Een grote streep licht aan het einde van de Zwitserse tunnel
't Zijn rare jongens, die Zwitsers. Het ontwaken in Bern-Stettlen beloofde alweer alle goeds. We konden echter niet voorzien dat een reeks tegenslagjes die dag ons deel zouden worden.
Gezwind de fiets op, gekleed voor de gelegenheid in roze shirt. Roze? Jawel. Collega Nathalie treedt vandaag in het bekende bootje en verklapte ons dat haar trouwkleed roze zou worden en dat de dresscode voor die heuglijke dag "a touch of pink" zou zijn. We mochten dus niet onderdoen en lieten ons op de gevoelige plaat vastleggen... in het roze.
Iets later dan de vorige dagen stoven we de Bernerstrasse op en slechts 108km (WW) wegen zouden door onze wielen geteisterd worden. Later zal blijken dat de zo mooie wegen van Zwitserland onze wielen teisterden.
En geleid door onze GPS kon er niks misgaan. Of toch?
Die Zwitsers hebben waarschijnlijk enkele wegen opgebroken of verlegd zodat TomTom en Google en Garmin en RouteU geen passend antwoord konden geven bij nogal wat splitsingen. Alle wegen leiden naar Rome maar je moet ze zelf wel zoeken natuurlijk.
Hoe dan ook, onze logistieke ploeg had een meer dan romantisch hoogtezicht uitgezocht voor onze eerste stop: een fantastisch uitzicht op de Thuner See. Snel herbevoorraad met water en andere lekkernijen vingen we het tweede deel van de etappe aan onder een stralend blauwe hemel. Opgefrist door een licht briesje reden we gezwind richting Kandersteg. Met de fiets de trein op om een oninneembare berg te trotseren.
Na een kwartier donkerte, ja echte duisternis ontwaakten we aan de ander kant van de heuvel. Afdalen dan maar. Tunnels. Tunnels. Tunnels. Gelukkig niet echt gevaarlijk maar wel eng. Moet je absoluut niet doen als je zelfs maar een vleugje claustrofobisch bent.
Coach Stefaan trakteerde ons op een derde lekke band, maar gelukkig was Peter alweer onverwacht en ongevraagd in de buurt. Hij had weer eens niet geluisterd naar Bompie's goede raad: "Rij maar door, prepareer het hotel maar".
De aankomst in het hotel was toch verontrustend: Claudine en Peter waren niet te speuren. Gewoonlijk wachten ze ons daar op met fotoapparaat in de aanslag maar niet dus.
De Zwitserse hotelbaas moest in allerijl nog een beetje toveren maar toverdedan uiteindelijk toch het witte konijn uit zijn hoed: 2 appartementjes in plaats van 4 hotelkamers. Schitterende kerel, die hotelbaas.
Och, we hadden een beetje technische tegenslag vandaag maar de rit was adembenemend mooi, vol van landschapsindrukken om nooit te vergeten.
We hadden een prachtig lijflied gevonden voor de rit van vandaag: "Mijne velo" van vriend Willem. Ik citeer ''k dèe hondert per ure nuchter of zat, natuurlijk berg af en de wind ....... van achter'n". Die honderd is er hier wel eventjes over. Met Captain zijn 74 heb je meer dan genoeg.
Sluiten uiteraard doe ik graag met de quote van de dag:
"in de tunnel heb je altijd het achterlicht van wie voor je rijdt: zoek dus een maat als je door een tunnel gaat".
Deze morgen
liep als een geoliede machine, we werden wakker met een heerlijk deuntje van de
coach. Na het vervangen van een afgesleten band konden we samen nog even opwarmen
op het ritme van de Combiné Franky: "Qui a volé mon chocolat".
Na een
hartverwarmend afscheid van gastvrouw Stephanie konden we beginnen aan onze koninginnenrit
of beter gezegd de rit van El Capitano. Deze keer werd het peloton aangetrokken
door de kopman, hij zette perfect aan en de gespannen mannschaft volgde in zijn
zog. Al snel stonden we aan de grens van het beloofde (zwitser)land.
Wonderbaarlijk maar na zes superdagen rijden we het land van Fabian in. Als Spartanen
reden we binnen in zijn thuisland, de grenscontrole verliep ietwat moeizaam, ja
die Zwitserse wachten zijn geen broekschijters.
Na een kort
maar intens afscheid van La Douce France begonnen we aan de eerste col van 1ste
categorie. De roze tape van benjamin Dries bleek niet goed aangespannen maar
toch bereikten we samen die eerste top. Tranen van geluk rolden over de wangen
van jullie kapitein, het is als thuiskomen ver weg van huis. Vol adrenaline
stortten we ons in de snelste afdaling aller tijden. Klaar voor beklimming 2
ging dit gezelschap de vallei door. Daar wachtte ons echter ons eerste obstakel
van de dag. De vermaledijde Zwitsers waren bezig de bewuste col te verleggen en
dus konden we niet door de Gorges de Pichoux. Na een kort maar duidelijk
gesprek met een lokale bergbewoner moest het superschip van koers afwijken maar
niets is te veel om ons doel te bereiken al waren de gevleugelde woorden van de
local: "Attention, ça monte dur.
Vol moed
begonnen we aan het "ommetje". Excuseer meneer Quintana, 't is niet
omdat we eventjes 20km rondrijden dat ook het aantal cols ook toeneemt. Dus
wachtte er ons enkel nog de col buiten categorie vooraleer ons einddoel van de
dag te bereiken.
Voor we
vertrokken naar de "omleidingscol" werden we nog aangesterkt door een
boodschap van onze inspirator. Hij, en dus wij, dragen deze rit op aan alle
kinderen als Hadjar, een kind als alle andere maar toch buitengewoon omdat hij
door 2 prachtmensen opgenomen wordt in een warme nest en zo de kans zal krijgen
om zich echt te ontplooien Want daarover gaat deze Ganda-Roma expeditie. Nee,
het draait niet alleen om de centen die we inzamelen. Ja, we doen het voor de
jeugd, voor onze kinderen die kansen moeten krijgen te kunnen opgroeien tussen
warme mensen.
Daar gaan we
dan, geen vallei te diep, geen berg te hoog, niets kan ons stoppen om in Rome aan
te komen al beleven we elk moment als een unieke ervaring. Zelfs Bompie vergeet
niet tijdens het klimmen de landschappen te bewonderen en toch niet stil te
vallen.
De 3de
col werd vol moed ingereden en al stond het verzet van Le Combiné te zwaar
afgesteld, stoppen doen we niet. Elkeen met zijn eigen talent rijd deze col op
als een strijder en daar kan een Kapitein alleen maar trots op zijn.
We genieten
hier, alweer tranen van geluk en zo zetten we de puntjes op de i en sluiten deze
tocht af met enkele prachtige vergezichten. We rijden laat maar voldaan het
eindstation binnen en laven ons aan de nodige liters recoveryvocht.
Dank u wel,
mannen, copains voor het leven. Ik kan me geen andere equipe bedenken om deze
uitdaging tot een goed einde te brengen al is het voor mij nu al geslaagd.
Sluiten doe
ik graag met de quote van de dag: "als ik nog lange zuu vuurs doe, krijg'k
nog billen lijk een koebieste
Het heeft
misschien iets met de nederigheid van onze lage landen te maken, maar wij
hebben maar kleine ballonnetjes: Signal de Botrange of Baraque Fraiture of
Ferme Libert in Mont. Zelfs Toon durfde slechts te zingen over "een ballonnetje dat danst in de
wind"
Als je hier
in de Elzas over "un petit ballon" - letterlijk vertaald - praat,
gaat het duidelijk over de welgekende kermisballonnetjes. Als je echter over
"le Ballon" praat, weet iedereen dat het over die fameuze col gaat
die dikwijls opduikt in de Ronde.
Stress was er
gisterenavond wel, toch? Anekdotes werden weer tevoorschijn getoverd: over Eddy
Merckx in '69 toen hij de rest van het peloton op minuten reed en aartsrivaal
Ocana met vier ploegmakkers naar boven werd gestuwd. Bloed zweet en tranen. Of
van de Tourwinnaar, René Pottiers, die twee jaar na een zwaar ongeval boven
zichzelf uitsteeg door alsnog de Tour te winnen. 1906 schreven we toen. Zijn gedenkplaat
vind je op de top van "le Ballon".
Hoe zullen
onze EDUGO-kannibalen deze col trotseren?
Een vroege
start verraste iedereen met een nijdige klim in de bossen rond Remiremont. Vlak
bij de start van de beklimming van de Ballon was onze eerste stop voorzien. Om
nog eens te kunnen tanken vlak voor het "echte" werk: suikers, zout,
een aquarius om door te spoelen en een fruitcompoteje. Niks aan het toeval
overgelaten dus. En een mooie afspraak: ieder op zijn eigen tempo naar boven en
zeker niks forceren. Want hier verliest niemand. Hier winnen alleen onze
leerlingen en hun families.
Onze
volgwagen controleerde het hele gebeuren en zou niemand aan zijn lot overlaten.
Maar dat
alles was overbodig. Alle zes deden ze de klim en waren letterlijk en
figuurlijk in de wolken toen ze boven kwamen. De eerste prijs was een
ballonnetje, de zesde prijs ... een ballonnetje. De zoenen van
finish-schoonheid van dienst Claudine werden dan ook in dank
"afgenomen".
René Pottiers
is het grote voorbeeld van coach Stefaan. Hij kent het hele verhaal over die
legendarische Tourwinnaar. Bij zijn volgende interview vertelt hij het gezwind
opnieuw en zal wat graag de foto tonen waar hij naast zijn favoriet prijkt....
boven op de Ballon.
Bompie werd
na de afdaling ook heel even op de rooster gelegd en verraste het gezelschap
door te zeggen: "Awel krije liever naar bove dan noar beneën".
En Dries, die
startte met een spierscheur in de kuit, reed zonder moeite naar boven dank zij
de weerzinwekkende massage die hij de avond voordien had gekregen.
Franky, hij
is waarschijnlijk verwant aan die kleine uit Mere die ook ooit de Tour won.
Alleen, Franky wordt niet in het dranghekken gereden want er waren er geen.
En Ivan,
machtmens, hij was zeer waarschijnlijk de allergelukkigste: "Ik ben gene klimmer"
was zijn zuchtend en proestend commentaar. Durft hij zeggen nadat hij al vijf
dagen onverdroten de kop doet.
Ik weet echt
niet goed met wie ik captain Jeroen moet vergelijken: Froome, Wiggins,
Bahamontes, Rik I of Rik II? Hij heeft van al die grootheden toch wel het beste
deel geërfd. Hij is daarbij ook nog een geboren optimist want ook hij kwam
boven"letterlijk" in de mist.
Morgen onze
koninginnenrit: 145km, drie ferme cols, aankomen in Zwitserland en uitkijken
naar de raclette aldaar.
En bedenk dat
je beter het ballonnetje van Toon oplaat dan een figuurlijk ballonnetje. Dat
van Toon danst in de wind aan zijn draadje naar de zon.
Vandaag dag 4,
Toul Remiremont goed voor een 121vlotte km. Alvorens de rit aan te vatten
namen de GR-trappers afscheid van linspirateur, jawel, onze Kazze, Fré, lAfricain.
De man die aan de basis ligt van dit evenement dat door sommigen op hoongelach
werd onthaald, gaat even de batterijen opladen in ons Vlaanderenland om vanaf
volgende week woensdag opnieuw onze compagnon de route te worden. Zoals we
reeds elke dag deden en zullen blijven volhouden tot we Rome binnenbollen en
dan nog, stonden we even bij zijn wijze achtergelaten opdracht stil nie pleuen
mannen, jullie zijn gewoon nie gewoon, speciaal.
Te Toul werd
ook reeds eens gepauzeerd bij een krantenkiosk zodat Fransicus nu reeds via
onze blog kan zien wie hij te verwachten heeft.
Met zon en
ook wat regen op het aangezicht maar vooral veel wind werd op een door onze
kapitein gecontroleerd trapritme de dag etappe afgewerkt. We reden het
département des Vosges binnen en alweer merkten we een aaneenschakeling van
wisselende decors waarbij het ons opviel dat inderdaad het gras altijd groener
is aan de andere kant van de heuvel, als beloning van de beklimming.
Voor 2013
hebben wij tevens een nieuw werkwoord voor den dikken Van Dale : iemand of een
groep mensen, al dan niet met de fiets; vooruitfluiten. Korte verklaring van
de verslaggever van dienst en tevens trappend lid van de groep: vooruitfluiten
is na een calorie- en koolhydraten rijke maaltijd mensen terug in beweging
brengen met een zeer schril fluitsignaal. Staan blijven is dan immers quasi
onmogelijk.
Elke stop is
niet alleen een uitnodiging om even op adem te komen maar tevens de sociale
contacten met het thuisfront (of andere fronten) te onderhouden. Sommigen
stonden erop om dit illustratief bevestigd te zien op onze blog.
Zeer tevreden en met de gedachte dat reeds meer dan 500 km
onder de wielen zijn door- geschoven werd Remiremont binnen gereden. Claudine
en Peter van de assistentie wagen wachtten ons zoals altijd met het fototoestel
in de aanslag op. Zoeken naar een douche, bed, recovery (elk met zijn
specifieke smaak !?!) hoeven we niet te doen.
Gezien morgen le Ballon dAlsace wacht, smeden sommigen plannen
om morgenvroeg het ventiel op te sporen en hem te laten leeg lopen en werden de
stalen rossen liefdevol onder handen genomen en klaar gestoomd voor de nieuwe
uitdaging die ons morgen wacht. De coach stopte zijn bikelief zelfs onder voor
de nacht met een zacht dekentje. Wie gaat hier morgen voordeel uit halen?
Quote van de dag: Als je klimt en
je merkt dat je naar beneden rijdt ben je niet goed bezig.
Vandaag dag
3, volgens de kenners de eerste moeilijke dag van het komende 3-luik: de
krampen zouden in onze gespannen ledematen vrij spel kunnen krijgen, het was
dus bang afwachten wat de dag zou brengen. Op het terras van Monsieur Arnaud
van het Hôtel du Saumon werden de stalen rossen in eerste instantie minutieus
geïnspecteerd door "El Capitano" Jeroen, de kettingen werden met
precisie ontvet en opnieuw voorzien van een blinkend laagje vers olie zodat ze opnieuw
glimlachten in de ochtendzon. Nadat onze coach zijn dagelijks praatje gedaan
had tegen zijn bikelief, werd de rit door Pietro op gang gefloten.
Op de
voorgrond kleurde de hemel een palet van lichtblauwe tot donkerblauwe kleuren,
in de volgwagen maakten we ons reeds zorgen over de komende wolkbreuken. En
gelijk hadden we, de coach zijn woorden indachtig, "het is hier toch
opvallend groen"?
Maar goed, de
weergoden hielden zich gelukkig nog in en produceerden enkel een aangenaam maar
strak windje, dat toch onze aangestoken kaarsen voor Jesse niet uitgeblazen
kreeg. In zijn zo bekende en onnavolgbare stijl, gaf onzen Chief het beste van
zichzelf toen hij een tekstje improviseerde voor Jesse, aan wie we deze dag
opgedragen hebben, het overleden zoontje van Noortje en Tom, 2 zeer goede
vrienden van onze Kapitein Jeroen. Maar wees er maar zeker van, Jesse gaat mee
met ons tot over de streep in Rome!.
Halfweg de
rit werden onze helden getrakteerd op een wolkbreuk als nooit tevoren. Gelukkig
was de stop voorzien aan een boerderij, waar we van de gastvrije landbouwers de
vrijheid kregen om gebruik te maken van hun erf en onze lunch konden nuttigen
onder het afdak van een vervallen stal. We voelden ons als padvinders op de
fiets. Er was dan ook geen ontkomen aan, allen de regenvestjes aan, en hup de
fiets op, de regen in. Zulke weersomstandigheden zorgen steeds voor een extra
mythisch karakter van onze tocht.
Bij het
opklaren van de hemel werden onze renners de laatste hoogtemeters van de dag
voorgeschoteld. De volgwagen werd uitgerust met het oranje zwaailicht en boven
op de top van de laatste heuvel werden onze cyclisten opgewacht voor een extra
aanmoediging van de 3-koppige logistieke equipe. Boven op deze laatste col was
er een eerste klein akkefietje tussen de tank Ivan en de coach Stefaan, over de
millimeters op de finishfoto, waarop volgens ingewijden wel te zien was dat
onze tank net een vierde van een wielomtrek sneller was! Sorry coach, het zal op
de ballon moeten gebeuren vrezen we:).
Dries, onze
poulain van de bende, had op het terras in Toul, onder het waakzame oog van
serveerster Emeline, de quote van de dag: "Ik heb spieren ontdekt waarvan
ik niet wist dat ze bestonden".
Deze ochtend
zijn we onder een loden ochtendzon vertrokken vanop de Grand Place in Walcourt
richting de graanschuur van Frankrijk. De rit van vandaag werd door onze
kapitein opgedragen aan Ria, Emma en Bernadette, de 3 tantekes van Jeroen die
hij reeds lange tijd emotioneel ondersteund omwille van hun slepende ziekte.
De spieren in
de onderste lagen van onze kuiten werden onmiddellijk op de proef gesteld door een
pittig klimmetje bij de eerste slagen van onze pedalen. De longen vulden zich
stelselmatig met de steeds warmer wordende lucht, de klokken van de nabije
kerktorens sloegen pas 10 uur, en de renners voelden de zweetdruppels reeds
vanop hun voorhoofd vallen op hun opengesperde oogleden, zo warm kondigde de dag
zich aan.
Bij een
eerste stop werd het dagprogramma dan ook onmiddellijk aangepast met het
inlassen van een extra drinkpauze en de tijd om de snel opgedronken bidons
vocht opnieuw bij te vullen.
Bij een
gemiddelde temperatuur van 32°, in een meer dan heuvelachtig landschap was het
op bepaalde momenten meer stampen op de pedalen dan rijden op souplesse. Met
geluk telkenmale een schitterend verzicht op de als het ware van hoger hand
uitgestrooide "baleaus" (de 2 meter opgerolde strobalen). De
rometrappers genoten met volle teugen van wat zij "de natuurlijke
kunst" noemen.
Na de
zoveelste helling volgde al snel de quote van de dag van Nimme:"Ik heb nog
teveel tanden om op mijn tandvlees te zitten", met andere woorden, onze
helden zijn niet zomaar klein te krijgen. De Ballon d'Alsace is bij deze reeds
gewaarschuwd, het moet gezegd worden, de eerste mythische col waar onze
fietsers echt naar uitkijken.
Na de soms
zeer persoonlijke recoryshakes te hebben genuttigd aan het hotel in Buzancy,
hebben we met pijn in het hart maar tegelijk ongelooflijk voldaan en met grote
trots Frank uitgewuifd richting het vlakke Vlaanderen.
De gastheer
van het hotel du Saumon, Arnaud, heeft
ons tijdens het avondeten meer dan in de watten gelegd. na het nuttigen van een
perfecte salade gourmand, kregen we ook nog een serieuze lap
"koevlees" voorgeschoteld, met pasta of frietjes, de diehards onder
ons kozen natuurlijk voor de pati, dixit de hotelbaas:).
Morgen dag 3
en zoals Claudine opmerkte, tijd voor misschien wat extra magnesium in het
gekoelde water? We kijken er alvast naar uit welke avonturen onze bende morgen
tegemoet gaan, maar dat lezen jullie dan tussen nu en 24h.
Bonne Nuit
(ps: Nimme heeft 2 "verres du vin rouge" geprobeerd om toch eens te
kunnen sluiben. (= Zaffelaars voor slapen).