Ik heb zwaar geïnvesteerd in nieuwe technologie, doch kan er nog niet goed meewerken. Hopelijk krijgen jullie dit bericht toch te lezen.
ik lag er vroeg in gisteren, doch rond 4 uur wakker voor een plasje. In de gang kwam in 2 kerels tegen die ik de avond voordien niet had gezien. Paniek dus, allicht de reden dat ikndaarna geen oog meer dicht deed.
Angst weet je wel. Deze ervaring leert mij dat onrust ook wel eens iets met angst of doemdenken kan te maken hebben...
Na een bord cornflakes op weg om 8u30 voor de tweede rit.
Ik loop langs de zee en het valt me op hoeveel mensen ' s morgens vroeg met een stevig tempo op weg zijn, allicht naar hun werk.
Na 2 km, einde van de dijk ben ik de pijlen kwijt. Ik verlies hier een kwartier door te zoeken naar de weg. Tip voor wie na mij komt: ongeveer 300 m voor het einde van de dijk staat een standbeeld van Marie Christine van Oostenrijk:daar ga je dus naar links, het is zeer slecht aangegeven.
vandaar richting eerste col van de dag: Mont de Igueldo,een stevig kuiterbijtertje: om jullie een idee te geven hoe steil, ik ben samen gestart met 2 fietsers en ik ben net voor hen aangekomen...
Dan richting Orio en dat 14 km lang, langs de zee. Het is hier De Ardennen aan zee, ongelooflijk mooi! Allicht iets voor mijn broers, immers het is hier boeren met zicht op zee. Aangezien ze beide houden van de boerestiel en de zee....
Het gaat op en neer, vaak langs onbewandelbare wegen, door de weiden, in de rust.
Wel miezerige regen en mist, doch dit kan de pret niet bederven.
Plots duiken 4 pelgrims op uit de mist: een man en drie dames, Duitsers uit Berlijn, zaterdag vertrokken in irun. Hun verbazing was groot dat ik hen reeds ingehaald had.
Ook voor hen was het tweede keer. Vorig jaar vertrokken ze uit Porto naar Compostella.
Gezien mijn tempo beduidend sneller ligt nemen we afscheid en omstreeks 12u15 arriveer ik in Orio waar ik enkele broodjes naar binnen speel.
Om 13u30 kom ik aan in Zarautz na opnieuw een serieuze bergop. Dit was normaal gezien mijn stopplaats voor vandaag, doch gezien het vroege uur en de jus die nog in mijn benen zit, besluit ik verder te wandelen.
Ik had me voorgenomen om iedere dag te stappen van 8u30 tot 17u, een normale werkdag ...zo kom ik nog in Getaria, waar ik de kerk bezoek, doch geen kaarsjes vind, en in Askizu waar ik de jeugdherberg bezoek in de hoop een stempel te krijgen, doch niemand thui...Om deze mooie dorpjes te bereiken was ket alweer klimmen geblazen en jullie raden het al, de laatste 4km gingen steil naar beneden, en ik kan jullie meegeven dat dit veel meer afzien was dan omhoog stappen.
Moe kom ik aan in Zumaia, Albergue Villa de Luz, tegen 16u30.
Na een verkwikkende douche en de dagelijkse was afrij val ik in slaap op mijn bed. Om 18u30 schiet ik wakker en begin ik de blog. Hopelijk kunnen jullie hem lezen.
vandaag heb ik een serieuze afstand overbrugd, de eerste 25 km te voet, de met de bus.
Gisteren lekker gegeten in het hotelletje in gezelschap van 2 Franse dames, zoals ik reeds zei.
De jongste, Marie Solange,zal vandaag niet stappen vanwege haar kwetsuur. Ze vraagt of ik haar vriendin Clodette niet wil begeleiden tot in Gernika, 20 km.
Ik stem in en we vertrekken na een heerlijk ontbijt om 10u.
In Spanje kun je op hotel niet rekenen om vroeg te onbijten. Slechts om 8u 45 worden we bediend.
Terwijl ik na het ontbijt nog mijn tanden poets denk in spontaan aan Johan, onze kameraad triatleet die vorig jaar in augustus overleed. Hij gaf me kleine tubes tandpasta vorig jaar en ook dit jaar kan ik ze nog gebruiken. Hij was nogal gul. Bedankt Johan, vandaag brand ik zeker een kaars voor jou.
Clodette is 67 en een kranige vrouw. Zij verloor ook 9 jaar geleden een zoon. Zij had een eigen zaak, kledij voor rijpere leeftijd. Ze kent haar vriendin van in het koor.
De weg is super lastig en gevaarlijk. Omhoog, omlaag, langs moeilijke paden, en meer dan eens moet ik wachten om mijn reisgezelschap. Na enkele honderden meters halen we een man in met een fiets en een hondje. Wonder boven wonder hoe hij dit moeilijk traject met de fiets neemt. Ik help hem bij een omver gevallen boom om zijn fiets over deze niet voorziene hindernis te hijsen. Chapeau voor deze mens, die duidelijk een beperking heeft aan zijn rechter been.
Ik vraag hem waarom hij deze moeilijke weg neemt, doch geen antwoord.
Plots besef ik dat ik weer iemand wil beïnvloeden, terwijl het zijn camino is en zijn leven. Ik neem me voor om mijn alomtegenwoordige beinvloedingsdrang te beheersen. Ieder zijn camino, zijn keuzes in het leven. Respect en begrip is beter op zijn plaats dan beïnvloeding...
Na 3 km, we zijn inmiddels een uur aan het stappen, komen we aan een lyrisch brugje waar onze vrienden uit Bordeaux zijn halt gehouden. We verbroederen, ik deel chocolade uit, we trekken wat foto's van elkaar, en Clodette besluit om haar tocht in het gezelschap van de familie van Geraldo te vervolledigen. Zij stappen minder snel.
Ik loop vananaf nu alleen verder, in een adembenemend mooi landschap en onder een stralende zon.
Iets verder moet ik langs een kwade loslopende hond. Kalm blijven is de boodschap, en alhoewel hij me 100 m blijft achtervolgen doet hij me niets, behalve veel lawaai maken.
Om 13 u neem ik pauze aan de kerk van Arrutza waar ik mijn picknick neem. Ondertussen hang ik mijn kledij van gister in de zon ( ze was nog niet droog na mijn handwasje van gisteren).
Het valt me op dat mijn kop niet stil staat. De gedachte dat ik me vaak onnodig erger laat me niet los. Ik prent me in dat ik dat het beste afleer en dat ik dit gedurende mijn verdere toch vandaag constant zal roepen.
Na een half uur vertrek ik en na goed 2 km loopt het mis. Ik raak de weg kwijt. Ligt het aan mij, of aan de povere wegmarkeringen?
Ik besluit naar het westen te lopen en na ongeveer een uur zie ik opnieuw een vertrouwde gele pijl. Echter al gauw sta ik weer bij een dilemma voor een kruising. Ik loop wel vier keer het kruispunt af, doch ik mis de pijlen.
Op mijn gevoel sla ik een weg in naar het bos, ik had gelezen dat ik door een woud moest stappen.
Tussen de bomen vervolg ik mijn weg, doch zonder aanwijzingen. Ik verwerp mijn ergenis en loop op mijn gevoel, de situatie aanvaardend.
Wat volgt is grensverleggend voor mij: alleen in dit gigantisch bos,super steile hellingen, springen over beken, ploeteren door het slijk, vallen en weer opstaan.
Ideale gelegenheid om de kalmte te bewaren, prent ik me constant in.
Ik vertrouw op de engeltjes op mijn schouder...
Na 2 uur zwoegen kom ik op een weg en ik zie in de verte een kerkje. Ik loop er naar toe, alweer steil bergop. Mijn kuitspieren begin ik nu wel te voelen, en ik geraak stilaan moe. En wonder boven wonder, aan de kerk zie ik een pijl, die ik nu kan volgen tot in Gernika.
Om 16 u stap ik deze stad binnen en besluit om het bus station te zoeken.
Een dame helpt me op weg en om 16u30 zit ik voor 235 op de bus naar Bilbao, 25 km verder.
Tegen halfzes stap ik uit en volg te pijlen naar het bureau voor toerisme, ongeveer 15 min stappen.
Ik krijg er mijn stempel, doch evenzeer te horen dat de herberg die ik zoek niet meer bestaat. Er is nog een jeugdherberg, doch de dame weet me te vertellen dat deze volzet is vandaag.
Ze doet me een hostal aan de hand, 3 km verder, doch wel op de camino. Dat scheelt dus al voor morgen...
Onderweg passeer ik de kerk van Franciscus van Assisi, waar ik 20 kaarsjes brand en stil wordt. De tranen schieten me in de ogen. De rust en stilte van deze kerk, met Gregoriaanse muziek op de achtergrond makken me weemoedig. Ideale les om bescheiden te blijven en te beseffen dat het gemis van mijn kinderen altijd zal aanwezig blijven.
Na eerst nog wat boodschappen te doen ( oa tensoplast om mijn voeten te tapen en water en brood voor morgen onderweg), arriveer ik tegen half zeven aan hostal Aria's, www.hostalarias.es, waar ik zal slapen. Ik ben tot nu toe de enige pelgrim.
Zelfde ritueel als altijd: deugddoende douche, handwas, paella eten om de hoek en bloggen.
Morgen stap ik naar Probena-Muskiz , 32 km. Hopelijk kan ik daar slapen, zo niet neem ik weer de bus, 23 km verder naar Castro-Urdiales.
Ik vergeet nog te melden dat ik vandaag geen zee heb gezien: ik liep werkelijk in de bergen.
In de Alberque was het best gezellig. Een Franse Bask was er samen met zijn 2 dochters en de stiefzoon van zijn ex, samen met hun respectievelijke liefjes.
Onze gastheer Miquel had lekkere paella gemaakt en met 9 aan tafel hebben we goed gepraat en gelachen.Geraldo is nu loodgieter in Bordeaux, zijn oudste dochter Jessica studeert een Manama geschiedkunde, haar vriend studeert straks af als anesthesist. Zij wonen in Marseille. We dronken rode wijn uit de streek.
Dit had ik nog vergeten zeggen: hier wandelde ik voorbij Orio gisteren door de wijngaarden, tevens met zicht op zee. Allicht iets voor Philippe: wijnboeren met zicht op de zee...
We kregen ook nog gezelschap van Arthur, een 61 jarige Zuid Afrikaan uit Kaapstad die nu in Saragossa woont. Hij doet de Camino met de fiets, doch hij was gevallen, efkes in het ziekenhuis gelegen en hij kon nu 3 dagen uitrusten in de Alberque. Hij werkte gans zijn leven op de boten en derhalve had hij reeds vele avonturen meegemaakt.
Vanochtend om 8 uur ontbijt en dan op weg.
Het regent en ik loop al snel de verkeerde richting uit. Een sympathieke Bask Espanjol zet me op de juiste weg. Het is niet alleen in België strijd om de federatie. Ook hier zijn er felle aanhangers van een onafhankelijk Baskenland.
De weg naar Itziar is lastig, klimmend langs rustige wegen, miezerig weer. In het begin valt het vrij goed mee, doch naar mate de km voeders wordt de weg steeds steiler en de wegen steeds moeilijker, zo goed als onbewandelbare, mede door de hevige regen van de laatste dagen.
Ik denk aan mijn kinderen, mijn engelen, opdat ze me goed zouden begeleiden vandaag.
Ik besef dat ik ze niet zal kunnen loslaten. Ik zal mij focussen om zonder hun lijfelijke aanwezigheid zo goed en zo kwaad ik kan zo goed mogelijk verder te leven, in de wetenschap dat liefde nooit sterft.
Ik kan beter Andere dingen lossen die ook voor mijn onrust zorgen zoals afhankelijkheid van sigaretten,werkverslaving,slechte denkgewoontes zoals machtstreven,geldigheidsdrang, ergernis,overdreven eerzucht.... Nog een lange weg voor de boeg.
Ik denk aan mijn papa zaliger die gisteren jarig was.
Ik bedenk dat ik hier beter werk kan van maken, doch het is niet simpel in deze barre omstandigheden.
Om 11 uur kom in bij de kerk van Itziar,hier kan ik kaarsjes branden en stil worden. Ik heb slechts 7 km afgelegd in 2u30.
Bij het verlaten van de kerk is het weer totaal omgeslagen: hevige mist en felle regenbuien.
Ik vervolg mijn weg richting Deba, 4 km verder. De weg gaat steeds steiler omhoog en de regen valt met tonnen uit de hemel. De wegen worden steeds gladder en wat ik vreesde gebeurde: ik val. Zonder erg.
In Deba aangekomen beslis ik de publieke lift te nemen tot beneden in het dorp om verdere averij te voorkomen. Inmiddels is het 12 u en tijd voor een hapje: lekkere Spaanse broodjes met ei en worst.
Tijdens mijn etentje krijg ik telefoon van Rose-Marie...
Ik besluit om nog een volledige etappe te doen zoals beschreven in mijn boekje: van Deba naar Markina, 23 km.
De eerste 20 km is constant stijgen, van zee niveau in Deba naar 500 m tot 3 km voor mijn eindbestemming.
Ik besluit om beide stokken te gebruiken en dit blijkt de goede keuze. Ik kan ze gebruiken om recht te blijven en om vlot te kunnen stijgen. Met 2 stokken gaat automatisch het ritme de hoogte in. Dit blijkt als ik halverwege de Portugese fietser inhaal die 's morgens tegelijk met mij vertrok vanuit de herberg.
Dit gaf me natuurlijk vleugels om op hetzelfde elan mijn weg te vervolgen.
Om 17u45 kom ik dan eigenlijk aan bij de herberg in Markina, doch die blijkt gesloten. Daar ontmoet ik een collega Pelgrim uit Hannover en een behulpzame inwoner die ons meenemt te voet naar een casa rural 2 km buiten het dorp. Ook deze was dicht.
Terug in het dorp stelt de inwoner voor de eigenaar te bellen van een herberg en hotel in Bolibar, 7 km verder langs de camino. Deze is bereid ons te komen halen met de auto.
Vandaar de extra lange tocht vandaag, doch de laatste 7 km waren de gemakkelijkste.
Ik kwam pas om 19 u in het hotel, snelle douche en snel mijn kleren wassen ( want vol slijk)met de hand ( hier immers geen machine), dus ik hoop dat ze morgen droog zijn.
Morgen reis ik door naar Bilbao,51 km, dus ik zal ook voor een gamakkelijk transportmiddelen zorgen de laatste km 's.
Fijne groeten en alvast bedankt voor de ondersteunende en meelevende reacties.
Dag 5, 14 april 2011, Bilbao-Castro-Urdiales, 55 km
Beste bloglezers,
Ik heb de vijfde dag achter de rug.
Degenen die ook vorig jaar hebben gevolgd weten dat ik toen in de lappenmand lag met kapotte hielen.
Vandaag overbrug ik 55km, 45 te voet, 10 met de taxi.
De reden is eenvoudig: op mijn geplande stopplaats Probena Muskiz is de herberg gesloten en geen hotel te bespeuren.
Lokale bewoners raden me aan nog 4km verder te stappen, ik zou er dan 39 op de teller hebben staan, doch ook daar is geen herberg of hotel te bespeuren.
Ik besluit dan maar verder te stappen in de hoop dat mijn engelbewaarders mij zullen gidsen naar een slaapplaats, doch na 45 km ben ik het beu en stop ik in een internet kantoor, waar de lokale bevolking van het kleine dorpje Onton kan internetten.
De bediende aldaar is zo vriendelijk om een taxi te bellen en moe doch voldaan kom ik uiteindelijk 10 km verder aan in het gezellig kuststadje en haventje Castro-Urdiales.
Ik slaap in pension La Sota in het haven kwartier. Straks ga ik op verkenning, als mijn benen nog willen ten minste.
Ik zal in ieder geval iets zoeken om te eten want mijn maag begint nu al te krollen.
Gelukkig ben ik vanmorgen dus vroeg vertrokken in Bilbao.
Om 8 uur stap ik de drukte van de stad uit, omhoog naar de onbeweeglijke smog die boven de stad hangt.
Na die eerste klim gaat, na een felle hoestbui ( door de smog ),de jas uit om 9 u.
Na een tocht door de weide, waar voordien zeker geen pelgrims zijn gepasseerd doch serieuze viervoeters ( te zien aan de vlaaien ),wacht de tweede serieuze helling naar het kerkje van Santa Ageda.
Dit is een echte kuitenbijter en ik voel dat mijn benen niet zijn zoals de vorige dagen. Ik wist toen nog niet wat me nog te wachten stond....
Opvallend is dat ik de eerste 2 uur het geluid van de stad blijf horen. Wat een sterk contrast met de stilte van de voorbije dagen!
Ik weet nu zeker, de stad is niks voor mij.
Rond half elf arriveer ik bij opnieuw een druk stadje, Baracaldo.
De wolken worden steeds dreigender en ik moet de jas weer aandoen om de kou te trotseren.
De camino gaat door een groot en prachtig stadspark en voorbij de markt, waar de menigte woelt aan de kleine kraampjes.
Ik heb inmiddels 11 km achter de rug.
Vandaar richting Portugalete, 9 km verder!
Wat opvalt is de slechte, of helemaal geen gele aanduidingen.
Ik besluit mijn gevoel te volgen, tot ik aan het kerkhof een arbeider aanspreek. Hij vertelt me dat ik de andere kant uit moet.
Ik vlg zijn aanwijzingen en na ongeveer 1km kom ik bij de herberg van Portugalete, die trouwens dicht is, terwijl ik daar helemaal niet moest zijn. De man had me dus de weg naar de herberg gewezen,niet de camino.
Doe dus niet deze camino zonder Spaanse kennis!
Gelukkig is op 200 m het bureau voor toerisme, en opnieuw wordt ik daar vriendelijk en correct geholpen in goed Engels.
Ik besluit daar op een terrasje Efkes te rusten en een hapje te eten: lekkere taart, ik smaak aardappel,champignon en prei. Heerlijk!
Om 13u20 vertrek ik dan vol goede moed naar mijn voorziene slaapplaats Pobena - Muskiz, 13 km verder op.
De weg is mooi,langs een fietspad met 2 rijstroken en een breed voetpad. Je zou hier voor minder gaan fietsen en wandelen. Deze infrastructuur nodigt iedereen uit om te bewegen.
Er staan bordjes langs de weg met de km 's. Elke nieuwe km een bord.
Zo zie ik dat ik gemiddeld tussen 5 en 6 km per uur loop.
5 km voor het einde is ze er dan eindelijk opnieuw: de zee.
Je ziet ze niet alleen, je voelt ze ook. Zalig!
Dit beeld geeft me natuurlijk verse moed en om 15u40 zit ik op terras met zicht op zee een koffie te drinken.
Iets na vier vertrek ik dan voor de laatste 4 km ( dacht ik toch) op zoek naar de herberg. De camino loopt hier zelfs op het strand, en daarna omhoog, om tenslotte tot ik er neerval in Onton, constant langs, eerder boven te zee te stappen. Dit overweldigend gevoel en fenomenaal uitzicht doet vergeten dat ik inmiddels de veertig km het overschreden.
Deze wandeling is echt een aanrader voor wie van zee, groen en bergen houdt: rechts de rotsen waartegen de golven afketsen, rechts de weiden op heuvels waar koeien,paarden en schapen gretig grazen met zicht op zee. Er boven bos, en daarachter de bergen.
De rest van mijn verhaal kennen jullie inmiddels.
Ik heb inmiddels ongeveer 200 km overbrugd, nog 620. Er resten mij nog 17 dagen om in Santiago te geraken, dus 36,5 per dag.
Gezien de lange etappe van vandaag beslis ik om morgen niet te stappen. Ik laat de voeten en de benen een beetje rusten.
Ik zal dit stadje bezoeken en dan de bus nemen naar Santander 84 km verder.
Ik eindig deze blog met een tekst die mijn gedachten en gevoelens van de eerste 'Werkweek' weergeeft.
Dag 6, 15 april 2011, Castro-Urdiales-Santander,65 km
Dag 6, Castro -Urdiales, Santander, 65 km met de bus.
Beste bloglezers,
Ik wil eerst alle lezers bedanken voor de mooie, ondersteunende en motiverende woorden.
Zo ver en toch zo dichtbij, het doet deugd aan mijn hartje.
Gisteravond gegeten in het haventje vlakbij. Ik heb lekker ouderwets gedaan en een flinke entrecote met frieten besteld. Wel met typische Spaanse paprika's, zeer lekker.
Ik voelde me wel zeer moe en tegen 11 uur lag ik onder de wol.
Na een heerlijke nachtrust schiet ik wakker om 7u.
Ik voel direct aan mijn handgewassen kledij en stel vast dat deze nog nat zijn.
Daarom beslis ik alles zeer langzaam te doen, met het raam open, zodat mijn kleren nog een beetje kunnen drogen.
Slapen in een pension geeft je ongetwijfeld meer privacy en luxe, een wasmachine en droger zijn niet voorhanden.
Deze vindt je wel in de meeste refugios, en uiteraard ook de gezelligheid en het gezelschap van mede pelgrims in de herberg.
Ik hou me voor om de etappes volgens mijn boek te volgen, zodat de kans dat ik in een herberg kan slapen groter wordt.
Om 10 u vertrek ik op op verkenning door Castro.
Eerste bezoek ik de prachtige gotische kerk Sainte Marie de L'Ascension
Dit is het belangrijkste gotische bouwwerk in de streek. Ze dateert uit de 13 de eeuw. Binnenin zijn verschillende mooie schilderijen en sculpturen te bewonderen.
Ik neem te tijd om stil te zijn en te bidden en ik offer al mijn muntstukken op om kaarsjes te branden. Er branden nu 18 kaarsjes voor jullie allemaal en voor onze dierbare overledenen in de mooie kerk van Castro, en dit allemaal met zicht op zee...
Daarna loop ik het bureau de toerismo binnen en vraag waar ik de bus kan nemen naar Santander.
De vriendelijke dame aan het loket vertelt me in keurig Engels, dat ik daarvoor de ganse stad door moet, ongeveer een uur stappen, of ik kan ook de plaatselijke bus nemen.
De volgende bus vertrekt om 12 u, ik heb dus 65 min om er te voet te komen.
Dit moet dus lukken, een echte pelgrim neemt geen bus. Toch????
Na 45 min flink stappen kom ik bij het busstation ( termibus), waar ze me vertellen dat de bus compleet volzet is. Ik moet dus wachten op de bus van 13 u.
De tekst hierboven is dus geschreven terwijl ik wacht op de bus.
De busreis duurt anderhalf uur. De eerste 20 km rijden we langs de kust. De rest van de trip lijkt me minder leuk, want door veel drukte.
Tijdens de rit krijg ik telefoon van Frans. Leuk dat hij belt om me aan te moedigen.
Hij vraagt me tevens om een kaarsje te branden voor de moeder van Nana. Ze laat zich een beetje gaan.
Veel sterkte van hieruit voor de ganse familie.
Aangekomen in Santander, prachtige grootstad aan zee, ga ik direct op zoek naar het toerisme bureau. Dit is bewezen de beste truc om snel de weg te vinden in een vreemde stad.
Rond half vier kom ik aan in de herberg.
Eindelijk een echte refugio, wel 10U bedden dicht bijeen in een veel te kleine ruimte, vriendelijke ontvangst door een dame en een heer, 2 douchen en 2 toiletten.
Ik ben de negende pelgrim bij mijn aankomst, inmiddels zie ik hier een vijftiental personen. Ik hoor vooral Spaans praten.
Na de douche en de was in de machine deze keer, met droger, kan ik eten in het restaurant naast de herberg.
Een echte pelgrim menu voor 7 : pasta als voorgerecht, vis met frieten als hoofdgerecht, yoghurt als dessert. Wijn of water inbegrepen, ik kies voor water, mijn jicht weet je wel...
Tegen halfzes bezoek ik de stad en ik ga eerst op zoek naar de kathedraal San Christo. Deze bevindt zich boven een oude abdij van de veertiende eeuw die vernield werd in 1942. Door glazen tegels zie je nog de restanten.
Ik vervul mijn belofte aan Frans en Nana, en beslis om nog 10 kaarsjes te branden. Telkens hou ik hierbij bepaalde mensen in het gedachte.
Daarna geniet ik op een terras van de stralende zon en een kop straffe koffie. Op dat moment telefoon uit Belgenland: Heidi is op weg naar haar geliefde Antwerpen waar ze het weekend zal doorbrengen bij familie en vrienden.
' t is alweer file op de E17. Op de camino heb ik van dit vervelend fenomeen geen last!
Als ik mijn boekje volg stap ik morgen naar Mogro, 24 km. Vreemd genoeg lees ik dat daar ook geen herberg is, wel 14 km verder in Polanco. Ik zal naar mijn benen en voeten luisteren en zie wel waar ik uiteindelijk zal belanden.
Rest me nog jullie allemaal een fijn en plezant weekend te wensen.
Dag 6, Castro -Urdiales, Santander, 65 km met de bus.
Beste bloglezers,
Ik wil eerst alle lezers bedanken voor de mooie, ondersteunende en motiverende woorden.
Zo ver en toch zo dichtbij, het doet deugd aan mijn hartje.
Gisteravond gegeten in het haventje vlakbij. Ik heb lekker ouderwets gedaan en een flinke entrecote met frieten besteld. Wel met typische Spaanse paprika's, zeer lekker.
Ik voelde me wel zeer moe en tegen 11 uur lag ik onder de wol.
Na een heerlijke nachtrust schiet ik wakker om 7u.
Ik voel direct aan mijn handgewassen kledij en stel vast dat deze nog nat zijn.
Daarom beslis ik alles zeer langzaam te doen, met het raam open, zodat mijn kleren nog een beetje kunnen drogen.
Slapen in een pension geeft je ongetwijfeld meer privacy en luxe, een wasmachine en droger zijn niet voorhanden.
Deze vindt je wel in de meeste refugios, en uiteraard ook de gezelligheid en het gezelschap van mede pelgrims in de herberg.
Ik hou me voor om de etappes volgens mijn boek te volgen, zodat de kans dat ik in een herberg kan slapen groter wordt.
Om 10 u vertrek ik op op verkenning door Castro.
Eerste bezoek ik de prachtige gotische kerk Sainte Marie de L'Ascension
Dit is het belangrijkste gotische bouwwerk in de streek. Ze dateert uit de 13 de eeuw. Binnenin zijn verschillende mooie schilderijen en sculpturen te bewonderen.
Ik neem te tijd om stil te zijn en te bidden en ik offer al mijn muntstukken op om kaarsjes te branden. Er branden nu 18 kaarsjes voor jullie allemaal en voor onze dierbare overledenen in de mooie kerk van Castro, en dit allemaal met zicht op zee...
Daarna loop ik het bureau de toerismo binnen en vraag waar ik de bus kan nemen naar Santander.
De vriendelijke dame aan het loket vertelt me in keurig Engels, dat ik daarvoor de ganse stad door moet, ongeveer een uur stappen, of ik kan ook de plaatselijke bus nemen.
De volgende bus vertrekt om 12 u, ik heb dus 65 min om er te voet te komen.
Dit moet dus lukken, een echte pelgrim neemt geen bus. Toch????
Na 45 min flink stappen kom ik bij het busstation ( termibus), waar ze me vertellen dat de bus compleet volzet is. Ik moet dus wachten op de bus van 13 u.
De tekst hierboven is dus geschreven terwijl ik wacht op de bus.
De busreis duurt anderhalf uur. De eerste 20 km rijden we langs de kust. De rest van de trip lijkt me minder leuk, want door veel drukte.
Tijdens de rit krijg ik telefoon van Frans. Leuk dat hij belt om me aan te moedigen.
Hij vraagt me tevens om een kaarsje te branden voor de moeder van Nana. Ze laat zich een beetje gaan.
Veel sterkte van hieruit voor de ganse familie.
Aangekomen in Santander, prachtige grootstad aan zee, ga ik direct op zoek naar het toerisme bureau. Dit is bewezen de beste truc om snel de weg te vinden in een vreemde stad.
Rond half vier kom ik aan in de herberg.
Eindelijk een echte refugio, wel 10U bedden dicht bijeen in een veel te kleine ruimte, vriendelijke ontvangst door een dame en een heer, 2 douchen en 2 toiletten.
Ik ben de negende pelgrim bij mijn aankomst, inmiddels zie ik hier een vijftiental personen. Ik hoor vooral Spaans praten.
Na de douche en de was in de machine deze keer, met droger, kan ik eten in het restaurant naast de herberg.
Een echte pelgrim menu voor 7 : pasta als voorgerecht, vis met frieten als hoofdgerecht, yoghurt als dessert. Wijn of water inbegrepen, ik kies voor water, mijn jicht weet je wel...
Tegen halfzes bezoek ik de stad en ik ga eerst op zoek naar de kathedraal San Christo. Deze bevindt zich boven een oude abdij van de veertiende eeuw die vernield werd in 1942. Door glazen tegels zie je nog de restanten.
Ik vervul mijn belofte aan Frans en Nana, en beslis om nog 10 kaarsjes te branden. Telkens hou ik hierbij bepaalde mensen in het gedachte.
Daarna geniet ik op een terras van de stralende zon en een kop straffe koffie. Op dat moment telefoon uit Belgenland: Heidi is op weg naar haar geliefde Antwerpen waar ze het weekend zal doorbrengen bij familie en vrienden.
' t is alweer file op de E17. Op de camino heb ik van dit vervelend fenomeen geen last!
Als ik mijn boekje volg stap ik morgen naar Mogro, 24 km. Vreemd genoeg lees ik dat daar ook geen herberg is, wel 14 km verder in Polanco. Ik zal naar mijn benen en voeten luisteren en zie wel waar ik uiteindelijk zal belanden.
Rest me nog jullie allemaal een fijn en plezant weekend te wensen.
Dag 7, Santander Camplegno, 45 km op 16 april 2011.
Beste bloglezers,
Inmiddels is het reeds zondag.
Gisteren is het bloggen in eerste instantie mislukt en ik had geen courage meer om te zoeken naar de oplossing.
Het is nu zondag, en ik heb reeds heerlijk ontbeten, en maak nu tijd om met mijn trouwe supporters te communiceren.
Inmiddels heb ik opnieuw mijn was opgehangen buiten, hopelijk droogt ze nog eer ik vertrek.
Vandaag wandel ik naar comillas, 25 km. Ik hou het dus een beetje rustig vandaag.
Nu het relaas van gisteren.
Na een slechte nachtrust, veel lawaai, gekuch, gesnurk en een onaangename geur, ben ik om 8 u vertrokken naar een bar vlakbij voor een ontbijt.
Wat doet een mens als hij zo lang wakker ligt?
Ik heb de raad van Godrick opgevolgd en aan mooie momenten met mijn kinderen gedacht. Tranen schoten mij daarbij vaak in de ogen. Ik merk bij mezelf op dat het lang geleden was dat ik nog huilde. Het doet dus goed om deze oefening iets vaker te herhalen. Ook dat helpt bij de verwerking. Bedankt voor de tip.
Hierbij enkele van mijn herinneringen die ik met jullie wil delen:
Mooie momenten waren er zeker,
Van bij de geboorte moet je weten,
De eerste maanden steeds beter,
Op weg naar een perfect leven...
Als kleine kleuters mee met papa naar het voetbal,
Buiten op het gras
Of binnen in de hal,
Steeds afsluitend met een cola in glas
Annelies liep zelfs model
In de school van tante Mizef
Samen met Brecht een sportief stel
Ravotten in de sporthal van nonlel Sjef.
Ook op trouwfoto's de show stelen,
Annelies alleen voor Nathalie
Samen met jean Marc en Sofie de duinen delen
Van iedereen kregen ze veel sympathie.
De eerste communnie in Heule was fijn
Annelies stralend in haar gloednieuwe buggy
Brecht in volle actie op het speelterrein
De grote familie samen in reünie.
De vakanties aan zee in Baaltje
Brecht altijd op het strand
Annelies ging wel eens aan het haaltje
In de wandelwagen samen hand in hand
Om de 2 weken mochten we eten bij memee
Terwijl mama verdiende de centjes
Appelmoes, wortelen of puree,
Ze konden eten als grote ventjes.
Daarna op de koffie bij tante Ingrid
Natuurlijk niet zonder haar befaamde chocomousse
Geen mens die dit ooit heeft gezien,
De kilo'verborgen in een te grote blouse.
Natuurlijk niet te vergeten
De leuke uitstappen met Bachte
Samen met de vriendjes uren versleten
Ik dank de begeleiders van harte.
Na een heerlijk ontbijt met vers geperst fruitsap, chroissant en broodje met spek en ei, vertrokken om 8u30.
De zon staat reeds hoog aan de hemel.
De eerstee 6 km lopen langs een vrij drukke baan. Gelukkig is er op zaterdag niet echt veel verkeer.
Onderweg praat ik met de Braziliaan die ook in de herberg sliep in Santander. Hij doet de camino op de fiets. Toen ik hem vroeg hoe zijn fiets vanuit Brazilië naar Irun was geraakt, vertelde hij dat je een volledige fietsuitrusting kunt huren bij een busmaatschappij voor de periode van je tocht. Voor hem zou dit 35 kosten. Goed om weten dacht ik bij mezelf. Dit wil ik zeker met jullie delen, je weet nooit dat dit sportieve avonturiers om het eens met de fiets te proberen....
Hij vertelt me erbij dat hij wel de camino wegen mijdt na de zware eerste dagen. Hij volgt nu de hoofdwegen.
Rond 11 u kom ik aan in Boo, na 14 km. Ik voel me goed en besluit om voor de 38 km te gaan.
Iets verderop raap ik een Duitse verpleegkundige op van 27 jaar die twijfelt welke weg ze moet volgen. Ik help ze op weg en we besluiten een poosje samen te lopen. Ze werkt in een instelling voor mensen met stress en burn out. Ik stel haar voor om de volgende keer samen met haar patiënten de camino te lopen...
Het is haar eerste stap dag en ze sliep ook in de herberg in Santander. Ik had ze niet gezien...
Ze wil enkele dagen op de camino norte wandelen en ter hoogte van Leon stapt ze over naar de camino Frances, waar ze enkele vrienden zal ontmoeten, waarmee ze dan samen naar Santiago zal stappen. Ze hoopt daar te zijn tegen 14 mei.
Om 13 u eten we iets in Mogro,24 km reeds gedaan. Inmiddels hebben we in de verte reeds zicht op zee.
Ik beslis om verder alleen te lopen en we nemen afscheid na eerst nog een foto van elkaar te nemen met zicht op zee.
De weg gaat weer weg van de zee, veel rechte stukken, licht glooiend, een ganse tijd langs een pijpleiding. In Cudon, 10 km verder moet ik dringend. Wonder boven wonder ligt 500 m verder een herberg. Mijn engeltjes hebben dit goed gerelegd...
Daar vertellen ze mij dat het nog 4 km is naar de herberg in Polanco.
Ik drinke nog op mijn gemak een koffie en eet een kofiiekoek. Mijn beentjes voelen wel reeds moe.
Ik vertrek opnieuw rond 15 u40 voor de laatste 4 km. Ik laat het tempo wat zakken. Het loopt opnieuw langs een drukke weg. Tegen 16u 30 kom ik aan in Polanco, doch ik vind er de herberg niet, alleen een gigantisch fabriek van Solvay die serieus stinkt.
Hier wil je toch niet slapen Bart, denk ik bij mezelf.
Ik vind wel een drinkfontein, vul mijn flesjes,praat me voldoende moed in en stap naar de volgende herberg, 7 km verder in Camplegno.
De laatste loodjes wegen zeer zwaar, doch het landschap maakt alles goed. We lopen tussen de groene weiden, tussen de bergen, precies Oostenrijk, prachtig. Het parcours is licht heuvelachtig, ik moet een hoogte verschil van 150 m overbruggen. Na 40 km voelt dit echter als 1500 m...
Om 18 u kom ik uitgeput aan de herberg van Charo, een kranige madre die ons verwent als waren we haar echte kinderen.
Ze bereidt voor ons een heerlijke maaltijd, pasta, varkensvlees en yoghurt als dessert.
We zijn hier met vier: een Zwitsers koppel, Francoise en Blaise, en een Zwitserse man Marc. We kunnen goed Frans praten. Het gesprek gaat vooral over de vele wandelreizen die de Zwiters reeds hebben gedaan en over een confederale staatsstructuur. Allicht kunnen onze bobo's daar eens gaan kijken.
Francoise en Blaise zijn een nieuw samengesteld koppen, beiden hebben ze 3 kinderen. Ze vertellen me dat de jeugd in Zwitserland een huis deelt met 4 of 5 omdat het anders niet te betalen is.
Ze vertellen me ook dat arm, middenklasse en rijk vervaagt tot arm en rijk. De middenklasse gaat er uit!
Zij vragen naar mijn Gezinssituatie en de stilte verstomt alles als ze mijn verhaal van mijn kinderen horen...
Na de mislukte blogpoging kruip ik doodop en leeg onder de wol ( in de slaapzak) rond 10 u.
Mijn tempo lag merkelijk lager dan de voorbije dagen, mijn benen voelen vermoeid.
Met mijn voeten voorlopig nog alles in orde.
Ik slaap in de herberg hier, een oude gevangenis, voor 5.
Er waren nog 3 bedden vrij, dus ik heb geluk.
Ik zag daarnet Marc en Beatrijs, ze zijn samen op weg naar La Playa, hier een tiental minuten vandaan.
Mijn kledij zit in de droger, als mijn benen het toelaten ga ik misschien ook nog eens naar de zee kijken.
In afwachting van de tijd die de droogkas nodig heeft schrijf ik deze blog.
Ik vertrok deze morgen om kwart voor elf en kwam hier aan om 17u15.
Het eerste stadje was Santiliana del Mar, wel niet aan de zee!
Het is een zeer pitoresk stadje, het doet me een beetje denken aan Durbuy. Gezellige smalle straatjes, schattige winkeltjes en veel toeristen.
De kerk zit afgeladen vol, het is immers Palmzondag en blijkbaar willen veel mensen hun takje.
Ik zoek de camino doch geen pijlen te bespeuren. Ik loop dan maar een hotel binnen om de weg te vragen en een vriendelijke man helpt me op weg...doch na een half uur stappen nog steeds geen aanduiding.
Ik loop verder op mijn gevoel en na een uur lopen kom ik uit op een doodlopende straat. Blijkbaar hebben mijn engeltjes ook even rust genomen op deze Palmzondag.
Na een uurtje dolen zie ik dan eindelijk de verlossende gele pijl.
Ik ben eindelijk op de goede weg, de zon schijn volop en het landschap alweer zeer mooi.
Na ongeveer 10 km kom ik aan bij een kerk San Martin, hoog op een heuvel, en ook hier is de dienst nog volop bezig. De mensen staan zelfs tot buiten. Ik ben inmiddels in Ciguenza.
Ik loop verder tot Orena , waar ik in een plaatselijke bar een heerlijke boccalido met vlees naar binnen speel. Dit is een half Frans brood met de typische Spaanse paprika's en een stuk vlees.
Dit geeft me voldoende sterkte om de laatste 15 km te overbruggen. Het is inmiddels 14 u, dus ik schat nog 3 uur.
Tijdens deze laatste drie uur krijg ik ineens een ingeving. Waarom geen verband leggen tussen pelgrimeren en leiderschap. Ik zet direct enkele bedenkingen in mijn gsm, namelijk wat de gelijkenissen kunnen zijn tussen pelgrimeren en leiding geven of managen.
De moeite waard denk ik om daar na mijn camino iets over te schrijven.
Intussen hou ik me voor om gedachten hierover direct in mijn gsm te schrijven.
Het is een prachtige wandeling, zeer rustig en geen pelgrim te bespeuren.
De zee duikt inmiddels weer op in de verte, en dit geeft me telkens opnieuw een kick.
Onderweg passer ik een prachtige kerk,San Pedro Advincula, doch ze is gesloten. Om er te geraken moest ik een ferme kuitenbijter over.
Iets verderop , in Pando, alweer een kerkje, schattig klein, en die is wel open. Ik stop om eventjes te bekomen en stil te worden, doch geen kaarsjes om te branden. Er ligt wel een stempel met inktkussen zodat ik mijn boekje kan bewerken.
Mijn benen worden steeds meer vermoeid, de warmte begint te wegen en mijn tempo zakt aanzienlijk op weg naar Comillas.
De weg loopt eventjes langs de zee, doch het stadje zelf ligt op ongeveer 1 km.
Ook Comillas is een gezellig stadje met veel leuke pleintjes, gezellige drukte en veel restaurants en winkels.
Bij het binnen komen volg ik de pijlen naar een hotel, doch daar aangekomen blijkt dit dicht te zijn.
Dan toch maar de herberg, in een oude gevangenis, zodat we dit ook eens hebben meegemaakt.
Hier aan de herberg staat een bord met de melding dat het 456 km is naar Santiago. Dit zou beteken dat ik er reeds 360 heb afgelegd.
Morgen stap ik naar Pesues ( 25 km) of Colombres ( 35 km) afhankelijk van de vorm van de dag!