Het is raar,
ik werd deze morgen pas wakker om 7h30. Mijn trouwe vriend syond zoals iedere
morgen naast mijn bed (waar zou hij ook naar toe gaan zonder mijn sterke
schouders?) Ik heb nu een zee van tijd voor me liggen. Alles gaat in slow motion,
als ik na het ontbijt in het bus station aankom zet ik mij op een bank en begin
te schrijven. Ik laat de eerste bus aan mij voorbij gaan, maar de tijd tikt
ongenadig verder (daar heb ik tijdens mijn tocht wekenlang niets van gemerkt)
en dus komt er een tweede bus. In de luchthaven laat ik mijn vriend een nieuw
pak aanpassen zodat hij veilig naar huis kan reizen. Ikzelf hou me bezig met
schrijven en mensen kijken. Als ik ben ingecheckt en de douane voorbij ben voel
ik plotseling en enorm gemis, het is alsof ik tussen al deze mensen totaal
alleen ben, ik mis mijn vriend op mijn schouders en hoop maar dat hij goed
behandeld wordt. Nog een koffie en wat eetbaars moet nog kunnen voor ik in die
gapende muil van dat grote beest stap. Zwevend tussen hemel en aarde sluit ik
mijn ogen en hoop dat er op het einde van mijn reis iemand op me wacht.
Alles is
niet verlopen zoals wij het gepland hadden, maar dat wil niet zeggen dat we moeten
stoppen met plannen maken. Integendeel uit het onverwachte kan ook iets moois
ontstaan, en daarom gaan we nu al op zoek naar onze volgende camino.
Ik wil nog
de bloemen de bergen de prachtige vergezichten de mensen onderweg mijn warme
bedden en wat nog allemaal bedanken.
Maar bovenal
mijn vrouw die me alleen liet verder gaan.
Onze
kinderen en hun partners die ons in alles steunen.
Onze
kleinkinderen met hun geopende armen als we weer thuiskomen.
Kennissen en
vrienden om hun verwonderden blikken als ze horen wat we van plan zijn en om
hun aanmoedigingen als we onderweg zijn.
Al de mensen
die de moeite namen om deze blog te lezen, ik hoop dat ik jullie niet verveeld
heb en geloof me vrij het is allemaal nog veel mooier als je zelf onderweg
bent; Twijfel dus niet te lang en wacht niet op later want die komt vroeger
bij je langs dan je zelf wilt en dan is het misschien te laat.
BEDANKT, AAN ZIJ DIE IK VERGETEN BEN
EN TOT LATER.
20JUNI VAN MUXIA NAAR SANTIAGO DE COMPOSTELA BUSREIS
Eerst wil ik
afscheid nemen van een goede vriendin die ons en later mij altijd heeft
vergezeld.
Klaproos.
Wekenlang was jij onze trouwe
reisgezel.
Wij zagen u voor het eerst, als een
tengere stengel met een groen knopje.
Zomaar ergens langs onze weg.
Iedere dag knikte jij vriendelijk goede
morgen.
Op een dag opende jij voorzichtig uw
deurtje.
Daarna werd jij iedere dag mooier.
En pronkte jij, zoals het een dame
betaamt met uw schoonheid.
Elke morgen toverde jij, als mooiste
onder de bloemen een glimlach op ons gelaat.
Toen ik later noodgedwongen mijn
tocht alleen moest verder zetten.
Maande jij mij aan, ook al waren mijn
stappen zwaar, om vol te houden.
Nu zoveel weken later, zie ik met
spijt in mijn hart hoe uw krachten u ontglippen.
Geen medicijn, water of wat dan ook
kan u nog helpen.
Langzaam, één na één leg jij uw
blaadjes uw schoonheid neer.
Maar weet, mijn trouwe reisgezel.
Jouw steun en gezelschap staan voor
eeuwig in mijn geest gegrift.
Jij hebt trouwens niet voor niets
geleefd.
Daar, waar jij nu sterft staan
volgend jaar uw kinderen ons op te wachten.
Uw laatste blaadje vond ik s avonds
ergens onderweg naast mijn bed.
Vaarwel vriendin vaarwel.
Dwalend door
compostela ontmoet ik Roger en José weer, samen zijn wij gestart in Lourdes en
hier op de laatste dag van mijn tocht ontmoeten wij elkaar weer. Terwijl ik
morgen huiswaarts keer trekken zij nog verder naar Finisterre en Muxia. Het
wordt een gezellig onderonsje, en we spreken af om elkaar niet uit het oog te
verliezen. Nu de kaarsen gebrand zijn en sint Jacobus zich buigt over de
meegebrachte wensen voel ik mij een beetje overbodig in deze wriemelende stad
en keer terug naar mijn refuge om alles eens rustig te laten bezinken.