Van uit de spoed wordt Wout naar de pediatrie gebracht in afwachting van de overbrenging naar Leuven. De pediater vangt me even op. Drukt me op het hart dat Leuven de beste plaats is, dat hij ook voor Leuven zou kiezen als het over zijn kind zou gaan. De sociaal assistente is bij ons. Mijn man komt aan. We vallen mekaar wenend in de armen en proberen ons meteen weer sterk te houden voor Wout. Wout is ongemakkelijk, beseft ook niet wat hem overkomt. We proberen duidelijk te maken dat alles wel goed komt, dat Leuven het beste van het beste is. En dan komen de mannen van de ambulance de kamer in met een draagbaar. Het gaat weer richting spoed waar de ambulance staat. Wout wordt erin geplaatst, ik kan mee met de ambulance. Mijn man, die ondertussen wat kleren gehaald heeft, komt met de auto achter. Een lange rit. Mijn gsm in de hand. Berichten sturen... 'onderweg naar Leuven. ze vermoeden kanker bij Wout...' Dan komt Gasthuisberg in zicht. Nooit eerder geweest. Nu langs de spoed binnen. Door gangen. En dan op een kamertje, 404. Buikchirurg komt nog langs... Oncologie gaat over gezwellen, zegt hij. Kan van alles zijn: gewone infectie, goedaardig gezwel, kwaadaardig gezwel.
Dromen we? Worden we straks wakker en is alles weer zoals vroeger? Zowel Wout als ik hebben dat gevoel voor we die avond inslapen... Het is een ontzettend moeilijke nacht. Een lieve nachtverpleegster. Een berg vragen. Wat is er toch aan de hand?
En Sarah?? Die kan niet zonder mama... hoe moet dat nu?