Zondag 6 maart 2011
Vandaag brengen we in de voormiddag een bezoek aan de ondergrondse stad van Naours.
Deze onderaardse stad bestaat uit een, sinds de 3° eeuw, in zachte kalksteen uitgegraven gangenstelsel dat in onveilige tijden als schuilplaats kon dienen. Dit gebeurde onder meer ten tijde van de Noormanneninvasies, de Honderdjarige Oorlog en de Godsdienstoorlogen. Later raakte ze in onbruik tot ze in 1887 herontdekt werden door Abbé Danicourt, een plaatselijke geestelijke. Ze zijn opmerkelijk goed georganiseerd en omvatten 300 kamers, openbare pleinen, stallen, putten, schoorsteen en een kapel. De ondergrondse dorpen werden in de eerste wereldoorlog gebruikt door de Britten en dienden tijdens de tweede wereldoorlog als hoofdkwartier voor de Duitse strijdkrachten. De 28 galerijen en 300 kamers, uitgegraven in de kalksteen van de Picardische hoogvlakte, kunnen 2600 mensen en hun veestapel herbergen. In Picardië worden deze verborgen toevluchtsoorden 'muches' genoemd.
http://www.grottesdenaours.com/

|

|
De kapel met mariabeeld
|
Een voederbak
|
Momenteel is er in de ondergrondse gangen ook een permanente tentoonstelling van oude ambachten.
Buiten bevindt zich een park, waar het mooi wandelen is en de kinderen zich kunnen uitleven in de speeltuin.
In de namiddag rijden we via Doullens en Hesdin richting kust. In Hesdin houden we even halt voor een korte wandeling door dit plattelandsstadje.
 |
Het Stadhuis en Belfort van Hesdin
|
Verderop ligt aan de rand van een plateau, dat zich verheft boven de 'Vallée de la Canche', het prachtige, nog volledig ommuurd stadje, vol van 17°/18° eeuwse huizen aan stille klinkerstraatjes: Montreuil. Bij een rondgang over de muren, genieten we van fraaie uitzichten over de daken van Montreuil en op de Vallée de la Canche.
In de vooravond rijden we verder naar de kust en houden we halt in Etaples, ten oosten van Le Touquet, waar we ook zullen overnachten.
|