck, was een ploegmakker.
Na de valpartij in april was het sukkelen van de ene
wedstrijd na de andere. Geen enkele overwinning, zelf geen podiumplaats meer,
en het werd al eind augustus. Maar form is iets raars, en plots was die daar
weer !
Eind augustus nam ik op een vrijdagavond de start in
Buggenhout-Opstal. Een wedstrijd bij de VWB. Dit was, zonder twijfel, de meest
moeilijke bond op dat moment. Snelle wedstrijden, veel vertrekkers en de
absolute toppers van dat moment aan de start.
In Buggenhout waren we met 102. En vrij snel na de start
konden we ons met 8 afscheiden. Ideaal aantal om aan hoge snelheid rond te
draaien en de rest op afstand te houden. Maar het ging moeizaam. Het duurde tot
de voorlaatste ronde voor we 1 minuut bij mekaar hadden gesprokkeld en zeker waren dat de winnaar in ons groepje zat.
Christophe De Grom en Philippe Wouters waren normaal gezien de snelsten van de
leiders. Op 200m voor de eindstreep moesten we nog een haakse bocht naar rechts nemen en
ik had me voorgenomen om als eerste te draaien. Zonder stil te vallen, moest ik
dan zeker zijn van een 2e, 3e plaats, zo rekende ik
mezelf voor. Voor de bocht was het een sprint naar de ideale positie en met een
laatste trap lukte het me om, net voor De Grom, de bocht te nemen. Op een groot
verzet terug optrekken is niet simpel, maar ik raakte toch terug mooi in gang.
De Grom kwam naast me maar geraakte er niet over en cm voor cm nam ik terug
meer voorsprong. Ook van achteruit kwam niemand meer korter bij zodat ik
uiteindelijk met méér dan een lengte voorsprong mn allereerste VWB-overwinning
kon boeken !
Na een rotseizoen toch nog een mooie opsteker !
Mooie sprintzege vóór Guido Theys, Philippe Wouters en Christophe De Grom
Met de bloemen, naast de winnaar in de B-rreks: ex-prof René Dillen
3 april 1999: Meldert (en Doorselaer: De val van Nico Tijtgat)
Na de zege in het clubkampioenschap volgde er nog enkele
mooie uitslagen, en op 3 april boekte ik mn 2e seizoenszege, in
Meldert. In de kampioenentrui versloeg ik er het ganse peloton, na een lastige,
regenachtige wedstrijd. Aangezien ik in 98 pas begin mei de eerste zege
behaalde, leek ik op weg om het record van 11 zeges dat jaar ruim te verbeteren.
Helaas, zoals je weet mag je nooit te vroeg victory kraaien.
Voor je het weet kan je seizoen voorbij zijn. En een week later was het bijna
zover.
In een wedstrijd te Doorselaer (Lokeren) zat ik al ver
achteraan in het 3e groepje toen mn vriend Nico Tijtgat ongerust
naar zn fiets begon te kijken. Toen ik naast hem kwam, vroeg hij me of ik ook
een getik aan zn wiel hoorde. Ik keek en luisterde even, maar hoorde niets en
grapte nog dat het zijn benen wel zouden zijn die protesteerden. Toen ik net
terug achter hem had plaatsgenomen hoorde ik een hels lawaai. Nico ging pardoes
over de kop en kwam zwaar ten val. (Later bleek dat het kabeltje van zn
achterrem was afgebroken en rond zijn voorwiel was gedraaid). Ik kon hem niet
meer ontwijken en schoof zon 20 meter verder over de grond. Na van de slag
bekomen te zijn, krabbelde ik recht en zag mn vriend daar op de grond liggen,
bewegingsloos. Ik ging ernaartoe en riep
zn naam, maar Nico reageerde niet. Gelukkig reed de ziekenwagen vlak achter
ons en waren de medici zeer allert. (Pas dan besef je wat deze mensen voor je
kunnen betekenen in geval van nood). Het zag er niet goed uit en na een tijdje
werd Nico in de ziekenwagen gedragen, nog steeds zonder teken van leven. Ik
herinner me nog dat ik, met de fiets, tot aan de aankomst reed met de tranen in
de ogen. Het beeld van Nico bleef maar door mn geest spoken. Aan de aankomst
zag ik eerst de ouders van Nico. Ik vertelde hen van de val maar probeerde met
mijn woorden het gebeuren te minimaliseren om hen een beetje gerust te stellen.
Maar ik vermoed dat ze aan mijn gezicht wel zagen dat het ernstig was.
Ook die avond, in de kliniek te St. Niklaas waar hij naartoe
gevoerd was, ben ik, samen met mijn vrouw, zijn ouders nog moed gaan inspreken,
maar gerust waren we er niet in. Nico
lag nog steeds in coma !
Gelukkig is alles goed gekomen. Na enkele dagen was het
levensgevaar geweken en na toch een lange revalidatie is Nico terug de oude
geworden. Hij heeft daarna zelfs nog terug gekoerst.
O ja, ikzelf had een beetje in mijn linkerhand gebroken.
Niets vergeleken met mn vriend, maar ook voor mij werd het een maand zonder
koers. En ook de volgende maanden bleef ik nog last hebben van het gebeuren.
Volledig conditieverlies en een te lage ijzerspiegel zorgden ervoor dat ik tot
een meelopertje gedegradeerd werd. En dat in de kampioenentrui ! Pas toen ik
die trui kwijt was, eind juli, begon ik terug wat op niveau te koersen.
Zo sterk 98 eindigde, zo sterk was de start van 99. Als
lid van de Sprinters Malderen reed ik in Breendonk het Clubkampioenschap. 5 streekploegen
stonden er aan de start in een open wedstrijd met Elite met en zonder contract,
Beloften en Masters. Dat, en het feit dat het parcours een keren en draaien
door de wijken van Breendonk was, en het feit dat het een ijskoude februaridag
was, geven me niet teveel hoop op een goed resultaat.
Van bij de start werd alles op een lint getrokken. Ikzelf
had 4 concurrenten van De Sprinters, en nog een 20-tal van andere clubs. Maar
al op het einde van de eerste ronde (5 km !) bleek dat ik nog de enige Sprinter
in de groep was. En rond half koers was er bij de overgebleven renners in de
kopgroep (nog een 30-tal) geen enkele master meer de bespeuren. De zege was dus
al binnen, maar ik maakte er een erezaak van om ook de koers trachten uit te
rijden. Ni makkelijk, zo 100 km keren en draaien. Maar met alles wat ik in mn
lijf had lukte me dat. Toen we de laatste ronde ingingen, was ik er gerust in.
Ik liet de groep dan maar rijden om, compleet leeggereden, als enige master
over de finish te gaan. Het seizoen was begonnen en de eerste was al binnen !
De clubkampioenen uit de verschillende clubs en de verschillende categorieën
Het seizoen 98, dat natuurlijk al een succes was door de
Belgische titel, werd ook nog in schoonheid afgesloten. De laatste maand van
dat seizoen haalde ik nog 5 overwinningen. De mooiste hiervan was St. Maria Oudenhove.
2 dagen voordien had ik al de overwinning behaald in Ronsele, de form was er
dus nog. En dat was nodig want in Sint Maria is het loodzwaar. Op en af gans de
wedstrijd met één zeer steile klim van een 400m. We reden er met de ABs samen wat
het nog extra zwaar maakte. Maar als enige uit de T-reeks wist ik me te
handhaven. En ik deed meer, want in een spurt met 9 toonde ik me ook de
sterkste. Mooie beloning was dat ik achteraf de bloemen in ontvangst mocht
nemen uit handen van onze Tourlegende Lucien Van Impe. De volgende weken werd ook nog gewonnen in Oostrozebeke, Kieldrecht en Wachtebeke, wat me een persoonlijk record van 11 seizoenszeges opleverde
Frank, ik heb U leren kennen in 1992 toen je nog bij de
juniores reed. Bijna had ik de eer om 14 dagen jou ploegleider te zijn. Je had
maar graag, als Belgische kampioen, meegegaan naar de Tour de lAbitibi in
Canada, samen met je vriend Steve De Wolf. Maar de ronde viel juist in een
rustperiode in de opbouw naar het WK toe. Na enig overleg besloot je met pijn
in het hart om dit evenement aan je voorbij te laten gaan. Het bracht je een
bronzen medaille op in Athene.
Je was een renner naar mn hart. Geen grootspraak, nee !
Want wat je voorspelde kwam ook uit. Dáár val ik aan, dáár ga ik winnen ! En
dat deed je ook. Je overwinning in Luik-Bastenaken-Luik was een hemels moment.
Maar wat dan gezegd van de Scheldeprijs in 1996 ? Kilometers lang reed je met
50m voorsprong op een jagend peloton. Hoe hard ze ook reden, hoeveel renners er
ook kwamen helpen, niemand kreeg dat kleine gaatje dicht. Tot op de dag van
vandaag heb ik nog niemand U dat zien nadoen. En het WK in 1999 ? Een ganse
wedstrijd met 2 gebroken polsen, om dan nog als 7e te finishen:
groot, groter, grootst !
Maar toen begon jou ster te fel te schijnen.
Verdachtmakingen, opzienbarende arrestaties, en aanslepende processen. Ook
anderen hebben dit meegemaakt. Ze kwamen er soms nog sterker uit. Waarom heeft
het jou dan wel gekraakt ? Simpelweg omdat je een lieve jongen bent, die tegen
dit onrecht niet opkon. Een echte crimineel staat ook hier boven, kan zich
alles permitteren. Jij dus niet. Ja, waarschijnlijk was er vuur waar er rook
was, maar welke prof kon er in die tijd de eerste steen smijten ? Het werd je
allemaal teveel en het ging steeds meer de verkeerde kant uit. Je wou de mensen
plezieren van op je fiets. Je wou nog éénmaal laten zien wie de echte VDB was,
maar je kwam er niet meer aan toe.
De echte helden van deze wereld sterven meestal jong en dramatisch.
Ze zijn gedoemd een kort en krachtig bestaan te leiden. Het aardse leven is
niet aan hen besteed. Hun ster schijnt veel te hevig en hoort boven aan de
hemel te staan. Zij zijn niet zoals de fake-helden waar altijd alles op zn
pootjes valt. Daar zijn ze te eerlijk voor. Een eigenschap die in het aardse
leven niet altijd gewaardeerd wordt.
Ik ben God niet schreef je in je boek. Frank, Voor mij was
je dit wel ! Rust in Vrede.
Vandaag heb ik een uitstapje
gemaakt naar een Vrije Bond uit West-Vlaanderen. De LFT (weet écht niet waar de
afkorting voor staat). Ik heb pas enkele weken geleden over het bestaan van
deze Bond gehoord, en aangezien het hun laatste wedstrijd van het seizoen was,
wou ik er eens gaan proeven.
Aangezien het een criterium was,
reden alle reeksen samen. Dat betekende dus van 18 jaar tot 54 jaar !. En er
waren zelfs enkele Elite ZC van de partij. Direct na de start was het vlammen.
22 ronden, 15 bochten per ronde, kan je tellen ? Niet echt mn dada. Naar voor
rijden zat er niet in. Niet naar achter zakken was de boodschap. Op een gegeven
moment viel er een gat, er zat niet anders op dan op de 12 een sprintje te
trekken om dat gat terug te dichten. Op het einde stond er toch nog 40km/uur op
de teller. Meer dan de helft van de renners heeft de eindstreep niet gezien !
Na een ronde of 7 trokken
vooraan 4 renners in de aanval. En er was één C (mijn reeks) mee geglipt:
Patrick Watteny. En toen deze 4 elke ronde wat meer voorsprong namen, wist ik
het zeker: Het is over voor vandaag !
En toen had ik voor één keer het
geluk aan mn zijde. Pech voor Patrick, zn ketting brak in 2 ! Meteen zat er
terug een winstkans in. We waren toen maar met een 20-tal renners in de groep
en na even rondkijken bleken er maar 3 C-renners aan boord te zijn. Eén daarvan
was Dirk Pieters. Johan Vervaecke, die ik nog kende van de BVWB van vorig
seizoen, had me deze renner voor de start aangeduid als de rapste van de Cs !).
Hem moest ik dus in het oog houden.
Op 200m van de meet was er nog
een dubbele bocht, daar moest ik vooraan zitten. Ik zat op 100m vóór de dubbele
bochten nog rond de 9e plaats, in het wiel van Pieters. Dat was te
ver. Ik begon dus daar maar al te spurten, en slaagde erin vooraan de bochten
te nemen. Pieters was verrast, ik zag hem niet meer terug ! Nr. 98 dus, op een
diefje. Want zonder de pech hadden de bloemen voor Watteny geweest.
Toeval dat ik vandaag het geluk
aan mn kant had ? Mogelijk. Al is het verdacht dat ik net vandaag 13 jaar getrouwd ben !! ;-)
Bijna een maand na het behalen van de Belgische titel had ik
met de tricolore trui nog geen overwinning kunnen behalen. Het was inderdaad
even wennen om hierin rond te rijden. Je wordt meer in de gaten gehouden en
daar moet je mee rekening houden bij het indelen van je koers.
Net zoals in Vrasene meestal het Belgisch
kampioenschap plaats had werd er aan Café De Pluim in Oosteeklo telkens
gestreden voor de titel van Oostvlaams Kampioen. Die titel kon ik niet winnen
aangezien ik in de provincie Antwerpen woon, maar ik mocht er natuurlijk wel
van start gaan. Ondanks de vele ontsnappingen kwam het op het einde toch tot
een massaspurt en eentje die me op het lijf geschreven is. Een snelle bocht op
200m van de meet die ik als eerste nam, en dan fullspeed naar de meet ! Met
enkele lengten voorsprong won ik op Nico Tijtgat, een toffe gast en goeie vriend
uit Deinze. Hij kroonde zich dan ook tot Provinciaal kampioen van Oost Vlaanderen !
Interview na de eerste overwinning in kampioenentrui.
Samen met Provinciaal Kampioen Nico Tijtgat en z'n ouders.
19 juli 1998: Vrasene: Belgisch Kampioenschap (WAOD-T)
Het Belgisch kampioenschap had, zoals alle jaren, plaats in
Vrasene, een deelgemeente van Beveren. En ondanks mijn 3 zeges de afgelopen
weken en een prima vorm, was ik die dag totaal niet zenuwachtig. Waarom ook ?
Vorig jaar favoriet, maar de goeie ontsnapping gemist. Enkele weken terug: in
winnende positie op het Provinciaal kampioenschap, maar pedaalbreuk. Ik had
voor mezelf besloten dat dit voor mij niet weggelegd was en dat ik me dan ook
niet zenuwachtig moest maken om niets. Een goeie gedachte, zo bleek.
In de wedstrijd trok ik direct zelf in de aanval, en kreeg 3
renners mee. Maar alles kwam terug. Enkele ronde later een ontsnapping met 7,
weer was ik erbij, maar weer viel de volledige groep ons op de nek. Op 4 ronden
voor het einde trokken 7 renners in de aanval en deze maal had ik me laten
verrassen. Zie je wel, goed rijden, en als ze éénmaal wegrijden zonder jou, is
het de juiste ontsnapping. Weer niets vandaag !!. Dat is wat me door het hoofd
schoot. Maar het maakte me zo ongelofelijk kwaad dat ik vanuit misschien wel 20e
positie uit de groep demarreerde. Enkel Timbeur kon mn wiel houden en met zn
tweeën reden we van de groep weg. Intussen was het verschil met de kopgroep al
zeker 20. Maar de adrenaline bleef stromen. Ik moest en zou de leiders
bijhalen !! Bijna een volledige ronde heeft het geduurd, maar met de hulp van
Timbeur slaagde ik toch in mn opzet. En op dat moment was ik zeker: IK en
niemand anders zou hier vandaag kampioen worden ! Bij het ingaan van de laatste
ronde was er nog een premie, en door deze spurt splitste de groep in 2. Patrick
Joos, Eddy Nachtegaele, Freddy Vlerick en ik reden van de anderen weg. In de
sprint moest ik vooral met Freddy rekening houden. Hij was zeker niet van de
traagste. Maar hij wou waarschijnlijk té graag winnen. Bij elke poging van Eddy
of Patrick om nog weg te raken, sprong hij direct op het wiel. Ik moest me dus
geen zorgen maken, het zou een sprint met 4 worden. Net voor de laatste bocht
probeerde Nachtegaele het een laatste maal, en weer was het Freddy Vlerick die
direct reageerde. Ik zat dus ideaal geplaatst. Toen op een 300m van de meet Eddy
Nachtegaele de benen stilhield, wist ik mijn moment gekomen. Ik ging vol aan en
nam enkele lengten voorsprong. Het lukte me om deze tot op de meet vast te
houden. Ik was Belgisch Kampioen !!! Hiervoor was ik renner geworden. Als kind
vond ik dit zon knappe trui dat ik die zelf wel eens wou dragen. En vandaag,
op 36 jarige leeftijd, werd die jongensdroom waarheid !
Een foto tijdens de wedstrijd met links van mij Timbeur. Met hem reed ik nog naar de kopgroep toe.
De Sprint. Twee lengten voorsprong op Freddy Vlerick. Verderop Patrick Joos en Eddy Nachtegaele
De wedstrijd in Adegem kende een snelle beslissing. Op de enige helling van het parcours (bijna 1 km, niet écht zwaar, maar met de wind op kop) trokken we met 4 in de aanval. Naast 3 AB-renners was ik de enige van de T-reeks. En aangezien onze voorsprong al snel geruststellend was, was de zege voor mij al binnen. In de laatste ronde keken m'n vluchtgenoten vooral naar mekaar, zodat ik nog kon wegrijden en met een halve minuut voorsprong over de aankomstlijn reed.
97 ! Een beetje te overmoedig in het
begin. In een gezamelijke VWF-wedstrijd (A, B en Cs) wilde ik de groep snel
uit mekaar trekken. Er stond redelijk wat wind en ik hoopte met een groepje
voorop te raken. 2x sprong ik zelf weg, 2x kreeg ik enkele renners mee, met oa
Mario Van Gucht en Rudy Thomas, de wereldkampioenen in de A en B-reeks. Maar
toen we terug gegrepen werden en de twee regenbogen zelf in de aanval trokken,
moest ik even passen. Genoeg om ze voorgoed zien weg te rijden. Gelukkig namen ze geen Cs mee, zodat alles er nog inzat. De benen waren zeer goed vandaag,
zodat ik nog enkele keren mee in de aanval ging, maar uiteindelijk was het de
spurt die moest beslissen wie met de bloemen naar huis ging. Met snelle mannen
als Nico De Weirdt en Etienne Claus was winst nog lang niet zeker. Gelukkig
raakte ik niet ingesloten en kon gepast naar voor schuiven. In het zog van
B-renner Dirk De Bondt kon ik alle concurrenten afhouden om mn eerste VWF-zege
van het seizoen te boeken. De 5e overwinning van 2009 !
Op koersen in september die pas om 19u starten, moet je snel rijden om voor het donker binnen te zijn. 't Was zéér nipt vandaag
Sinds ik 2 jaar terug bij de Vrije Bonden was gestart, had
ik enkel nog maar wedstrijden bij de WAOD gewonnen. In Denderbelle kwam daar
verandering in . In de VWF-wedstrijd (cat. A) kon ik mijn uitstekende conditie
verzilveren. Van in de start trok ik er alleen vanonder. In 3 schijfjes sloten
renners aan, zodat we op het einde van ronde 2 met 7 waren. Eén van hen was
dorpsgenoot Kurt Peeters. Toen hij 12 was hadden we pas de Klein-Brabantse
Wielerschool opgericht. Ik was één van de begeleiders die samen met een 10-tal
aspiranten, waaronder Kurt, op
woensdag ging trainen en waarmee we tijdens de weekends naar de wedstrijden in
Nederland gingen. Intussen was Kurt een veelwinnaar geworden bij de Juniores
maar had bij de Elite ZC de fiets aan de haak gehangen. Hij was dit jaar terug
gestart bij de Vrije Bonden. En nu reden we dus samen voorop: hij 20, ik 37 .
Op het einde van de wedstrijd was ik nog sterk genoeg om
elke aanval in de kiem te smoren. En door een late uitval van Vlaeminck, was ik
ideaal gelanceerd om met enkele lengen voorsprong mn eerste VWF-wedstrijd te
winnen.
Sprintwinnaar in Denderbelle. De rare houding kwam door een windvlaag die me, door het opsteken van de armen, bijna onderuit trok. Kurt Peeters, links van mij op de foto, werd 4e
Bijna elke wedstrijd bij de 5 eersten rijden, maar niet
kunnen winnen. Dat was mijn lot na mn eerste zege dat jaar in Dikkelvenne.
Maar op 27 juni kon het niet meer misgaan. Die dag had het Provinciaal
kampioenschap van Antwerpen plaats in, jawel, het Oostvlaamse Moerzeke. Van bij
de start trok ik in de aanval en voor de anderen van de verrassing bekomen
waren, reden we met 10 voorop. Daarbij enkel Frankie Van Hemelrijck uit St. Amands als
concurrent voor de Antwerpse titel. Nu ja, concurrent ? Ik moest hem enkel in
het vizier houden. Frankie heeft namelijk geen sterke sprint. Maar dan sloeg
het noodlot toe. 3 ronden voor het einde brak één van mijn excentrische
pedalen af. (Pedalen die ook een horizontale beweging hadden. Fantastisch
gevoel, maar wel niet slijtvast. Deze bestaan nu, spijtig genoeg, niet meer).
Meteen gedaan dus, geen eerste titel L.
Diezelfde avond liet ik nog nieuwe pedalen
monteren. Zelfde soort maar met nog een groter draagvlak. Was het dat of de
adrenaline na de verloren titel ? Feit is dat ik een dag later vloog! In de tweede
ronde sprong ik weg op een stuk met de wind op kop. Slecht één renner kon mn
wiel houden. Toen ik wat later vroeg om over te nemen, kon hij niet. Na 3x
vragen had ik er genoeg van en ging wat uitleg vragen. Wat bleek ? Zijn naam
was Patrick Franssens, hij had vroeger gekoerst maar was al een paar jaar
gestopt. En omdat het in zijn eigen gemeente was, wou hij nog eens meerijden.
Ik geloofde hem en zette mij dus weer aan kop, zonder nog eenmaal te vragen om
over te nemen. De rest van de wedstrijd reed ik rond alsof ik alleen was. Alle
ronden was er een premie van 200 Bfr, die ik allemaal (een 10-tal) op zak stak.
Ik vond mezelf op een gegeven moment zelfs wat hebberig worden en stelde Patrick
voor om toch ook minstens één premie te nemen. Maar hij weigerde. Hij was al
blij dat hij mocht meerijden. De laatste kilometer was hij zelfs nog zo fair om
me alleen naar de aankomst te laten rijden. Patrick werd tweede en Evert Van
Hecke derde op 2,5 minuut ! Een zeer mooie overwinning, die de ontgoocheling
van de dag voordien wat wegspoelde.
Alleen voorop naar de aankomst rijden. Voor een sprinter een speciaal gevoel.
Samen met Belgisch kampioen én organisator van de wedstrijd Marc De Ben.
1998 was een uitzonderlijk jaar. Voor het eerst speelde ik
vanaf de eerste wedstrijddag mee voor de overwinning. Toch zou het tot 3 mei
duren voor ik mn eerste overwinning kon binnenhalen. Op het heuvelachtige
parcours van Dikkelvenne. Met 2 renners uit de T-reeks schoven we mee met een
6-tal AB-renners. Marc De Ben was dus mn enige concurrent om de overwinning.
En alhoewel Marc een keigoed renner was, zonder meer de beste allround, zijn
sprint was te zwak om mij te bedreigen. In de laatste ronde lieten we het gat
vallen op de ABs om zo onderling voor de zege te spurten. Op de foto zie je
Marc in 3e positie (B-renner Vandenbeurie hang nog tussen ons.) De
eerste seizoenszege was eindelijk binnen. Het begin van een mooie reeks !
96 !! Eindelijk! Eindelijk
nog eens een overwinning nadat ik ook mee de koers heb kunnen maken. Direct na
de start trokken we met 5 in de aanval. De Cs Guy De Jonghe, Gino Verberckmoes
en Eric Slock en de 2 oudjes, Patrick Bolssens en ikzelf. Er werd goed
rondgereden, al moet ik eerlijk bekennen dat Guy De Jonghe de beste was van de
5. We liepen tot 50 seconden uit maar moesten rond halfwedstrijd toch nog het
gezelschap dulden van Wim Arras, Peter Mol, Philippe Hotome en John Ackermans.
Alle 4 zijn dat Cs zodat ik in mijn reeks enkel met Bolssens af te rekenen
had. Toch was ik er niet gerust in want vorige week had ik hem slechts nipt
geklopt om de derde plaats in Melsele. Dat alles zou samenblijven, daar was ik
zeker van. Wim Arras is ontegensprekelijk de snelste en zou daar wel voor
zorgen. Net voor de laatste bocht zat Bolssens nog in mijn wiel, maar hij
verkoos blijkbaar het wiel van Arras te kiezen. Maar toen deze aanzette moest
Patrick het wiel lossen, genoeg voor mij om hem langs links voorbij te spurten.
Arras kwam eerst over de meet, voor Hotome en als derde mocht ik de bloemen
afhalen als winnaar bij de Ds.
De eerste keer dat ik een overwinning behaal
voor de ogen van mn kleinkinderen, London en Vegas. Ze hadden zich schor
geroepen tijdens de koers, en mochten dus zeker niet ontbreken op de foto !
Van de volgende wedstrijden is er een gat in mn archief (en
geheugen). Op 30 augustus won ik een wedstrijd in Ronsele. Een week later, 7
september was het prijs in Doorslaar en nog 2 weken verder, op 20 september,
haalde ik mn laatste seizoenszege in Meerdonk. Dat bracht mn totaal in 1997
op 7, wat voor mezelf een record was. De totaalteller staat daarmee op 30.
Juli 1997: Temse, Hofstade, Vrasene-niet, Oostakker
Na mn eerste overwinning in het voorjaar, was ik wat
stilgevallen. Maar in juli draaide het plots terug zoals het moest. Ik had van
het Belgisch kampioenschap in Vrasene een hoofddoel gemaakt en bleek net op
tijd in vorm te zijn. Donderdag won ik de wedstrijd in Temse, en één dag later
was ik weer de beste in Hofstade. Ik was er klaar voor, de titel kon me niet
ontglippen. Maar waar ik niet op had gerekend was wat ze zo mooi de favorietenrol
noemden. Ik had die nog nooit gehad en nu dus wel. Man, man: zénuwen !!! Nog
nooit zoveel last van gehad. En tijdens de wedstrijd beterde dit ook niet. Integendeel,
het sloeg echt op de benen. Pas half wedstrijd waren de zenuwen weg, maar ook
de titelkansen. 8 renners hadden zich afgezonderd en reden met een minuut
voorsprong. Het kalf was verdronken. Uiteindelijk werd ik pas 12e en
een illusie armer.
2 dagen later reed ik mn volgende wedstrijd, in Oostakker.
En weer was het prijs: 3 overwinningen op 6 dagen maar geen titel !
Kalender & Uitslagen 2010: 16/10: Oosteeklo: 2e 10/10: Lochristi: 4e 09/10: Lotenhulle: 6e 03/10: Merelbeke: 5e 26/09: Outer (EK): 5e 23/09: Landegem: 5e 19/09: Boom (PK): 5e (2e) 18/09: Stasegem: 1e 13/09: Schriek: 11e 11/09: Kruishoutem: 1e 10/09: Nieuwkerken-Ws: / 05/09: Wielsbeke: 1e 2/009: Kalfort: 5e 01/09: Kalfort: 6e 29/08: Ooigem: 2e 28/08: Asbeek (BK): / 22/08: Aalst: 1e 21/08: Izegem: 2e 19/08: St. Lievens Esse: 8e 14/08: Kap.odB (BNL): 19e 13/08: Evergem (BK): 2e 08/08: Buggenhout: 8e 07/08: Ertvelde: 9e 05/08: Beveren: 6e 02/08: Destelbergen: /
31/07: Semmerzake: 3e 28/07: Aalst: 14e 26/07: Bazel: 10e 25/07: Merelbeke: 8e 23/07: Beveren: 2e 21/07: Aalst: 16e 18/07: Temse: 12e 17/07: Poeke: 3e 11/07: Destelbergen: 5e 07/07: St. Gillis Waas: 2e 04/07: Dikkelvenne: 3e 27/06: O-nieuwk.(BK):4e 26/06:
Wingene: 1e 25/06: Wachtebeke: / 20/06: Wichelen: 3e 19/06: Ertvelde: 3e 17/06: Beveren: / 13/06: Halle: 12e 12/06: Eksaarde: / 09/06: Lochristi: / 06/06: Mater: 3e 05/06: Wintam:1e 02/06: Beveren: / 29/05: Kruishoutem: val 25/05: Ijzendijke: 5e 23/05: Affligem: 4e 22/05: Wolvertem: 7e 15/05: Aalst: / 14/05: Boekhoute: 10e 09/05: Zaffelare: 10e 08/05: Slypskapelle: 1e 06/05: Beveren: 3e 02/05: Moerzeke:/ (plat) 01/05: Mol-Wezel 5e 25/04: Boom: 4e 24/04: Buggenhout: / 18/04: Burst: 1e 17/04: Kruishoutem: 1e 11/04: Balegem: / 10/04: Lotenhulle: 3e 05/04: Oostakker: 9e 03/04: Malderen: 10e 28/03: St. Lievens Esse 7e 27/03: Meigem: 8e 21/03: Hamme: 6e 20/03: St. Amands: 20e 14/03: Haaltert: / (plat) 13/03: Oordegem: 7e 07/03: Iddergem: 15e 06/03: Essene: 17e 28/02: Oordegem: /