Ik zou wel eens willen weten, waarom
is Rome zo ????
Na zestien
dagen knokken tegen weer, wind, zon, uitdroging, tekort aan zout of suiker,
teveel aan zweet en tranen en na een dagje recovery en een bezoek aan de
grootste bezienswaardigheden van Rome, zijn we allen weer langzaam tot onszelf
aan het komen. Onze ciclisti moesten weliswaar nog overschakelen van
wielrennersbenen op voetgangersbenen, maar onder de deskundige leiding van onze
gids Jo, was het een gemakkelijk te volgen wandeltempo, waarbij we geen
recoveryshakes meer nodig hadden nadien. Wel was er nog een kort interview voor
de RAI, de Italiaanse staatszender, we zijn zowaar hier op TV geweest!!
Ons
camionette is door Peter en Jeroen herbouwd tot fietsen- en
valiezentransporter, de plopkoeken niet te na gesproken. Plop???. Jawel: Plop.
Hij was ongeweten onze vaste short circuit voedstervader. Honderden van die
kabouterdingen hebben we in ons kraag gespeeld. Dankbaar dus dat Plop erin
geslaagd is om op zo een stille manier onze hongeraanvallen te stillen en onze
magen tot rust te brengen. Alleen mag Plop in de komende tien jaar onze Franky
niet tegenkomen of Gert (Verhulst nvdr) moet een nieuwe kabouter toveren.
Zestien
dagen hebben we over onszelf gepraat en dus is het hoog tijd om het even onze
thuisfronten te hebben.
Wat
bijvoorbeeld met Frauke en de twee kleine Driesjes? Zullen de kleine pagadders
zo laat uit hun bedje mogen blijven om de nieuwgeboren berggeit te verwelkomen
na het grote papa-gemis?
Hoe hard
heeft zijn Kisha het gekraak van de balkondeur gemist als onze coach naar het
toilet moet des nachts?
Het moet
een ware vuurdoop geweest zijn voor ons Tania, zo al die lange dagen haar
zorgende Ivan te moeten missen en ondertussen te zorgen dat beton en stenen
aangevoerd en verwerkt worden.
En wat met
de onmetelijke lochting van ons Buumratte? Zal zijne lochtink onder de handen
van vrouw en zonen er nog deugdelijker uitzien dan voorheen?
Ignaas met
zijn drie paggadders, hoe hebben zij de afwezigheid van ons Els verteerd? Is de
verbouwing nu echt helemààl af? Zijn de nieuwe schooltassen gekocht? De
pennenzakken bijgevuld met de nodige pennen en potloden?
Hoe verging
het Jeroens doktertje? Zestien dagen en steeds verder verwijderd van Il
Capitano. Ze zal er zijn, straks. En indien nodig de eerste zorgen toedienen.
Voor onzen
Bompie kwam het allemaal een beetje vroeger in orde. Hij belde zijn Bobonne op
het St. Pietersplein om het heuglijke nieuws van de aankomst te melden maar
zijn ogen lieten het afweten want de schermdonkerte van zijn smart-speelgoedje
liet hem niet toe het juiste nummer te selecteren. Dan maar met de telefoon van
de Tourdirecteur gebeld en Lilly antwoordde Ah maar k heb u zien komen. Oeh?
Wadde? Zien komen? Ik zag nooit eerder zo een blij weerzien. Die Bompie toch!
En Fré. Hij
luisterde naar Anja en de dokters. Een verplichte ommetoer voor zijn
noodzakelijke maandelijkse gezondheidskuur deed hem de das om. Maar
LAfricano-Italiano kwam terug, zag en overwon. Veni, vidi, vici. Als coureur,
tifoso, bezieler. Anja en de kindjes kunnen dus gerust zijn.
Claudine en
Peter hadden het op het eerste zicht iets eenvoudiger. Zij waren bij elkaar,
maar toch heel dikwijls gescheiden wegens verschillende activiteiten rond de
renners. Dus ook voor hen is er een periode aangekomen van een meer dan
verdiende quality-time.
Straks,
rond acht uur in Charleroi zullen we het allemaal voor onszelf weten: het
weerzien in Brussels South zal grandioos worden. Wie komt ons daar nog
opwachten. Zal Charleroi dezelfde stemming van enthousiaste supporters
ontketenen als bij het vertrek in Gent?
Niks kan
nog stuk. Bedankt thuisfront dat je ons zo goed volgde, reageerde, bezorgd was.
Straks . Tot straks als we mekaar niet groeten in Charleroi, zal het misschien
zijn op de slothappening van Ganda Roma.
We nemen
als redacteuren de beslissing om deze laatste blog niet te eindigen met een
quote van de dag, maar met de leuze van onze expeditie: het is niet het aantal
kilometers dat telt, maar de liefde die we in elke kilometer gelegd hebben,
vrij vertaald naar Moeder Teresa, diezelfde liefde en zorg die we dagelijks in
onze leerlingen steken, want het is en blijft voor hen dat we het doen, dixit
Bompie .
Hierbij wil
ik mijn dierbare collega blogger Jarrive bedanken voor zijn steeds
gevleugelde woorden, die tegen een deadline steeds op het computerscherm
moesten verschijnen! Jarrive dankt op zijn beurt LAfricano voor hetzelfde,
ook wij zijn blij dat onze blog eventjes op pauze gaat, tot een volgend
project .. .
Beste lezers, bij mondde van mijn dierbare mederedacteur Il
Pietro en mezelf, LAfricano, willen we jullie nu al uitnodigen voor de blog
van morgen, waarin we u beide met plezier zullen trakteren op een
slotbeschouwing van onze onderneming.
Maar laat me toe om deze voorlaatste blog nog alleen af te
haspelen, omdat ik de afgelopen 16 dagen een bijzondere positie mocht innemen,
meer bepaald, ik heb de eer gehad om mee te mogen rijden met onze atleten
enerzijds, en anderzijds genoot ik de eer om als een VIP de koers te mogen
volgen vanuit de wagen van de sportdirecteuren.
Deze ochtend vertrokken we vanuit Marta -- geef toe lieve
volgers, wat een schoonheid van een naam van destartplaats voor deze laatste etappe --, naar Rome.
Bij ons allemaal, zowel bij onze ciclisti als bij onze
sportdirecteuren, merkte ik een klein nervositeit, een beetje gelijkaardig als
deze van de ochtend van 4 augustus, onze startdag. Na het beest van de tocht
van gisteren, kondigde deze Champs Elyséérit zich dan ook aan als een zacht
gekookt eitje, temeer elke afgelegde kilometer de laatste was.
Maar toch, de warmte speelde vandaag meer dan zijn part. Een
niet aflatende golf van zonnestralen en zonnewinden teisterden de ondertussen
bruingeblaakte armen en benen van onze renners, en dat voor een laatste keer.
Het is alsof Helios, de zonnegod, het wist dat we een laatste keer op tocht
waren met onze stalen rossen.
Eigenlijk is het bij hoofde van een normaal rationeel
denkend wezen, die onze expeditie even onder de loepe zou nemen,ondenkbaar dat we na Zwitserland en de toeren
in en rond de Simpele Pas, ook nog eens Italië zouden doorkruisen.
Eens binnen de landsgrenzen van de spaghetti-eters, word je
immers geteisterd door zwermen aan daezen, ondraaglijke hittegolven, bergpassen
en colletjes waarbij de Ballon dAlsace verschrompeld wordt tot een simpele puist,
de benidorm basterds en oververhitte parkwachters aan een simpel Torentje
dateen beetje scheef staat.
Maar op het op zijn Gents te zeggen, de gasten pleujden
nie, en met de vaste tred van de afgelopen dagen stoomden de Ganda
Rometrappers door naar de poorten van Sint-Pieter. Il Pietro toverdein de volgwagen ook nog eens zijn laatste kunstjes
uit zijn mouw om de irritante mobilhomes duidelijk te maken dat ze niet gewenst
zijn.
Samen met zijn moglie toverde hij voor de laatste keer een
schitterend middagmaal tevoorschijn met typische gerechten. Een sterk
geëmotioneerde Il Pietro en Claudine vinden het dan ook zeer spijtig dat ze
morgen geen warme broodjes mogen serveren. Ik wil nog even benadrukken, een
dikke dikke chapeau voor deze twee mensen, de laatste dagen bijgestaan door de
immer bevallige en zorgende Els.
Daarnaast zijn er natuurlijk de atleten, waarvoor mijn
adoratie dag na dag alleen maar gegroeid is. Meerijden met hen is als instappen
in een goedgeoliede machine, waarbij ik
in de slipstream van meesterknecht Nimme soms het gevoel had bijna niet te
moeten trappen.In de meeste gevallen
echter stak ik best wel een steekje bij om niet met mijn meulken op den tarmac
te eindigen.
Soit, wat ik wil zeggen, dankzij hen heb ik de eer gehad om de
brede laan naar San Pietro op te draaien, ik met het grootste respect voor hun
prestaties en zij voor mijn beperkingen. Nimme had op Sint-Pietersplein nog de
quote van de dag: der zit nog altijd lucht van zaffelare in mijn banden, gene
kier platgevallen, kgoa der hem hier ook nie uitlaoten, éis te goe!
Als kers op de taart heeft den chief zijn oude fiets op stal
gezet bij mijn beste vriend Dries, onze benjamin, die ik in de paasvakantie
2015 zie op de paterberg.
De eenzame fietsers, sportdirecteuren, fotografen en tifosi
Beste bloggers, hier volgen onze voorlaatste avonturen uit
La Bella Italia (op de fiets dan toch)! Oggi, vandaag, stond een zware rit op
het programma, een rit die de echte profs, waaronder we onszelf ook ondertussen
rekenen, in de Giro dItalia of La Grande Boucle in hun agenda aanduiden
als een rit waarin ze een laatste kans zien om nog eens te ontploffen. De
Froomes van deze wereld tekenen op dagen als vandaag voor een stap in de
wielergeschiedenis.
Wees er maar zeker van, dames en heren, dat ook onze
ciclisti vandaag geschiedenis hebben geschreven, op de dag van bompies 34ste
huwelijksverjaardag. Deze ochtend bij de ontbijttafel werd het profiel nog eens
bekeken, ingeschat en minutieus overlopen, en we waren er ons van bewust dat er
een laatste col inzat die we moesten en zouden overwinnen! Dus avanti met
onze bicis.
De aanloop van de col was een snel gewassen beertje of
varkentje. In een weinige tijd en aan een goed onderhouden tempo reden de Ganda
Romatrappers tot aan de voet van de col. En dan werden de eerste bladzijden
van het geschiedenisboek open geslagen.
In een schilderachtig decor, met prachtige zichten en de
mooie versterkte stadjes die als zeldzame paddestoelen opdoken, slingerden de
smalle wegjes van de col zich eveneens in het decor. Maar het venijn zat in de
steeds wisselende stijgingspercentages van de col. Verdomde kuitenbijters,
smeerlappen!!
De getrainde en op spanning staande torsos van onze
ciclisti werden danig op de proef gesteld, hun hartkamers pompten als nooit
tevoren zuurstof naar hun kuiten,hun
handen en polsen omklemden als bezetenen hun stuur, de horizon aan de einder
werd waziger en waziger, de poepspieren schuurden onregelmatig het ondertussen
gelukkig glad gekomen zadel, de hoofden
werden als nooit tevoren emotioneel leeggezogen, een helse dagtrip presenteerde
zich langzaam voor ons, de journalisten en fotografen van de dag.
Op de bergflank waren ook reeds sinds dagen de tifosi
geposteerd om deze sporthelden te voelen, ruiken, aanmoedigen en aanraken, de wielersport is nog steeds zo
mooi dat de helden zo dicht aanraakbaar zijn, zeker de helden zoals deze van
vandaag op de flanken van de mooiklinkende Monte Amiata.
Tegen de middag was de col met veel moeite maar met een
grote voldaanheid overmand (het zwaarste gevecht was eigenlijk tegen de vurte
daezen, door iedereen van de groep. Wat voor een nieuw mooi verhaal was vandaag
geschreven op de Monte Amiata.
Nimme omschreef het geheel bij de middagbevoorrading als we
hebben hiere were een redelijke beeste geslacht, vanduige, een passende titel
voor de vers geschreven geschiedenispagina.
Een tifosi met Italiaans Afrikaanse allures volharde in de
boosheid om zijn helden te blijven volgen, fotografeerde hen uit alle ooghoeken
en posities, huurde een doorwinterde chauffeuse named Els, en reed de volledige
etappe mee met de Ganda Romatrappers tot
in het plaatsje Marta, aan het idyllische meer van Bolsena.
Il Pietro en zijn Moglie Claudine hebben er vandaag als
sportdirecteuren opnieuw meer dan hun beste beentje voorgezet, ondanks hun
eenzelfde gevoel van vermoeidheid als bij de renners en de tifosi, een
vermoeidheid die ook bij hen de kop opsteekt! Het volgen van deze olijke bende
is dan ook een titanenwerk, zonder hen was het heel waarschijnlijk morgen geen
rit naar Rome!
Si si, u leest het goed, Il Pietro zei op het terras deze
avond, dat we dezelfde tijd 2 weken geleden, tegen mekaar gezegd hadden, de kop
is eraf, nu morgen zetten we de kop er weer op en vervolmaken we ons project.
Romeo verlegde even zijn balkon van Verona naar de Duomo van
Siena (lees Sieena ajb, alvorens Il Pietro het alweer op zijn pijnlijke heup
krijgt).
Beste bloggers, supporters, recensisten: in de eerste plaats willen we jullie hartelijk
danken voor de vele bezoeken aan de blog en de moedgevende reacties die we
telkenmale mogen lezen bellissima en grazie mille.
Deze morgen zijn we vertrokken uit Peccioli onder luid
applaus van Federica en haar zus, die ons voorzien hadden van een schitterend
continentaal ontbijt. Ook de avond voordien waren we trouwens door dezelfde
Italiaanse sirenes als koningen en koninginnen onthaald, natuurlijk, onder de
deskundige leiding van de dagelijkse orkestmeester Il Pietro.
Nadat we de rit opgedragen hadden aan onze vrouwkes,
nietwaar Kisha, en aan Guy, den chief zijn broer, trokken we ons op gang. Al
van in het begin van de tocht werden we getrakteerd op de zoveelste Paterberg
of Berendries, geen spek meer voor de bek van onze trappers, maar toch, voetjes
op de grond en doseren, Rome is nog steeds een goede 2 dagmarsen van ons
verwijderd, er zijn nog menige buitenlandse veldheren gestrand aan den durpel
van Rome.
Maar goed, op de planning van de veldtocht van vandaag stond
de verovering van San Giminiano en Siena, in de tijd van Caesar en de
Middeleeuwse ridderorden onneembare vestingen, maar niet zo voor ons legioen,
we zijn immers langs de Alpen op Hannibals wijze Italië binnengekomen, zou het
daarom zijn dat we meer en meer het gevoel hebben dat we meer en meer
aangekondigd ergens aanmeren en vriendelijk onthaald worden?
In San Giminiano werden we rijkelijk getrakteerd door onze
sportdirecteuren op overheerlijke gamberinis, pizzaatjes en een lokaal kaasje
voor den Chief. In de namiddag zette het legioen dan verder koers richting
Siena, de verovering van de Duomo aldaar was immers hét doel van de dag van
onze generaal van de dag Dries.
In de Duomo zweven immers al 8 jaar, 3 maand en 17 dagen de
flinterdunneliefdeswolken van zijn
geliefde Frauke rond, als kleine windhoosjes. Het verhaal gaat dat sinds de dag
van het verlaten van de Duomo door zijngeliefde
Frauke, de liefdesnimfen hun roeplied zingen in de hoop dat hun lokgroep haar
liefdesgod naar daar zou brengen, en ja, vandaag was deze dag aangebroken. De
mythe gaat nu verder dat Dries en zijn deerne voor eeuwig zullen samen zijn, met
hun 2 godenkinderen.
Na een ereronde in Siena, met 2 extra beklimeningen-ingen
(sic), reden onze helden klokslag 7 uur het kleine Vascovado di Murlo binnen.
De lokale bevolking werd er vergast op een historische gebeurtenis, namelijk Il
Pietro die een welgesmaakte duik nam in het 25-meterbad.
Op 2 dagmarsen van Rome laten de tekenen van vermoeidheid
zich voelen: lAfricano reed zich compleet leeg en zal morgen misschien eerder
dienen dan fietsen, de coach had op het einde gaan zin meer in een Gilberken,
chief vertrouwde zijn dochter eveneens toe dat hij een beeteke moe wordt.
Allora, in het restaurant gaf Nimme bij ingeving en het zien
van zijn entrecôte de quote van de dag: zijme der verre, moar kbegin brave te
zitten, de troepen klinken op hun ingenomen vestigingen en zullen morgen nog
dichter kunnen aankloppen aan de poorten van Sint-Pietro.