Men moet de
dingen de tijd gunnen om zich aan ons voor te stellen, en dingen zijn nooit
gehaast.
Libert van
der Kerken
Gisteren
hebben we onderdak gevondeneen mooie
prive auberge . Met maximum 5 personen op een kamer . Wij hadden het gezelschap
van 2 dames uit Japan en een man met een mank been en draed lokx nationaliteit
is ons onbekend . Maar toch mist dit onderkomen een ziel. Al de rest is wel
aanwezig tot massagestoel toe. Onze jonge Japanse dames waren flinke snurkers
en voor 6u deze morgen waren ze al actief. Wij zijn om 7u15 vertrokken richting
Estella Lizarra over mooie veldwegen door het dal van de Rio Ega .Aan onze
linker zijde ligt in de verte de Ermita de San Miquel (10 eeuw ) ooit behoorde
ze tot een klooster. Mariette neemt op deze mooie veldweg tussen de
vogelgeluiden en het rumoer van de autostrade de moedige beslissing om vanuit
Estella de bus te nemen tot in Los Arcos . Als we in Estella aankomen en de weg
naar het busstation , is er een veiligheidsagent zo vriendelijk met ons mee te wandelen. In het
aanpalende cafe hebben we hem dan ook op een koffie getrakteerd. Mariette is al
een grote meid, ze blijft alleen achter in het station om naar Los Arcos te
gaan. Ik zelf laat de rokende schoorsteen van een fabriek achter mij en vertrek
richting Irache , waar ik dit maal toch
een beetje wijn uit de fontein hoop te bekomen. Al van ver is het klooster van
Irache te onderscheiden met zijn wijngaarden. Over een slalle goed begaan bare
wegen word ik omringd door graanvelden en wijngaarden. Toen we deze morgen
vertrokken was de zon al van de partij, maar nu heeft ze me helemaal in de
steek gelaten, en de dreigende wolken hangen tussen de bergen. Een koude wind
doet me soms twijfelen of ik wel in Spanje ben, maar als ik de wijnfontein
nader beland ik weer met 2 voeten op de grond. Er staan reeds enkele pelgrims
aan te schuiven om toch een paar druppels uit de fontein te krijgen. Zo ook de
jonge vader met zijn zoontje van ongeveer 10 jaar op weg is naar camino. Als
het zoontje een paar druppels wijn in zijn schelp bemachtigd steekt hij ze in
de hoogte richting hemel en roept voor u mama. Nu pas besef waarom vader en
zoon onderweg zijn. We hebben ze reeds een paar maal ontmoet en zeiden dan wel
eens tegen elkaar het zal vakantie zijn. Maar nu weet ik beter, deze les is
veel belangrijker dan gelijk welke leraar geven kan. Met een krop in de keel
wandel ik verder naar het klooster het Monesterio de Santa Maria la Real de
Irache, een van de oudste kerkelijke instellingen van Navarra. Maar dringend
aan restauratie toe, gans het gebouw straalt een vervallen staat uit, enkel de
wijngaarden liggen er verzorgd bij. Vanaf
het klooster ga ik langs wijn en graanvelden, over een heuvelend landschap? Nog
een geluk dat het bewolkt is, want hier is geen schaduw te vinden. In
Villamayor de Monjardin wil ik een koffie drinken maar het is er zo druk dat ik
stilletjes door ga. Volgens mijn gids zal ik de volgende 12 km geen
mogelijkheid hebben om te drinken of eten te vinden. Ik wandel verder over
brede wegen waarvan ik vermoed dat de Europese gemeenschap hier heel wat van
onze centen aan spendeert. Wandelend tussen graanvelden en weiden waar het hooi
ligt te drogen en te wachten tot het binnengehaald wordt, zie ik een bordje
verschijnen met (eten en drinken op 3 km ). Een slimme Spanjaard heeft hier een
mobiele bar geinstaleerd , alles is hier verkrijgbaaren te koop , en het is drukte van jewelste.
Zelf neem ik hier een broodje met kaas en een koffie, om de laatste kilometers
te overbruggen. Het was vandaag mijn dagje niet, zonder Mariette, was het weer
wennen, en die rugzak was zeker mijn bondgenoot niet vandaag. Maar eenmaal in
Los Arcos wist ik mij verzekerd van een slaapplaats . Mariette was goed
aangekomen en lag te rusten, en een voet massage later op de avond was een mooi
vooruitzicht voor haar. Een douche beurt later stond ik in de prachtige kerk
Iglesia de Santa Maria. Een ongelooflijke pracht komt hier op mij afgestormd
,in deze kerk brand ik een kaarsje voor onszelf en nog eentje voor iedereen waar
voor nooit iemand een brand. Om 18 u vind in deze kerk een concert plaats van
een jonge violist die ook op de camino wandeld. Hier voor loopt de kerk al vlug
vol , vol bewondering luister ik naar deze mooie muziek van Bach en andere
grootheden. Spijtig dat Mariette dit alles moet missen, maar rusten is nu
belangrijker. Morgen staat er een rustdag op het programma.
De hectiek
van de dag afleggen, de gedachten loslaten, niets doen , wat een genot.
Ursula
Kohaupt
In Obamos
hadden we gisteren een goed onder komen in een gemeentelijke refuge. Met 12
personen op een mooie zaal voor minimum 3o personen dusplaats zat. S`avonds zaten we in de
plaatselijke bar aan tafel met een jong meisje uit Ohaio 2 personen , een dame
en een heer uit Firense een half Duits Italiaanse dame die dienst deed als tolk
en een stel Duitsland. Tijdens het avond eten hadden we een leuk gesprek over
het lopen van de camino, een prachtige avond beleefd, we hopen allen om elkaar
nog eens tegen te komen op weg naar Compostella. We zijn gisteren te laat gaan
slapen, en dus was er niets voorbereid om deze morgen te vertrekken, gelukkig
lagen we allemaal over de zaal verspreid ,en konden we inpakken zonder iemand
te storen. Om 7u15 stonden we ver trekkens klaar onder een regenachtig
wolkendek. Obamos verlaten is niet moeilijk en net buiten het dorp lopen we
voorbij goed onder houden volkstuintjes , overal liggen bewaterings leidingen,
om tijdens de droogste periode de tuintjes te bevloeien met water uit de
rivier.Als we even later Puenta la Reina bereiken blijven de eerste twee
kerkdeuren voor ons gesloten. Bij de derde hebben we meer geluk, in deze kerk
is er een mis bezig, stilletjes zetten we ons op een bank om samen met 3
zusters 2 jonge en een heel oudere ,en nog 2parochianen de dienst bij te wonen.
Na de mis was er even tijd om wat fotos te nemen van dit prachtig interieur ,
want de deur gaat onherroepelijk op slot. Bij de bakker gaan we eerst ontbijten
alvorens de beroemde brug over te steken. Hier in Puenta la Reina zien we hoog
op een oude fabrieksschouw ons eerste ooievaarsnest . Eenmaal over de brug ligt
er weer een stuk geschiedenis achter ons? En belanden we op een smal pad dat even
later over gaat op een brede steil stijgend pad, hier cirkelen boven onze
hoofden meer dan 20 arenden, Mariette slaagt er in om een 3 tal op de gevoelige
plaat vast te leggen. Een man uit Misouri spreekt ons aan terwijl hij de een na
de andere foto neemt van het landschap (bergachtig) Een felle wind met
bloemengeur die onze neuzen binnendringt drijft ons verder de berg op. Net voor
de top worden we tegen gehouden door een prachtiggratis fluitconcert , gegeven door ons
onbekende vogels. Als we achter ons kijken krijgen we een fantastisch
vergezicht waar we stil van worden, recht voor ons ligt de autostrade
afgeschermd met een hoge afrastering waar honderden kruisjes zijn ingevlochten
door voorbij trekkende pelgrims (kruisjes van houten takjes). Op weg naar
Cirauqui verschijnen wijnvelden en eeuwen oude olijfboomgaarden . We lopen over
een smal kronkelend pad langs rozenbottels en wilde geraniums . Een oudere
Spanjaard op zoek naar carakollen wenst ons een bon camino , en zo belanden we
in Lorca waar we genieten van vers geperst appelsiensap. Mariette begint meer
last te krijgen van haar voet , en een dokters bezoek dringt zich op . In
Villatuerta zit de tocht erop, en raad plegen we een dokter. Er is niets
ernstig aan de hand volgens deze geleerde mijnheer .Een verband en ontstekende
zalf moet voldoende zijn, we zullen zien .
Treed dat wat op je weg komt niet tegemoet met angst , maar
met hoop.
Francois deSales
Pamplona is een mooie propere stad, met een prachtige
kathedraal vol kunstschatten . Maar Mariette had platte rust en daar ik in 2012
reeds in de kathedraal was bezoek ik nu de vele andere kerkenen oude gebouwen . Maar al de kerken waren
gesloten , waarschijnlijk om de kathedraal geen concerentie aan te doen want
daar is de inkom betalend. Om Mariette toch een beetje te laten genieten van
Pamplona gingen we eten in het zeer bekende Iruña cafe , voor een klein beetje meer als het
pelgrims menu werden we hier in de watten gelegd. De toeristen lopen hier
zomaar in en uit om fotos te nemen van het interieur . En wij , wij wanen ons
hier in het voorportaalvan de hemel.
Deze stad is zeker nog een bezoek waard. We sliepen in de refuge Iglesia de Jesùs Maria vlakbij de kathedraal . Samen met nog
118 pelgrims waaronder 2 Belgische fietsers (een echtpaar ) die ik fel discuterendaantrof aan de kathedraal. Zij wilde hier
niet slapen samen met zoveel personen, hij grommelde maar wat , maar nam ook
geen beslissing, uiteindelijk vertrokken zij met de fiets aan de hand discuterend
verder de stad in; om uiteindelijk in de herberg met 120 mensen te belanden.
Als we ze deze morgen aanspraken was alles best meegevallen. Zo zie je maar ,
wie het onbekende nooit probeert heeft op het einde van zijn leven niets
geleerd, een wijsheid van Julien. Pamplona verlaten is zeer gemakkelijk , maar
voor Mariette ging het deze morgen toch nog wat moeizaam . We lopen langs het
prachtige stadspark met eeuwen oude bomen en volgen de gele pijlen en
markeringen in het voetpad. We zijn deze morgen vertrokken op enkele
stukjeschocolade . Dus is het uitkijken
om een winkel te vinden. Nadat we over de prachtig onderhouden terreinen van de
universiteit van Navarra gelopen zijn verschijnt het dorp Cizur Menor waar we
een broodje en enkele bananen kopen. Gezeten op een bank in het park genieten
we van een welverdiend ontbijt. Even later loopik verder met een Canadees ,hij
is ook op enkele stapdagen van Saint-Jaen vertrokken. En nu is hij reeds bezig
met de voorbereiding om volgende maal in Le Pluy te vertrekken. Mariette volgt
een beetje achter op en dus maak mijn Canadese stapper er op attent dat ik op
haar wacht en we de volgende maal zullen verder praten . Een half uur na het
verlaten van Cizur- Menor draaien we links een veldweggetje op . Van af hier is
het stijgen tot op de Alto-Del-Perdon, maar wat een weelde. Velden met bonen,
erwten rechts van ons , graan dat reeds langzaam een gele kleur krijgt links
van ons. Donker tot zwarte wolken worden door de sterke wind links van ons
voort gejaagd. Het graan op zich wil precies vluchten, voor de wind, het buigt
zich voorover woest trekkend aan hun wortels. Maar de zware vruchtbare grond
houd het ter plaatse. Het graan dat nog groen is veranderd door de wind duizend
maal van kleur. Alsof een fel stijgend pad nog niet genoeg van ons eist ,
blaast de wind soms zo krachtig dat we moeilijk op het smalle pad kunnen
blijven. Gelukkig beschermen hoge doornige hagen ons op de meeste plaatsen. Als
we op een tussen hoogte komen vinden we een aandenken aan een Belg , die hier
het leven liet op zijn tocht naar Compostella. De windmolens op de flanken van
de Alto-Del-Perdon komen in zicht, terwijl wij verder lopen op ons stijgend pad
, vergezeld van bloeiende bloemen in alle mogelijke kleuren, vergezichten om
van te duizelen en wind die we liever in de rug hadden. Bij het binnen komen van
Zariquigui bezoeken we de prachtige kerk en nemen we even rust. Dit prachtige
kerkje staat in geen enkele gids vermeld, dus lopen de meeste pelgrims hier ook
aan voorbij. In de bar in het dorp schuiven we aan bij een persoon die zijn
dagboek aan het eten geven is. Iedereen op de camino maakt graag een praatje
dus zijn we snel vertrokken voor een leuke babbel .Ik loop vanaf gisteren met
extra gewicht , en dat laat zich voelen. Hier in de bar herschik ik het gewicht
van mijn rugzak, en wat een opluchting bij het vertrek , ik zeg tegen Mariette
ge moogt gerust nog wat overladen, mijn rugzak weegt precies niets meer. Nu
word ik plots ongerust en keer op mijn stappen terug om te kijken of ik toch
niets benvergeten in de bar. Na deze
tussenstop komt de Alto-del-Perdon wel snel dichter bij. Tussen overwegend gele
bloeiende lage struiken waar tussen wilde citroen tijm zijn best doet om zich
van zijn beste zijde te laten zien. Ruiken we aan de kamperfoelie en de
rozebottels die volop in bloei staat. Tijdens de laatste 100m naar de col staat
de wind pal op kop , maar eenmaal boven weten we niet waar eerst moeten kijken
. Prachtige vergezichten van dorpjes waar donkere wolken over drijven. Velden
bezaait met geel bloeiend koolzaad . Op de Alto del Perdon trotseren de stalen pelgrims zonder verpinken
de sterke wind. De afdaling is niet zonder gevaar het sterk dalend pad ligt
bezaait met losse keien en dat terwijl zoveel verschillende bloemsoorten voor onze aandacht schreeuwen . Ergens half
weg de afdaling eten we ons laatste brood op , even later zet er een dame zich
naast mij op de bank. Met een zucht laat ze haar rugzak rusten op de bank. Ik
kan het niet laten om haar aan te spreken. Ze blijkt uit Californié te komen,
als ik opmerk dat haar rugzak er nog al zwaar uit ziet zegt ze dat is ook zo
maar als dame ze is goed voorzien van ringen en make up heb ik dan ook wel wat
nodig, en mijn haardroger weegt nogal wat, en zonder kan ik niet, want mijn
haar heeft 2u nodig om in de wind te drogen. Ieder zijn plezier denk ik dan
maar en laat de dame aan haar afdaling verder doen .Tijdens onze afdaling valt
het ons op dat het graan hier wel heel erg kort is , de klaprozen steken er
zelfs boven uit. Verder naar beneden zien we bomen met voor ons onbekende
vruchten ook enkele Engels sprekende pelgrims kennen deze vruchten niet. Ik pluk er enkele
af en zeg tegen Mariette ik zal dat in het dorp wel eens oplossen . Als we
beneden in Uterga een man tegen komen maak ik weer gebruik van mijn nieuwe
taal, mensen wat een luxe, in een mum van tijd komen we te weten dat deze
vrucht Almandro is .Amandelen in onze taal, fier als een gieter wandel ik
verder , met het beetje Spaans dat ik reeds geleerd heb komen we toch veel te
weten. In Uterga drinken we koffie om daarna verder af te dalen naar Obamos
waar ik nu in een bar ben met een glaasje wijn terwijl Mariette haar voet laat
rusten , dit verslag aan het schrijven
ben.
In elke mens zit zon . Je hoeft die allen maar te laten
schijnen.
Socrates
Ik wil eerst eens vermelden datsinds we in Lourdes zijn vertrokken bijna
altijd door het Baskenland hebben gewandeld.Een fier volk , de echte Basken wonen da ookin witte huizen met donker rode luiken,
terwijl de mannen niet buiten komen zonder hun zwarte barret. Toen we gisteren
in de gemeentelijke refugeaankwamen en
Mariette even later het interieur aanschouwde zei ze dan geef ik toch liever
wat meer geld uit de volgende maal . Ja antwoordde ik maar dan verlies je wel
het echte gevoel van de camino. We werden gehuisvest met 3 Italianen en die
wisten de stemming er in te brengen. Na een douche en het dagelijkse wasje, trokken we richting restaurant om ons eten
te bestellen. Om stipt 7u zaten we aan tafel met een jonge man uit Toronto en
een echtpaar ergens uit Amerika. Ook al
is mijn kennis van deEngelse taal
gebrekkig aan conversatie was er geen gebrek. Onze Italiaanse kamergenoten
animeerden aaneen andere tafel het hele gezelschap. Nu begreep Mariette wat
het is de camino te lopen, terug keren tot het essentiele en zienwat er
gebeurt. Het was een onvergetelijke en onbetaalbare avond. Een kleine fout die
we in de toekomst niet meer zullen maken is namelijk , vergeet uw fototoestel
niet als je savonds buiten komt. Om 7u30 moet iedereen buiten zijn, toilet
gemaakt of niet, dus om 6u gaan onze ogen open en start het dagelijks ritueel ,
alles opruimen, inpakken en tweemaal nakijken want terug keren om iets op te
halen staat niet op het programma. Een droog stokbrood en een stukje zwarte
chocolade moet volstaan om ons recht te houden tot aan de eerste bar. We keren
terug over de brug van de Arre een smal bospad voert ons steil omhooglangs bloeiende rozenbottel struiken waar
geen einde eind lijkt te komen. Diep onder ons stroomt , denken we de Arre.
Soms lijkt het alsof we door een tunnel van rozenbottels lopen, terwijl er links
en rechts voor ons onbekende bloemen bloeien. Voor ons op een smalle weg ligt
er een zakje met een banaan en zonnecreme in. Zoals heteen goede pelgrimbetaamt nemen we het mee verder. Als we in Anchoriz
de Arre weer oversteken verschijnt er een bar met een mooi terras. Het terras
is reeds goed bevolkt en als ik met ons gevonden zakje rond ga is het snel weer
bij de rechtmatige eigenaar, een van de Italianen die gisteren met ons de kamer
deelde . Na de nodige rust pauze trekken we verder Zabaldika, hier splitst de
camino. Recht door gaat rechtstreeks
naar Trinidad de Arre, wij echter nemen het pad rechts dat ons naar de
prachtige kerk van Estaban voert. Na dit pareltje te hebben bezocht , wandelen
we verder met 2 dames uit Montreal. Zij hebben ook 2 dagen op de wonder mooie
Vie des Piémonts gelopen richting
Saint-Jaen-De-Port om dan daar de Pireneeén over te steken. Na ons bezoek aan
het kerkje worden we nog beloond door de pracht van vele , variérend van wit
naar paars. Als we in Trinidat-de-Arre aanbelanden begint onze maag behoorlijk
op te spelen . Na een broodje en een lekkere koffie , stappen verder richting
Pamplona. De natuur rondom ons verdwijnt en maakt plaats voor snelwegen en industrie,
Pamplona wordt onze overnachting plaats, want Mariette haar enkel begint tegen
te werken. Na de nodige formaliteiten in
de refuge en een flinke wasbeurt trek ik alleen de stad in. Mariette geef ik
verplicht platte rust want we zijn er nog lang niet. Een beetje verloren loop
ik zonder mijn maatje doelloos door deze mooie stad met zijn vele kerken en
oude gebouwen. Nu en dan probeer ik met het Spaans dat ik reeds geleerd heb
toch een praatje te maken , het zal wel niet allemaal perfect zijn , maar toch,
ik ben een beetje fier op mezelf. Van op een prachtig terras in Pamplona de
groetjes en tot morgen
Van tijd tot tijd moeten we een pauze inlassen en
wachtentot onze ziel ons heeft
ingehaald.
Indiaansewijsheid.
De refuge in Roncevalles is super de luxe .Geen stapelbedden
en op de derde verdieping max.2 bedden gescheiden door een wand. Alles is
voorhanden wasmachines, droogkast , aotomaten met voedsel , kortom aan alles is
gedacht. Als we opgefrist zijn trekken we naar het plein met de kerk , er zijn
2 restaurants , uit meer bestaat Roncevalles niet . Als we de kerkdeuropenen is de dienst al bezig , en er is werkelijkgeen cm. plaats meer .Het is al de tweede
maal dat ik deze dienst misloop. Maar het zangkoorna de mis heeft veel goed gemaakt, hiervoor
vinden we nog wel een plaatsje. Eten reserveren in het Spaans gaat vlot met dank aan de leraren Spaans
Kamiel en Léanderin het diensten
centrum van Tessenderlo. We deelden de
tafel met een Braziliaan een Engelsman van 75j een dame van Combodja en haar
Zwitserse partner. De braziliaan sprak enkel Portugeesen een paar woorden Engels , maar toch kwamen
we te weten dat Brugge , Gent , Antwerpen en Brussel in Belgie had bezocht.
Brugge washet mooiste , de
Belgische chocolade en het bier Stella Artois was max. Met Duits , Engels ,
Spaans en wat Portugees viel het gesprek nooit stil. Wij waren bij het aankomen
in Roncevalles doodop , ons respect voor de Engelsman steeg met de minuut. Het
pelgrims menu bestaat uit een pasta als voorgerecht en een forel als
hoofdschotel , en een yoghurt als nagerecht ging er vlot in. Als om 6u deze
morgen de lichten aan gaan en een Nederlandse stem goede morgen wenste voelde
ik geen vermoeidheid meer. Mariette opende haar ogen en ik zag dat het goed
was. Om 7u stonden we buiten klaar om de 27km lange tocht aan te vangen. Zonder
ontbijt(een stukje chocolade en een
halve appel) gaan we over een verhard pad op zoek naar het volgende dorp Auritz
genoemd. Hier kopen we in een bar ons ontbijt om daarna rechts af tussen de
weilanden en boerderijen in het bos te verdwijnen. Een Amerikaanse dame wil
kost wat kost met een boer op de foto. Misschien een idee voor een nieuw tv.
Programma Dame zoekt boer. Met links en rechts van ons de bergen wandelen we
samen met andere pelgrims al keuvelend verder. Verder voor ons loopt een jonge
Amerikaanse de rugzak helemaal scheefop
de rug en op wandelsandalen . Rust wordt ons ook vandaag niet gegund steil naar
omhoog gaat het richting Alto De
Mezkiritz. Tot op dit punt vonden we het
behoorlijk koud , maar hier gaat de fleeceuit en de zonnehoed komt uit de rugzak. Koeien lopen hier los door de
smalle straten om de gras bermen af te grazen . In het volgende dorpje wordt
onze mond voorraad aangevuld, om daarna weer over smalle met stenen bezaaide
wegen verder te trekken. Soms lopen we door een kathedraalvan eeuwen oude buxusstruiken (bomen) deze
zijn beschermd. Ik heb me laten vertellen dat voor deze houtsoort veel geld
wordt betaald door beeldhouwers. Soms veranderd ons bospad in een geplaveid pad
waarscheinlijk goed bedoeld maar zeker geen plezier voor onze voeten. De ene
berg is nog maar net verteerd als de Alto De Erro voor onze voeten wordt
geschoven . Voor ons loopt een Japanner met een grote rugzak waar aan wel 6
plastic zakjes hangen tebengelen en aan
zijn nek torst hij ook nog de nodige foto apparaten. Onze neuzen worden
regelmatig gevuld met de geur van meidoorn en ons onbekende gele bloemen. Als we
na ons middagmaal dat we gebruiken op een zeldzake open plaats in het bos ,
begint Mariette haar enkel tegen te spreken? Maar met een enkelverband en de
nodige rust wandelen we weeral verder. In Zubiri lassen we nog een laatste
rustpauze in om daarna over een afvalterrein van een oude magnesium fabriek
verder te trekken nog 5km scheiden ons van onze slaapplaats. Door prachtige
holle wegen komen we in Larrasoana aan . We delen een kamer met 3 Italiaanse
vrolijke jonge mannen.
17 MEI VAN SAINT-JAEN-PIED-DE-PORT NAAR RONCEVALLES 27KM
Loop langzaam en je vindt altijd weer je zelf terug
Gezegde uit Arabiê
Als we gisteren in Saint-Jaen-Pied-De Port aankwamen was het
nog vrij rustig . In het pelgrims kantoor worden we vriendelijk geholpen , en
worden we van de nodige documenten voorzien om in de pelgrimsherberg te
overnachten. Voor Mariette is dit de eerste keer dat ze zal slapen met meerdere
pelgrims. Als we geinstaleerd zijn trekken we de stad in om inkopen te doen, en
zoeken een restaurant waar ze pelgrims menu aanbieden en zetten ons op het
terras. Om 18u30 beginnen er bus ladingen pelgrims aan te komen, de meeste
vertrekken dan ook hier. Ze komen van over de hele wereld , uitgezonderd 3
landen. Alle andere waren in 2013 hier
vertegenwoordigd. Boven de deur van een pelgrimsherberg zou de volgende spreuk
moeten hangen. Welkom in het rijk van de snurkers!! Enkel toegelatenvoor de goedhartigen !! Ik heb deze nacht
weinig of niets geslapen door een chinese hard snurker. Als ik dit aan Mariette
vertel zegt ze ik heb niks gehoord , ik gebruik oordopjes. Dit kan ik niet
geloven want ik heb dezelfde dopjes. En dan bekent ze dat ze een half
slaappilletje heeft genomen, zo gaat het ook natuurlijk Om 5u begint de chinees al te
bewegen en rumoer te maken in zijn rugzak. Even later begint iedereen zijn
voorbeeld te volgen en om 6u30 zitten we reeds aan het ontbijt. Om 7u starten
we om naar Spanje te vertrekken een oversteek door de pireneeén van minimum 8u
stijgen en dalen. Net buiten de stad gaat het steil omhoog over een breed
asfalt pad. Het is de kunst niet te forceren; als het pad smaller wordt zien we
in de verte de zon opkomen boven de bergen, een wondermooi zicht. Wwe volgen nu
de GR65 of de pelgrims die voor ons lopen, al snel komen we aan een refuge
Honto waar ook veel pelgrims overnachten om van hier uit te starten. Voor en
achter ons lopen nu pelgrims, maar storen doet het niet. Iedere meter moeten we
stijgen en achter iedere bocht komen andere vergezichten tevoorschijn. Na enkele uren komen we aan de
laatste refuge op Franse bodem , de refuge Dorisson. Hier nemen we een
rustpauze met koffie en eten een stuk stokbrood met kaas. Naast ons zitten
vrouwen eentje van Virginia en eentje van Alabama, alle talen worden hier door
elkaar gesproken . Als we verder gaan
ontwaren we steenarend gezeten op een rotsblok, ik denk dat hij zijn jachtterrein
overschoud, wat een prachtige vogel. Gelukkig hoeven we geen filmrolletjes meer
mee te nemen want Mariette weet van geen ophouden, alles moet worden vast
gelegd. De steenarenden nemen weer bezit van het luchtruim en cirkelen boven de
kudde langharigen Manech schapen, die hier samen lopen met de half wilde
paarden. Mariette krijgt niet genoeg van het landschap, het enige minpunt is de
smalle asfalt weg die mee omhoog slingert , maar je hoeft er niet over te
lopen. Alswe aan het Maria beeld
Vierge-de-Biakurri komen is het tijd om onze mondvoorraad weer aan te spreken.
Het wordt een lange pauze, want er wachten ons nog lange en zware kilometers,
we trekken richting Col de Bentante en komen
aan de beroemde Roeland fontein ,
hier is ridder Roeland op het slagveld gesneuveld in het jaar 778. Uit een bron
stroomt ijskoud drinkwater we vullen onze drankvoorraad en trekken verder door
een eikenbos richting Col-de-Poeder waarna we afdalen naar Roncevalles. Na 10u
stappen belanden we moe maar voldaan in de refuge , uitgebaat door
Nederlanders.
Zoals jullie weten heb ik met pijn in het hart en een zeer
pijnlijke voet afscheid genomen van de camino. Ik heb genoten van deze mooie
periode ,de natuur de mensen het was de moeite waard. Voor iedereen die er van
droomt probeer het waar te maken, iedereen uit welk land, of welke taal je ook spreekt, iedereen spreekt
je moed in, of helpt waar het kan. Nu ga ik mij bezig houden met jullie op de
hoogte te houden van onze verhalen . Bedankt iedereen voor de fijne reacties op de blog.
16MEI 2014 VAN SAINT-JUST-IBARRE NAAR SAINT-JEAN-PIED-DE-PORT 26,KM
16mei 2014 Van Saint Just-Ibarre naarSaint Jean-Pied-De-Port26,5 km
Geef je voeten rust , maar ook je hart . Gezegde uit Afrika
.
Onze gastvrouw zat ons gisterenavond voor haar huis reeds op
te wachten. Ze had vaar ons een kamer met 2 tweepersoons bedden. Volgens onze
gids was hier alles voorhanden maar dit was wel even anders. Geen winkelsen de 2 restaurants waren gesloten. Dus werd
ons noodrantsoen aangesproken, een pakje soep pasta met kaas . Voor het ontbijt
konden we nog een half stokbrood kopenvan onze gastvrouw.In het dorp
viel niets te beleven dus na ons lekker diner was het slapen geblazen. Met ons
tweetjes in één bed ieder in zijn eigen slaapzak, lekker toch. Als om 6u de
haan kraait is het tijd om op te ruimen. Als ontbijt eten we de rest van de
pasta +het stokbrood. Om 7u30 laten we alles netjes achter , 2km verder staan
we voor een gesloten deur van een bakkerij, we kunnen het ons niet veroorloven
om zonder eten verder te trekken want hier is de enige plaats om ons te
bevooraden . We wachten geduldigtot de
bakker ,kruidenieren cafebaas zijn
deurenopentWe slaan onze voorraad in voor vandaagen drinken een lekkere koffie, 100m voorbij
de bakker slaan we links af om even verder aan een boerderij rechtsaf de bergen
in te trekken . In onze gids stond te lezen dat we beter niet de oude route
door de bergen zouden nemen, maar over een drukke gevaarlijke weg links van de
rijweg naar Saint-Jean-Pied-De-Port moesten lopen. Voor dit laatste hebben we
bedankt en besloten dwars door de bergen , de veel zwaardere oude route te
lopen. We stijgen nog een paar percentjesmeer dan gisteren, al snel gaat de fleece uit en de zonnebril op, ieder
op zij eigen tempo gaan we de hoogte in. Het is puffen en hijgen en de kunst om
de motorniet in het rood te laten
komen. Van een weg is hier geensprake ,
en de rood witte merktekens worden ook zeldzamer. Maar dit alles weegt niet op
tegen de pracht die zich voor onze ogen ontrold. Grote vogels , gieren en
arenden zweven bovenonze hoofden. In de
diepte ver wegliggen grote boerderijen,
op de achtergrond is nog vaaghet luiden
van een kerkklok te horen. Als we na enkele uren klimmen boven komenworden we opgewacht op wilde paarden enblondevolslanke koeien die rustig hun kalveren laten drinken. Hier nemen we
een rustpauze en genieten van het uitzicht. Overal waar we kijken dus 360° in
het rond zien we bergen. Ver weg hangt er een roze nevelsluier , als dit is wat
we denken (smog) dan is het met mensheid slecht gesteld. Na een ruime rustpauze
trekken we verder , speurend naar de tekens van de GR 78 route , want aan onze
gids of kaart hebben we hierniets. We
vertrouwen volledig op ons gevoel dat alles goed komt. We dalen nu zeer
langzaam en proberen een foto te maken van de roofvogels die soms met 20
tegelijk boven ons hoofd zweven. Ook in de bergen staat de tijd niet stil en
begint de honger zijn kop op te steken . Gezeten op een rots in de schaduw van
een eik eten we als koningen ons middagmaal . In de diepte verwegzien we onze onderdanen hetgras
proberen droog te krijgen, een lust voor het oog. Na een deugd doende voet
verzorging trekken we verder, steeds in dalende lijn nu, maar altijd gevolgd
door de gieren en arenden. Na een tijdje zien we voor ons een asfalt pad
verschijnen maar net op tijd neemt de GR een wending naar rechts en voert ons
weer door een smal pad verder naar beneden . Als we na uren stap plezier
beneden aankomen verschijnt er een bordje einde GR 78 oei !! Maar , goed100m verder vinden we een bordje en voor de
eerste maal vandaag hebben we een duidelijke richtlijn GR68 zal ons na 7,2km in
Saint Jaen- Pied De Port brengen. Maar eerst komen we nog in
Saint-Jean-De-Vieux , waar we een momentrust in acht nemen in de prachtige kerk. Daarna belanden we op een
gezellig terras waar zich ook enkele pelgrims bevinden, onder hen een Bask met
een wondermooie stem, al snel klinkt er een Baskisch lied over het terras. We
zijn nog maar 400m verder als er achter ons twee knallen klinken onmiddellijk
gevolgd door een zwarte rookpluim . Brandweer en ambulance komen aangesneld.
Wij ondertussen begeven ons naar het kerkje van Sainte Madeleine waar we ook
even verpozen . Na een moment van stilte trekken we verder naar
Saint-Jaen-Pied-De Port waar we onderdak gaan zoeken.
Stop als het tijd is om halt te houden (Bouddischtische
wijsheid)
Onze Duitse vriend blijkt een echte wereldreiziger te zijn.,
hij is met zn fiets overal geweest, maar nu met zn elektrische fiets kan hij
alleen nog binnen Europa fietsen, want zijn batterij mag niet op het vliegtuig
en om zijn batterij per vrachtwagen en boot te transporteren lijkt hem te
ingewikkeld. Na een stevige handdruk nemen we afscheid en gaan we ieder onze
eigen weg. Om 7u50 sluiten we de deuren van onze Gite en deponeren we de
sleutel in de brievenbus. Het dorpverlaten we zoals altijdvanaf de
kerk. Na 3km belanden we voor een hek en van dan af wordt het genieten .We
wandelen door kniehoog gras een pad is nauwelijks merkbaar, maar we zijn reeds
geoefend in het bespeuren van de GR tekens .Op het einde van deze passage zijn
onze schoenen proper (toch voor even)als we door een smal hek het lange gras
achter ons laten belanden we op een steil stijgende bosweg die ons naar een
boerderij leidt .Vanaf hier lopen we over een smal asfalt pad tot in het dorp
Garindein vanaf hier krijgen we het gezelschap van een hond (pinkster). Rechts
van de kerknemen we een steile weg die
boven aan een boerderij ten einde loopt. Hier op deze plek worden we
overweldigd door de bergwereld in de verte besneeuwde bergtoppen er voor
bergruggen met sappige weiden en grote boerderijen , heel ver weg boven op een
bergtop zien we een klein wit gebouw , naast ons een vervallen boerderij . We
nemen links een bospad dat verder de bergen in gaat , onze pet met verlengstuk
om de nek te beschermen wordt boven gehaald want de zon brand reeds ongenadig.
Onbekende vogelgeluiden vergezellen ons , en als we even halt houden om de
zangerte zoeken , stopt even snel het
gefluit , als we verder gaan zingt hij weer zijn mooiste lied . In onze gids
staat geschreven volg dezesteigende
weg tot aan een boom dit lijkt me heel gevaarlijk. Maar uiteindelijk komen we
bij onze boom ,waar we stil wordenvan
alle pracht die zich voor ons ontplooid. In de verte blijven sneeuwtoppen
zichtbaar , terwijl wij hier boven tussen fel gekleurde bloemen lopen. Maar we
kunnen niet altijd met ons hoofdomhoog
lopen, we dalen af door een smal pad bezaaid met rotsblokken , èèn misstap en
ons avontuur is teneinde . Als we even laterbeneden komen gaan we nog voorbij een
boerderijen een camping om zo in
Ordiarp terecht te komen. In deze romaanse kerk nemen we even detijd om een kaars te laten branden voor een
goede vriendin. De weinige mensen die we tegen komen willen bijna allemaal een
praatje maken , deze gelegenheid laten we nooit voorbij gaan . Iedereen
hieris wel eens in Lourdes geweest maar weinigen hebben
de voettocht naar Santiago al in de benen. We verlaten het dorp over de poort
van Ordiap om direct rechts verder te stijgen naar de Col dEhutza terwijl
boven in de straalblauwe lucht roofvogels rondjes draaien brand de zon
verschroeiend op onze hoofden, ik voel de huid in mijn gezicht precies
krimpen.We moeten voorzichtig zijn met onze drankvoorraad .Er wordt ons geen
rust gegund op deze voordurend stijgende of dalende wegen ieder streepje
schaduw zoeken we op . Als we toch even blijven stilstaan om te bekomen van de
reeds geleverde inspanningen , worden we telkensstil en kunnen alleen maar wijzen om aan te
duiden waar de ander moet naar kijken . Overal kruipen of lopen hagedissen
veschrikt weg , uitgezonderd één, hij laat zich door ons niet verjagen en
blijft gewillig zonnebaden zodat Mariette een foto kan nemen. Als we ergens een
schaduwrijk plaatsje vinden is het tijd om de innerlijke mens te
versterken.Schoenen en kousen worden
uitgedaan om onze voeten de hoognodige rust te schenken. Stokbrood en kaas isreeds dagenlang ons middagmaal vandaag is het
niet anders.Na het middagmaal stijgen we verder en zien in de verte dewitte stip van deze morgen,steeds duidelijker worden . Als we
uiteindelijk op de Col dEhutza aankomen moeten we links af naar beneden , en
de witte stip die uiteindelijk een kapel is ligt nog 200m hoger . Ikstelaan Mariette voor om hier op mij te wachten,
want ik wil nog hoger om de kapel te bezoeken.Even zie ik een aarzeling in haar
ogen .maar ook zij zet aan om aan de klim naar de kapelbeginnen, éénmaalbovenworden we getrakteerd op een prachtig panorama nu zijn we volledig
opgeslorpt door de bergen. Achter de kapel van Saint Antoine in het zonnetje
zetten we ons bij een groepje vrolijke Fransen , hier brengen we en gezellig
uurtje door,tussen mensen die weten te profiteren van het leven alles moeten ze
weten en er wordt wat afgelachen dit is een van de mooiste momenten op onze
tocht tot nu toe. Bij het afscheid vertel ik hen van het gezegde bij ons .Leven
als god in Frankrijk. Hiervan hadden ze nog nooit gehoord , maar als ik hen
vertel dat ik nu het gezegde volkomen begrijp schokken ze van het lachen. Al
lachend nemen we afscheid om terug te keren naar de col dEhutza waar een
gevaarlijke afdaling op ons ligt te wachten . Misstappen zijn hier niet toe
gelaten want dan rol je gegarandeerd enkele honderdenmeters naaronder, na een dik uur komenwe
vermoeid beneden en is onze water voorraad bijna op gebruikt. Nog een uur lopen
over een smal asfalt pad scheidt ons nog vav Saint Just Ibarre waar een bed op
ons wacht. Doodop maar overgelukkig en met lege drinkbussen komen we op onze
bestemming aan.
Ons mams is al een tijdje aan het sukkelen met haar voet (dat deel moet ik nog typen) en met pijn in het hart heeft ze moeten beslissen om naar huis te komen. Morgen (woensdag 28 mei) stapt ze op de vlieger om naar huis te komen. Onze papa zet haar op de vlieger en stapt dan dapper verder.
Ik ben er zeker van dat ze volgend jaar wel samen weer een poging ondernemen of ze zoeken een andere bestemming, want die twee kunnen niet zonder te wandelen.
De wijsheid van het leven bestaat uit het uitschakelen van onbelangrijmke dingen (gezegde uit China)
Gisteren avond hebben we een bezoek gebracht aan de kerk.
Dit dorp bestaat uit een kerk waarvan men van heinde en verre naar een
lichtshow komt kijken over het leven van de pelgrims.
Verder zijn er twee restaurantjes en 80 inwoners.
De restaurantjes zijn open in het weekend, dus hebben we gisteren zelf ons
potje gekookt, en nog wat geprofiteerd van de laatste zonnestralen en dan naar
bed.
We hadden trouwens de refuge weer voor ons alleen. Voor 13euro per persoon
zorgt de gemeente ervoor dat je als pelgrim kan slapen, douchen en koken;
probeer dit bij ons maar eens te vinden.
Deze morgen zijn we na het ontbijt om 08:08h vertrokken.
30Km na de kerk puften we reeds omhoog door het bos, een weg was er niet, wel
karresporen tot 60cm diep. Eénmaal boven was het tijd om te drinken en onze
fleece op te bergen.
Langzaam stijgend ging het nu verder over een smal asfalt-pad.
Als we op het einde van dit pad naar rechts afbuigen zien we in de verte de
bergtoppen door de wolken steken, terwijl we vol verwondering staan te kijken
verdwijnen langzaamaan de wolken en komen de bergen in al hun glorie te
voorschijn.
Hun besneeuwde flanken schitteren in de zon. Nu de wolken verdreven zijn, zien
we voor ons glooiende bergweiden verschijnen met hier en daar een dorp
verscholen achter enkele bomen of een bergrug. Op het einde van deze smalle
asfaltweg stuurt de GR78 ons door een smalle poort, een holle weg van max. 60cm
breed, langs sappige weiden begroeid met talloze bloemen.
We duiken de diepte in, op het diepste punt word ons geen rust gegund, door een
andere poort en een andere holle weg kruipen we terug omhoog.
Hier en daar ontwaren we een vervallen boerderij van een keuterboerke.
Holle wegen, dieptes en hoogtes wisselen elkaar af tot we uiteindelijk op een
smal asfaltpad belanden. Hier word ik opgewacht door een woest blaffende hond.
Ik waarschuw Mariette dat ze rechts van mij moet lopen, met mijn wandelstok in
de hand klaar om ons te verdedigen stappen we verder. Uiteindelijk heeft hij
het begrepen en geeft de hond ons een
vrije doorgang.
Enkele honderden meters verder nemen we een rustpauze op een rotsblok.
Blijkbaar is dit de zonneplaats van talrijke hagedissen.
Als we ons op het rotsblok neerzetten zien we overal hagedissen wegvluchten,
maar de verleiding van de zon is te groot, na een paar minuten komen ze ons
terug vergezellen.
Mariette aanschouwt hun manier van zonnebaden terwijl ik het volgende verhaal
verzin voor onze kleinkinderen.
Het verhaal van de
lelijke boom
Heel, heel lang geleden toen de aardbol nog niet helemaal af
was, vond onze lieve heer nog een grote open vlakte in Buzy in Frankrijk.
Mensen leefden er toen nog niet op deze plaats. Hij besloot op een nacht een
bos te schapen( toveren). Het bos bestond uit beuken en eikenbomen, die recht
naar de hemel groeide om trots met hun kruinen te wiegen. Maar ergens bijna in
het midden van het reusachtige bos stond een boom krom gegroeid met grillige
takken. Zijn stam stond vol met builen en bulten en goed 1 m van de grond was
een gat in de stam. Terwijl de andere bomen strots en zwijgzaam naar boven
groeide en op alles hoogmoedig neerkeken, had onze lelijke boom een speciale
gave ontwikkeld of gekregen. Hij kon namelijk praten met de dieren. Op zijn
kronkelige takken speelden eekhoorns enkwamen volgels uitrusten na een lange
vlucht. Aan zijn wortels zaten konijnen, vossen en soms beren vredig naast
elkaar te luisterennaar wat de boom te vertellen had. In het gat va de boom
hadden bijen hun huis gemaakt waar ze van de heerlijke nectar van de bloemen
honing maakte. Op hun beurt deelden zij hun honing met bruintje de beer, want
die was verlekkerd op honing. Zo ging het honderde jarenvredig zijn gangetje.
Tot op een dag een krijgsheer op zijn paard door het reisachtige bos kwam
gedraafd. hier in Buzy bouwen we onze burcht sprak hij tot zijn onderdanen.
Maar om een burcht te bouwen had hij veel hout nodig en zijn onderdanen eten te
geven had hij landbouwgrond nodig. Zo besliste hij op een dag om in dit bos de
mooiste bomen om te hakken, voor het bouwen van zijn burcht. Zo zou er ook
plaats vrijkomen om aan landbouw te doen. Na een tijdje kwamen de houthakkers
wel heel dicht bij de plaats waar onze leleijke boom stond. De dieren hadden
gehoord dat de volgende dag onze lelijke boom zou worden omgehakt voor
brandhout. Ze gingen met zn allen naar de lelijke boom om dit onheil te
vertellen. Onthutst aanhoorde hij hun verhaal, maar wat kon hij in hemelsnaam
doen. Hij die altijd zo goed geweest was voor de dieren, ze allemaal een thuis
gegeven had en ze getroost had wanneer het nodig was.
Die nacht barste er een hevig onweer los boven het bos, een
harde donderslag onmiddellijk gevolgd door een felle bliksemschicht, die zich
vlak voor de wortels van de boom in de grond boorde, gaf de lelijke een
wonderbaarlijke kracht .Plots kon hij zijn wortels bewegen en al wiegend kon
hij zich voort bewegen. Ren, ren zo snel je kan riepen zijn vrienden de
dieren.Toen de trotse hooghartige bomen onze lelijke boom zagen wegrennen,
trokken zij uit alle macht aan hun wortels, maar helaas geen enkele kon
vluchten. Ze zouden sterven om een burcht te bouwen.
Tegen de vroege morgen kwam onze lelijke boom doodmoe aan
bij een oude vervallen boerderijtje, hij had nog juist de kracht om zijn
wortels diep in de vruchtbare grond te graven. Wat schrok hij toen het oude
arme boerke, dat hier woonde met zijn vrouw en zeven kinderen,s morgens buiten
kwam met een enorme bijl in zijn handen en recht op hem af stapte.Net toe hij
zijn eerste houw in de boom wilde kappen kwam zijn jongste dochter buiten en
riepnenen papa neen, dat is onz eboom de mooiste van de hele wereld, wij
willen daar een huisje in bouwen. En zo komt het dat onze lelijke boom nog
altijd met de dieren kan praten, terwijl in zijn kruin kinderen spelen in een
prachtige boomhut. De boom leefde nog lang en gelukkig met de dieren samen met
de boerenfamilie, die nu zoveel jaren later nog altijd op dezelfde plaats wonen.
Einde verhaal en einde rustpauze. We vertrekken verder over
een breed bospad,, steeds hoger. Rechts van ons gaapt de afgrond, links groeien
statige beuken. Op deze weg spot Mariette haar eerste franse ree, komt het door
het schrikken, wie zal het vertellen, éénmaal boven kunnen we niet meer verder
en beseffen we dat we op onze stappen moeten terug keren. Gelukkig zien we na
een paar honderd meter waar we fout zijn gelopen en komen we na een steile
afdaling door een smalle holle weg weer op een asfaltweg terecht. Deze brengt
ons uiteindelijk in Maulien Licharre.
Oh ja we hebben gepicknicked in de berm van de D2 tussen
muntblaadjes (heerlijke geur). Vannacht hebben we in de gitte het gezelschap
van een 77 jarige duitser die in Portigal langs alle heiligdommen is afgefietst
en zo verder naar Santiago en nu verder naar Lourdes fietst. Hij weet nu nog
niet wat hij gaat doen als hij in Lourdes
aankomt.
13 mei 2014 dâoloron-saint-marie â lâhopital-saint-Blaise 26 km
Rust is het loslaten van het verleden en de toekomst en het
laten gaan van angsten (Ebo Rau)
Voordat we gisteren het centrum van Oloron introkken namen
we een rustpauze op de place Saint piere. Op deze plaats vochten vroeger de
ridders ter paard met hun lans om ten gunst te komen bij de dames van adel. De
rue centuelle brengt ons bij de kerkSaint-croir, hier in deze prachtige kerk
met Arabische invloeden laat onze camera ons in de steek(flits werkt niet). Om
de oude kathedraal Saint Marie te bezoeken moeten we eerst langs heel wat
trappen de diepte in om even later over het water weer fel te klimmen. In deze
sobere kathedraal worden nog enkele kunstschatten zeer streng bewaakt. Onze stempel bekomen we hier van een al wat
oudere kerkbewaarder.
Bij onze speurtocht naar onze slaapplaats is nog maar eens
bewezen dat toeval niet bestaat.Recht over de kerk staan naast elkaar twee
gezellige terrassen. Een pelgrim is ook maar een mens en dus besluiten we om
een lekkere capucino te gaan drinken. Als ik naar het rechtse terras afzak zegt
Mariette laten we dat linkse nemen. Als ik dan aan de ober vraag of hij ons
kan zeggen waar de refuge zich bevindt, antwoord hij Ik zal u dadelijk alle
info geven en ook de code om binnen te geraken, want ik ben de
verantwoordelijke, deze avond na 20:00 kom ik afrekenen, geen toeval hé.
In de refuge ontmoeten we Roger en José weer de twee
pelgrims die bij ons op het vliegtuig zaten, samen maken we er een gezellige
avond van. Ik vermoed dat we er weer enkele vrienden bij hebben.
Deze morgen zaten w , naa een goede nachtrust, samen mer
Roger en José, een Nederlandse studente van 19 j, een mexikaanse , een franse
dame en nog enkele fransmannen aan de ontbijttafel.
Onze start is aan de oude kathedraal Roger en José gaan een
andere kant op om over de somport weer op de camino frances te komen in Puenta
La reine. Wij daarentegen gaan verder naar Saint-jean-pied-de-port om daar de
oversteek naar Roncevalles te maken.
Vanaf de kathedraal tot in Moumour, het volgende dorp,lopen
we over asfalt wegen. Hier is het tijd om onze regenkleding te testen. Goed
beschermd tegen de natuurelementen duiken wij vanaf het dorp de diepte in naar
het stadspark, een park met eeuwen oude eiken, een echte rustgevende plaats. Na
de pont César gaat het weer even stijl omhoog. Puffend en hijgend moeten we
éénmaal boven onze regenkleding uitdoen en onze zonnegril opzetten. Hier
verlaten we de asfaltwegen om over een smal pad door het bos verder te gaan.
Nog geen twee kilometer verder hebben we onze regenkledij alweer aan. Als even
later de zon weer schijnt en we langs een struik met boerenjasmijn komen , kan ik
de verleiding niet weerstaan en pluk ik een flinke tak om aan Mariette haar
rugzak te hangen(dat noemt iemand in de bloemetjes zetten). Vandaag geen
bosaardbeien als voorgerecht. In Aren aangekomen is het tijd om iets eten. In
het stadspark nestelen we ons op een bank in het zonnetje, zoals altijd doen we
ook nu onze schoenen uit. Als we ons laatste stukje brood op hebben, moeten we
met al ons hebben en houden in een bushokje vluchten voor een naderende
regenbui. Tegen de wind, maar draag, gaan we even later verder. 2 km later
stuurt de gr ons het bos in, het begint nu echt te stort regenen en binnen 1
minuut is mijn 11 euro broek door en door nat. We lopen door een prachtig bos,
soms op een oerwoud lijkend, afgewisseld met kreupelhout. De weg wordt
gevaalijk glad en de volgende 10 km worden loodzwaar. Het bospad kronkelt,
daalt en stijgd voortdurend, de lemen ondergrond en de gladde rotsen beltten
ons om veel rond te kijken. Uitgeput komen we om 16:00 aan in Lhopital-saint-blaise
, waar we in een gemeentelijke refuge een plaatsje hebben gereserveerd, het zal
niet laat worden vandaag;
Wie door het rijk der dromen durft te lopen, bereikt de
waarheid (Johann Wolfgang Von Goethe)
We waren reeds fris gewassen gisteren avond als de camping
eigenaar kwam aanrijden. Zoals telefonisch beloofd bereide hij een maaltijd
voor ons, Pasta, een spiegelei, lekkere tomaatjes met brood en kaas en om de
dorst te lessen een fles rode wijn. Na een goede nachtrust in onze privé
blokhut stond hij om 07:30 voor onze deur met het ontbijt. Dampende koffie,
zelfgemaakte confituur van framboze en honing en als afsluier een chocolaatje,
en jullie maar denken aan ons, arme sukkelaars .
Om gisteren de camping te bereiken moesten we 5 km van onze
route afwijken, dus werden we door onze campingbaas netjes afgezet op onze
startplaats. Om 08:30 verlieten we Buzy, langs een beekje dat zwart zag van de
jonge forel. Even verder op hadden we het genoegen om met een keuterboerke een
praatje te maken.
Ook al ben je wat ouder zolang je iets bijleerd is alles in
orde. Gisteren was mijn broek doornat van het lange gras, dus vandaag rol ik ze
op tot net onder mijn knieën. Nog voor we één grassprietje tegenkomen. De GR 78
loodst ons even buiten Buzy door een karrespoor langs sappige weiden. Links van
ons zien we in de verte de bergen terwijl de vogels hun mooie serenades voor
ons zingen. luister eens zegt Mariette de vogels zijn net zo blij als wij.
Al wandelend door de weilanden verschijnen de grote
boerderijen met echte koeien(geen dikbillen). Als we in Oyeu-les-bains aankomen
staat de kerkdeur al open, hier branden we nog een kaarsje op vraag van
zoveleom onderweg toch maar eens aan hen te denken. Vele dorpen zien er
verloederd uit, maar hier in Oyeu-les bains is alles aanwezig, zelfs een dansschool.
Een breed bospad brengt ons naar de picnicplaats de 4 eiken,
waar de sporen van een uit de hand gelopen feest nog goed zichtbaar zijn. Het
breed pad gaat over in een smal kronkelend pad waar aan weerszijde de wilde bloemen zich van hun beste zijde tonen.
Als er een open plek komt zien we steeds in de verte de bergen.
Onbekende vogelgeluiden omringen ons en zelfs Mariette kent
niet alle namen van de bloemen die steeds talrijk opduiken. Het is bijna 12 uur
als aan onze rechterzijde de bosaardbeien te voorschijn komen. Dus als
voorgerecht nemen we bosaardbeien en op een boostam doen we ons te goed aan een
Frans brrod vergezeld van sardines in olie, wat kan men zich nog meer wensen.
De resterende kilometers lopen we langs een snelstromende
rivier of door een oerwoud om uiteindelijk over de duivelsbrug in Oloron te
belanden. Voor we in Oloron aankomen cirkelen er 3 gieren boven ons hoofd ofwel
zien wij er op sterven na dood uit ofwel zien die gieren bijna blind.
Elk mensenleven is een reis, en reizen is een kunst (Libert
Van der Kerken)
Een prachtige avond gehad gisteren in Bruges.
Een studio op het 2de verdiep deelden we met een fransman.
Aangekomen in Bruges gingen we op zoek naar mevrouw Péricou, deze vriendelijke
dame had voor ons twee slaapplaatsen in een prachtige studio.
Eenmaal geïnstalleerd en fris gewassen trokken we door het dorp op zoek naar
wat eetbaars.
Paté en een halve liter rosé wijn leek ons een goed idee, samen met wat stokbrood
vormt dit alles een heerlijke maaltijd.
Terwijl we op het terras van een aftandse bar genoten van een glas wijn, zien
we in de verte een pelgrim naderen, ook hij heeft gehoord van het goede
onderkomen bij mevrouw Péricou.
Mariette spreekt dan wel geen Frans, maar ze wil wel alles weten.
Onze franse vriend is wel een speciaal iemand. Wonend in Parijs is hij reeds
voor de 12de keer onderweg naar Santiago.
Hij is leraar in de lagere school en geeft les van september tot februari, de
rest van het jaar is hij onderweg, al stappend wel te verstaan.
Geld of bezit heeft hij niet, speciale ervaringen des te meer.
Zoals het een echte fransman betaamt spreekt hij enkel Frans. Tegen
anderstaligen gebeurt het met handen en voeten, en een tekening erbij.
Uiteindelijk liggen we alle drie om 20h30 in onze bedden op zoek naar het
dromenland.
Deze morgen wist onze vriend nog niet waar hij vanavond zou gaan slapen, hij
stapt ongeveer 40km en zoekt dan een slaapplaats. Bij mooi weer is dat in zijn
tent.
Wij hebben het zekere voor het onzekere genomen en een plaatsje besproken in
Buzy op een camping. De baas zou zelf pas komen rond 19h, maar hij zou een plakaat
op een deur hangen met pelgrim Julien afwachten maar.
We vertrekken in een druilerige regen. 200m buiten de dorpskern leidt de GR78
ons over een smal pad en knie-hoog gras de hoogte in.
Hier wordt het verschil tussen een arme en een welstellende pelgrim snel
duidelijk.
Mijn wandelboek van 11euro is binnen de kortste keren kletsnat.
Terwijl bij Mariette het water geen vat heeft op haar dure waterafstotende
broek.
Het is algemeen bekend dat de GR routes niet de gemakkelijkste zijn.
Maar ze zijn zeker de mooiste. Eénmaal boven in de weiden krijgen we prachtige
vergezichten te zien om even later in Migafet aan te komen.
Hier staat de kerkdeur uitnodigend open, dus gaan we even goede dag zeggen.
Door de kleine ramen is het heel donker in de kerk en is er van het interieur
weinig of niets te zien.
Na Migafet lopen we vervolgens 8km over kronkelende paadjes en houten
bruggetjes dwars door het bos. Fel stijgend en dalend staan we meermaals
puffend stil. Maar wat een pracht valt er ons hier in de regen te beurt.
Kronkelende beekjes, bloemen waarvan we de naam niet kennen en fel groene varens
en dat alles terwijl de vogels ons begeleiden met hun gezang.
Mariette heeft zin in chocolade die normaal boven in haar rugzak zit, rugzak
afdoen is geen optie (te nat en te veel modder) en ik ik vind het natuurlijk
niet, dan maar verder zonder chocolade.
Tot we even verder langs de rechterkant van de weg, tot onze grote verbazing,
bosaardbeien vinden.
Mensen, dat smaakt. Ons moeder had gelijk van die blote knieën.
Tijdens de afdaling naar Saint-Kolonne blijven we regelmatig staan om
bosaardbeien te plukken.
Het is net of er een engeltje op je tong pist, zo lekker.
Als we uiteindelijk in Saint-Kolonne aankomen stopt het met regenen.
Ook hier staat de kerkdeur open, het is ondertussen 12h en na ons bezoek aan de
kerk stel ik voor om twee stoelen uit de kerk te nemen en onze boterham buiten
in het kerkportaal op te eten.
En dan gebeuren de wonderen van de Camino. Bij ons levert dit een GAS-boete op
(arme politici, ik wou eigenlijk onnozele politici schrijven, maar Mariette van
dit een beetje overdreven. Dus, arme politici hou u aub bezig met wat ons
aanbelangt en niet met futiliteiten om uw gemeente- of stadskas te spijzen)
Terwijl wij gezeten op onze kerkstoelen aan het genieten waren van ons
dagelijks brood, komt er een dame naar ons toe met de vraag of het niet te koud
is, en of we geen zin hebben in koffie of thee.
Een kopje koffie lijkt ons heerlijk. Geef me de tijd om de klokken te luiden
zegt ze, en dan breng ik jullie koffie. Even later komt ze terug met twee dampende
kopjes koffie, koekjes en chocolade eieren. Als ik haar bedank en zeg dat we in
Compostella aan haar zullen denken is ze de hemel te rijk.
Even aan mij denken en een gebedje doen, zegt ze; want onze familie heeft het
heel moeilijk op dit moment.
Bij ons vertrek zetten we kerkstoelen samen met de lege kopjes terug in de
kerk, want daar komt ze straks alles weer ophalen. Onze dag kan niet meer stuk.
Aardbeien plukkend wandelen we langzaam richting Buzy waar ons bedje wacht.
soms hoor ik Mariette achter mij tegen de koeien praten, die ze met naam
aanspreekt.
Zouden die koeien zo slim zijn dat ze nederlands verstaan? Wie weet, de
wonderen zijn de wereld nog niet uit.
Dit is geschreven voor ons buitenverblijf in het zonnetje.
Gisteren avond waren we niet alleen bij de paters. We hebben de kamer gedeeld met een nederlander, een echte ancien, ieder jaar is hij wel ergens onderweg voor minimum 1 maand. Een aangenaam man, hij is ook half Belg, want zijn vrouw is van Turnhout.
Na een frans ontbijt zijn we deze morgen vertrokken in Béttharam, direct stijl omhoog langs de kruisweg. Niet zomaar een kruisweg, iedere statie wordt afgebeeld in een echte kapel. In 2016 bestaat deze kruisweg 400 jaar en dus zijn de kapellen aan restauratie toe. Maar ook deze paters zijn niet van gisteren, iedere gift hoe klein ook wordt sterk aangemoedigd.
Al stijgend (wat had je gedacht) worden we langs de kruisweg getrakteerd op prachtige vergezichten, terwijl ook hier de wilde bloemen niet ontbreken.Op het einde van de kruisweg met de gekruisigde christus en de moordenaars bevind zich een kerkhof waar overwegend geestelijke hun laatste rustplaats gevonden hebben. Een eind van de kruisiging staat een grotere kapel ter ere van de verijzenis, in deze kapel wordt de mis nog opgedragen.
Van hieruit gaat onze tocht verder door het bos tot we terug op een asfaltweg belanden aan la croix des hauteurs, waar we een schitterend vergezicht krijgen op de besneeuwde bergtoppen. We volgen steeds de GR 78, die ons langs prachtige plaatsen leidt. Soms staan we stil om naar het zingen van onbekende vogels(althans voor ons) te luisteren, even later moeten we stoppen om naar het sjirpen van de krekels te luisteren.
Plots bevinden we ons in het oude Jougoslavië waar tijdens ons verblijf de krekels nooit ver weg waren.
Mijn moeder zaliger heeft me dikwijls gezegd "gij manneke, gij moet onze lieve heer bedanken op uw blote knieën", toen wist ik niet wat ze bedoelde, maar nu begrijp ik het des te meer. Als je hier in het midden van al deze pracht kunt lopen met iemand die je heel dierbaar is, dan moet je daar dankbaar voor zijn, want zo vanzelfsprekend is het allemaal niet. Terwijl we enkele kilometers voor dorp Asson in de berm naast de weg een rustpauze nemen cirkelen er plots ietwat zwarte vogels in de lucht. Volgens mij gieren, maar niet volgens Mariette, die promt haar verrekijker boven haalt, of het nu gieren of buizerds zijn, we moeten verder. In Asson belanden we op het terras van een café - restaurant, hier wordt het probleem van de gier opgelost. De potron verteld ons vakkundig dat men het verschil van de gier en de buizerd ziet aan de vleugels, want inderdaad in de verte vliegt een gier zoekend naar een kreng van een wild dier of een koe, terwijl dichterbij een buizerd door de lucht zweeft. De patron is de vriendelijkheid zelve en helpt ons aan een adres voor de nacht (een voltreffer zou later blijken). Als dank nemen we hier ons middagmaal (kip met patatjes en sla). De kip is een kippetje, maar met de patatjes en het brood eten we toch ons buikje rond.
Het zicht op de besneeuwde bergen is prachtig en als ook de vlinders en de salamanders verschijnen zijn we de koning te rijk, na 15 km en 6 uur stappen komen we in Bruges aan. Ja je leest dit goed, ongeveer 2,5 km/u gemiddeld, maar wel genoten tegen 200 km/uur.
Na een slapeloze nacht van 4 uur was er belgerinkel om 02:15. Mariette kwam op het lumineuze idee om koffie te zetten, kwestie van wakker te worden of fit te geraken, want slapeloze nachten kunnen vermoeiend zijn.
Waarom ben ik in godsnaam toch zo zenuwachtig?
Als nonkel Patrick om 02:50 op de stoep staat zegt Mariette "3 uur is 3 uur, ik moet nog koffie drinken en schoenen aandoen !!"
Amaai ik besef nu al dat het aanpassen zal worden, maar ja ik heb ook tijd genoeg de volgende weken.
Wat is het prettig vertoeven op de high way 's morgens in de vroegte. Feilloos loods nonkel Patrick de wagen van tante Marleen langs de weinige trucks. Nog even onze juiste weg zoeken op de luchthaven om daarna te genieten van een Java koffie in een kartonnen beker, en zo gaan onze eerste een andere richting uit.
Als we later de daling naar Lourdes inzetten krijgen we uit het vliegtuig een prachtig zicht op de besneeuwde toppen van de Pyreneeën. Plots besef ik dat we ergens over deze reus moeten geraken.
Een shuttlebus brengt ons voor 2 euro tot in Lourdes waar we op het infokantoor een stadsplan van Lourdes , een kaart tot in Sint-Jean-pied-de-port en een telefoonnr bekomen om een plaats te reserveren deze nacht, allemaal met de glimlach en gratis.
We zijn nog nooit in Lourdes geweest, en men had ons gewaarschuwd voor de comercie, maar wie hier enkel de commercie ziet heeft hier eigenlijk niets te zoeken. De vele zieken en of gehandicapte mensen die samen met hun vrijwilligers hier troost en hulp zoeken, dat is Lourdes.
Wij zelf hebben hier een aantal kaarsen gebrand en onze gedachten laten afdwalen naar hen die een specifieke wens hadden. Na een bezoek aan de kerk, de grot en het bijwonen van een openluchtmis, waar honderden zieke samen met hun begeleiders intens genieten van deze viering zijn wij op pad gegaan naar Bétharem. Na amper 500 m liepen we al de verkeerde richting uit.Smalle paadjes zijn altijd verleidelijk, maar op het einde van het paadje stonden 2 dames met een sleutel te zwaaien, met de vraag of wij het poortje wilde sluiten.Dit hebben we beleefd geweigerd, want we wisten niet of het de sleutel van de hemel of hellepoort was. Wijselijk op onze stappen terugkerend vonden we na enige honderden meters de juiste weg. Rechts van ons stroomde de gave du piau, links was de berm begroeid met alle soorten bloemen, zelf Mariette wist niet de namen van al deze prachtige bloeiers. Tot in Saint-Pé-de-Bigorre werden we vergezeld door de gave Du Piau, prachtige bloemen zonder namen, de koekoek en ontelbare andere muzikanten. Uiteindelijk kwamen we zonder ruzie maken aan in Bétharam, waar we nu op een terrasje van een goeie pint genieten.
Voor hen die het toch niet willen geloven, ik heb zelf mijn was gedaan en dit relaas geschreven. Tot morgen
Het wordt nu wel kort dag. Nog tweemaal slapen en dan is het zo ver, als alles goed gaat dan staat nonkel Patrick hier om kwart voor drie s' morgens op de oprit. De geschiedenis herhaalt zich bij mij, terwijl Mariette de rustigheid zelve is verschijnen bij mij weer allerlei kwalen. Typische stres pijnen. Iedere dag komt er nu wel iemand aankloppen met het verzoek om een kaars te branden onderweg. Natuurlijk gaan wij dit doen, want niet iedereen heeft het geluk om zomaar te kunnen te vertrekken. Deze laatste week voor ons vertrek is zonder te wandelen verlopen zo kunnen we goed uitgerust starten, hopen we toch. Het is echt ongelooflijk wat er nog allemaal moet gebeuren, de dagen lijken plots te kort te zijn. Vandaag nemen we nog afscheid van onze kinderen en kleinkinderen, om morgen in alle rust alles nog eens op een rijtje te zetten. Twee jaar geleden bij mijn eerste tocht, toen nog alleen, was ik meer ontspannen, want als er toen iets misliep was ik alleen er de dupe van. Want het is zoals het is iedereen vraagt maar zal het wel lukken voor Mariette? En of het voor mij gaat lukken lijkt iedereen vanzelfsprekend te vinden, terwijl dat helemaal niet zo is. Wij zijn van zovele factoren afhankelijk dat het ook nu wel een niet te voorspellen belevenis gaat worden. Dus laten we alles maar zoveel mogelijk op ons afkomen, en genieten we van de mooie momenten als deze zich voordoen. Aan allemaal die niet meegaan, houd de moed er in, en als alles volgens plan verloopt zien we elkaar binnenkort weer.
Aan hen die ons niet kennen. Wij zijn twee prille zestigers, verliefd op het leven en voor een fikse wandeling zijn we snel verleid. Meer is er echt niet te vertellen, zij die ons wel kennen weten dat dit de zuivere waarheid is. In maart 2012 ben ik thuis buiten gestapt en alleen naar Compostela vertrokken terwijl mijn vrouw, Mariette nog ijverig aan het werken was. Na drie maanden bereikte ik het einde van de wereld en de bodem van mijn geldbeugel. Daar aan het einde van de wereld wist ik reeds dat dit niet de laatste keer zou zijn, maar wat ik niet wist was het feit dat ik Mariette had besmet had mijn bacterie. Begin dit jaar heeft zij het arbeidersbestaan vaarwel gezegd samen met mijn plannen om naar Rome te lopen. Drie maanden zonder onze kleinkinderen is een beetje van het goede teveel voor haar, dus werd er gezocht naar de gulden middenweg. Als lid van het Vlaams Compostela Genootschap kan men iedere zaterdag in Mechelen terecht om met ervaringsdeskundigen te praten over het pelgrimeren naar Compostela en daar werd ons de mogelijkheid toegereikt om van uit Lourdes te vertrekken. Twee minuten en dertig seconden later stond ons besluit vast, Lourdes leek ons ideaal als vertrekpunt voor onze pelgrimage. Ondertussen heeft Thomas Cook ons beloofd om ons op 9 mei naar Lourdes te vliegen. De rest zullen we zelf moeten doen. Dat Sint Jacobus de pelgrims een warm hart toedraagt blijkt nog mar eens uit het volgende. Op een nacht werd mijn nicht Magda door Sint Jacobus gewekt met de vraag of haar rugzak die werkloos al een tijdje in de kast lag Mariette niet kon vergezellen naar Compostela. Ondertussen is de rugzak al tientallen malen in en uitgeladen, vele kilometers in binnen en buitenland heeft hij de achterkant van Mariette versierd om uiteindelijk dikke vrienden te worden. We zijn nog niet aan onze pelgrimstocht begonnen en Sint Jacobus waakt al over ons, een rustgevend gevoel noem ik dat. De nodige gidsen en wandelkaarten zijn aangekocht, het internet is afgeschuimd naar nuttige informatie. Nog enkele weken resten ons om nog wat kilometers te vermalen afscheid te nemen van familie en vrienden om dan samen aan ONZE pelgrimstocht te beginnen. Een tocht die niet loopt van punt A naar punt B, maar hopelijk een tocht met een open kijk naar iedereen die we onderweg ontmoeten en een innerlijke reis naar onszelf. De start in Lourdes zal beginnen met het branden van een kaars, daarna is het aan ons om de kaars brandende te houden.
Bedankt beste lezer om deze blog te bezoeken, we hopen om wekelijks onze belevenissen met de postduif te versturen richting thuisfront, want pelgrimeren is volgens mij ook een beetje afstand doen van ons luxe leventje, dus voor ons onderweg weinig of geen hotels maar refuges waar we samen met de medepelgrims snurkend en winden latend iedere avond de nacht in duiken.