Ganda-Roma MMXIII of EDUGO Glorieux fietst naar Rome
Bestaan er ook
wielergoden?
Ik moet er dikwijls aan denken dat Rik De Saedeleer,
begenadigd reporter als hij was, toch geluk had in zijn carrière: als onze
nationale ploeg teveel kansen verkwanselde of slecht verdedigde was zijn moment
gekomen om zijn voetbalgoden te aanroepen.
En dikwijls, ja zelfs heel dikwijls luisterden die goden
naar hem en kon hij zijn langgerekte, intussen dikwijls nagebootste maar niet
geëvenaarde 'goaoaoaoaoaoaoal' de wereld insturen, en daarmee die voetballers
stuwen naar nog meer van dat moois.
Geluk had hij, die Rik. Zijn collega's van de wielersport
daarentegen moeten het de laatste jaren stellen met een aantal veel minder
ijzingwekkende sportieve hoogtepunten: een zeldzame spectaculaire demarrage,
een paar meer of minder erge valpartijen, een millimetersprint met veel getrek
en geduw, de koers was en is gecontroleerder. En toch.
Als je de renners als valken van een alpen col buiten
categorie naar beneden ziet stuiken, ben ik altijd weer overtuigd dat er toch
ook wel "wielergoden" bestaan. Michel Wuyts aanroept ze in elk geval
niet luidkeels maar beperkt zich tot een tommeke doen.
Maar misschien doet hij het wel in stilte, wat zijn goed
recht is. En ook het onze.
Ik vraag me af wat zich in de hoofden van die 7 EDUGO-mannen
zondag bij hun vertrek op het St. Pietersplein afspeelde. Een zware
contradictie is het, niet? Door het jaar heen jonge snaken naar de wereld van
de wetenschap en de techniek loodsen, overgoten met een sausje algemene kennis
en menselijkheid, en nu dan? Op 16 dagen naar Rome fietsen?
De door beroepsrenners gevreesde passages zoals de Ballon
d'Alsace hebben ze zich zelf voor de wielen geschoven. Wat drijft hen om hun
veilige klas of werkplaats te ruilen voor het zwetende bestaan van een fietser
in de zomer. Hoe sterk zijn die zeldzame fietsers die kromgebogen over hun
stuur geen wedstrijd kunnen winnen want er is geen wedstrijd, om even Tim
Krabbé te parafraseren?
Onderweg zullen ze op mekaar wachten. De één zal roepen
"Allez, kom", de ander zal
antwoorden: "J'arrive".
Maar ze zullen samen over de meet komen op St. Pietersplein in Rome. Wie zal
dan hun ongetwijfeld grote vreugde kunnen beschrijven als ze oog in oog staan
met Franciscus' huis? Welke goden zullen zij dan aanroepen?
Of hadden ze genoeg met een kaars aan de Mariagrot vlak bij
de school? Wie zal het zeggen?
Waar ik wel zeker van ben is dat hun overtuiging hen zover
zal brengen. De overtuiging te weten dat de opgehaalde centen volgend
schooljaar hun noodzakelijke weg zullen vinden naar zij die met minder geluk
door het leven moeten, maar toch de eerlijke kansen krijgen om te genieten van
de wereld van techniek.
Succes mannen!
|