gisteren was de jaarmis van Brecht. Zaterdag was het een jaar dat we Brechtje moesten laten gaan. Het doet deugd te voelen en te zien dat zovele lieve mensen dit moment samen met ons hebben beleefd. Pijn dragen en verwerken is iets gemakkelijker als je weet dat velen hun schouder klaar houden om op te steunen en opbeurende woorden uitspreken. Ook de mensen die niet live aanwezig waren, doch hun steun en medeleven uitten op een andere manier, ben ik dankbaar.
Ik heb vandaag thuis gewerkt aan een gezapig tempo, mijn mailbox "opgekuist"en stukken gelezen die reeds lang wachtten op een inzage. Na het verdriet en de emoties van de afgelopen dagen leek mij dit de beste manier om de laatste week voordat ik 2 weken verlof nemen te starten. Hartelijk dank aan allen die gisteren speciaal aan Brecht hebben gedacht.
Ik wil eindigen met een citaat uit de "druivelaar" kalender over de liefde.
" De liefde is niet afgunstig. Ze is niet ongelukkig als anderen in de kijker lopen en succes behalen. Van harte gunt zij iedereen alle goeds.
De liefde praalt niet. Zij pronkt niet met wat ze realieert en aanzien geeft. Haar bekommernis is niet dat men naar haar opkijkt. Haar enige zorg is dat het goede gebeurt"
Bedankt voor zoveel liefde... Laat het goede gebeuren...
Camino 2, dag 1, 10/04/2011, Irun-San Sebastian,24,8 km
Beste lezer,
gisteren zijn Jorg, Heidi en ikzelf aangekomen in Irun, na een ritje met de auto van 1180 km. Na de incheck in ons hotel rond 16u trokken we op verkenning. Op zoek naar het haventje en de zee... Echter, geen zee te bespeuren, wel een kerk, echter zonder kaarsjes. Wel genieten van gebed en rust. De zoektocht naar een leuk restaurant was evenzeer een flop. Daarom beslissen we om per tram naar Hendaye te reizen om te souperen. Hendaye is het stadje in Frankrijk waar Heidi en Luc me vorig jaar zijn komem oppikken. Op die manier doen we toch wel iets speciaal gisteren: met de auto van België naar Spanje, dan met de tram van Spanje naar Frankrijk, en zo terug naar Spanje, je moet het maar doen... Lekker gegeten, vroeg in bed en we spreken af 8u aan het ontbijt.
Na een deugddoend ontbijt nemen we omstreeks 9u30 afscheid, Heidi en Jorg terug naar Koksijde, ik op weg voor de eerste etappe. Bedankt Heidi en Jorg om me te brengen: Bedankt Heidi om me alweer de kans te geven op zoek te gaan naar rust.
Ik zit direct op de juiste weg, na de verkenning van gisteren. Het wordt zeer snel duidelijk dat deze tocht niet voor ongetrainde wandelaars is: na anderhalve km door het stadje Irun, direct 4 km klimmen langs moeilijke weg richting Ermita De Guadelupe. Daar , badend in het zweet, de eerste stop in het kleine kerkje, en de eerste kaarsjes gebrand.
Van hierboven een prachtig zicht op Irun...met zijn haven...en zijn strand...
Het is dus waar dat je vanop afstand vaak dingen beter ziet, voor het eerst ziet of anders kunt beschouwen.
Van Guadelupe verder klimmem naar de Momt Jaizkibel. Van welke koers ken ik deze col vake Ludo? Deze bedwongen daalt de route over Lezo naar Passaja de San Juan, waar ik het veerpont neem om de camino verder te zetten richting San Sebastian.
Alhoewel weer volop klimmen, geniet ik met volle teugen: ik loop langs, of liever hoog boven, de zee: Landschap een beetje vergelijkbaar met de Opaalkust, doch ruwer en hoger. Gewoon fantastisch! De moeilijkheid is evident: tussen 14u en 15u doe ik amper 2 km...Aan de kust van Koksijde haal ik 6,5 km per uur! De laatste 300 m zijn sterk dalend en tegen 15u30 kom ik bij het strand van San Sebastian, waar ik direct betoverd ben door de blauw-groene kleur van het strandwater. Prachtig!
Ik zoek de weg naar de jeugdherberg, want een gewone herberg hebben ze hier niet. Op weg er naar toe wordt ik aangesproken door een Engelsman, die gisteren zijn Camino had afgewerkt. Hij reisde terug omdat hij San Sebastian nog eens extra wilde bezoeken vooraleer weer af te reizen naar zijn Home. Hij startte 1 maart en deed er dus 38 dagen over. Mijn 22 dagen planning zijn dus wel zeer ambitieus. Daarom vraag ik hem welke etappes ik best met de bus kan doen zonder veel schoonheid in te binden. Ik dank hem voor de tips en vervolg mijn weg door het centrum. 500 m verder wordt ik alweer aangesproken, door een Spanjaard deze keer, die me een overnachting in zijn herberg wil verkopen. Na een bezoek ter plaatse ga ik in op zijn aanbod en vandaar dat ik voor 15 slaap in Hostel Betianayak, www.betianayak.com, vlakbij de Mc Donnald. Jullie kunnen dus al raden waarmee ik straks de innerlijke mens zal versterken...of ga ik toch op zoek naar trage suikers, pasta dus???
De fysiek is goed, de benen voelen wel moe, doch voldaan, de voeten zijn nog "blaarloos". Ik doe dit jaar de truc van de para's: ik tape mijn voeten in. Het weer is goed, rond de 14 graden, veel wind en af en toe regen. De sympathieke Bask gaf me moed door te zeggen dat het binnen de 4 dagen overweldigend zonnig wordt en warmer. We zullen zien.
Ik ben nog geen andere pelgrim tegen gekomen, behalve de Engelsan natuurlijk. Hier in de herberg slapen wel 2 Canadese vrouwen, doch die zijn op doorreis en doen city per city: zo reizen ze morgen naar Madrid. Verder nog een Frans koppel die 2 dagen de stad bezoeken en een jongen uit Algerije, die hier reeds 4 maanden blijft hangen...
Ik heb zwaar geïnvesteerd in nieuwe technologie, doch kan er nog niet goed meewerken. Hopelijk krijgen jullie dit bericht toch te lezen.
ik lag er vroeg in gisteren, doch rond 4 uur wakker voor een plasje. In de gang kwam in 2 kerels tegen die ik de avond voordien niet had gezien. Paniek dus, allicht de reden dat ikndaarna geen oog meer dicht deed.
Angst weet je wel. Deze ervaring leert mij dat onrust ook wel eens iets met angst of doemdenken kan te maken hebben...
Na een bord cornflakes op weg om 8u30 voor de tweede rit.
Ik loop langs de zee en het valt me op hoeveel mensen ' s morgens vroeg met een stevig tempo op weg zijn, allicht naar hun werk.
Na 2 km, einde van de dijk ben ik de pijlen kwijt. Ik verlies hier een kwartier door te zoeken naar de weg. Tip voor wie na mij komt: ongeveer 300 m voor het einde van de dijk staat een standbeeld van Marie Christine van Oostenrijk:daar ga je dus naar links, het is zeer slecht aangegeven.
vandaar richting eerste col van de dag: Mont de Igueldo,een stevig kuiterbijtertje: om jullie een idee te geven hoe steil, ik ben samen gestart met 2 fietsers en ik ben net voor hen aangekomen...
Dan richting Orio en dat 14 km lang, langs de zee. Het is hier De Ardennen aan zee, ongelooflijk mooi! Allicht iets voor mijn broers, immers het is hier boeren met zicht op zee. Aangezien ze beide houden van de boerestiel en de zee....
Het gaat op en neer, vaak langs onbewandelbare wegen, door de weiden, in de rust.
Wel miezerige regen en mist, doch dit kan de pret niet bederven.
Plots duiken 4 pelgrims op uit de mist: een man en drie dames, Duitsers uit Berlijn, zaterdag vertrokken in irun. Hun verbazing was groot dat ik hen reeds ingehaald had.
Ook voor hen was het tweede keer. Vorig jaar vertrokken ze uit Porto naar Compostella.
Gezien mijn tempo beduidend sneller ligt nemen we afscheid en omstreeks 12u15 arriveer ik in Orio waar ik enkele broodjes naar binnen speel.
Om 13u30 kom ik aan in Zarautz na opnieuw een serieuze bergop. Dit was normaal gezien mijn stopplaats voor vandaag, doch gezien het vroege uur en de jus die nog in mijn benen zit, besluit ik verder te wandelen.
Ik had me voorgenomen om iedere dag te stappen van 8u30 tot 17u, een normale werkdag ...zo kom ik nog in Getaria, waar ik de kerk bezoek, doch geen kaarsjes vind, en in Askizu waar ik de jeugdherberg bezoek in de hoop een stempel te krijgen, doch niemand thui...Om deze mooie dorpjes te bereiken was ket alweer klimmen geblazen en jullie raden het al, de laatste 4km gingen steil naar beneden, en ik kan jullie meegeven dat dit veel meer afzien was dan omhoog stappen.
Moe kom ik aan in Zumaia, Albergue Villa de Luz, tegen 16u30.
Na een verkwikkende douche en de dagelijkse was afrij val ik in slaap op mijn bed. Om 18u30 schiet ik wakker en begin ik de blog. Hopelijk kunnen jullie hem lezen.
vandaag heb ik een serieuze afstand overbrugd, de eerste 25 km te voet, de met de bus.
Gisteren lekker gegeten in het hotelletje in gezelschap van 2 Franse dames, zoals ik reeds zei.
De jongste, Marie Solange,zal vandaag niet stappen vanwege haar kwetsuur. Ze vraagt of ik haar vriendin Clodette niet wil begeleiden tot in Gernika, 20 km.
Ik stem in en we vertrekken na een heerlijk ontbijt om 10u.
In Spanje kun je op hotel niet rekenen om vroeg te onbijten. Slechts om 8u 45 worden we bediend.
Terwijl ik na het ontbijt nog mijn tanden poets denk in spontaan aan Johan, onze kameraad triatleet die vorig jaar in augustus overleed. Hij gaf me kleine tubes tandpasta vorig jaar en ook dit jaar kan ik ze nog gebruiken. Hij was nogal gul. Bedankt Johan, vandaag brand ik zeker een kaars voor jou.
Clodette is 67 en een kranige vrouw. Zij verloor ook 9 jaar geleden een zoon. Zij had een eigen zaak, kledij voor rijpere leeftijd. Ze kent haar vriendin van in het koor.
De weg is super lastig en gevaarlijk. Omhoog, omlaag, langs moeilijke paden, en meer dan eens moet ik wachten om mijn reisgezelschap. Na enkele honderden meters halen we een man in met een fiets en een hondje. Wonder boven wonder hoe hij dit moeilijk traject met de fiets neemt. Ik help hem bij een omver gevallen boom om zijn fiets over deze niet voorziene hindernis te hijsen. Chapeau voor deze mens, die duidelijk een beperking heeft aan zijn rechter been.
Ik vraag hem waarom hij deze moeilijke weg neemt, doch geen antwoord.
Plots besef ik dat ik weer iemand wil beïnvloeden, terwijl het zijn camino is en zijn leven. Ik neem me voor om mijn alomtegenwoordige beinvloedingsdrang te beheersen. Ieder zijn camino, zijn keuzes in het leven. Respect en begrip is beter op zijn plaats dan beïnvloeding...
Na 3 km, we zijn inmiddels een uur aan het stappen, komen we aan een lyrisch brugje waar onze vrienden uit Bordeaux zijn halt gehouden. We verbroederen, ik deel chocolade uit, we trekken wat foto's van elkaar, en Clodette besluit om haar tocht in het gezelschap van de familie van Geraldo te vervolledigen. Zij stappen minder snel.
Ik loop vananaf nu alleen verder, in een adembenemend mooi landschap en onder een stralende zon.
Iets verder moet ik langs een kwade loslopende hond. Kalm blijven is de boodschap, en alhoewel hij me 100 m blijft achtervolgen doet hij me niets, behalve veel lawaai maken.
Om 13 u neem ik pauze aan de kerk van Arrutza waar ik mijn picknick neem. Ondertussen hang ik mijn kledij van gister in de zon ( ze was nog niet droog na mijn handwasje van gisteren).
Het valt me op dat mijn kop niet stil staat. De gedachte dat ik me vaak onnodig erger laat me niet los. Ik prent me in dat ik dat het beste afleer en dat ik dit gedurende mijn verdere toch vandaag constant zal roepen.
Na een half uur vertrek ik en na goed 2 km loopt het mis. Ik raak de weg kwijt. Ligt het aan mij, of aan de povere wegmarkeringen?
Ik besluit naar het westen te lopen en na ongeveer een uur zie ik opnieuw een vertrouwde gele pijl. Echter al gauw sta ik weer bij een dilemma voor een kruising. Ik loop wel vier keer het kruispunt af, doch ik mis de pijlen.
Op mijn gevoel sla ik een weg in naar het bos, ik had gelezen dat ik door een woud moest stappen.
Tussen de bomen vervolg ik mijn weg, doch zonder aanwijzingen. Ik verwerp mijn ergenis en loop op mijn gevoel, de situatie aanvaardend.
Wat volgt is grensverleggend voor mij: alleen in dit gigantisch bos,super steile hellingen, springen over beken, ploeteren door het slijk, vallen en weer opstaan.
Ideale gelegenheid om de kalmte te bewaren, prent ik me constant in.
Ik vertrouw op de engeltjes op mijn schouder...
Na 2 uur zwoegen kom ik op een weg en ik zie in de verte een kerkje. Ik loop er naar toe, alweer steil bergop. Mijn kuitspieren begin ik nu wel te voelen, en ik geraak stilaan moe. En wonder boven wonder, aan de kerk zie ik een pijl, die ik nu kan volgen tot in Gernika.
Om 16 u stap ik deze stad binnen en besluit om het bus station te zoeken.
Een dame helpt me op weg en om 16u30 zit ik voor 235 op de bus naar Bilbao, 25 km verder.
Tegen halfzes stap ik uit en volg te pijlen naar het bureau voor toerisme, ongeveer 15 min stappen.
Ik krijg er mijn stempel, doch evenzeer te horen dat de herberg die ik zoek niet meer bestaat. Er is nog een jeugdherberg, doch de dame weet me te vertellen dat deze volzet is vandaag.
Ze doet me een hostal aan de hand, 3 km verder, doch wel op de camino. Dat scheelt dus al voor morgen...
Onderweg passeer ik de kerk van Franciscus van Assisi, waar ik 20 kaarsjes brand en stil wordt. De tranen schieten me in de ogen. De rust en stilte van deze kerk, met Gregoriaanse muziek op de achtergrond makken me weemoedig. Ideale les om bescheiden te blijven en te beseffen dat het gemis van mijn kinderen altijd zal aanwezig blijven.
Na eerst nog wat boodschappen te doen ( oa tensoplast om mijn voeten te tapen en water en brood voor morgen onderweg), arriveer ik tegen half zeven aan hostal Aria's, www.hostalarias.es, waar ik zal slapen. Ik ben tot nu toe de enige pelgrim.
Zelfde ritueel als altijd: deugddoende douche, handwas, paella eten om de hoek en bloggen.
Morgen stap ik naar Probena-Muskiz , 32 km. Hopelijk kan ik daar slapen, zo niet neem ik weer de bus, 23 km verder naar Castro-Urdiales.
Ik vergeet nog te melden dat ik vandaag geen zee heb gezien: ik liep werkelijk in de bergen.
In de Alberque was het best gezellig. Een Franse Bask was er samen met zijn 2 dochters en de stiefzoon van zijn ex, samen met hun respectievelijke liefjes.
Onze gastheer Miquel had lekkere paella gemaakt en met 9 aan tafel hebben we goed gepraat en gelachen.Geraldo is nu loodgieter in Bordeaux, zijn oudste dochter Jessica studeert een Manama geschiedkunde, haar vriend studeert straks af als anesthesist. Zij wonen in Marseille. We dronken rode wijn uit de streek.
Dit had ik nog vergeten zeggen: hier wandelde ik voorbij Orio gisteren door de wijngaarden, tevens met zicht op zee. Allicht iets voor Philippe: wijnboeren met zicht op de zee...
We kregen ook nog gezelschap van Arthur, een 61 jarige Zuid Afrikaan uit Kaapstad die nu in Saragossa woont. Hij doet de Camino met de fiets, doch hij was gevallen, efkes in het ziekenhuis gelegen en hij kon nu 3 dagen uitrusten in de Alberque. Hij werkte gans zijn leven op de boten en derhalve had hij reeds vele avonturen meegemaakt.
Vanochtend om 8 uur ontbijt en dan op weg.
Het regent en ik loop al snel de verkeerde richting uit. Een sympathieke Bask Espanjol zet me op de juiste weg. Het is niet alleen in België strijd om de federatie. Ook hier zijn er felle aanhangers van een onafhankelijk Baskenland.
De weg naar Itziar is lastig, klimmend langs rustige wegen, miezerig weer. In het begin valt het vrij goed mee, doch naar mate de km voeders wordt de weg steeds steiler en de wegen steeds moeilijker, zo goed als onbewandelbare, mede door de hevige regen van de laatste dagen.
Ik denk aan mijn kinderen, mijn engelen, opdat ze me goed zouden begeleiden vandaag.
Ik besef dat ik ze niet zal kunnen loslaten. Ik zal mij focussen om zonder hun lijfelijke aanwezigheid zo goed en zo kwaad ik kan zo goed mogelijk verder te leven, in de wetenschap dat liefde nooit sterft.
Ik kan beter Andere dingen lossen die ook voor mijn onrust zorgen zoals afhankelijkheid van sigaretten,werkverslaving,slechte denkgewoontes zoals machtstreven,geldigheidsdrang, ergernis,overdreven eerzucht.... Nog een lange weg voor de boeg.
Ik denk aan mijn papa zaliger die gisteren jarig was.
Ik bedenk dat ik hier beter werk kan van maken, doch het is niet simpel in deze barre omstandigheden.
Om 11 uur kom in bij de kerk van Itziar,hier kan ik kaarsjes branden en stil worden. Ik heb slechts 7 km afgelegd in 2u30.
Bij het verlaten van de kerk is het weer totaal omgeslagen: hevige mist en felle regenbuien.
Ik vervolg mijn weg richting Deba, 4 km verder. De weg gaat steeds steiler omhoog en de regen valt met tonnen uit de hemel. De wegen worden steeds gladder en wat ik vreesde gebeurde: ik val. Zonder erg.
In Deba aangekomen beslis ik de publieke lift te nemen tot beneden in het dorp om verdere averij te voorkomen. Inmiddels is het 12 u en tijd voor een hapje: lekkere Spaanse broodjes met ei en worst.
Tijdens mijn etentje krijg ik telefoon van Rose-Marie...
Ik besluit om nog een volledige etappe te doen zoals beschreven in mijn boekje: van Deba naar Markina, 23 km.
De eerste 20 km is constant stijgen, van zee niveau in Deba naar 500 m tot 3 km voor mijn eindbestemming.
Ik besluit om beide stokken te gebruiken en dit blijkt de goede keuze. Ik kan ze gebruiken om recht te blijven en om vlot te kunnen stijgen. Met 2 stokken gaat automatisch het ritme de hoogte in. Dit blijkt als ik halverwege de Portugese fietser inhaal die 's morgens tegelijk met mij vertrok vanuit de herberg.
Dit gaf me natuurlijk vleugels om op hetzelfde elan mijn weg te vervolgen.
Om 17u45 kom ik dan eigenlijk aan bij de herberg in Markina, doch die blijkt gesloten. Daar ontmoet ik een collega Pelgrim uit Hannover en een behulpzame inwoner die ons meenemt te voet naar een casa rural 2 km buiten het dorp. Ook deze was dicht.
Terug in het dorp stelt de inwoner voor de eigenaar te bellen van een herberg en hotel in Bolibar, 7 km verder langs de camino. Deze is bereid ons te komen halen met de auto.
Vandaar de extra lange tocht vandaag, doch de laatste 7 km waren de gemakkelijkste.
Ik kwam pas om 19 u in het hotel, snelle douche en snel mijn kleren wassen ( want vol slijk)met de hand ( hier immers geen machine), dus ik hoop dat ze morgen droog zijn.
Morgen reis ik door naar Bilbao,51 km, dus ik zal ook voor een gamakkelijk transportmiddelen zorgen de laatste km 's.
Fijne groeten en alvast bedankt voor de ondersteunende en meelevende reacties.
Dag 5, 14 april 2011, Bilbao-Castro-Urdiales, 55 km
Beste bloglezers,
Ik heb de vijfde dag achter de rug.
Degenen die ook vorig jaar hebben gevolgd weten dat ik toen in de lappenmand lag met kapotte hielen.
Vandaag overbrug ik 55km, 45 te voet, 10 met de taxi.
De reden is eenvoudig: op mijn geplande stopplaats Probena Muskiz is de herberg gesloten en geen hotel te bespeuren.
Lokale bewoners raden me aan nog 4km verder te stappen, ik zou er dan 39 op de teller hebben staan, doch ook daar is geen herberg of hotel te bespeuren.
Ik besluit dan maar verder te stappen in de hoop dat mijn engelbewaarders mij zullen gidsen naar een slaapplaats, doch na 45 km ben ik het beu en stop ik in een internet kantoor, waar de lokale bevolking van het kleine dorpje Onton kan internetten.
De bediende aldaar is zo vriendelijk om een taxi te bellen en moe doch voldaan kom ik uiteindelijk 10 km verder aan in het gezellig kuststadje en haventje Castro-Urdiales.
Ik slaap in pension La Sota in het haven kwartier. Straks ga ik op verkenning, als mijn benen nog willen ten minste.
Ik zal in ieder geval iets zoeken om te eten want mijn maag begint nu al te krollen.
Gelukkig ben ik vanmorgen dus vroeg vertrokken in Bilbao.
Om 8 uur stap ik de drukte van de stad uit, omhoog naar de onbeweeglijke smog die boven de stad hangt.
Na die eerste klim gaat, na een felle hoestbui ( door de smog ),de jas uit om 9 u.
Na een tocht door de weide, waar voordien zeker geen pelgrims zijn gepasseerd doch serieuze viervoeters ( te zien aan de vlaaien ),wacht de tweede serieuze helling naar het kerkje van Santa Ageda.
Dit is een echte kuitenbijter en ik voel dat mijn benen niet zijn zoals de vorige dagen. Ik wist toen nog niet wat me nog te wachten stond....
Opvallend is dat ik de eerste 2 uur het geluid van de stad blijf horen. Wat een sterk contrast met de stilte van de voorbije dagen!
Ik weet nu zeker, de stad is niks voor mij.
Rond half elf arriveer ik bij opnieuw een druk stadje, Baracaldo.
De wolken worden steeds dreigender en ik moet de jas weer aandoen om de kou te trotseren.
De camino gaat door een groot en prachtig stadspark en voorbij de markt, waar de menigte woelt aan de kleine kraampjes.
Ik heb inmiddels 11 km achter de rug.
Vandaar richting Portugalete, 9 km verder!
Wat opvalt is de slechte, of helemaal geen gele aanduidingen.
Ik besluit mijn gevoel te volgen, tot ik aan het kerkhof een arbeider aanspreek. Hij vertelt me dat ik de andere kant uit moet.
Ik vlg zijn aanwijzingen en na ongeveer 1km kom ik bij de herberg van Portugalete, die trouwens dicht is, terwijl ik daar helemaal niet moest zijn. De man had me dus de weg naar de herberg gewezen,niet de camino.
Doe dus niet deze camino zonder Spaanse kennis!
Gelukkig is op 200 m het bureau voor toerisme, en opnieuw wordt ik daar vriendelijk en correct geholpen in goed Engels.
Ik besluit daar op een terrasje Efkes te rusten en een hapje te eten: lekkere taart, ik smaak aardappel,champignon en prei. Heerlijk!
Om 13u20 vertrek ik dan vol goede moed naar mijn voorziene slaapplaats Pobena - Muskiz, 13 km verder op.
De weg is mooi,langs een fietspad met 2 rijstroken en een breed voetpad. Je zou hier voor minder gaan fietsen en wandelen. Deze infrastructuur nodigt iedereen uit om te bewegen.
Er staan bordjes langs de weg met de km 's. Elke nieuwe km een bord.
Zo zie ik dat ik gemiddeld tussen 5 en 6 km per uur loop.
5 km voor het einde is ze er dan eindelijk opnieuw: de zee.
Je ziet ze niet alleen, je voelt ze ook. Zalig!
Dit beeld geeft me natuurlijk verse moed en om 15u40 zit ik op terras met zicht op zee een koffie te drinken.
Iets na vier vertrek ik dan voor de laatste 4 km ( dacht ik toch) op zoek naar de herberg. De camino loopt hier zelfs op het strand, en daarna omhoog, om tenslotte tot ik er neerval in Onton, constant langs, eerder boven te zee te stappen. Dit overweldigend gevoel en fenomenaal uitzicht doet vergeten dat ik inmiddels de veertig km het overschreden.
Deze wandeling is echt een aanrader voor wie van zee, groen en bergen houdt: rechts de rotsen waartegen de golven afketsen, rechts de weiden op heuvels waar koeien,paarden en schapen gretig grazen met zicht op zee. Er boven bos, en daarachter de bergen.
De rest van mijn verhaal kennen jullie inmiddels.
Ik heb inmiddels ongeveer 200 km overbrugd, nog 620. Er resten mij nog 17 dagen om in Santiago te geraken, dus 36,5 per dag.
Gezien de lange etappe van vandaag beslis ik om morgen niet te stappen. Ik laat de voeten en de benen een beetje rusten.
Ik zal dit stadje bezoeken en dan de bus nemen naar Santander 84 km verder.
Ik eindig deze blog met een tekst die mijn gedachten en gevoelens van de eerste 'Werkweek' weergeeft.
Dag 6, 15 april 2011, Castro-Urdiales-Santander,65 km
Dag 6, Castro -Urdiales, Santander, 65 km met de bus.
Beste bloglezers,
Ik wil eerst alle lezers bedanken voor de mooie, ondersteunende en motiverende woorden.
Zo ver en toch zo dichtbij, het doet deugd aan mijn hartje.
Gisteravond gegeten in het haventje vlakbij. Ik heb lekker ouderwets gedaan en een flinke entrecote met frieten besteld. Wel met typische Spaanse paprika's, zeer lekker.
Ik voelde me wel zeer moe en tegen 11 uur lag ik onder de wol.
Na een heerlijke nachtrust schiet ik wakker om 7u.
Ik voel direct aan mijn handgewassen kledij en stel vast dat deze nog nat zijn.
Daarom beslis ik alles zeer langzaam te doen, met het raam open, zodat mijn kleren nog een beetje kunnen drogen.
Slapen in een pension geeft je ongetwijfeld meer privacy en luxe, een wasmachine en droger zijn niet voorhanden.
Deze vindt je wel in de meeste refugios, en uiteraard ook de gezelligheid en het gezelschap van mede pelgrims in de herberg.
Ik hou me voor om de etappes volgens mijn boek te volgen, zodat de kans dat ik in een herberg kan slapen groter wordt.
Om 10 u vertrek ik op op verkenning door Castro.
Eerste bezoek ik de prachtige gotische kerk Sainte Marie de L'Ascension
Dit is het belangrijkste gotische bouwwerk in de streek. Ze dateert uit de 13 de eeuw. Binnenin zijn verschillende mooie schilderijen en sculpturen te bewonderen.
Ik neem te tijd om stil te zijn en te bidden en ik offer al mijn muntstukken op om kaarsjes te branden. Er branden nu 18 kaarsjes voor jullie allemaal en voor onze dierbare overledenen in de mooie kerk van Castro, en dit allemaal met zicht op zee...
Daarna loop ik het bureau de toerismo binnen en vraag waar ik de bus kan nemen naar Santander.
De vriendelijke dame aan het loket vertelt me in keurig Engels, dat ik daarvoor de ganse stad door moet, ongeveer een uur stappen, of ik kan ook de plaatselijke bus nemen.
De volgende bus vertrekt om 12 u, ik heb dus 65 min om er te voet te komen.
Dit moet dus lukken, een echte pelgrim neemt geen bus. Toch????
Na 45 min flink stappen kom ik bij het busstation ( termibus), waar ze me vertellen dat de bus compleet volzet is. Ik moet dus wachten op de bus van 13 u.
De tekst hierboven is dus geschreven terwijl ik wacht op de bus.
De busreis duurt anderhalf uur. De eerste 20 km rijden we langs de kust. De rest van de trip lijkt me minder leuk, want door veel drukte.
Tijdens de rit krijg ik telefoon van Frans. Leuk dat hij belt om me aan te moedigen.
Hij vraagt me tevens om een kaarsje te branden voor de moeder van Nana. Ze laat zich een beetje gaan.
Veel sterkte van hieruit voor de ganse familie.
Aangekomen in Santander, prachtige grootstad aan zee, ga ik direct op zoek naar het toerisme bureau. Dit is bewezen de beste truc om snel de weg te vinden in een vreemde stad.
Rond half vier kom ik aan in de herberg.
Eindelijk een echte refugio, wel 10U bedden dicht bijeen in een veel te kleine ruimte, vriendelijke ontvangst door een dame en een heer, 2 douchen en 2 toiletten.
Ik ben de negende pelgrim bij mijn aankomst, inmiddels zie ik hier een vijftiental personen. Ik hoor vooral Spaans praten.
Na de douche en de was in de machine deze keer, met droger, kan ik eten in het restaurant naast de herberg.
Een echte pelgrim menu voor 7 : pasta als voorgerecht, vis met frieten als hoofdgerecht, yoghurt als dessert. Wijn of water inbegrepen, ik kies voor water, mijn jicht weet je wel...
Tegen halfzes bezoek ik de stad en ik ga eerst op zoek naar de kathedraal San Christo. Deze bevindt zich boven een oude abdij van de veertiende eeuw die vernield werd in 1942. Door glazen tegels zie je nog de restanten.
Ik vervul mijn belofte aan Frans en Nana, en beslis om nog 10 kaarsjes te branden. Telkens hou ik hierbij bepaalde mensen in het gedachte.
Daarna geniet ik op een terras van de stralende zon en een kop straffe koffie. Op dat moment telefoon uit Belgenland: Heidi is op weg naar haar geliefde Antwerpen waar ze het weekend zal doorbrengen bij familie en vrienden.
' t is alweer file op de E17. Op de camino heb ik van dit vervelend fenomeen geen last!
Als ik mijn boekje volg stap ik morgen naar Mogro, 24 km. Vreemd genoeg lees ik dat daar ook geen herberg is, wel 14 km verder in Polanco. Ik zal naar mijn benen en voeten luisteren en zie wel waar ik uiteindelijk zal belanden.
Rest me nog jullie allemaal een fijn en plezant weekend te wensen.
Dag 6, Castro -Urdiales, Santander, 65 km met de bus.
Beste bloglezers,
Ik wil eerst alle lezers bedanken voor de mooie, ondersteunende en motiverende woorden.
Zo ver en toch zo dichtbij, het doet deugd aan mijn hartje.
Gisteravond gegeten in het haventje vlakbij. Ik heb lekker ouderwets gedaan en een flinke entrecote met frieten besteld. Wel met typische Spaanse paprika's, zeer lekker.
Ik voelde me wel zeer moe en tegen 11 uur lag ik onder de wol.
Na een heerlijke nachtrust schiet ik wakker om 7u.
Ik voel direct aan mijn handgewassen kledij en stel vast dat deze nog nat zijn.
Daarom beslis ik alles zeer langzaam te doen, met het raam open, zodat mijn kleren nog een beetje kunnen drogen.
Slapen in een pension geeft je ongetwijfeld meer privacy en luxe, een wasmachine en droger zijn niet voorhanden.
Deze vindt je wel in de meeste refugios, en uiteraard ook de gezelligheid en het gezelschap van mede pelgrims in de herberg.
Ik hou me voor om de etappes volgens mijn boek te volgen, zodat de kans dat ik in een herberg kan slapen groter wordt.
Om 10 u vertrek ik op op verkenning door Castro.
Eerste bezoek ik de prachtige gotische kerk Sainte Marie de L'Ascension
Dit is het belangrijkste gotische bouwwerk in de streek. Ze dateert uit de 13 de eeuw. Binnenin zijn verschillende mooie schilderijen en sculpturen te bewonderen.
Ik neem te tijd om stil te zijn en te bidden en ik offer al mijn muntstukken op om kaarsjes te branden. Er branden nu 18 kaarsjes voor jullie allemaal en voor onze dierbare overledenen in de mooie kerk van Castro, en dit allemaal met zicht op zee...
Daarna loop ik het bureau de toerismo binnen en vraag waar ik de bus kan nemen naar Santander.
De vriendelijke dame aan het loket vertelt me in keurig Engels, dat ik daarvoor de ganse stad door moet, ongeveer een uur stappen, of ik kan ook de plaatselijke bus nemen.
De volgende bus vertrekt om 12 u, ik heb dus 65 min om er te voet te komen.
Dit moet dus lukken, een echte pelgrim neemt geen bus. Toch????
Na 45 min flink stappen kom ik bij het busstation ( termibus), waar ze me vertellen dat de bus compleet volzet is. Ik moet dus wachten op de bus van 13 u.
De tekst hierboven is dus geschreven terwijl ik wacht op de bus.
De busreis duurt anderhalf uur. De eerste 20 km rijden we langs de kust. De rest van de trip lijkt me minder leuk, want door veel drukte.
Tijdens de rit krijg ik telefoon van Frans. Leuk dat hij belt om me aan te moedigen.
Hij vraagt me tevens om een kaarsje te branden voor de moeder van Nana. Ze laat zich een beetje gaan.
Veel sterkte van hieruit voor de ganse familie.
Aangekomen in Santander, prachtige grootstad aan zee, ga ik direct op zoek naar het toerisme bureau. Dit is bewezen de beste truc om snel de weg te vinden in een vreemde stad.
Rond half vier kom ik aan in de herberg.
Eindelijk een echte refugio, wel 10U bedden dicht bijeen in een veel te kleine ruimte, vriendelijke ontvangst door een dame en een heer, 2 douchen en 2 toiletten.
Ik ben de negende pelgrim bij mijn aankomst, inmiddels zie ik hier een vijftiental personen. Ik hoor vooral Spaans praten.
Na de douche en de was in de machine deze keer, met droger, kan ik eten in het restaurant naast de herberg.
Een echte pelgrim menu voor 7 : pasta als voorgerecht, vis met frieten als hoofdgerecht, yoghurt als dessert. Wijn of water inbegrepen, ik kies voor water, mijn jicht weet je wel...
Tegen halfzes bezoek ik de stad en ik ga eerst op zoek naar de kathedraal San Christo. Deze bevindt zich boven een oude abdij van de veertiende eeuw die vernield werd in 1942. Door glazen tegels zie je nog de restanten.
Ik vervul mijn belofte aan Frans en Nana, en beslis om nog 10 kaarsjes te branden. Telkens hou ik hierbij bepaalde mensen in het gedachte.
Daarna geniet ik op een terras van de stralende zon en een kop straffe koffie. Op dat moment telefoon uit Belgenland: Heidi is op weg naar haar geliefde Antwerpen waar ze het weekend zal doorbrengen bij familie en vrienden.
' t is alweer file op de E17. Op de camino heb ik van dit vervelend fenomeen geen last!
Als ik mijn boekje volg stap ik morgen naar Mogro, 24 km. Vreemd genoeg lees ik dat daar ook geen herberg is, wel 14 km verder in Polanco. Ik zal naar mijn benen en voeten luisteren en zie wel waar ik uiteindelijk zal belanden.
Rest me nog jullie allemaal een fijn en plezant weekend te wensen.
Dag 7, Santander Camplegno, 45 km op 16 april 2011.
Beste bloglezers,
Inmiddels is het reeds zondag.
Gisteren is het bloggen in eerste instantie mislukt en ik had geen courage meer om te zoeken naar de oplossing.
Het is nu zondag, en ik heb reeds heerlijk ontbeten, en maak nu tijd om met mijn trouwe supporters te communiceren.
Inmiddels heb ik opnieuw mijn was opgehangen buiten, hopelijk droogt ze nog eer ik vertrek.
Vandaag wandel ik naar comillas, 25 km. Ik hou het dus een beetje rustig vandaag.
Nu het relaas van gisteren.
Na een slechte nachtrust, veel lawaai, gekuch, gesnurk en een onaangename geur, ben ik om 8 u vertrokken naar een bar vlakbij voor een ontbijt.
Wat doet een mens als hij zo lang wakker ligt?
Ik heb de raad van Godrick opgevolgd en aan mooie momenten met mijn kinderen gedacht. Tranen schoten mij daarbij vaak in de ogen. Ik merk bij mezelf op dat het lang geleden was dat ik nog huilde. Het doet dus goed om deze oefening iets vaker te herhalen. Ook dat helpt bij de verwerking. Bedankt voor de tip.
Hierbij enkele van mijn herinneringen die ik met jullie wil delen:
Mooie momenten waren er zeker,
Van bij de geboorte moet je weten,
De eerste maanden steeds beter,
Op weg naar een perfect leven...
Als kleine kleuters mee met papa naar het voetbal,
Buiten op het gras
Of binnen in de hal,
Steeds afsluitend met een cola in glas
Annelies liep zelfs model
In de school van tante Mizef
Samen met Brecht een sportief stel
Ravotten in de sporthal van nonlel Sjef.
Ook op trouwfoto's de show stelen,
Annelies alleen voor Nathalie
Samen met jean Marc en Sofie de duinen delen
Van iedereen kregen ze veel sympathie.
De eerste communnie in Heule was fijn
Annelies stralend in haar gloednieuwe buggy
Brecht in volle actie op het speelterrein
De grote familie samen in reünie.
De vakanties aan zee in Baaltje
Brecht altijd op het strand
Annelies ging wel eens aan het haaltje
In de wandelwagen samen hand in hand
Om de 2 weken mochten we eten bij memee
Terwijl mama verdiende de centjes
Appelmoes, wortelen of puree,
Ze konden eten als grote ventjes.
Daarna op de koffie bij tante Ingrid
Natuurlijk niet zonder haar befaamde chocomousse
Geen mens die dit ooit heeft gezien,
De kilo'verborgen in een te grote blouse.
Natuurlijk niet te vergeten
De leuke uitstappen met Bachte
Samen met de vriendjes uren versleten
Ik dank de begeleiders van harte.
Na een heerlijk ontbijt met vers geperst fruitsap, chroissant en broodje met spek en ei, vertrokken om 8u30.
De zon staat reeds hoog aan de hemel.
De eerstee 6 km lopen langs een vrij drukke baan. Gelukkig is er op zaterdag niet echt veel verkeer.
Onderweg praat ik met de Braziliaan die ook in de herberg sliep in Santander. Hij doet de camino op de fiets. Toen ik hem vroeg hoe zijn fiets vanuit Brazilië naar Irun was geraakt, vertelde hij dat je een volledige fietsuitrusting kunt huren bij een busmaatschappij voor de periode van je tocht. Voor hem zou dit 35 kosten. Goed om weten dacht ik bij mezelf. Dit wil ik zeker met jullie delen, je weet nooit dat dit sportieve avonturiers om het eens met de fiets te proberen....
Hij vertelt me erbij dat hij wel de camino wegen mijdt na de zware eerste dagen. Hij volgt nu de hoofdwegen.
Rond 11 u kom ik aan in Boo, na 14 km. Ik voel me goed en besluit om voor de 38 km te gaan.
Iets verderop raap ik een Duitse verpleegkundige op van 27 jaar die twijfelt welke weg ze moet volgen. Ik help ze op weg en we besluiten een poosje samen te lopen. Ze werkt in een instelling voor mensen met stress en burn out. Ik stel haar voor om de volgende keer samen met haar patiënten de camino te lopen...
Het is haar eerste stap dag en ze sliep ook in de herberg in Santander. Ik had ze niet gezien...
Ze wil enkele dagen op de camino norte wandelen en ter hoogte van Leon stapt ze over naar de camino Frances, waar ze enkele vrienden zal ontmoeten, waarmee ze dan samen naar Santiago zal stappen. Ze hoopt daar te zijn tegen 14 mei.
Om 13 u eten we iets in Mogro,24 km reeds gedaan. Inmiddels hebben we in de verte reeds zicht op zee.
Ik beslis om verder alleen te lopen en we nemen afscheid na eerst nog een foto van elkaar te nemen met zicht op zee.
De weg gaat weer weg van de zee, veel rechte stukken, licht glooiend, een ganse tijd langs een pijpleiding. In Cudon, 10 km verder moet ik dringend. Wonder boven wonder ligt 500 m verder een herberg. Mijn engeltjes hebben dit goed gerelegd...
Daar vertellen ze mij dat het nog 4 km is naar de herberg in Polanco.
Ik drinke nog op mijn gemak een koffie en eet een kofiiekoek. Mijn beentjes voelen wel reeds moe.
Ik vertrek opnieuw rond 15 u40 voor de laatste 4 km. Ik laat het tempo wat zakken. Het loopt opnieuw langs een drukke weg. Tegen 16u 30 kom ik aan in Polanco, doch ik vind er de herberg niet, alleen een gigantisch fabriek van Solvay die serieus stinkt.
Hier wil je toch niet slapen Bart, denk ik bij mezelf.
Ik vind wel een drinkfontein, vul mijn flesjes,praat me voldoende moed in en stap naar de volgende herberg, 7 km verder in Camplegno.
De laatste loodjes wegen zeer zwaar, doch het landschap maakt alles goed. We lopen tussen de groene weiden, tussen de bergen, precies Oostenrijk, prachtig. Het parcours is licht heuvelachtig, ik moet een hoogte verschil van 150 m overbruggen. Na 40 km voelt dit echter als 1500 m...
Om 18 u kom ik uitgeput aan de herberg van Charo, een kranige madre die ons verwent als waren we haar echte kinderen.
Ze bereidt voor ons een heerlijke maaltijd, pasta, varkensvlees en yoghurt als dessert.
We zijn hier met vier: een Zwitsers koppel, Francoise en Blaise, en een Zwitserse man Marc. We kunnen goed Frans praten. Het gesprek gaat vooral over de vele wandelreizen die de Zwiters reeds hebben gedaan en over een confederale staatsstructuur. Allicht kunnen onze bobo's daar eens gaan kijken.
Francoise en Blaise zijn een nieuw samengesteld koppen, beiden hebben ze 3 kinderen. Ze vertellen me dat de jeugd in Zwitserland een huis deelt met 4 of 5 omdat het anders niet te betalen is.
Ze vertellen me ook dat arm, middenklasse en rijk vervaagt tot arm en rijk. De middenklasse gaat er uit!
Zij vragen naar mijn Gezinssituatie en de stilte verstomt alles als ze mijn verhaal van mijn kinderen horen...
Na de mislukte blogpoging kruip ik doodop en leeg onder de wol ( in de slaapzak) rond 10 u.
Mijn tempo lag merkelijk lager dan de voorbije dagen, mijn benen voelen vermoeid.
Met mijn voeten voorlopig nog alles in orde.
Ik slaap in de herberg hier, een oude gevangenis, voor 5.
Er waren nog 3 bedden vrij, dus ik heb geluk.
Ik zag daarnet Marc en Beatrijs, ze zijn samen op weg naar La Playa, hier een tiental minuten vandaan.
Mijn kledij zit in de droger, als mijn benen het toelaten ga ik misschien ook nog eens naar de zee kijken.
In afwachting van de tijd die de droogkas nodig heeft schrijf ik deze blog.
Ik vertrok deze morgen om kwart voor elf en kwam hier aan om 17u15.
Het eerste stadje was Santiliana del Mar, wel niet aan de zee!
Het is een zeer pitoresk stadje, het doet me een beetje denken aan Durbuy. Gezellige smalle straatjes, schattige winkeltjes en veel toeristen.
De kerk zit afgeladen vol, het is immers Palmzondag en blijkbaar willen veel mensen hun takje.
Ik zoek de camino doch geen pijlen te bespeuren. Ik loop dan maar een hotel binnen om de weg te vragen en een vriendelijke man helpt me op weg...doch na een half uur stappen nog steeds geen aanduiding.
Ik loop verder op mijn gevoel en na een uur lopen kom ik uit op een doodlopende straat. Blijkbaar hebben mijn engeltjes ook even rust genomen op deze Palmzondag.
Na een uurtje dolen zie ik dan eindelijk de verlossende gele pijl.
Ik ben eindelijk op de goede weg, de zon schijn volop en het landschap alweer zeer mooi.
Na ongeveer 10 km kom ik aan bij een kerk San Martin, hoog op een heuvel, en ook hier is de dienst nog volop bezig. De mensen staan zelfs tot buiten. Ik ben inmiddels in Ciguenza.
Ik loop verder tot Orena , waar ik in een plaatselijke bar een heerlijke boccalido met vlees naar binnen speel. Dit is een half Frans brood met de typische Spaanse paprika's en een stuk vlees.
Dit geeft me voldoende sterkte om de laatste 15 km te overbruggen. Het is inmiddels 14 u, dus ik schat nog 3 uur.
Tijdens deze laatste drie uur krijg ik ineens een ingeving. Waarom geen verband leggen tussen pelgrimeren en leiderschap. Ik zet direct enkele bedenkingen in mijn gsm, namelijk wat de gelijkenissen kunnen zijn tussen pelgrimeren en leiding geven of managen.
De moeite waard denk ik om daar na mijn camino iets over te schrijven.
Intussen hou ik me voor om gedachten hierover direct in mijn gsm te schrijven.
Het is een prachtige wandeling, zeer rustig en geen pelgrim te bespeuren.
De zee duikt inmiddels weer op in de verte, en dit geeft me telkens opnieuw een kick.
Onderweg passer ik een prachtige kerk,San Pedro Advincula, doch ze is gesloten. Om er te geraken moest ik een ferme kuitenbijter over.
Iets verderop , in Pando, alweer een kerkje, schattig klein, en die is wel open. Ik stop om eventjes te bekomen en stil te worden, doch geen kaarsjes om te branden. Er ligt wel een stempel met inktkussen zodat ik mijn boekje kan bewerken.
Mijn benen worden steeds meer vermoeid, de warmte begint te wegen en mijn tempo zakt aanzienlijk op weg naar Comillas.
De weg loopt eventjes langs de zee, doch het stadje zelf ligt op ongeveer 1 km.
Ook Comillas is een gezellig stadje met veel leuke pleintjes, gezellige drukte en veel restaurants en winkels.
Bij het binnen komen volg ik de pijlen naar een hotel, doch daar aangekomen blijkt dit dicht te zijn.
Dan toch maar de herberg, in een oude gevangenis, zodat we dit ook eens hebben meegemaakt.
Hier aan de herberg staat een bord met de melding dat het 456 km is naar Santiago. Dit zou beteken dat ik er reeds 360 heb afgelegd.
Morgen stap ik naar Pesues ( 25 km) of Colombres ( 35 km) afhankelijk van de vorm van de dag!
Dag 9, 18 april 2011, Comillas naar La Franca, 37 km.
Beste bloglezers,
Alweer een mindere nacht achter de rug.
Dit had vooral te maken met gesnurk van mijn gebuur.
Gister avond nog tot aan de Playa gewandeld, een foto genomen en terug.
Ik vond in het oude stadje een lekkere pizzeria.
Tortilla's met tonijn als voorgercht en een pisa carnivore, een goed gevulde maaltijd, doch dit is hier nodig met al die km in de benen.
Om 22 u in bed, de snurksyphonie was toen reeds begonnen.
Ik slaap in de zaal beneden waar plaats is voor 6 pelgrims.
De zaal ligt zoals reeds gezegd vol en ik ben de laatste die zijn bed opzoekt.
Vanmorgen om 8u15 op stap, zonder ontbijt. Ik zal de eerste 2 uur lopen op een halve liter water en 2 trekking koekjes die ik nog bij heb.
Na een half uur stappen heb ik 2 oudere mannen ingehaald. Zij bleken ook op dezelfde zaal te slapen als ik en 1 van hen was de snurker.
Het zijn Bretoense Fransmans, Arsene 74 jaar en Vincent, 67 jaar.
Zij startten dinsdag 5 april in Irun en waren verbaasd te horen dat ik pas afgelopen zondag was gestart en reeds even ver was als hen.
Ik vertel hen in alle eerlijkheid dat ik al een paar keer de bus had genomen.
Zij stappen 20 à 25 km per dag. Vincent heeft vorig jaar een overbrugging gehad aan zijn hart. Hij had medicijnen bij en op doktersbevel kon hij deze afstanden wel doen en dan op een langzaam tempo.
Ik wens ze buen camino en stap op mijn tempo door.
Het klinkt eentonig, doch de tocht gaat weer door een prachtig landschap en natuur. Na 7 km passeert de camino zelfs door het prachtig 18 holes golfterrein van Santa Marina. Dit hadden we nog niet gehad: golfen met zicht op zee! Dat ze in Koksijde maar eens komen kijken.
Het is nog rustig op de club, ik zie 2 spelers aan het werk, allicht door het nog vroege uur ( iets na tienen).
Boven aan het golfterrein hou ik halt om mijn jas uit te doen. De zon is immers ook weer van de partij en ik kreeg het warm.
Tijdens deze verkleedpartij komt een zwarte labrador mij uitnodigen om te spelen. Hij houdt een steen in zijn bek , legt die op mijn schoot en doet teken dat ik hem moet weggooien, wat ik graag doe.
Hij spurt er achter en dit herhaalt zich een tiental keren.
Ik moet hierbij denken aan de honden van Rose-Marie en Godrick.
Tegen 10u 30, ik heb dan reeds een kleine 13 km afgelegd, maak ik een kleine omweg naar het centrum van het mooie stadje San Vincente de la Barquera.
Mijn maag begint immers ferm te knorren en ik wil mij bevoorraden met tape voor mijn voeten.
Het ontbijt smaakt enorm, een eiertaart, een chroissant en een grote kop koffie met melk. Ik kan er weer tegen.
De sympathieke apotheker raadt me in keurig Engels een variant aan van de tensoplast die ik normaal rond mijn voeten wikkel.
Ik laat me gaan en morgen zullen we zien of dit goedkoper alternatief ook zijn werk goed doet! Voor alle zekerheid neem ik toch een rol tensoplast extra, je weet maar nooit...
De weg gaat verder omhoog naar La Acebosa, en de auteurs van mijn boek hadden me gewaarschuwd: dit is inderdaad een muur die je op moet. Zo steil dat ik bij momenten het gevoel heb dat ik gewoon ter plaatse trappel.
Voorbij deze bult valt mij nogmaals op hoe uniek dit landschap is: rechts zie je de mooie blauwe zee, rechts zie je bergen met besneeuwde toppen. Ongelooflijk! Ik neem een foto en bedenk dat je hier dus ook alpinisme kunt doen met zicht op zee...
Tegen 12u45 bereik ik de stopplaats van etappe 17in mijn boek, Serdio, 21 km reeds gedaan.
Aan de tijd merk ik op dat dit wel eens mijn snelste etappe kan worden.
Zoals voorzien wandel ik door zonder stoppen richting Colombres nog 14 km.
Het is een vlakke weg, weliswaar in een adembenemend mooie natuur, cfr de zwitserse alpen weiden. Het verschil is dat in Zwitserland alleen de koeien een bel om de nek hebben, hier hebben ze allemaal klokke geluid rond de hals: koeien, paarden, schapen ,ezels,....
Alleen een moeilijke afdaling door dichte struiken vlak voor Unquera is lastig. Je ziet nog de sporen van wilde struiken op mijn armen.
Op dit traject ontmoet ik een Duitse dame op leeftijd die blij is dat ik haar bij sta op deze lastige passage. Ze praat alleen Duits, dus is een beetje lastig voor mij. Ik kom toch te weten dat ze uit Hannover komt en dat ze haar Camino startte in Bilbao.
In de stad aangekomen nemen we afscheid.
Inmiddels is het 14 u en de zon maakt plaats voor onheil voorspellende wolken.
Ik haal alles uit de kast omdat ik de regen wil voor blijven en na alweer een ferme kuitenbijter als afsluiter kom ik tegen 14u45 aan bij de herberg in Colombres.
Echter hij gaat pas open om 17 u.
Dit kan toch niet waar zijn, denk ik bij mezelf, en ik ga dus op zoek naar het hotel ter plaatse. Volgens mijn boekje zou dit er moeten zijn. Echter ook dit is gesloten, en omgebouwd tot appartementen.
Plots wordt ik geroepen door een plaatselijke schone, ' Hè pelegrino!'
Ze vraagt me in goed engels of ik een slaapplaats zoek. Ik bevestig en ze zegt dat ik in de plaatselijk sporthal kan slapen op judo matten voor 3.
Ik bedankt haar hiervoor , doch vraag naar een alternatief omdat ik liever in een echt bed wil slapen.
Ze beveelt me een pensionneke aan in La Franca, La Aberaye, 2 km verder.
Hier slaap ik dus en vandaar dat ik dus toch 37 km heb afgelegd.
Tegen 15 u30 ben ik in mijn nette kamer, met alles erop en eraan, voor amper 12.
Inmiddels is de zon weer van de partij en de regen is dus uitgebleven.
Ik bedenk dat ik dit jaar nog nooit zo vroeg ' binnen' was en ik dus nog een ganse dag voor me heb om te rusten, na te denken en te lezen.
Net uit de douche krijg ik telefoon van Emilie. Ze wil weten hoe het met mijn voetjes is. Amper vier en al zo bezorgd om haar peetje Bart.
Ik wil nog iets zeggen tegen Roze-Marie: het is waar dat je op vrij korte tijd iemands leven leert kennen. Met de andere pelgrims is dit gemakkelijker, met de plaatselijk bevolking zeer moeilijk omdat ik de taal niet spreek.
Ik heb bijvoorbeeld amper 2 uur samen gelopen met Beatrijs en ik weet dat ze de jongste van drie is, haar oudste zus heeft een kindje en stelt het zeer goed, haat broer heeft net een 'baby accident ' achter de rug en dit is iets lastiger, haar vader stierf op 45 jarige leeftijd door zijn alcoholverslaving, zij was toen acht, haar moeder bleef alleen tot iedereen het huis uit was, leerde toen een nieuwe vriend kennen en die stierf vorig jaar in amper drie weken aan een hersentumor.
Het werkt dus langs de twee kanten: zij schrok en luisterde naar mijn verhaal, en ze was blij dat ze ook eens het hare kon vertellen.
Dus het is zeker de moeite, met je voet te verzorgen ben je reeds begonnen, je kunt alvast ook Spaans leren, en je zult je droom zeker kunnen waarmaken!
Ik kreeg gisteren van Heidi het bericht dat Carine Moreels, medewerkster bij Makkie, is overleden.
Ik wens de nabestaanden vanuit Spanje mijn innige deelneming en veel sterkte de komende rouwperiode.
Ik brand morgen zeker een kaarsje voor Carine en haar familie.
Vandaag was een lange en vermoeiende dag.
Zoals jullie in de titel lezen sliep ik dus niet in La Franca, doch in El Paral. La Franca was nog 3 km verder, vandaar dat ik dus extra km's heb gemaakt.
Daarenboven was de camino omgeleid vanaf La Franca tot in Llanes, dus die voorziene 21 km zullen dus ook wel niet kloppen.
Het weer weet niet goed wat het wil. Ik vertrek beschut tegen de regen om 8 u gezien de onweerswolken.
Tegen 9 u verschijnt de zon dan toch aan de hemel en de jas kan uit.
Dit scenario van jas aan, jas uit zal zich vandaag nog 4 keer herhalen.
De tocht begint met een colletje naar La Franca. Boven op het bergje zie je opnieuw de zee. Vanuit de zee komt een kleurrijke regenboog uit het water. Prachtig beeld. Hopelijk is mijn foto gelukt.
Vandaar begint de omleiding en we lopen, niet zonder gevaar, langs een drukke weg richting Pendueles. Aan de kerk spreek ik 6 Franse Pelgrims aan uit de buurt van Parijs. 4 vrouwen en 2 mannen tussen de 55 en de 65. Een van de dames heeft een dochter die in Brussel woont.
Vandaag is hun laatste wandeling. Zij doen de camino in stukken van een week. In november komen ze terug voor hun volgende stukje.
We nemen afscheid en ik wandel alleen verder.
Wat volgt is puur genieten. Ondanks mijn vermoeide benen, is het traject dat van hieruit tot in Llanes , van het beste dat ik tot nu op mijn beide tochten mocht beleven.
Constant lopen tussen de zee en de bergen, zeer goede wandel wegen,licht glooiend, dan weer omhoog, dan weer omlaag, ondertussen onder een schitterende zon, bij een temperatuur naar ik schat van 22°, dicht tussen koeien, paarden en geiten.
Ik heb nog nooit zoveel foto's genomen op dergelijk korte afstand.
Dit is echt genieten. Fenomenaal mooi, rust en kalmte steeds nabij, vergezichten over zee en bergen, wandelen langs de Playa 's, op het einde zelfs weer langs een golfterrein. Ik zie een papa met zijn naar ik inschat, 11 jarige zoon op de court bezig. Zo jong en al zo een galante swing. Misschien horen we over 10 jaar dat de opvolger van Tiger Woods uit de buurt van Llanes afkomstig is.
Ik bedenk hoe gelukkig ik mag zijn deze tocht te kunnen en te mogen maken in zulk een schitterend decor, dicht bij mijn kinderen.
Het leven kan zo eenvoudig zijn: gewoon stappen, voet voor voet, mijmeren over vroeger, niet op de stappen terug keren, doch vooruit, wel nadenken en leren uit het verleden.
Hierbij een opsomming wat pelgrimeren met een mens kan doen:
- tijd nemen en vinden om na te denken, als bron en kracht voor een beter toekomst
- tijd nemen om te sporten als geheim van de jeugd
- tijd nemen om te lezen als versterking van kennis
- tijd nemen om tevreden te zijn als muziek van een bevrijdde ziel
- tijd nemen om anders te werken, werken aan de zoektocht naar jezelf
- tijd nemen om te Wenen als verzachting van de pijn
- tijd nemen om de zoeken naar de factoren die je in onevenwichtig brengen, als basis om immer kalm en rustig te blijven.
- ...
Tegen 13 u bereik ik Llanes, normaal dus 21 km. Aangezien ik 5 uur nodig had om deze afstand te overbruggen, en gezien het gevoel in mijn benen, denk ik dat het er ruim meer zijn.
Ik eet paella in La Casa del Mar, in de puerto van Llanes, waar een papegaai de show steelt bij de eters.
Rond half twee ga ik op zoek naar het bureau de toerismo, ik heb immers nog geen stempel kunnen bemachtigen vandaag. Dit ligt een km verder, langs de camino en is gehuisvestigd in een oud kasteeltje. Je moet wel flink wat trappen omhoog om er te geraken.
Vandan af begint mijn tweede etappe van de dag, 19 km richting Nueva.
De eerste tien km lopen langs de zee en ik bezoek alle Playa 's die ik passeer: het strand van Celoriu, waar de mensen schuilen voor een plotse regenbui, bekoort mij het meest. De camino gaat hier ook langs het strand.
Tussen Niembro en Naves besluit ik ook op het strand te lopen, alhoewel de camino dit niet aangeeft. Ik loop op Playa San Antolin tot in Naves, en in het dorp aangekomen moet ik dus weer op zoek naar de goede richting.
Na een kwartierje zoeken vind ik de geruststellende gele pijl, bij een drinkfontein. Eerst de flesjes vullen en dan op voor de laatste 7 km.
Deze vallen me zeer zwaar en daarenboven begin ik stekende pijn te voelen in mijn rechter Achilles pees.
Het is hier dat ik de beslissing neem om in Nueva te slapen en dus niet de bus te nemen naar de volgende etappe. Ik heb de moed niet meer, wil rusten, zal die 14 km morgen wel stappen, en daarna een groter stuk overbruggen met de bus.
Ik raak nog amper vooruit, en alhoewel ik onderweg 2 keer aangesproken wordt om in een pension te slapen, blijf ik bij mijn doel om te slapen in Nueva in het hotel dat in mijn boekske sta.
Uitgeput kom ik om halfzes aan in hotel Casona de Nueva, waar ik vriendelijk ontvangen wordt in perfect Frans door een eigenares met Belgische roots. Ze heeft nog in Ukkel gewoond. Haar naam is My!
De geruststelling dat ik door een landgenote wordt gesoigneerd doet mijn vermoeidheid snel verdwijnen.
Voor de liefhebbers: www.casonadenueva.com.
Zo, tijd om te eten, ik wens jullie nog een fijne avond en tot weder blogs!
Dag 11, 20 april 2011, Nueva- Avilez, 85 km, 15 te voet, 70 met de bus.
Beste bloglezers,
Na de zware etappe van gisteren doe ik het vandaag iets rustiger.
Mijn benen, hielen en voeten verlangen hiernaar.
Gisteren avond nog lekker gegeten in het hotel.My kookt heerlijk.
Zij en haar nieuwe vriend zijn gerant in dit hotel, ze zijn dus niet de eigenaar.
Ze dromen ervan om ooit hun eigen hotelletje te hebben.
Haar vriend is van Cadiz, ze verkiezen echter in het noorden te wonen want minder warm.
My heeft Spaanse ouders, doch die zijn naar België gekomen toen ze nog een kleuter was. Zij kreeg haar opleiding in ons land.
Na haar studies heeft ze eerst zes maanden voor de Europese gemeenschap gewerkt in Brussel, nadien is ze teruggekeerd naar Spanje.
Ze heeft hier gewerkt voor het Belgisch bedrijf Babyboom: dit is het bedrijf achter de pakketten staaltjes die je krijgt bij de geboorte.
Zij heeft dit concept hier in Spanje gelanceerd.
Het vele reizen en de werkdruk hebben haar doen af haken. Inmiddels was ook haar huwelijk spaak gelopen. Zij heeft drie kinderen uit haar huwelijk die ze nog amper ziet.
Bij haar vraag wat mij naar de camino brengt wordt ze zeer stil...
Ik vertel wat ik doe professioneel en vraag haar of er in Spanje geen verpleegsters te veel zijn. Dit beaamt ze.
Ik stel haar voor om voor ons te te recruteren in Spanje, want dat we in België met een gigantisch tekort aan verpleegkundigen zitten.
Ze belooft na te denken over mijn voorstel. Ik ben benieuwd...
Na een deugdoend ontbijt, met mijn eerste kiwi sinds ik hier ben, vertrek ik om 9u30 richting Ribadesella. Het late vertrekuur heeft te maken met het feit dat ik om 8u15 als eerste beneden ben. De geranten slapen nog...
Na een half uurtje stappen haal ik bij het eerste kerkje op de camino, Gabrielle bij, een Oostenrijkse die nu in Oviedo woont.
Zij nam een sabbat jaar en is daardoor verhuist.
Ze brengt haar dagen stappend door en nu was ze naar het noorden afgereisd om vanaf Santander te voet, langs de caminowegen naar haar huis in Oviedo terug te wandelen.
Ze vraagt wat mij ertoe aanzet om vanuit België hierheen te komen om te wandelen.
Ze zegt dat er niets zo erg is in het leven dan je kinderen te moeten afgeven.
Zij is Yachsi practicus, of zoiets, ik kon het niet goed begrijpen. Het houdt in dat je het lichaam gezond krijgt door toedoen van naalden.
Ze houdt regelmatig halt bij een boom of nu bij dit kerkje, omdat zij beweert dat deze objecten de mensen energie geven.
We nemen afscheid en kort daarna begint het te regenen.
De weg loopt verder door de nog steeds prachtige streek doch op steeds modderige wegen. Het hevig onweer van gisteravond en de daarbij gapaard gaande zware regenval zal daar zeker hebben toe bij gedragen.
Na anderhalf uur ploeteren kom ik bij een typische pelgrim brug, met de eigenaardige naam Arjtur. Ik neem enkele foto's.
Geregeld hou ik stil om te luisteren naar de stilte. Tijdens het stappen hoor je die niet zo goed vanwege het geluid van de schoenen en de rugzak. Je hoort werkelijk niets, behalve het fluiten van de vogels,ergens ver weg een bel van een of ander beest in de weide en het ruisen van de bomen. Je voelt zo dat deze rust jezelf ook rust geeft. Ik besluit deze rust mee te nemen in mijn rugzak...
Tegen 13u arriveer ik na 15 km stappen in het bureau voor toerisme van Ribadesella. Ik vraag waar de bussen vertrekken en krijg een stempel.
Ik heb nog tijd voor een broodje in de bar om de hoek en tegen 14 u15 vertrekt de bus richting Gijon.
De reden waarom ik besloten heb dit stukje te ' bussen' komt door de tip die ik de eerste dag kreeg van een Engelsman die net zijn camino had gelopen. Hij zei dat de streek voor en na Gijon vooral ontsierd wordt door zware en vuile industrie.
Alhoewel het eerste bus uur nog door de prachtige streek voert, zie ik tijdens het tweede gedeelte van de rit dat de woorden van deze man niet overdreven waren.
Er zitten voor mij 2 franse dames op de bus die de weg naar Santiago via Oviedo lopen. Ze hadden echter ook kaartjes bij van de volledige camino norte en ze doen ze mij cadeau. Ik zal ze goed kunnen gebruiken. Ook zij zijn moe en nemen vandaag de bus.
Rond vier uur kom ik dan aan in het busstation van Gijon. De bus naar Aviles, mijn stopplaats voor vandaag , vertrekt kwart voor vijf.
Nog tijd voor een koffie en koffiekoek en als ik deze wil betalen merk ik dat mijn brilletje weg is, allicht vergeten op de bus.
Daarom loop ik snel de stad in op zoek naar een nieuwe leesbril. Ik heb geluk, want na tien minuten lopen stap ik al binnen bij een opticien. Deze wil mij een dure versie verkopen, als ik een uur kan wachten op de juiste glazen. Ik vertel hem dat ik de bus moet nemen en vrede neem met een goedkoop instap model leesbril met 2,5 afwijking. Ik kies toch voor een redelijk mooi donkerblauw model, met koordje.
Snel terug naar de bus, doch deze is helaas vertrokken. De volgende vertrekt om 17u30.
Met tien minuten vertraging eindelijk op weg naar de bestemming, en om 18u stap ik uit in Aviles.
Ik stap eerst binnen in de grote kerk San Nikolas de Bari, waar ik veertien kaarsjes brand en efkes stil word.
Ik voel me de laatste 2 uur immers slapjes worden, lopende neus, kou en pijn in de keel, en bid tot God dat ik niet ziek word.
Na wat zoeken kom ik dan uiteindelijk tegen kwart voor zeven aan in de Alberque Pedro Solis. Het is een oude herberg waar 60 mensen kunnen slapen voor 5 per persoon per nacht. Ik schat dat er een 20 tal binnen zijn. Momenteel ben ik hier echter alleen. Allicht verkennen ze de stad. Ik heb net op 500 m hier vandaan een pitta gegeten en lig nu op mijn bed te bloggen. Ik blijf liever binnen om geen verder risico te lopen.
Je ziet aan alles in de dorpjes en steden waar ik vandaag gepasseerd ben, dat de voorbereidingen voor de witte donderdag processie en de goede vrijdag stoet , volop aan de gang zijn. Ook de toeristen stromen toe.
We duimen voor een goede nachtrust en morgen vol nieuwe moed en hopelijk in goede gezondheid op weg voor een tocht van 39 km naar Soto de Luina.
Snotterende groeten van Bart.
Ps. Bedankt Godrick voor je opnieuw schitterende gedichten en wijze raad. Ik voel inderdaad dat mijn lichaam moe wordt. Ik zal iets trager stappen, doch van de resterende dagen zitten er nog drie in geloof ik van boven de 35 km. Ik ga er voor.
Ook bedankt aan alle anderen voor de goede moed die jullie me geven, de steun en sympathie. Deze vriendschap neem ik ook zeker mee in mijn rugzak de komende dagen, en ook erna, tijdens de voortzetting van de echte camino!
Dag 12, 21 april 2011, Aviles-Soto de Luina, 39 km, nog 270 te gaan.
Beste bloglezers,
Vanmorgen met goed gevoel opgestaan om 7 u.
Ik had gisterenavond nog een pilletje gekregen van een Deense mevr, iets als aspirine zei ze me.
Voor haar is het reeds de vierde keer dat ze naar Santiago stapt.
Ze deed telkens delen van enkele camino 's: eerst de camino Frances vanaf Leon, dan de camino primitivo, vervolgens de via del platta, die vertrekt in Sevilla. Ook van deze deed ze de laatst 250 km.
Nu doet ze haar eerste volledige, de camino norte. Nu heeft ze meer tijd vanwege haar pensioen.
Deze tip kan ik zeker meegeven: als je een volledige camino wilt uitdoen trek je best 5 à 6 weken uit, en niet zoals ik 22 dagen, dit is niet te doen, tenzij je uitermate goed getraind bent om iedere dag boven de 40 km te gaan. Ik voel zelf aan den lijve dat dit niet van de poes is.
De Deense mevr en een Spaanse man, die gisteren eerst aankwamen in de herberg, konden vanmorgen om 6 u meerijden met een bus pelgrims die aan de herberg vertrok richting Santiago. Er waren nog 2 plaatsen vrij, en op die manier konden ze hun weg met een vijftiental km inkorten, wat ze gretig hebben aangenomen. Beiden slapen ook nu weer in dezelfde herberg als waar ik nu zit. We zijn gehuisvestigd in de vroegere school van het stadje, en het is proper. Er kunnen ongeveer 20 pelgrims slapen.
Er zijn drie studentes aanwezig van Estonia, een Duitse studente, de Spaanse heer en de Deense dame. Ook nog een Spaans koppel die vanmorgen samen met mij zijn vertrokken uit Aviles en iets na mij ook aangekomen zijn. We hebben elkaar gedurende de dag regelmatig ontmoet.
Zij spreken alleen Spaans en ik totaal niet, dus veel communicatie is er niet kunnen gebeuren.
Vanmorgen dus vertrokken om 7u45 en het duurt ongeveer een halfuur voor ik de stad verlaat.
Om kwart voor negen is ze er al, de zee, zij in de verte, doch ik weet dat ik er naar toe wandel, nl Salinas.
Om 9u15 bereik ik de plage en ik volg de raad van
Godrick op: ik zet me hier op een bankje en geniet van het geluid en het prachtige zicht. Ik moest hier wel voor omlopen, want de camino loopt hier niet langs het strand.
Na een kwartiertje genieten ga ik opnieuw op zoek naar de goede richting. Dit is niet evident. Uiteindelijk na een kwartiertje zoeken vind ik de inmiddels wel bekende gele pijlen. Oef!
Ik heb goede benen, het regent niet, er is ook geen zon, een deugddoend afkoelend windje, dus ik besluit om er een ferme wandeling van te maken, de volledige 39 km. Hier en nu aangrijpen terwijl het goed aanvoelt...
De weg klimt fors naar San Martin de Laspara, waar ik even halt houd om mij van enkele kledingstukken te ontdoen. De zon is immers haar best aan het doen.
Tegen 12 u stap ik een bar binnen om de inwendige mens te versterken. Ik krijg hier telefoon van Myriam, ze informeert of alles goed met me gaat. Ze was een beetje ongerust na het lezen van mijn blog gisteren. Ik ben dus gezond en wel. De bezorgdheid en de liefde neem ik mee in mijn rugzak!
Tegen 13 u bereik ik de stopplaats van de eerste etappe, Muros de Nalon.
Het is gezellig druk op het plein, doch ik moet nog 19 km stappen en maak voort.
Wat dan volgt is een super ervaring: het volgende uur loopt door een bos, op de typische camino wegen, en door de bomen krijg je geregeld contact met de zee. Ongelooflijk: het bij momenten bangelijk gevoel in het gesloten bos, tegenover het vrije gevoel van de wijdse zee.
Keitof!
Voorbij El Pinto, 11 km voor het einde, loopt het fout. Ik mis een pijl en besluit om te blijven wandelen langs de drukke gewestweg. Deze brengt mij door het stadje Cudillero, met een gezellige vissershaven, waar de terrassen van de restantants overvol zitten. Gezellige drukte noemen ze dat. Ik neem een foto en vervolg mijn route, die weer ferm omhoog gaat.
Na een uur lopen vind ik op die drukke weg opnieuw een pijl. Tot mijn grote verbazing loopt de camino het volgende uur gewoon langs deze weg, dit hebben we nog niet meegemaakt.
Gelukkig loopt het laatste uur weer door een bos, op en neer, en dit geeft toch meer rust dan de drukte van de gewestweg.
Tegen vijf uur kom ik aan in de herberg, Wassen en plassen, hopelijk is ze droog, want weer geen droger.
Dan bloggen en straks iets zoeken om te eten.
Ik heb vandaag in de kerk van Cudillero en hier ter plaatse de nodige kaarsjes gebrand, voor al het goede voor mezelf, mijn dierbaren en alle bloglezers.
Ik hoop dat de goede vorm aanblijft, alhoewel ik de komende 2 dagen " rustetappess " inlas: morgen 24 km naar Cadavedo, zaterdag moet ik nog bepalen.
Dag 13, 22 april 2011, Soto de Luina- Canero, 32 km, nog 238 km te gaan.
Beste bloglezers,
Sorry voor gisteren , doch in de herberg was er geen internetverbinding mogelijk. Vandaar dat je de blog van gisteren pas deze namiddag kon vinden.
Mizef belde mij deze morgen, ze was ongerust. Dit is lief, doch voor niets nodig. Ik red me wel, ook als er eens geen blogbericht komt.
Gisterenavond om 20 u konden we gaan eten in een restaurant vlakbij de herberg. Wij dat is mezelf en de Deense dame, Hannah, die me de avond voordien het pilletje cadeau deed. Zij sliep ook in de herberg
De bus had haar 's morgens meegenomen tot in Molas en ze had dus nog een 20 tal km gestapt.
Net toen we zouden vertrekken naar het restaurant kwam nog een jonge dame binnen in de herberg. Sophia, ook een Deense, dus Hannah content.
Ze vertelt dat we net op weg zijn om te eten en Sophia vergezelt ons.
We bestellen de menu del dia, een typische spaanse soep met erwten en soepvlees en bloedworst als voorgerecht, een forel met frieten als hoofdgerecht en een verse fruitsalade als dessert. Dit alles overgieten we met aqua sin gas!
Tijdens het eten kom ik te weten dat Hannah haar man verloor, nu 22 jaar geleden. Hij stierf op 38 jarige leeftijd aan een hartstilstand.
Ze heeft drie dochters en 2 kleinkinderen.
Ze vertelt me iets fascinerends: in Denemarken, het land dat zo hoog scoort in de peilingen waar men het beste kan leven, is het taboe om te rouwen. Blijkbaar wordt verwacht dat je daar zo gelukkig bent en je dan ook zo gedraagt, dat mensen het normaal vinden dat je een sterfgeval binnen no time verwerkt.
Haar schoonmoeder, dus de moeder van haar man zaliger, verloor 2 jaar later nog een zoon aan aids. Deze dame verloor dus ook 2 kinderen op 2 jaar tijd. Van haar man moest ze " gewoon" verder leven, alsof er niets was gebeurd, met als gevolg dat die dame stierf op 60 jarige leeftijd, volgens Hannah werd ze gek van onverwerkt verdriet!
Hannah was blij dat ze met mij wel over de dood kon praten en dat wandelen op de camino haar nog altijd helpt om te verwerken.
Sophia keek raar op van al deze verhalen. Zij woont sinds een maand in Gijon , en dit binnen een uitwisselingsprogramma van Erasmus. Zij studeert dokter en nu komt ze zes maanden in een ziekenhuis werken in Spanje. Zij loopt 4 dagen op de camino om de streek te leren kennen.
Tevens wil zij nadenken of ze wel verder wilt studeren voor dokter. Ze koos deze richting omdat ze mensen wil helpen, doch ze ervaart aan den lijve dat het steeds meer om medicijnen gaat en techniek, steeds minder om persoonlijk contact met de patiënt.
Ik geef haar mijn mening hierover, namelijk dat eerstelijnsgeneeskunde ( de huisarts) wellicht aan belang zal winnen en dat daarbij sociale en emotionele intelligentie grotere troeven zullen worden dan de medicijnen.
Om die reden raad ik haar dus aan om niet te stoppen, zonder dat ik wil beïnvloeden! Ieder zijn camino, weet je nog????
Ze bedankt me en zegt dat ze de komende dagen hierover zal na denken.
Tegen 22 u lig ik alweer in bed, en als het goed is wil ik het ook zeggen: de herberg ligt goed vol, doch niemand snurkt. Tegen half elf komen nog 2 jonge dames pelgrims binnen. Ik maak me de bedenking waar die zo laat vandaan komen.
Ik val in slaap en om 4 u schiet ik wakker. Ik sta op voor een plasje en na een uurtje val ik weer in slaap om tegen 7 u echt wakker te worden en op te staan.
Tegen 8 vertrek ik in gezelschap van Sophia en Anna, een Duitse studente uit Maagdenburg. De hospitalero raadt ons aan om zeker de eerste helft van de etappe niet de camino wegen te nemen, doch de hoofdweg te volgen. Door het slechte weer van de afgelopen dagen liggen ze er immers bijzonder gevaarlijk bij.
Inmiddels is het opnieuw beginnen regenen en we beslissen de goede raad van deze man op te volgen.
Doordat het goede vrijdag is hebben we geluk: er rijden zo goed als geen auto's. Anders is dit toch maar een gevaarlijke onderneming, zomaar links van de gewestweg lopen, zonder voetpad.
Ik praat wat met Anna. Zij is 27 en haalde een master in biologie. Ze doktoreert nu in een universitair ziekenhuis in Maagdenburg in de neuro biologie. Ze praat een klein beetje Nederlands wang ze groeide op tegen de grens met NL vlakbij Zwolle.
Ze vertelt me ook iets nuttigs over de camino: in de meeste bossen waar we tot nu toe zijn doorgestapt, hebben de Spanjaarden massaal eucalyptus bomen aangeplant. Ze voeren die in, omdat ze zeer snel groeien en vrij rap omgehakt kunnen worden om dan te verkopen aan de papier industrie. Ze zuigen echter zovel water en nitraten in zich op, dat de natuurlijke biotoop van de omgeving naar de knoppen gaat. Op korte termijn dus groot geldgewin, op lange termijn natuur naar de vaantjes. Zo leer je nog eens iets als je met een biologe wandelt.
Tot nu toe heeft ze bijna altijd samen met anderen gestapt. Zij vroeg hoe ik de camino afwandel. Ik zeg dat ik het liefste alleen loop, omdat dit de enige manier is om tijdens het lopen met jezelf bezig te kunnen zijn.
Voor haar is deze camino eerder vakantie: zij offert al haar verlofdagen op om dit te kunnen doen. Toch ook bewonderenswaardig.
Rond 11 u stopppen we in Santa Marina om iets te eten. We hebben dan ongeveer 10 km gestapt. Dit is dus duidelijk trager dan wanneer ik alleen stap.
Terug op weg zien we iets verder weer een pijl naar een echt camino pad. Ik beslis om vanaf nu wel de echte camino te nemen en we gaan elk onze weg.
Vanaf dat moment loop ik weer alleen.
Het eerste pad gaat direct steil naar beneden, recht naar de zee, en is spiegelglad. Het blijft een apart gevoel om vanuit een bos naar de zee te lopen. Aan het piepkleine strandje aangekomen, tussen Santa Marina en Ballotas. Over de keien naar de Andere kant van het bos en dan omhoog klimmen, op modderige wegen, over gladde keien en in de regen. Geen sinecure.
Tijdens het klimmen bedenk ik dat ik de afgelopen drie uur gestapt heb in het gezelschap van leeftijdgenoten van mijn kinderen. De 'what if...' gedachte komt naar boven. Ik mag dit niet laten gebeuren, dit doet me teveel onnodige pijn. Ik kom snel weer bij en bedenkt hoe gelukkig is ben geweest met de talenten van mijn kinderen en de vele wijze lessen die ze me hebben gegeven. Nu deze nog gebruiken en alles komt nog goed met mij...
Deze afwisseling, via bos naar oceaan en terug herhaalt zich nog 3 keer ( hopelijk zijn mijn foto's gelukt), en uiteindelik bereik ik iets na 14 u de herberg in Cadevedo, mijn voorziene slaapplaats, na 24 km.
De herberg is klein, er is geen verwarming en ik zie niet de mogelijkheid om mijn kledij te wassen en te drogen. Ik ben ook de eerste aanwezig. Ik beslis om verder te stappen en in een hotel te overnachten. Ik kijk in mijn boekje en zie dat het eerste hotel 8 km verder is in Canero. Ik bel voor alle zekerheid of er plaats is en dit wordt bevestigd. Ik neem snel nog een hap terwijl ik test of er internet aanwezig is. En ja, het lukt, dus jullie zouden mijn blog van gisteren kunnen lezen.
Net als ik de herberg verlaat komen mijn twee reis gezellen van deze ochtend aan. Sophia twijfelt of ze nog mee verder stapt, doch ze blijft bij haar besluit om zich te houden aan de doelstelling die ze deze morgen had. Ik neem afscheid en vertrek alleen naar mijn eindbestemming voor vandaag.
De eerste 4 km loop ik opnieuw langs de echte camino, rustig in het bos, nu niet meer richting oceaan, eerder evenwijdig met de fameuze gewestweg. Ik geniet van het alleen zijn en van de rust. Ik moet wel geconcentreerd blijven op deze bijzonder moeilijk begaanbare paden.
De laatste 4 km, en bij het bord dat reeds mijn hotel aankondigt, besluit ik om weer de grote weg te volgen om geen risico te nemen.
Ik voel aan mijn lichaam dat deze afstand, rond de 33km allicht de ideale afstand is voor mij momenteel. Ik kom immers tegen half vijf aan, zonder echt vermoeid te zijn. Dit is goed.
Ik zal vanavond eens kijken in mijn boek om de resterende km met deze wijsheid in te delen tot in Santiago.
Ik wens jullie allemaal een plezant paasweekend en naar ik hoor, geniet volop van de zon. Ik hoop voor mezelf dat ze hier de komende dagen ook weer van de partij zal zijn.
Dag 14, 23 april 2011, Canero - Navia, 31 km, nog 207 te gaan.
Beste bloglezers,
Gisteravond lekkere gegeten in het hotel.
Om mij sterk verbonden te weten met het thuisfront heb ik ook kip besteld, kippefilet met frietjes en salade.
Dit aten Heidi en haar gasten immers ook in Koksijde.
Voor dessert vroeg ik fruit en ik kreeg een banaan op een bord met mes en vork. Ik sneed de banaan in kleine stukjes en moest daarbij spontaan denken aan Brecht. Hoeveel keer heb ik dit niet gedaan voor hem. Hij was verlekkerd op banaan. Opnieuw sprongen de tranen hierbij in mijn ogen, teken van verbondenheid, gemis en verwerking.
Later op de avond kreeg ik ook nog sms van Heidi: ze mag meter worden van het tweede kindje van haar zus Karen en schoonbroer Kurt. Dit wou ze al zo lang. Van harte gefeliciteerd Heidje, ik ben echt blij voor jou. Verzorg maar goed jouw verkoudheid, want aan een snotterende meetje Heidi zal die kleinen ook niet veel hebben.
Ik heb na het eten ook nog eens de reacties gelezen. Ze blijven mij ontroeren. De herinnering aan woorden die ik ooit deelde met Wolfgang en die hem nog bij blijven na zoveel jaren, terwijl ik zelfs vergeten ben dat ik ze ooit uitsprak, pakken mij. Bedankt Wolfgang.
Bedankt ook Godrick voor een opnieuw prachtige tekst die hout snijdt.
Samen met veel anderen , vermoed ik, verbaas je weer telkens opnieuw de lezers met je ongelooflijk schrijftalent.
Bedankt Myriam om een kaarsje te branden. We duimen dat ze helpt en dat ik gespaard mag blijven van verder ongemak.
Bedankt ook Steven voor het meeleven met mijn tocht. Dat je kunt genieten met je kinderen van een week Ardennen, zul je koesteren. Niets belangrijkers dan af en toe tijd te maken voor je kroost. Goed vaderschap combineren met een succesvolle carrière, zonder daarbij je waarden te verloochen, maakt van jou een waardevol leider.
Ik heb niet zo goed geslapen. Er is mij iets vreemds overvallen afgelopen nacht.
Men beweert dat iedereen in zijn slaap droomt, doch ik kan mij dat nooit voor de geest halen. Heidi kan dit bijvoorbeeld zo goed als altijd.
Wel, vannacht heb ik dus echt gedroomd en kan ik het ook navertellen. Aangezien dit bij mij echt uitzonderlijks is ben ik bereid het met jullie te delen.
Het gaat in flitsen: samen met Myriam haal ik Annelies af in Bachte, volgend moment wandel ik met Annelies aan mijn hand. Vervolgens ververs ik haar luier. En daarna holt Annelies weg van mij. Ik zet de achtvolging in, doch ik kom geen meter dichter. Net op het moment dat Annelies een gevaarlijk kruispunt oploopt, schiet ik wakker. Het is dan drie uur. Ik ben er niet goed van.
Ik kom mijn bed uit, doe een plasje en probeer weer te slapen. Dit gaat moeizaam, tot ik weer wakker schiet om 7 u.
Ik neem rustig de tijd om me klaar te maken, want vroeger dan 8u15 krijg ik geen ontbijt. Ik haal ook nog mijn kledij van onder het afdak, en wonder boven wonder, ze zijn goed droog.
Om 9 u vertrek ik dan , na eerst een stevig ontbijt te hebben genomen: 2 boccadillo's met kaas en hesp en 2 caffee con leche.
De eerste 2 km lopen langs de gewestweg, op dit uur valt dit best mee. Ik ben toch blij dat ik na een twintigtal min stappen de vertrouwde rustige wegen kan opzoeken. De weg kronkelt tussen piepkleine gehuchtjes. In Barcia, na ongeveer 6 km stappen, ga ik de kerk binnen voor mijn dagelijks stil moment. Kaarsjes kan ik echter niet branden. De pastoor neemt nog de laatste schikkingen voor de paasmis. De kronkelende weg loopt tussen de gewestweg en de oceaan. Je hebt dus zo goed als constant contact met zee. In Barcia is het dus bidden met zicht op zee. Deze hadden we nog niet gehad....
Ik geniet volop van de rust, het alleen wandelen, de mensen die keuvelen op straat op deze paaszaterdag,de mooie zichten op zee en niet te vergeten, de zon die weer hoog aan de hemel staat. Zalig!
Om 11u, na 10 km, stap ik het centrum van Luarca binnen. Ik wil hier eerst een apotheek vinden, zodat ik een voorraad tape kan inslaan. Ik heb vanmorgen mijn laatste restjes gelegd.
Ik vraag raad aan twee dames en ik volg hun instructies. Bij de apotheek aangekomen blijkt deze echter gesloten. Kort achter mij komen ook de dames ter plaatse en ze nodigen mij uit hen te volgen, op weg naar een tweede apotheek. Zij hebben immers ook spulletjes nodig.
Niet veel later ben ik voorzien en ik besluit wat in het stadje te slenteren. Ik zoek de officina de toerismo, doch deze blijkt dicht.
Luarca is een gezellig stadje waardoor de rivier Negro zich een weg baant. Het wordt de "witte stad van de groene kust" genoemd. De twee delen van de stad, gesplit door de rivier, worden verbonden door 7 bruggen. Ik neem er drie.
Ook breng ik een bezoek aan de charmante vissershaven. Hier neem ik een foto.
Voor mijn doen vind ik dat ik voldoende de pelgrim toerist heb uitgehangen en ik ga op zoek naar de camino borden. Niet veel later vind ik ze, en de weg gaat serieus omhoog, de eerste beklimming van de dag.
Bovenop op de top neem ik een rustpauze, ik eet de drie resterende chroissants van gisteren op en vervolg mijn weg.
Het klinkt saai, doch dit is heerlijk wandelen. De weg gaat zelfs op een gegeven moment door een weide met zicht op de oceaan. Ongelooflijk.
Het valt me ook op dat ik vandaag mijn kaartjes nog niet heb geraadpleegd. Ik volg gewoon de pijlen, en indien ze niet altijd duidelijk zijn of zelfs vergeten, volg ik mijn gevoel.
Tussen Otur en Villapedre zijn er naast de camino grote werken. Allicht komt er hier een nieuwe snelweg, schat ik zo in.
Daardoor zijn hier enkele palen met de schelp die de richting aangeeft verdwenen.
De tip is : verder kijken dan je neus lang is. Je komt bij een splitsing, geen aanduiding,je kijkt in alle richtingen zo ver je kan, en dan zie je iets verder weer een teken. Na 2 weken kun je de tekens wel herkennen vanop 100 m.
Ik denk hierbij spontaan aan nonkel Dirk. Hij leerde mij auto rijden op mijn 18 , en zijn tip was ook om niet alleen naar de auto voor u te kijken, doch ook naar de 2 of 3 auto's verder.
Ik bedenk hierbij dat ik hem in zijn revalidatie periode nog niet persoonlijk heb aangemoedigd.
Dirk, bij deze mijn welgemeende excuses. Ik heb mijn tip van vorig jaar , " iets meer human being dan human doing " , niet altijd goed opgevolgd. Bij deze wens ik je alle moed om er door te komen en ook je camino te kunnen gaan. Zo zie je maar, zelfs al zie je me niet, je bent hier op mijn tocht in mijn gedachten .
Iets voor Villapedre , ook na een forse klim, staat een prachtige " Fuente de Santiago " , een fontein waar de voorbijkomende pelgrims hun dorst kunnen lessen. Dit is uiteraard een foto waard. Iets verder op ligt een steen waarop 250 km opgeschilderd is. Als dit nog de resterende afstand is naar Santiago dan zijn de gegevens in mijn boekje onjuist, ofwel was de landmeter hier niet in zijn dagje....
Laat ons maar aannemen dat de waarheid ergens middenin ligt.
De mooie camino weg kruist iets later weer de drukke gewestweg. Op die kruising is er een bar en de vele Compostella tekens en vlaggen nodigen de pelgrim uit om de inwendige mens te versterken. Ik neem een sandwich met kip en een grote koffie met melk.
Bij het buitenkomen van de bar zie ik een richtingaanwijzer naar Navia, waar ik wil slapen, die aanduidt dat ik nog 7 km te gaan heb. Ik besluit iets rapper te wandelen want de wolken worden steeds dreigender.
Het volgende dorpje is Pinera, en ik loop binnen in de herberg. Het is een privé herberg, een gepensioneerd echtpaar die als bijverdienste hun bescheiden woning delen met pelgrims voor 9 per nacht. Ze koken ook voor hen, en vann de maaltijden die ze bereiden liggen mooie foto's op het bureel,zodat geen discussie mogelijk is, welke taal je ook spreekt. Hèt goede van pictogrammen is hier dus ingeburgerd.
Ik vraag en krijg een stempel, ondanks het feit dat ik niet blijf overnachten. Aardige mensen.
Iets verder vind ik iets verdachts: een paaltje met de richtingaanwijzer is afgedekt met plastiek. Iemand wil hier dus duidelijk maken om dit camino pad niet te nemen. Ik vertrouw het inderdaad niet en vervolg mijn weg dus langs de gewestweg. De N 632 of ook de E 70. Inmiddels razen de auto's wel gevaarlijk langs je heen, en ik ben maar wat blij dat ik na 10 min opnieuw de landwegen kan opzoeken.
1 km voor de eind meet heb ik hem gevonden: Benito. De foto zal het bewijzen. Hij doet hier iets met tuinen...
Het is een groot bedrijf, Benito, genaamd.
Dit doet me denken aan camino wegen binnen onze familie die niet àltijd lopen waarheen we verwachten dat ze zouden moeten lopen.
Ik neem voor dat ik straks of morgen kaarsjes brand opdat uiteenlopende camino wegen terug naar elkaar kunnen lopen binnen onze familie.
Tegen kwart voor vier kom ik aan bij Pension Cantabrico in Navia.
Het is een totaal vernieuwd pension waar je een kamer huurt voor 25 . Het pension wordt uitgebaat, als gerant, door moeder Marie-Jozeph en dochter Clara.
Ik heb geluk: het ligt op de camino, dus morgenvroeg geen zoek probleem , en naast een bar, dus geen honger of dorst straks.
Bij het omkleden merk ik op dat ik twee linkse kousen aan had. Dus, zo kan het dus ook...
Het was een schitterende dag, en allicht geraakte ik daardoor geïnspireerd voor een gedicht, dat ik jullie graag cadeau doe als mijn paascadeau voor jullie.
Dag 15, 24 april 2011, nog minder dan 200 km te gaan...
Dag 15, 24 april 2011, Navia- Ribadeo, 36 km, nog 200 te gaan.
Beste bloglezers,
Ik heb alweer een slechte nacht achter de rug, ik sliep blijkbaar in de buurt van een of ander house discotheek, en de bonken van de muziek zinderden vrij lang na tot in mijn kamer.
Ik heb wel zeer lekker gegeten in het restaurant onder de hostal, salade van het huis als voorgerecht, een vis , die ik niet kan thuisbrengen, doch heerlijk bereid en banaan als dessert.
Ik zat helemaal alleen in het restaurant. Het café, vooran het gebouw, zat wel afgeladen vol. De mensen komen ook hier samen naar de voetbalmatch kijken op café. Barcelona speelde tegen ...
Om half acht vertrokken deze morgen, zonder ontbijt. Ik raap een paar lijken op, jonge mensen die de avond voordien een glas teveel op hadden.
Ik vind gemakkelijk de juiste weg, klimmend naar El Jario. Tijdens deze eerste klim krijg ik sms van Ingrid om mij zalig Pasen te wensen.
Ondanks deze serieuze kuitenbijter hou ik een stevig tempo aan.
De weg is wel niet zo mooi als op andere dagen: rechts industrie, links de bossen, doch steeds langs de N634, en niet de N632 zoals ik gisteren verkeerdelijk aangaf.
Plots hoor ik toch vanuit het bos een Vlaamse suskewiet, ik weet het zeker. Eindelijk een landgenoot...
Tijdens dit eerste uur van de wandeling haal ik 2 Duitse pelgrim dames in, Christina en Ada. Ik schat ze een stuk boven de 60. Ze zijn gestart in Bilbao en willen tegen 4 mei Santiago bereiken. Vandaag is de eerste dag dat ze echt een volledige etappe zullen stappen van 25 km. Ze zijn immers allebei ziek geweest en hebben tot nu toe meer op bus en trein gezeten dan gestapt.
Ze zijn verbaasd dat ik geen wegwijzer in de hand hou. Ik leg hen uit dat ik vertrouw op de aanwijzingen op de camino. Zij zeggen dat ze de pijlen vaak niet zien. Ja, de camino kun je best geconcentreerd af stappen
Ik spreek ze moed in en zeg dat ik voor hen een kaarsje zal aansteken dat ze heelhuids op 4 mei hun doel bereiken.
We nemen afscheid en ik zet mijn tocht verder richting Cartavio.
Mijn maag begint echter te smeken om voedsel en in Cartavio stap ik de eerste beste eetgelegenheid binnen. Ik bestel 2 bocadillo's en een grote koffie met melk. Het blijken reuze sandwichen te zijn met ham. Ik eet eentje direct op, de andere gaat in mijn rugzak. De waardin is zo vriendelijk hem in aluminium folie te wikkelen. Ik kan hem dus morgen wel verorberen.
Als ik de rekening vraag, merk ik dat ze ook reuze geld kosten: 4,5 het stuk.
Tijdens deze pauze bekijk ik mijn gsm. Ik hoorde hem bij het stappen een drietal keer geluid maken. Drie berichten om mij zalig Pasen te wensen: van Myriam, van moeke Vera en van mijn ex vrouw Kathleen.
Zij vraagt of ik in haar naam een kaarsje wil branden voor Annelies en Brecht.
Ik denk hierbij spontaan aan de verhalen rond pelgrimeren van vroeger: er waren immers ( rijke ) mensen die andere mensen betaalden om voor hen een boetetocht te lopen.
Voor mijn kinderen doe ik alles, zoals trouwens elke ouder mijns insziens, en ik bericht haar terug dat ik dit zeker zal doen.
2 km verder, rond kwart voor elf, is het al zover: ik kom aan bij de kerk van la Caridad, en ik heb geluk , ze is open. Ik heb dan reeds 14 van de 36 km afgelegd. Net voor ik de kerk binnenstap krijg ik ook nog een zalig Pasen sms van Heidi.
Ik ga de kerk binnen en vervul mijn belofte. Ik gebruik al mijn munten en er schieten wel 20 kaarsjes aan.
Daarna neem ik een moment van stilte.
Ik bid voor al mijn dierbaren en overdenk mijn vroeger leven...
Ik wil van hieruit Kathleen bedanken voor de camino die we 22 jaar samen hebben gelopen. Ook is zij de best mogelijke moeder geweest voor Annelies en Brecht.
Onze camino 's lopen nu gescheiden, ik ben op een nieuwe camino met mijn pelegrina Heidi.
Ik besef echter dat er tussen deze gescheiden camino 's altijd een brug zal bestaan die Annelies en Brecht heet. Bij speciale data zal de gedachtengang op deze brug allicht altijd aanwezig zijn.
Ik bid dat Heidi en ik er het beste van maken op onze camino, dat we veel liefde en geluk kunnen delen, en vraag God Kathleen te helpen , zodat ook zij haar eigen camino met veel geluk kan verder lopen.
Deze gedachten kwamen bij me op in de kerk van la Caridad, ik voel me opgelucht om ze neer te kunnen schrijven, zonder dat ik daarbij de bedoeling had en heb wie dan ook maar te kwetsen.
bij het buiten komen van de kerk bots ik op nog een rustende pelgrim. Ook een Duitser, Christian, die zijn camino startte in Gijon.
hij sliep vannacht in de herberg bij het gepensioneerd paar.
Ik noem ook mijn naam, en hij zegt direct dat hij me kent. Hij liep gisteren met Anna en Sophia en die hadden hem over mij verteld.
Ook hij wil zondag as aankomen in Santiago, zodat hij nog drie dagen over houdt om naar Finestere te wandelen. Zijn vliegtuig terug is de vijfde mei, dus dat zou perfect uitkomen.
Hij heeft echter last van de linker voet en hij besluit om zo veel als mogelijk langs de N634 te lopen, om zeker geen extra km's te doen en de moeilijke camino wegen te mijden.
Dus gaan we elk onze weg, hij richting grote weg, ik sla het bos in.
Deze mooie weg doet me besluiten om geen beweging meer te maken richting drukke weg.
Bij de volgende splitsing geeft de pijl aan naar links, dus drukte. Ik kies om rechts te nemen, richting zee.
Vanaf dat moment ben ik dus overgeleverd op mijn gevoel en intuïtie, want mijn boek zegt niets over de weg die ik nu volg.
Een van de dorpjes die ik passeer ligt aan de rivier Pocia. Vlakbij de rivier en palend aan een bos ligt een splinternieuwe herberg, die echter ook dicht was. Wel goed om te weten, want volgens mij staat deze nog in geen enkele boek.
Het weer wordt intussen steeds miezeriger, doch het nauwer contact met de zee doen me dit snel vergeten.
Om 13 u kom ik aan in het kuststadje Tapia Casarigo, waar
bij het binnenkomen van dit stadje mijn aandacht wordt getrokken door een Alberque, uitkijkend op de Oceaan, met aan de overkant van de weg een bijhorende wasplaats, zo van die hele oude van vroeger onder een groot afdak, waar de mensen zichzelf en hun kledij in proper konden maken. Hopelijk zijn de foto,'s gelukt. De herberg is echter gesloten.
In een bar iets verderop bestel ik opnieuw een warme grote koffie met warme melk, twee kleine broodjes,en ik vraag aan de waard hoever ik nog verwijderd ben van mijn eindbestemming van de dag, Ribadeo. Hij zegt dat ik nog een goeie 10 km moet stappen. Dit betekent dat ik reeds 26 km heb afgelegd.
Om half twee vertrek ik opnieuw voor het laatste deel van mijn etappe. Ik volg opnieuw de kustlijn, zo goed als mogelijk.
Na een uur stappen, dus na ongeveer 5 km, kom ik bij een Playa, waar ik besluit de raad ban Godrick op te volgen, alhoewel hèt helemaal geen strandweer is. Ik heb vandaag wel al veel geduwd, dus is het tijd om te lekken, figuurlijk dan. Even komt de gedachte op om een sigaret te roken, doch, ik hou me bij mijn voornemen om niet te roken tijdens de wandeling. Ik begroet mijn kinderen en wens hun zalig Pasen. Ik krijg de tranen in de ogen. Ik vraag hen mij verder goed te begeleiden en wens hen het beste toe, waar ze ook mogen zijn.
Na een kwartier vertrek ik bij deze Playa om nog ongeveer 3 km de kustlijn te volgen.
Nadien neem ik de eerste beste weg links, in de hoop de gele pijlen weer te mogen zien.
En inderdaad, aan een gevaarlijk kruispunt, een soort " ei van kortrijk ", zie ik een geruststellende gele pijl. Hij wijst in de richting van een gigantische brug van 650 m, de Puerte de Santos. Iedereen die de stad binnen wil moet over de brug. Het is de brug over de rivier Eo, of liever waar de rivier uitmondt in de oceaan. Dit wordt dus 650 m stappen boven het water, met naast jou, weliswaar achter ijzeren hekken en vangrails, de snelweg. Ik zet voor alle zekerheid mijn pet af, want het zal er nogal waaien ongetwijfeld boven het water.
Ik kom ze heelhuids over, wat kunnen 650 m lang lijken, en direct voorbij de brug ligt de herberg. Echter geen restaurant in de buurt, dus ik beslis om het centro urbano op te zoeken, en na anderhalve km, op het pleintje voor de kerk, stap ik de eerste hostal binnen.
Het is de beste slaapplaats die ik tot nu toe heb gevonden.
Jullie kunnen meegenieten op www.pensionresedencialinares.es.
Ik kom mijn kamer binnen om 20 over vier en ik zet direct mijn tv aan. Ik zie nog net Philippe Gilbert in herhaling LBL winnen. Wat een klasse heeft die man. Dat Tom Boonen daar maar eens een voorbeeld aan neemt!
Roze-Marie, een goed paar wandel sokken heeft een linkse en een rechtse kous. Op de voetzool staat dan een L of een R. Ik heb er dus met 2 L's op de voetzolen...
Ik hoorde inmiddels Heidi aan de telefoon en ze zegt genoten te heb ben van een zonnig weekend aan zee samen met haar familie. Ik vind dit leuk om te horen, want terwijl ik hier zit, laat ik natuurlijk wel mijn liefste alleen. Vaandaar nog maar eens mijn grote dankbaarheid en respect dat je mij dit gunt Heidje.
Misschien kunnen we eens nadenken over een naam van ons huis. Wat denk je van de suggestie "Alberque", om aan te geven dat onze naasten altijd welkom zijn en wij altijd klaar zullen staan om hen te " herbergen "?
Oh, en voor ik het vergeet, nog voor alle lezers een Zalig Pasen.
Ik hoop dat jullie allen herboren en met frisse moed jullie camino kunnen continueren.
Hartelijke Paasgroet van Bart.
Bedankt nog Godrick, Mizef en Philippe , Myriam en Luc, voor de mooie paaswensen.
Heidje, de afstanden zijn niet belangrijk, het is de intentie die telt. Dagelijks wandelen is trouwens naast mentaal verrijkend, ook fysiek een goede training, zodat wat je wil doen, steeds gemakkelijker gaat. Uiteraard zijn er soms moeilijke momenten, mentaal en fysiek. Wandelend kom je die dan wel door. Bedankt voor je steun en waardering. En voor vanavond een ferme knuffel en een dikke kus!
Dag 16, 25 april 2011, Ribadeo- Mondonedo, 38 km, nog 162 te gaan.
Beste bloglezers,
De voortekenen waren reeds aanwezig, de beste kamer tot nu toe, en ik heb dan ook heerlijk geslapen.
Na het eten in de bar naast de deur, heb ik nog wat gelezen en om 23 u in bed.
Ik ben wakker geschoten rond 3 u, om daarna vrij snel opnieuw in slaap te vallen tot 8u deze morgen.
Het is de eerste keer dat ik zo lang slaap.
Nu, geen erg, ik kan toch niet voor 8u30 ontbijten, en dit was in de prijs inbegrepen.
Tegen 9u15 vertrek ik en ik zal me moeten aanpassen aan de andere regels. Ik ben immers in de provincie Galicia aangekomen, en in deze provincie is het de schelp die de richting aangeeft, en niet de kop.
Voor wie het kan interesseren, Galicië is reeds de vierde provincie in Spanje die ik doorkruis. Ik ben gestart in het Baskenland, daarna door Catambria, vervolgens door Asturias om te eindigen in Galicië.
Ik heb drie km nodig om door de stad te komen. De eerste echte weg buiten de stad gaat flink omhoog. Ik stop om mijn jas uit te doen, ik kijk nog even achterom naar de zee, want het zal de laatste keer zijn op mijn tocht dat ik ze zal zien, ik zeg goede dag aan mijn kinderen,en vraag hen om mij verder te vergezellen.
Van hieraf begint het echte werk. We klimmen vandaag tot 350 m, dus ik zal het wel voelen aan mijn kuiten.
Na ongeveer 2 km omhoog, waarbij steile hellingen worden afgewisseld met vals plat, doch wel omhoog, uit een eucalyptus bos komend, bereik ik een konijnenkwekerij. Drie mannen laden honderden witte konijnen over op transport naar allicht de slachting, voor ze dan op het bord van menig mens zullen belanden.
Bij het opeten sta ik er niet bij stil. Als ik live getuige ben van hun laatste reis voel ik toch wel een koude rilling.
Het is alweer heerlijk wandelen, weliswaar nog steeds bewolkt, door de bossen. Rustig, kalm, geen mens te zien, het lijkt wel het einde van de wereld hier. Het decor doet me een beetje denken aan de Ardennen bij ons, doch veel uitgestrekter.
Tijdens het wandelen bedenk ik welke tips ik zou kunnen meegeven aan iemand die zich aangetrokken voelt om ook eens een camino te doen. Deze gedachte geïnspireerd door de droom van Johan, de eigenaar van ons favoriete ijssalon in Koksijde.
Ik benoem hier enkel tips:
- ik zou aanraden eerst de Camino Frances te doen, zelfs eerst een deeltje, bijvoorbeeld vanuit Leon. Deze weg is het best geëxploiteerd en dus hoef je je geen zorgen te maken over slaapplaatsen, om de 5 km is er eentje. Je kunt ook een weekje proberen, om aan te voelen wat het met je doet.
- voel je niet verplcht om in de herbergen te slapen. Voor velen, en vooral voor hen die 6 weken of langer trekken, is het een manier om budgetvriendelijk te pelgrimeren. Je bent echter in mijn ogen niet minder pelgrim als je je af en toe iets meer luxe permitteert. Zowel lichaam als geest komen tijdens de camino graag eens echt tot rust. In een herberg is dit lastig. Dit lukt beter in een hostal of hotel.
- wandel vooraf met rugzak de afstand die je wilt doen, in de drie maanden voorafgaande aan je vertrek. Dan zijn je voeten en benen gewend aan de afstand, zoek daarbij ook lastige parcours op. Hier zijn imzers geen vlakke ritten.
- wandel je eigen tempo. Ik weet, de neiging om samen te lopen is groot. Doch je merkt telkens weer dat dit je ritme verstoort, en mijn ervaring is dat dit niet goed is voor de kadans. De kans is immers zeer groot dat je de pelgrims die je overdag ziet, uitgebreider kunt leren kennen 's avonds in de aankomstplaats. Zijn het niet deze van overdag, dan zijn het wel weer andere.
- bedenk waarom je het doet. De motieven kunnen van allerlei aard zijn: religieus, spiritueel, emotioneel, fysisch, andere...er zijn alleen maar goede redenen.
- laat je niet gaan door een slechte dag. Hou je motivatie voor de geest, luister naar je lichaam, en kies eventueel een ander middel om door te gaan. Hier op de camino norte heb ik meer vehalen gehoord van mensen die bus,trein en taxi nemen. Je hoeft je daarvoor niet te schamen.
- de rugzak' steek er in waar je je prettig en goed bij voelt. De experts beweren dat het gewicht tussen de 10 a 20% van je lichaamsgewicht mag bedragen. Als je kiest om niet in herbergen
te slapen hoef je uiteraard geen slaapzak mee te sleuren. Bedenk dan wel dat je in een hotel niet kunt beschikken over een wasmachine en droger. Trouwens hier op de norte heb ik 1 keer en herberg gevonden met een wasmachine, en 1 keer een met een droogkast. Op de Frances hebben de meeste herbergen wel wasmachine en droger. Dus als je de camino Frances loopt en je kiest om wel in herbergen te slapen kun je het doen met iets minder reserve kledij.
- om blaren te voorkomen heb ik blijkbaar dit jaar het middel gevonden: je voeten intapen.
- neem de tijd. Laat de dwang van de km niet overheersen op het gevoel van de benen. Ik heb deze tip de eerste dagen niet goed gevolgd en ik voel dat je de lange afstanden niet volhoudt, zelfs al ben je goed getraind. Op een gegeven moment zeggen de benen stop, ontdek dit moment en luister er naar.
- neem een goed etappe boekje bij, zo klein mogelijk,of het leifste losse blaadjes, dit bespaart gewicht.
- ....
Om 11u30, bij het kerkje van Ponte, hou ik mijn eerste pauze van de dag. Mijn maag begint serieus te rammelen. Gelukkig heb ik nog mijn dure sandwich van gisteren, want ik heb nog geen enkele bar gezien vandaag op mijn weg.
Hier valt mij iets op terwijl ik zit te eten en op een wegwijzer paaltje kijk. Onder de schelp staan kleine cijfertjes. Deze geven aan hoeveel km je nog verwijderd bent van Santiago. Ik zit nu aan 185 .
Van het stil zitten krijg ik het koud en ik doe mijn jas weer aan. Iets verderop duikt er echter een soort muur van Hoei op die ik over moet. Op dat moment begint de zon ook voorzichtig te schijnen. Eer ik aan de klim begin ontdoe ik me opnieuw van mijn jas. De beklimming duurt ongeveer 3 km tot in het dorpje Martin de Pequeno. Boven is er een rustplaats en wie zit daar te rusten: Hannah, de Deens vrouw van een eerdere blog. Ik neem een foto van haar. Ze is vanmorgen om 7 u vertrokken in de herberg in Ribadeo. Ze is uitgegleden en heeft een kleine kwetsuur aan de knie. Ze blijft lachen en positief. Een kranige dame die Hannah. Ze vult haar dagboek aan, inmiddels komen ook 2 pelgrims aan op een paard, dit had ik nog niet gezien. Ze spreken Spaans, dus ik kan over hun avontuur niet veel vertellen...
Hannah denk te stoppen in Gondan, vijf km eerder dan mijn voorziene stopplaats Lourenza.
Ik ga verder, de zon geeft ondertussen steeds meer warmte, en de weg klimt nog hoger naar Villamartin Grande.
Inmiddels krijg ik weer honger, en ik hoop dat ik in Gondan een bar zal vinden, doch deze hoop is ijdel. Ik loop even binnen in de herberg aldaar, er is nog geen mens te bespeuren.
Iets verderop haal ik een vrouwelijke pelgrim in, we groeten elkaar, doch daar blijf het bij.
En dan eindelijk, zo maar uit het niets, een bar op de weg.
Ik bestel een boccadillo met kaas en ham en een grote koffie met melk. Ik blijk aangekomen in het dorpje San Xisto Barreiros, op 3 km van Lourenza.
Terwijl ik zit te eten stopt ook de dame die ik net voorbij stak, en net als ik aanstalten maak om door te gaan komt ook Hannah aan. Zij vond Gondan maar niks, ik kan ze zeer goed begrijpen, en beslist om door te stappen naar Lourenza. Hier eerst nog bijtanken.
Inmiddels maken we alledrie kennis met elkaar. De onbekende dame is Delphine, een Française met Belgische ouders. Ze vertelt dat ze vanavond in het klooster van Mondonedo slaapt, op aanraden van de hotel baas van het hotel in Ribadeo waar ze afgelopen nacht logeerde.
Ze is echter zo moe dat ze in Lourenza de bus wil nemen naar haar slaapplaats, 8 km verder.
Ik bied aan om samen naar Lourenza te lopen. Onderweg vertelt ze dat ze voor BNP Paribas Fortis werkt, dat haar ouders afkomstig zijn van Ciney, dat haar moeder na de dood van haar vader terug in Luik is komen wonen en dat ze triatlon doet als sport.
Ze heeft met dit laatste moeten stoppen door een val van een paard afgelopen jaar.
Ze is zaterdag aangekomen in Santander, doch tot nu toe had ze zich alleen verplaatst met de bus, vandaag was dus haar eerste stap dag.
Ze wil voelen wat wandelen met haar doet. Ze heeft de intentie om tot in Santiago te wandelen.
Na een half uur bereiken we Lourenza en bij de afslag naar de herberg, waar ik wil slapen, nemen we afscheid.
De herberg ligt anderhalve km buiten het centrum van Lourenza en vlak onder de brug van de snelweg. Bovendien zie ik niet direct de kans om in de buurt te kunnen eten.
Ik besluit om terug te keren naar het centrum, ik doe hier dus drie km teveel....,en ga op zoek naar een hostal of hotel. Ik passeer tijdens deze zoektocht langs een prachtige kerk, kerk van Santa Maria !.. En nog iets, ik ben het vergeten, doch ze is op slot, dus ik kan niet binnen.
Plots hoor ik mijn naam roepen. Het is Delphine die wacht op een taxi. Er rijden immers geen bussen naar Mondonedo op dit moment. Ze stelt voor om de taxi te delen. Ik twijfel, en ik beslis om mee te gaan. Een pelgrim moet toch ten minste een keer in een klooster hebben geslapen.
Tegen halfvijf zet de taxi ons af bij de kerk, en kort daarna komt ook Christan aangereden. Je weet wel, de Duitse jongen met zijn pijnlijke linker voet. Hij kon in Ribadeo echt niet meer stappen en kocht zich daar een zeer oude koersfiets, zodat bij toch op eigen kracht in Finistere kan aankomen. Hij blijkt reeds 10 jaar weg te zijn uit Duitsland. Hij vindt Duitsers bekrompen mensen en daarom woonde hij eerst 9 jaar op de Canarische eilanden en nu sinds een jaar in Valencia. Hij werkt in de toeristische sektor. Hij zal vanavond overnachten in de Alberque.
We wensen elkaar het beste en Delphine en ik gaan op zoek naar het klooster. Dit ligt een paar straten verder, wel op de camino, en voor 35 heb ik een prachtige kamer, uitkijkend op de binnenkoer van het klooster, een avondmaal om 20u30 en een ontbijt morgen om 8u30.
Geniet mee op www.mondonedoferrol.org/hospederia.
Vandaar dat ik hier nu zit te bloggen van bij de paters! De kerk waar we daarnet zijn afgezet behoort ook toe aan dezelfde kloosterorde. Ze noemen ze hier zelfs Kathedraal.
Na mijn douche ben ik ze binnengegaan, om de kaarsjes te branden die Nathalie vroeg, om nog kaarsjes te branden uit dankbaarheid voor opnieuw een goed verlopen tocht, en om de dierbaren die het momenteel iets lastig hebben met allerlei gezondheidskwaaltjes nabij te staan.
Morgen stap ik naar Abadin, 20 km, doch het gaat steil omhoog tot 550 meter.
Ik heb de zee gemist, zal ze ook het vervolg van mijn wandeling niet meer zien, doch je blijft ze voelen boven aan de toppen van de hellingen, en dit vooral door de typische, koele oceaanbries.
Ik hoop dat Brugge wint vandaag en wens de bloglezers ter plekke veel plezier.
Dag 17, 26 april 2011,Mondonedo- Villalba, 35 km, nog 122 te doen.
Beste bloglezers,
Gisteravond nog lekker gegeten in het klooster, samen met Delphine, soep, salade, vlees en patatjes en kiwi als dessert.
De dame die ons bedient choqueert me wel. Ze zegt dat ik zeer vermoeid oog en Delphine nog fris. Delphine legt uit hoeveel ik reeds gestapt heb en dat zij nog maar 1 dag gewandeld heeft. Dan begrijpt ze het wel.
Ik ben benieuwd wat Heidi zal zeggen als ze me straks als eerste ziet...
Delphine praat volop over haar iron man ervaring in duitsland. Ze wil uitzoeken of wandelen ook hetzelfde effect heeft voor haar.
Ik kan niet snappen dat iemand die zoveel duursporten doet, toch nog zo struis kan zijn.
Ze heeft het ook over de moeilijkheden die zij ondervindt in haar team tussen Franse en Belgische collega's. De Franse houden van een directieve aanpak, terwijl de Belgen eerder pragmatisch en vragend stellend werken. Dit levert vaak conflicten op.
Ze vraagt me wat mij drijft om deze camino te lopen en is verbauwereerd als ze het verhaal van Brecht en Annelies hoort.
Dan vraagt ze of ik nog een kinderwens heb, en ik vertel haar dat we er werk van maken. Ze vindt dit zeer slim, want ze ziet in mij een echte vaderfiguur.
Tegen half elf ben ik op mijn kamer en het valt echt op hoe stil het hier is. Bangelijk stil zelfs.
Tegen elf uur gaaat het licht uit, ik heb dus niet meer gelezen, en na een redelijke nachtrust ben ik tegen 8u30 aan het ontbijt.
Ik zie Delphine nog net vertrekken voor haar wandeling.
Het ontbijt is uitgebreid, opnieuw met kiwi, en ik geniet van de rust en al het lekkers op tafel.
Tegen 9u15 vertrek ik, doch ik vraag eerst nog de dame aan het onthaal om een foto te nemen van mij op het binnenplein van het klooster. Ben benieuwd hoe hij er uit zal zien.
Mijn boek had me gewaarschuwd, dit wordt een echte bergrit.
Na 1 km klimmen hou ik halt om vanuit de hoogte een foto te nemen van het klooster.
Het is mistig en de klim duurt 9 km, op asfalt door een eucalytusbos.
Ik probeer aan niets te denken en mijn zintuigen aan het werk te zetten.
Ik hoor kabbelende beekjes, huilende en blaffende honden, zingende vogels, geen landgenoten deze keer.
Ik zie hoe de zon vecht om door de mist te geraken, ik zie kleine windmolens boven op de top. Ik zie een prachtig Alpen landschap, en vooral veel groen.
Ik voel mijn lichaam, pijn in de linkerschouder, af en toe prikken in mijn linkerhiel, steekjes onder de linker knie, krampen in de buik. Wat hebben de paters in mijn soep gedaan? Ik voel blijdschap door het wandelen.
Ik ruik vooral de boere buiten.
Ondertussen blijft het maar klimmen en na 2 uur ruil ik de asfaltweg voor een echt camino pad, nu eens tussen een andere soort bomen.
Ze hebben het beste voor laatst opgespaard, want de hellingsgraad begint van hier serieus te verzwaren.
De windmolens worden steeds groter, de zon lijkt haar gevecht te winnen op de mist,de wind waait steeds feller en de weg wordt nog steiler.
Uiteindelijk bereik ik tegen kwart voor 12 de top.
Deze klim van 2u30 en 11 km is van het lastigste wat ik fysisch heb meegemaakt op deze 2 camino's.
Dus wat je motivatie ook mag zijn om te pelgrimeren, je zult dus wel degelijk altijd rekening moeten houden met de fysieke inspanningen.
Ik heb er van genoten!
Bovenop de berg zijn grote wegenwerken aan de gang. Ze maken hier een nieuwe snelweg. Daardoor wordt de camino weer omgeleid.
Ik bedenk bij mezelf dat deze extra km's de bus km's toch een beetje goed maken....
Ik rust even uit en eet een broodje dat ik nog bewaarde van gisteren.
Tegen kwart voor een bereik ik Abadin, mijn voorziene slaapplaats, na 15 km. Ik ga de eerste bar binnen die ik zie, en wie zit daar te rusten: Hannah. Ze is vanmorgen om 7u15 gestart in Montonedo.
Ook zij wandelt door naar Villalba en ik besluit dit ook te doen. Elk op ons ritme vertrekken we voor de volgende 20 km.
Het eerste deel van de wandeling loopt eigenlijk weet constant langs de befaamde route 643. Je stapt wel constant in groen of bos, enkele meters van de weg, doch het geraas van de auto's is steeds te horen.
Het landschap wordt ook minder indrukwekkend.
Om drie hou ik halt bij de brug Martinan over de rivier Batan. Hier eet ik nog een cake die in mijn reserve stak en ik geniet van het geluid van de rivier.
De laatste tien km lopen weer door aangename dorpjes en plots wordt mijn weg versperd door 2 koeien. Ik neem een foto en de boerin komt de koeien terug naar de stal leiden.
Iets verderop zit Delphine te rusten.
Ze pikt aan om verder te wandelen, doch mijn tempo is haar te snel en ze haakt al vlug weer af.
Uiteindelijk bereik ik tegen 17 u de herberg van Villalba na 35 km.
De douche is koud, alhoewel het gebouw vrij nieuw oogt. Het is gelegen anderhalve km buiten de stad, naast het rode kruis. Als dat niet handig is...
Bij het ophangen van mijn was om 18 u komt Hannah aan. Fantastisch toch wat deze dame doet. Ze doet drie uur langer over dezelfde afstand als ik, doch ze doet het. Chapeau!
Er ligt een restaurant hier vlakbij, dus ik ga straks niet ver meer lopen om te eten.
Morgen hou ik het rustig, maximaal 25 km, om geen risico te lopen voor de laatste 100.
Ik besef dat ik een dag voor lig op schema, dus dat is mooi meegenomen. Ik heb dus wat reserve.
Ik wens jullie allen een fijne avond en nog een plezante week.
Dag 18, 27 april 2011, Villalba - Deve , 27 km, nog 98 te doen.
Beste bloglezers,
Gisteren kreeg ik sms van collega Bart van Alpheios met het droevige nieuws dat Willy Himschoot van Probis afgelopen weekend zelfmoord pleegde.
Ik wil daarom deze blog starten met het overbrengen van mijn innig medeleven met de familie en collega's van Willy.
Het nieuws liet me vandaag tijdens de wandeling niet los.
Willy was een betrouwbare en hardwerkende collega voor Probis, altijd geïnteresseerd in de mens , met een immer goed humeur.
Ik zag en sprak hem laatst op 5 april, dus kort voor mijn vertrek, tijdens het congres van VVAV in Affligem. Hij was mee de trekker en organisator van dit evenement, dat aankoopverantwoordelijken in de zorg rond innovatieve thema's samenbrengt.
Hij vroeg me de groeten te doen aan Heidi, wenste me veel geluk op weg naar Compostella en voegde er aan toe dat hij dat misschien ook best eens zou doen. Hij koos voor een andere camino...
Veel sterkte aan zijn nabestaanden en collega's de komende periode van moeilijke rouw.
Gisteravond zijn we met 5 samen gaan eten in het restaurant op 150 m van de Alberque: Hannah, Anna, Christian ( deze drie kennen jullie al), Ula, een landgenote van Anna en Christian die haar Camino startte in Portugalete, en ikzelf.
Anna en Ula gaven direct toe dat ze dagelijks ongeveer 20 km stappen en daarna de bus nemen, anders konden zij nog nooit zo ver zijn als de drie anderen.
De vier collega's pelgrims praten gezwind Duits met elkaar, dus ik zit er een beetje bij voor spek en bonen.
Het hoofdthema is echter waar te slapen morgen, vandaag dus.
Ofwel stap je 21 km ver om in de herberg van Baamonde te slapen, ofwel 34 km om in de herberg van Miraz te slapen. De andere mogelijkheid is de herberg van Sobrado des Monxes, echter dan moet je 62 km overbruggen.
Christian is er snel door, met zijn fiets kiest hij voor de laatste optie. Anna en Ula kiezen voor de eerste. Hannah twijfelt en ik kies voor de tweede tot we te horen krijgen van de ober dat deze herberg gesloten is.
Anna vertelt dat er een hostal is , redelijk duur, 6 km voorbij Baamonde, in Eirexe. Dit lijkt me ideaal. In de boeken is er echter geen nieuws over deze slaapoptie te vinden.
Terug in de herberg aangekomen kijk ik nog even op het prikbord aan de inkom. Daar zie ik dat er melding wordt gemaakt van een hostal in Deve, 5 km voorbij Baamonde. Er staat een tel nr bij, en ik noteer dit alvast.
Tegen 22u30 lig ik bed.
Om 2u30 schiet ik wakker, ik sta op voor een plasje, en van dan af is het weer waken. Eigenaardig hoe slecht ik slaap in de herberg.
Ik sta uiteindelijk op om 7u en maak mij op mijn gemak klaar voor de dag. Tegen 8u ben ik beneden waar ik nog net Ula tref die op het punt staat te vertrekken. Ik vul mijn flesjes water, eet drie van mijn gisteren gekochte mini chroissants en ben tegen 8u15 de deur uit.
Het is volgens mij de eerste keer dat ik zo vroeg kan vertrekken onder een reeds stralende zon. Het voelt wel nog heel fris en de jas en sjaal is op dit uur geen overbodige luxe.
1 uur later ben ik de stad uit en ik heb dan al 2 stops achter de rug. Ik ben gestopt in een bakkerij met eetzaal waar ik geniet van warme koffie en een echte chroissant. Ik koop ook nog 2 soort pizza broodjes voor straks onderweg. Daarna loop ik de kerk binnen voor mijn dagelijks gebed, vandaag in het bijzonder voor Willy. Ik kan echter geen kaarsjes branden. Spijtig.
De weg verloopt rustig, van boerhof naar boerhof, geen boer te bespeuren, wel loslopende katten en honden. Ik voer een gevecht met een gevaarlijke hond, ik neem er een foto van....
Inmiddels is de jas uit, de zon zorgt voor genoeg natuurlijke warmte. Rond 11 u neem ik enkele foto's van het landschap waardoor ik denk ik de laatste dagen te stappen, zodat jullie het contrast zien.
Inmiddels nog geen bar gezien, geen waterfontein en mijn maag die begint te snakken naar voedsel. Om 12 u stop ik bij de oude school van La Estrada en eet mijn broodjes op die ik daarnet nog kocht bij de bakker. Ik zie op de km paal aldaar dat ik 108 km tot Santiago dien af te leegen.
Ze smaken heerlijk. Inmiddels ben ik aan mijn laatste halve liter water bezig en hoop op een fontein. De gedachte om zonder water te vallen maakt me een beetje ongerust.
Een kwartiertje later ben ik weer op weg en kort daarna haal ik Hannah in. Ze is deze morgen om 7u30 vertrokken. Ze spreekt me direct aan waar ik nu zal overnachten en ik vertel haar van mijn ontdekking op het prikbord gisteren. Eigenlijk wil ze ook nog niet stoppen in Baamonde ( over 2 km zijn we er reeds) en ze vreest dat ze dan ook de afstand de dag nadien, 41 km, niet zal aankunnen. Het liefste wil ze ook geen bus meer nemen de laatste dagen voor haar aankomst.
Ik bel het nummer dat ik heb opgeschreven. Doch geen antwoord.
Ik stel voor dat we samen naar de herberg in Baamonde wandelen om daar uitleg te vragen. Dat stelt haar gerust.
Die laatse 2 km voor Baamonde lopen langs de fameuze 634 , ik pas mij aan haar tempo aan en vraag ondertussen welk werk ze vroeger deed.
Ze was secretaresse in een bouwbedrijf en bij het uitbreken van de crisis 2 jaar geleden werd ze op 60 jarige leeftijd, samen met vele anderen, afgedankt.
Ze besliste dan om als huismoeder te gaan werken in een rustoord, tot ze op haar 62 op pensioen kon.
Tot voor haar camino werkte ze nog 1 dag in het rustoord als gepensioneerde. Ze heeft tijdens haar camino beslist om dit niet meer te doen als ze op 8 mei terug in Denemarken thuiskomt. Ze heeft immers een moeder met Alzheimer, en haar nieuwe echtgenoot, 75 jaar, begint ook te sukkelen met de gezondheid.
Ik vraag haar dan wanneer ze is hertrouwd, doch dat is ze niet, ze wonnen ook niet samen. Ze kon dit niet meer na zo lang alleen te zijn. Ze wonen elk in hun appartement, op 2 min van elkaar, maar toch noemt ze hem " husband".
Tegen 13 u arriveren we bij de herberg van Baamonde en ik heb geluk: naast de herberg is een apotheek. Ik ga snel naar binnen voor ze sluiten om mijn tape te kopen, doch die hebben ze niet. Dan maar opnieuw het goedkoop alternatief.
Hannah is inmiddels de herberg binnen en zegt me dat er geen herberg is voorbij Baamonde, of het is 41 km verder in Sobrado des Monxes.
Net op dit moment gaat mijn telefoon: het Spaanse nummer dat ik daarnet belde, de eigenaar van de hostal. Ze bestaan dus wel degelijk, zijn ook open en kunnen ons ontvangen. Ofwel in Alberque formule voor 18 , ofwel individuele kamer tegen 40 . Ik bespreek het met Hannah en zij gaat voor de Alberque, ik ga voor de kamer. Oef. We zijn gerust.
De man van de herberg in Baamonde is natuurlijk een beetje beschaamd. Hij verdedigt zich met te zeggen dat wij naar een Alberque vroegen en niet naar een hostal, doch is toch zo vriendelijk om een stempel te geven.
Het dient wel gezegd dat de herberg van Baamonde een van de mooiste is die ik heb gezien! Zeker de nummer 1 tot nu toe op de Camino Norte.
Na een koffie met boccadillo nemen we afscheid en ik vertrek richting Deve.
De eerste 2 km lopen opnieuw langs de weg en aan km paal 99,8 mag ik weer het bos in, direct over het mooie brugje over de rivier Parga.
Ik besluit te stoppen, neem een foto van de km paal en boven op de brug van mezelf. Zo kunnen jullie beoordelen hoe ik er uit zie na 600 km stappen in 18 dagen.....
De weg is nu veel mooier en rustiger door het bos, en ik krijg de tweede beklimming van de dag. Vanmorgen, kort nadat ik de stad uit kwam, was de eerste.
En dan, iets voor drie, de pijl die uitnodigt om naar de hostal af te draaien. Het ligt een 300 m weg van de camino, dus dit valt reuze mee.
De eigenares is zeer vriendelijk en spreekt goed Engels.
Er is wifi, dus gratis internet, mooi meegenomen.
Ik betaal 40 voor mijn kamer, avondmaal en ontbijt inbegrepen. Ik heb wel niet te kiezen: het is een vegetarische maaltijd. Ik kan wel opteren voor salade of soep als voorgerecht en rijst of pasta als hoofdgerecht. Ik ga voor de soep en de pasta. Ben benieuwd...
Tegen 16 u komt ook Hannah aan. Zij kiest voor de herberg formule. Ik zal straks wel horen bij de maaltijd of zij tevreden is.
Ik alleszins wel, het is hier vredig stil, op de boere buiten, weg van alle drukte.
Hopelijk kunnen jullie nu wel meegenieten op www.devapronatura.com.
Bedankt nog Luc om mijn gras af te rijden. Hopelijk heb je genoten van de sauna.
Nog veel plezier aan zee, en als het kan, verzorg Heidi een beetje want ze klinkt serieus verkouden aan telefoon. Alvast ne grote merci voor jullie hulp.