Nu is het lang geleden dat ik hier nog iets geschreven heb. Maar ik zal het dubbel en dik goedmaken met een lang verslag.
Donderdag 29 maart: Hulda was al een hele week ziek, maar omdat ze mij toch nog eens wou zien voor ik vertrok, is ze mij na het werk komen ophalen. We hebben nog een uurtje rondgereden en bijgepraat. Dat vond ik heel lief van haar.
Vrijdag 30 maart: Opgestaan om 6 uur, snel gedoucht en mij naar de bushalte gehaast. Samen met Rahel zat ik toen meer dan een uur op de bus naar Akureyri. Om 9 uur stond daar ons vliegtuig te wachten. Het was zeer moeilijk vliegen door het slechte weer, maar uiteindelijk zijn we er toch geraakt. Deze keer hebben we de bus wel gevonden en rond 11 uur stonden we aan het AFSkantoor. We mochten eerst Reykjavík zelf wat gaan verkennen want het weekend begon pas om 13 uur. Eerst gingen we naar een museum, dan pizza eten (t was ondertussen 15 uur, zo typisch), en nadien met de bus 3 uur rijden naar Snæfellsnes. We sliepen in een oude theaterzaal, met 50 op dunne matrasjes op de grond. Je kan je al voorstellen dat er niet veel geslapen werd.
Zaterdag 31 maart: We reden met de bus rond heel Snæfellsnes en stopten af en toe bij speciale plaatsen.
- Een bron, en als je er water van drinkt, word je nooit oud.
- Een klein dorpje met een mooie haven.
- Een zwart strand waar kracht in de stenen zit.
- Nog een klein dorpje waar vooral veel vissers wonen.
- Een boerderij waar de eigenaar hákall (rotte haai) maakt. k Heb het geproefd en zo snel mogelijk doorgeslikt... Zegt genoeg zeker?
- Een berg die je moest beklimmen zonder te praten en zonder achterom te kijken. Boven op de berg moest je tussen stenen muurtjes gaan staan en aan een wens denken. Klein detail: er was een enorme storm waardoor beneden geraken niet zo eenvoudig bleek. Elín en ik hadden ons aan elkaar vastgeklampt, en de vrijwilligers Arnar en Ragnar hebben ons leven gered. Ik was opgelucht toen ik weer veilig terug was.
s Avonds moesten we onszelf maar amuseren door per groepje iets naar voor te brengen. Er werd alweer niet veel geslapen.
Zondag 1 april: Veel te vroeg opstaan, alles opgekuist, terug richting Reykjavík gereden. Onderweg zijn we nog een kwartiertje gaan zwemmen. In Reykjavík heb ik Soffía gebeld en dan een plaatsje afgesproken om hen te zien. De zenuwen gierden door mijn lijf wanneer ik mama, zus en Tim daar zag staan. We zijn direct naar het noorden vertrokken.
Maandag 2 april: Wandeling door Húsavík en een bezoek aan het walvissenmuseum.
Dinsdag 3 april: Naar het penismuseum (je leest het goed, in Húsavík, uniek in de wereld), Ásbyrgi (de plaats waar de 2 aardplaten uit elkaar gaan) en een strandwandeling. s Avonds met Unnur, Hulda en Tim gaan rúnta.
Woensdag 4 april: Naar Mývatnssveit, met sneeuwscooters op het meer gereden, een wandeling in Dimmuborgir gemaakt (het huis van de kerstmannen), en de waterval Goðafoss bezocht. s Avonds weer gaan rúnta met Hulda, Anna Jóna en Tim.
Donderdag 5 april: Weer naar Mývatnssveit. Mijn ijslandse familie moest naar een communiefeest en dus leidde ik de rest rond. We gingen naar pruttelende modderputjes, stomende bergjes, en meer van die mooie ijslandse natuur. Als afsluiter gingen we zwemmen in Jarðböðin, een warm meer. Puur genieten!
Vrijdag 6 april: Ik had nogal veel last van mijn rug en ben daarom maar thuisgebleven en heb er een rustig dagje van gemaakt.
Zaterdag 7 april: Rond de middag vertrokken we weer naar Reykjavík. s Avonds zijn we nog iets gaan drinken in een koffiehuis.
Zondag 8 april: Om half 5 opgestaan omdat mama, zus en Tim hun vliegtuig moesten halen om 8 uur. Het afscheid viel goed mee, hoewel het precies moeilijker was dan 7 maanden geleden. De rest van de dag zijn we naar Reykjanes gereden, en heb ik in de auto veel slaap ingehaald.
Maandag 9 april: Een wandeling naar het kerkhof en een kwartiertje naar het shoppingcentrum in Kópavogur. Daar heb ik eigenlijk pas echt beseft in wat voor een boerengat ik al 7 maanden woon. Nadien zijn we opnieuw naar Húsavík gereden. In totaal heb ik meer dan 50 uur in de auto gezeten vorige week.
Het is allemaal een beetje kort samengevat, maar nu ga ik stoppen met schrijven want de zon schijnt op de sneeuw en ik wil naar buiten. Wel nog eventjes zeggen dat deze week mij zeer veel deugd gedaan heeft en dat ik enorm genoten heb van het bezoek. Ik mis hen, maar was toch ook blij dat ik mijn valiezen nog niet moest pakken zaterdag.
10-04-2007 om 16:18
geschreven door Liselotte 
|